Stadsnieuws.
Varia.
Christendom en Socialisme.
Als de wissel onbetaald terugkomt, dan
zal ik wel weer van jo actief op je
passief overschrijven, maar dan is de
le Januari voorbij en alles is dan in
orde. Trek voor mijn part op den Sultan,
op den Tsaar, trek op wien je wilt
JDe brave kassier nam een wissclfor-
mulier en trok op den Keizer aller
Russen.
Thans stelt bet tooncel voor het
Winterpaleis in St. Burgersburg.
„Majesteit, hier is oen zichtwissel voor
U. M., ten bedrage van f 150,000 francs,
getrokken door oen zekeren R. Smith
in St. Louis, Missouri. De wissel is aan
geboden door de agenten van de firma
X. te Londen."
„Een wissel op mij getrokken?" zeide
de Tsaar. „Laat mij dat stuk eens
kijken, ik heb er nog nooit een gezien!"
De keizer las en las nog eens weer
hardop: .Gelieve te betalen aan de
order van August B. en Co., New-York"
en zachter: „Te betalen aan de order
van N. M. en Zonen, Londen."
„Dat moet juist zijn," zeide de Tsaar,
„en deze kankiers zijn geen grappen
makers."
„Kent u die E. R. Smith?"
„Hcclemaal niet, Sire!"
„Misschien heeft er iemand bij die
menscheu voor mijn rekening gekocht!
In allen gevalle, zend liet geld en schrijf
aan dien Smith, dat hij in het vervolg,
als hij nog eens weer op mij trekt., er
tevens een gedetailleerde nota moet
bijvoegen."
Eenigen tijd later in de bureaux van
E. R. Smith te St. Louis. De patroon
kijkt do post na.
„Wat duivel is dat?" riep hij uit,
toen hij een prachtig verzegeld couvert
openmaakte, en hij las:
Winterpaleis, St. Petersburg.
Aan E. R. Smith, St. Louis, N. U. S. A.
Mijnheer,
„Ter voldoening aan de opdracht van
Z. M. den Keizer aller Russen, breng
ik u de groeten van Z. M. over en deel
u mede, dat u voor het vervolg, indien
u nogmaals op Z. M. trekt, daarbij een
gedetailleerde nota behoort te voegen.
„Het heeft Z. M. behaagd, order te
geven tot betaling van uw vordering,
gedagtcekcnd 29 December, j.l., ten be
drage van 30.0U0 p.St.
Ik heb de eer te zijn, enz.
Op last van Z. M. den Keizer
aller Russen,
X., Kanselier.
E. R. Smith, van St. Louis, is er nog
paf van.
Nou dat is te begrijpen, zoo iets zal
ie gebeuren! 't Is jammer, dat zoo iets
alleen maar in Amerika kan gebeuren.
Ja in ons goeie Nederland komt ook
wel eens iets voor, waar je gewoon paf
van bent, maar gewoonlijk is het dan
toch niet zoo wonderbaarlijk. Dat over
kwam dezer dagen nog eenige heeren
in Onnen (Ilaren), waarvan het volgende
verhaald wordt door de Asser Courant.
Kortelings is het voorgevallen. En
voor de waarheid ervan staan wij in.
Voor eenige jaren werden vele ge
meentebesturen bevangen door een brand
spuit aanschafkoorts. Ook hier is indertijd
zoo'u dingetje gekomen, dat ternauwer
nood een vensterkozijn kan natmaken
op 2 meter afstands. Opgeborgen werd
zij, bij gebrek aan beter, in een boeren
schuur.
Onlangs verschijnt er een kommissie
in optima forma tot het nazien en kon-
troleeren van de spuit. Edoch, de spuit
is te zoek. Gemoedelijk komt de eige
naar van de schuur tot de kommissie
zeggen: „Ai hom probceren wilt, dan
Nooit te voren toch hadden die eenzame
wandelritjes haar te laat voor het thee
uurtje doen zijn en vandaag was er
natuurlijk meer dau ooit reden voor haar
om vroeg thuis te zijn.
„Ik denk, hi, hi, dat de streek hier
zeer mooi is, gezien van den rug van
een paard!"
