r No. 88. Zaterdag 3 November 1906. 3e Jaargang. Wees U Zelf Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". .De goed ingerichte bewaarschool is FEUILLETON. Dolende Ridder. De gerenommeerde Standaard. Verschijnt Woensdags en Zaterdags. Bureau Hendrik van Viandenstraat 28 Ahonnementsi>riis Per jaar f 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der advcrteiiticn Van 1 tot 5 regels0.40 vooi iederen regel meer0.08 (Bij abonnement aanmerkelijke korting.) Reeds eenige malen is in de afdeeling Amersfoort van „Volksonderwijs" liet voorbereidend onderwijs te dezer stede ter sprake gebracht. Ofschoon de belang stelling voor dit puut niet zoo groot was als wel verwacht mocht worden, vertrouwen we toch dat het streven van genoemde afdeeling om verbetering en uitbreiding te krijgen van het bewaar- schoolonderwijs in Amersfoort op veler sympathie mag staat maken. Dat vertrouwen wordt nog sterker, indien, naar wij mogen aannemen dat het geval zal zijn, alle belanghebbende ouders kennis nemen van het d. d. ver schenen geschrift van mevr. F. Schook Verboom onder den aan het hoofd vermelden titel. Deze brochure bedoelt propaganda te maken voor betere denkbeelden betref fende het in ons land nog zoo stief moederlijk bedeelde Bewaarschoolonder- wijs en wordt uitgegeven vanwege het hoofdbestuur van „Volksonderwijs". Het geschrift van mevr. Schook, afdruk eener rede door haar gehouden te Vlaar- dingen, is een warm pleidooi voor de bewaarschool in 't belang van het kind, „omdat zij het bewaarschool-onder wijs heeft leeren waardeeren als een instelling van groot sociaal nut, die de kleinen behoedt voor veel leed en veel verkeerds; die de ouders ontlast van een drukkende zorg, als zij hun brood buitenshuis moeten verdienen of van dat gedeelte hunner taak, waarvoor zij zich niet altijd berekend gevoelen, als zij bij hun kinderen kunnen blijven." Doch juist daarom zijn ook dceischen, welke zij aan de bewaarschool stelt, hoog; 1) Deze brochure is tegen slechts fO.l21/a (bij tientallen t t'0.10) verkrijgbaar bij den heer Klaas de Vries Sz., lid van het hoofd bestuur van „Volksonderwijs," Gijsbrecht van Aemstelstraat. 18, Amsterdam. De roeping der kunst is niet de natuur na te maken, maar haar uit te drukken Uit het Engelsch van EDNA LYALL. 85). „In6omna! Ik vergat, dat we het je niet verteld hebben! Hij hield het stil omdat hij je huwelijk er niet verdrietig door wilde maken. Zij is Francesca Britton, zijne v-ioegere verloofde. Hij vernam te Philadelfia, dat zij met graaf Carossa getrouwd is." Sardoni gaf een kreet van woede en verdriet. „Hij moet het weten!" zeide hij. „Een plotselinge schok kan 't ergste veroor zaken. Ik zal 't hem zelf zeggen." Nita bedankte hem. Zij was gekleed in 't coquette costuunr van Carmen, doch voor 't eerst bemerkte Sardoni een zachteren blik in haar oog. Hij zag dat niet in geldelijken zin, maar wat den geest en den aard der inrichting betreft. Wat zij in de voornaamste plaats eisclit? Ziehier: „Ruime zonnige lokalen, een flinke speelplaats, en een plekje grond voor echte kindertuintjes. Vooral een speelplaats mag bij een goede be- waaischool niet ontbreken. De kin doren moeten zich vrij en ongedwon gen kunnen bewegen gedurende een gedeelte van den schooltijd. In dien tuin moet een grootc zandhoop zijn; zand is en blijft zoo'n aantrekkelijk speelmiddel; altijd schept een kind er behagen in, eens in het zand rond te tuimelen, zijn kruiwagen vol te laden, kuilen te graven en hooge bergen te maken. Haar in die lokalen, op die speelplaats, naast dien zand hoop moet een vrouw