„Ja," antwoordde Lady Jane, dadelijk
de bedoeling van die opmerking begrij
pend. „En men is zelfs geneigd te ver
geten, hoe snel de tijd vervliegt, als men
ten volle van de mooie natuur geniet."
„Hi, hi."
„Ik ben bang, dat mijn nichtje verder
is gegaan, dan zij eerst plan had; zij
wist toch hoe laat gij komen zoudt."
„O!" zeide Lord Banford hierdoor
aangemoedigd.
„Houdt gij van lange, eenzame wandel
ritten in een mooie omgeving?"
„Ja maar, hi, hi, daarloe behoeft men
niet altijd alleen te zijn, is het wel?"
Hij zou zoo iets nooit tot Miss Brai-
ston zelf hebben durven zeggen, in haar
afwezigheid was bij, vergelijkend gespro
ken, roekeloos. Zijn gastvrouw echter
glimlachte goedkeurend.
„Ja, het is altijd veel aardiger iemand
bij zich te hebben, aan wie men zeggen
kan wat men mooi vindt. Die arme Lili
au heeft er dikwijls over geklaagd, dat
het zoo vervelend is slechts een rijknecht,
die een halve mijl achter haar rijdt, tot
gezelschap te hebben."
moei 't nander jaor maor weerkoomm.
Ei zit under 't heuj."
„Laudclyke eenvoud", hoor ik al
zoggen. Ja, ja zoo iets gebeurt alleen
maar weer op het platteland. Maar daar
staat tegenover, dat in grootc steden
weer andere dingen gebeuren, waar je
soms gewoonweg niet bijkunt.
Zoo lees ik de volgende advertentie
in het Nieuwe Israëlietische Weekblad:
Voor de vele bewijzen van deelne
ming bij m ij n overlijden ondervonden,
betuig ik het kwaadsprekend publiek
mijn oprechten dank.
S. Blitz Az.
Antwerpen, 9 Jan. 1907."
Die meneer Blitz geniet ten minste
van het niet alledaagscho genoegen, te
weten wat de menschcn van hem zeiden
na zijn dood.
Dat moet je ook niet uitvlakken!
Menigeen zou er naar verlangen, dat
ook na zijn dood te weten en zou daar
waarschijnlijk nog wel heel wat voor
overhebben, al was het alleen maar uit
nieuwsgierigheid. Maar niet alleen uit
nieuwsgierigheid, ook nog ergens anders
om zoekt de politie ijverig naar Markies
de Saint Audré, of Dicudonné Ecole,
zooals zijn ware naam luidt, die in het
dorpje Saint André-dc-CotUne als zoon
van een eerzamen schoenmaker ter
wereld kwam.
Toen Dieudonné vijf-eu-twintig jaar
werd, trok hij de wereld in en werd
volontair aan het Eransche konsulaat te
Liverno. Hij oogstte hier evenwel lang
iet genoeg roem en eer naar zijn zin;
daarom nam hij zijn ontslag en benoemde
zichzelf tot diplomaat, met den titel van
markies.
Het ging doodeenvoudig; naar zijn
geboorteplaats noemde hij zich de Saint-
André en voerde het devies „Oorlog,
deugd en eer".
Iloe men als diplomaat moet op
treden, had hij voldoende voor zich
gezien.
In het jaar 1902 begaf Dieudonné
zich naar Parijs en twee maanden later
verheugde hij zich in het bezit van een
rijke, jonge weduwe.
Eerst bewoonde men een elegante
villa in Montmorency, vervolgens een
huis in de Avenue d'Eylau.
De markies leefde met zijn vriendin
op grooteu voet, hield er tal van be
dienden en een kostbaren stal op na. In
de deftigste kringen ontving men hem,
en overal wist hij zich het air van een
handig diplomaat te geven.
Schoonmama in spé zorgde voor de
noodige middelen, en gedurende het
eerste jaar gebruikte hij 400.000 franks.
Toen werd het volgens schoonmama tijd,
dat hij zich op zijn post begaf. Dieu
donné nam een kloek besluit en ging
er vandoor.