staan in alle opzichten berekend voor haar werk. Een vrouw, die in de eerste plaats het kind liefheeft, en in de. tweede plaats door studie en ervaring weet, wat het kind van haar, als opvoedster, eischt. Niet ten onrechte zegt Fröbel: „Indien gij geen liefde hebt en geen geduld zonder ophouden, wordt dan geen bewaarschoolhouderes." En wil men iets weten omtrent de ervaringen door haar opgedaan, dan diene het volgende: „Ik begrijp er niets van", hoorde ik eens een moeder tot de „juffrouw" van haar kind zeggen, „ik begrijp er niets van, bij mij is Jan dwingerig, en soms verschrikkelijk driftig en u /egt, dat hij op school een alleraar digste jongen is, een der beste van uw troepje; zijn dan die anderen nog ondeugender dan mijn Jan, of is hij hier een andere jongen?" „Komt u maar eens op school kijken, dan kunt u misschien het raad sel oplossen." Moeder kwam kijken tot groot pleizier van Jan, de juffrouw en zich zelf; want moeder ging heen, zoo zij werkelijk van haar broer was gaan houden en dat Comerio, die ook te Genua was, zijn ouden invloed over haar nog niet had herwonnen. Het was echter pas een begin en hij vroeg zich af wat het eind zou zijn. En dan boos aan Francesca Britton denkend, ging hij naar de kleedkamer van zijn vriend om, door hem alles te zeggen, eenigszins voor te bereiden. Carlo had juist Sebastiano weggezon den en was uitgedoscht in 't schilder achtige costuum van Escamillo, den toreador. Er was geen tijd te verliezen er. Sardoni begon dan ook dadelijk. „Ik heb zoo even je zuster gesproken, Yal. Zij meende en ik eveneens, dat we je moesten voorbereiden. Graaf Carossa en zijne viouw zijn in don schouwburg." Een uitroep van verwondering en teleurstelling ontsnapte aan Carlo. Hij begon driftig 't vertrok op en neer te Ioopen. „Waarom hieldt ge je verdriet voor mij verborgen, Val?" zeide Sardoni verwijtend. „Wat kan die vrouw bewogen heb ben, iemand zooals jij te vergeten?" Carlo wendde zich woedend om. „Geen woord in haar nadeel!" riep hij. „Zij was vrij, volmaakt vrij. En wat ben ik, een operazanger, met een be vlekte reputatie!" echt blij met haar jongen; wat had hij aardig geteekend, wat hadden ze in zijn klas een pret gehad met het balspel, en wat kou haar Jan goed mikken! Moeder ging heen, dank baar gestemd en met een hartelijken handdruk nam zij afscheid, zeggend „Dank u juffrouw! zóó zou ik het niet kunnen en zoo kunnen we het geen van allen thuis." Den volgenden dag bracht moeder Jan en ze zei met een gullen lach: „Mijn man en ik hebben het raadsel opgelost, juffrouw; Jan heeft geen tijd om hier dwingerig en driftig te zijn!" Hoe en wat de bewaarschool niet moet zijn deelt de schrijfster eveneens op grond barer ervaring mede: „De bewaarschool moet zich hoeden voor hetgeen wij onder leuren ver staan. Ik zou alle leeren met kracht uit de bewaarschool willen bannen. De vakkeu der lagere school als lezen, schrijven en rekenen moeten voor kinderen van 3G jaar absoluut buiten gesloten worden. Het klinkt wel aardig, als zoo'n kleine baas wat letters tot een woord kan samenrijgen, of vrij lastige sommetjes kan uit rekenen of zijn naam al zelf kan schrijven, maar er is iets, dat in de ontwikkeling hooger staat dan woordjes lezen en cijfers neerzetten. Het kleine kind heeft behoefte aan verrijking zijner voorstelling, aan het kunnen ordenen van eigen kleine gedachten, aan uitspanning, aan scheppenden arbeid. Daarom zegt een onzer hedendaagsche opvoedkundigen met recht: „Het wachtwoord voor do bewaar school zij met leeren, maar ontwik kelen; niet onderwijzen, maar op voeden." Door het aangehaalde hopen wij velen er toe te brengen, kennis te nemen van den inhoud dezer brochure en is dat geschied, dan, wij twijfelen er niet aan, zullen de pogingen der commissie met „Wat! Meent ge dat 't dien laster was?" riep Sardoni, nu beter begrij pend, waarom Carlo alles had stil ge houden. Ik weet 't niet! Ik kan 't niet zeg gen! Om Gods wil, Jack, praat niet of ik geloof, dat ik nog krankzinnig zal worden." Weer liep hij op en neer, worstelend met de gedachten, die in wilde ver warring zich aar. hem opdrongen. Waar om kwam Francesca hem hooien zingen? Het was zoo heel anders dan zij gewoon was te doen. Was zij gekomen om hare onverschilligheid te toonen of gaf zij nog om hem en vatte zij do gelegenheid aan om hem nog eens te zien of was zij te bang om haar echtgenoot te weigeren inedc naar den schouwburg te gaan? Elke gedachte was hem even ondragelijk. Doch de tijd ging voorbij en hij moest zich zelf goed houden. Al loopend, bad hij en al biddend kreeg hij moed 't verdriet in de oogen te zien. „Vergeef mij, kerel, dat ik zoo scherp tegen je uitviel," zeide hij, zich tot Sardoni wendend: „Ik zal nu ook weten of zij gelukkig is Jack, en als zij dat maar is, dan beteckcnt 't overige minder." Sardoni beet zich op de lippen en toen h\j weer goed zien kou, zag hij, goeden uitslag bekroond en Amersfoort een nuttige inrichting ten bate van de jeugd rijker worden. De Standaard is wel van alle groote Ncderlandsche bladen het meest te kwader naam en faam bekend. Her haaldelijk hebben andere redactie's het blad op zelfs oneerlijke polemieken be trapt. Zijn kamerverslagen zijn berucht door zijn verregaande partijdigheid en van hetgeen het brave blad in de ver kiezingsdagen durft uitbraken, hebben we meermalen staaltjes aangehaald. Natuurlijk liet liet brave Kuyper orgaan zich ook ditmaal niet onbetuigd. Minister Veegens heeft in de Kamer verklaard, dat de ouderdonrsverzekering afzonderlijk zal worden geregeld en do invaliditeitsverzekering verbonden zal worden óf aan do ongevallenverzekering óf aan de ziekteverzekering. Dit geeft do gerenommeerde Standaard gereedc aanleiding tot het debitoeren van oen zijner gerenommeerde viezigheidjes. Het „christelijk" orgaan schrijft: „Metterdaad wordt de invaliditeits verzekering losgelaten. Dit is een stout stuk. Geheel onnoodig geld uitgeven aan mannen van 65 jaren die nog volkomen goed in staat zijn hun brood te verdienen en daarentegen hulpeloos laten staan die duizenden, die reeds jarenlang zich met gebroken kracht voortsleepcn, of die werkzaam zijn in bedrijven, waarin men reeds op 55 jarigen leeftijd niet meer voortkan. Waar steeds meer algemeen wordt erkend, dat invaliditeit en niet ouder dom basis moet zijn, zal men nu in Nederland eens uit 't omgekeerde vaatje gaan tappen tegen allen gezonden zin in. En als dan eenmaal aan do irrationeele ouderdomsverzekering het geld op is, dan zal hot eind den last dragon en laat men den invalieden man, die niet meer mee kan, on- dat Carlo zijn groote Spaansche hoed had opgezet en zich gereed maakte, naar de coulissen te gaan. Hij ging met hem mede. De rol van Escamillo, hoewel klein, paste hem uitstekend, en geen tooneel kon beter gekozen zijn voor zijn weder- optreden in Italië, dan de schilderachtige rol van stiercnbevechter. Sardoni peinsde hoe C'ontessa Carossa zich gevoelde toen zij evenals de overige de fakkeloptocht zag binnenkomen, zich zag opstellen en toen onder de kreet van 't koor. „Hoera, voor den dapperen Escamillo!" de slanke, bevallige gestalte in 't costuum van den toreador tusschen de fakkels