Het arme weeuwtje liet overal naar
haar markies zoeken, maar die zat goed
en wel in Amerika.
In Juni '04 kwam hij naar Parijs
terug en werd daar hals over kop ver
liefd op een Italiaausche balleteuse van
de groote opera. Uit dit zaakje wist
Dieudondé 7000 franks to kloppen. Doch
toen zij haar geld terug verlangde kreeg
ze een briefje van den volgenden inhoud
„Een de Saint André duldt niet, dat men
geld van hem verlangt. Dit is een be-
leediging, die ik nooit vergeef. Adieu."
Hierop verdween hij naar Brussel.
Daar maakte hij kennis met zekere
Lcontinc C. met wie hij naar Parijs
vertrok.
Na een jaar waren Leontine's 100.000
francs en haar markies verdwenen.
Hij begaf zich opnieuw naar Brussel
en leerde er een negentienjarige schoone,
„Hi, hi," lachte zijn Lordschap, het
geen zeker een diepe bedoeling had,
en hij was op weg tot iets nog stout-
moedigers, toen hij buiten gekletter van
hoeven hoorde en Lilian en de rijknecht,
naast elkaar, voorbij het raam reden.
Lany Jane keek een beetje ontevreden,
toen zij dit zag, doch zij herinnerde zich
bijtijds de bakkebaarden en de blauwe
vlekken.
Na eenige oogenblikkcn hoorde zij
voetstappen in het voorhuis en betrok
haar gelaat nog meer, toen zij hoorde,
dat ook de knecht was binnengekomen,
wat heel vrijpostig was voor iemand niet
zulk een zedig voorkomen.
De deur ging open en Lilian kwam,
stralend en blozend, binnen. Lord Ban
ford zag, dat zij hard gereden moest
hebben, zeker om gauw bij hem te zijn,
en hij voelde een verzoek om vorschoo-
ning in den hartelijken handdruk, dien
zij hein gaf.
Zij scheen heel opgeruimd.
„Je bent laat, lieveling," zeide haar
tante, zeei ingenomen met de verschijning
van haar nichtje. „Kom, drink eerst een
kopje thee, voordat je je verkleedt."
„Graag, want ik sterf van dorst. Het
doet mij veel genoegen u hier te zien,
Lord Banford. U kunt u niet voorstellen
hoe tante zich verveelde zoo alleen niet
mij, zij heeft erg naar uw komst verlang."
Hij begreep wat die toespraak beduid
de en in zijn vreugde er over, morste
Aruiandine van Gelder, kennen, die
vrijgeviger mot liefde was dan met geld.
Alles wat hij kon machtig worden
was 400 francs. Zijn plan, Arma.ndine
te bewegen, hem haar kapitaal, ten be
drage van 300.000 francs, af te staan,
mislukte. Eindelijk kreeg hij 400 francs,
waarmede hij er vandoor ging.
Toen Armandinc hem een paar dagen
later aan het station ontmoette, kwam
het tot een hevige scène, waarbij hij
haar vertelde, dat hij getrouwd was en
het geld naar zijn vrouw gezonden had.
De jong dame gaf de zaak in handen
der politie, die thans ijverig haar best
doet, den pseudo-markics op het spoor
te komen.
1 De moord in den spoorweg. De moor
denaar Ruckert, die den tandarts Clausen
in den spoorweg HamburgAltona met
bijlslagen doodde, is door de rechtbank
te Altona veroordeeld tot 15 jaar gevan
genisstraf.
De beklaagde deed van het voorgeval
lene hetvolgende verhaal: Nadat ik den
tandarts doodgeslagen had, ging ik voor
het coupéraampje s?aan, om le voorko
men dat iemand binnen zou gaan. Toen
de trein weer in beweging was, door
zocht ik de zakken van het lijk en eigende
mij de portemonnaic, een mes, horloge,
ketting en portefeuille toe. In het vol
gende station stapte ik uit; ik was een
station te ver gcieden.
De president vraagt: Heb je niet aan
de gevolgen van jo daad gedacht?
Antwoord: Neen, ik dacht alleen: nu
moet je het doen.
Voorzitter: Wat voor een gezicht zette
uw slachtoffer, toen ge mot de opgehe
ven bijl voor hem kwaamt staan?
AntwoordIk zag dat niet eens. Ik
sloeg blindelings.
Voorz.: Hoe vaak heb je geslagen?
Antw.Toen wist ik dat niet, maar
het moeten er vijf of zes geweest zijn.
Voorz.: Schreeuwde het slachtoffer?
Antw.Dat weet ik niet.
Voorz.: Daarna ben je uitgestapt.
Antw.: Ja. Ik zeide aan den contro
leur dat ik te ver gereden was. Hij
maakte me opmerkzaam op mijn be
bloede handen en ik antwoordde dat
ik een neusbloeding had gehad, waarop
hij nog vroeg of de coupé vuil was ge
worden. Daarna liep ik langzaam naar
Altona. Ik kon niets eten, alleen dronk
ik wat thee. 's Nachts kon ik ook niet
slapen Eerst' tegen den morgen sliep
ik in. Ik droomde. Ook den volgenden
dag kon ik niet eten. Zondag ging ik
naar het Flora-theater, maar ik bleef er
niet lang. Thuis gekomen hoorde ik
dat er 1000 mark betaald zou worden
voor mijn arrestatie. Ik ging toen nog
eens uit om dat te lezen. Ik zag ook
dat mijn uiterlijk heel nauwkeurig be
schreven was. Toen eerst kreeg ik angst
en berouw. Ik twijfelde nu ook niet
meer aan mijn arrestatie. Ik durfde niet
naar huis gaan en dronk in verscheidene
café's jenever en bier.
Voorz.: Dronk je vroeger ook.
Antw.: Neen, nooit.
Voorz.: Ben je in die dagen begon
nen een dagboek te houden?
Antw.: Ja.
Het dagboek wordt voorgelezen en
daarmee is liet verhoor afgeloopen.
Humor in de politiek. Dernburg
is beuoemd tot eerclid van de Berlijn-
sche vereeniging van huisknechten. Dat
is zoo gekomenHet Rijksdaglid Schadlcr
noemde hem „de huisknecht van den
Rijkskanselier." Daarover zijn de Ber-
liij bijna uit een kopje, dat hij haar
aangaf.
Neen... waarlijk! Hi, hi, ik hoop,
dat tl veel genoten heeft op uw tochtje?"
Onnoemelijk veel! Het was de beste
tocht, dien ik ooit gedaan heb."
„En waar beu je dan geweest? Ik zag
je niet op den heuvel?" vroeg haar tante
„Neen, voor ditmaal was de poort van
den gevangenistuin eens niet gesloten."
En zij lachte hartelijk werkelijk
aanbiddelijk vond haar bewonderaar.
Lady Jane begreep, dat de nieuwe rij
knecht ongehoorzaam aan haar bevelen
was geweest doch'het gaf nu niets meer.
„Waar ben je dan geweest?" vroeg zij
nog eens, terwijl Lilian een aanval op
't geroosterde brood deed en blijkbaar
veel pret over haar nieuwsgierigheid had.
„In Wormington."
„Zoo ver?! Waarom ging je daar
heen? Het is een saaie weg!"
„Om te trouwen," antwoordde Lilian
vroolijk, met een vollen mond.
Haar tante kreeg een schok. Lord
Banford vond de grap nog al aardig.
„Ili, hi. Wat amusant."
„Ja, grappig, niet?" Lilian knikte hem
eens toe.
Ifaar vroolijkheid was onweerstaan
baar, Lady Jane vond echter, dat zij
geen bewijs van goeden smaak gaf door
met zoo iets le schertsen in de tegen
woordige omstandigheden.
(Slot volgt).
lijnsche liberale huisbedienden boos ge
worden en ze hebben Dernburg in zijn
nieuwe kwaliteit tot ecrelid benoemd.
Geiiiccntc-Bclnstingcii.
De Gemeente-ontvanger van Amersfoort
herinnert bij deze, voor zoo veel noodig, aan
de spoedige voldoening* der nog openstaande
posten plaatselijke inkomsten en Straat
belasting, aangezien weldra met de vervol
ging zal worden voortgegaan.