voorwaarts schreed. Carlo's faam was hem vooruitgesneld en 't Genueesche gehoor begroette hem met warmte, hij nam zijn zwart fluwee- len hoed af en boog met gemengde waardigheid en eenvoud, die hem dade lijk de harten van velen deed winnen. Dan was de hulde van 't publiek terug- keerend tot zijn rol, was hij de dappere Escamillo en begon het welbekende lied van den toreador. Zijn prachtige stem en de kracht van zijn spel boeiden iedereen, en Sardoni begreep niet hoe hij zingen kon: Denk er aan als ge in den strijd zijt, Dat twee schooue oogen u aanstaren, Dat een tender hart op u wacht, Toreador. Aan 't eind van 't eerste vers, daverde barmhartig aan den dijk staan. Zoo ergens, dan past hier verzot." Dominee de Visser, sprak in denzolf- don geest op de vergaderingen en de katholieke echo baron van Wijnbergen, die den hervormden predikant als de christen kwam aanprijzen, deed evenzoo. Gemeencr, geniepiger kan liet wel niet. Minister Veegens heeft bevonden dat liet Duitsche stelsel financieel niet houd baar is, hij belooft de samenvoeging der invaliditeitsverzekering met ongevallen- of ziekteverzekering en de Standaard zuigt als de giftige wesp er uit, dat die verzekering wordt losgelaten. Op de onbarmhartigste wijze worden de „kleine luyden" opgezweept tegen ouderdomsverzekering. Dat geeft niet, zegt de brave Stan daard. Waarom niet? Omdat er onder die ouden zijn, die nog werken kunnen. Geen woord van mededoogen voor die duizenden die smachten naar oen ouderdomspensioen. Neen de „christe lijke" Standaard had nog een leuze noodig om de Visser in de Kamer te brengen, de arbeiders moesten opge zweept worden tot „bleekwitten" ijver (zoo zei de Standaard). Dus moest er opgehitst kunnen worden tegen de vrij zinnigen en verschoen deze venijnige driestar, een der grootste schandvlekken, die ooit kleefden aan don naam van een christelijkorgaan. De kleine luyden moesten bedot worden. En toch mot uitgestreken gezicht roemen de broeders de eerlijkheid hunner wa penen Daaronder worden dan zeker ook de halve waarheden, die minstens zoo erg zijn als heele leugens, gerekend. Maar wat nood, dr. de Visser is gekozen, wat deert het dan verder de Standaard! de schouwburg van 't bravogeroep. En toen kwam de beschrijving van het stierengevecht en door zijn spel bracht hij het den toeschouwer als voor oogen. De meeste hadden „Carmen" al meer gehoord, doch Carlo bracht er leven en gevoel in. Hij overtrof zichzelf en toen 't refrein weer was gezongen, sprongen de toehoorders op en gaven eene ovatie aan den nieuwen bariton. Niemand onder hen vermoedde, dat het lied eene voortdurende kwelling voor den zanger geweest was en dat, terwijl hij hem dankte, zijn hart gebroken was. Eerst bij 'r eind waagde hij het een blik te werpen in de richting waar Francesca zat, hij wilde zien of zij er gelukkig uitzag, doch hij verwachtte te veel var, zichzelf, alles was verward en hij zag alleen den graaf, die hem stormachtig toejuichte en dat Francesca's oogen schitterden en hare wangen gloeiden. Na dien korten blik draaide hem alles voor oogen en zoo spoedig mogelijk speelde hij verder zijn rol af en verdween tusschen do coulissen. Hij gevoelde, dat hij niet met zijne gedachten alleen mocht zijn en dwong zich om naar de foijer te gaan en aan 't gesprek deel te nemen en daar kwam de jongen hem ook roepen. Hij betrad weer het tooneel en vervormde zich weer in den toreador en spoedig was ook dit gedeelte afgespeeld, en wachtte hij achter de schermen om het lied van

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1906 | | pagina 1