Amersfoort, 17 Januari 1907.
De Ontvanger voornoemd.
IC. v. d. BURG.
Kennisgeving.
BURGEMEESTER eu WETHOUDERS
van AMERSFOORT,
Gezien het Koninklijk besluit van den
11 December 19U(j, no. -J3.
Brengen ter openbare kennis, dat eeue
buitengewone verkiezing van 2 leden
patroons an de Kamer van Arbeid voor de
bouwbedrijven te Amersfoort vacature G.
PRINS en J. VAN KAltSBERGEN) zal plaats
hebben op Dinsdag 22 Januari 1907 en de
herstemming zoo noodig op Dinsdag 5
Februari 1907,
Het stembureau zal zitting houden in het
Raadhuis van des voormiddags 8 uur tot
des namiddags 3 uur.
Amersfoort, 15 Januari 1907.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTIERS,
De Secretaris,
J. G. STENFERi KROESE.
De heer C. van Achterberg, van de
firma J. W. v. Aehtcrbergh alhier, be
haalde aan de Stoffeerders- en Behan-
gcrsschool te Amsterdam het diploma
voor decoreeren. stoffccreu en teekenen.
De generaal-majoor J. M. Campbell,
inspecteur van het wapen der infanterie,
is benoemd tot luitenant-generaal.
De ritmeester dor huzaren jhr. W. II.
J. van de Poll, overgeplaatst naar het
depót te Haarlem, is gisteren daarheen
vertrokken.
De off. v. gez. le kl. K. E. Zicgeler,
die sedert 8 Dec. j.l zitting had in den
militieraad in de provincie Groningen,
is Zaterdag j.l. in het garnizoen terug
gekeerd.
Tot opzichter bij het hoogheemraad
schap „de Eem" is benoemd de heer
W. C. Jansen, opzichter-teekenaar bij
het waterschap De Rcggc, te Hengelo.
Door wijlen mevr, van der Maat is
bij testamentaire beschikking f 15UO ver
maakt aan de R. K. Volksbond alh'er.
Op den 1 Februari a.s. zullen de wa-
genmeester der N. C. S. M. G. Middel
koop van hier en L. Quint te Utrecht,
onderling van standplaats verwisselen.
In de Stem des Yolks lezen we uit
Amersfoort:
De alhier bestaande volksbroodbakkerij
„Vooruit" is nu omgezet in een wette
lijke coöperatieve vereeniging. De
notaricele oprichtingsacte verschijnt eerst
daags in de Staatscourant. De oprich
ters wilden het verbond tusschen de drie
deelen der arbeidersbeweging, zoo innig
mogelqk doen zijn, daarom was deze
bakkerij opgericht als exploitatie van
den Amersf. Bcstuurdcrsbond. Het is
echter gebleken dat dan geen groote
omvang bereikt kou worden, terwijl
tevens de zoo noodige stabiliteit ontbrak,
door het afwezig zijn van een voldoend
aantal rechtspersoonlijkheid bezittende
vereenigingen.
Wij hopen, dat op coöperatief gebied
de Amersfoortsche arbeiders eens wakker
gaan worden en zich aan zullen sluiten
bij de jonggeborene coöp. verbruiks-
vereeniging „Vooruit," die een deel
hater winsten aan de Amersf. Best. Bond
en aan de aid. S. D. A. I'. uit zal koeren.
Nu alle hens aan 'tdek en stevig ge
werkt dan zijn wij overtuigd dat 't
slagen zal!
Te bejammeren was het, dat een be
trekkelijk klein publiek de literaire lezing
van den heer Edmond Visser hoeft bij
gewoond.
De stem van dezen deklamator is
volkomen in staat een grootc gevulde
zaal te behoerschen.
In Saltimbank, een dramatische schets
van Herman Heyermans Jr. werden de
velschillende rollen goed weergegeven,
alleen kwam ons de imitatie van de
vrouwenstem bedenkelijk voor.
In 't 2e gedeelte, bevattende stukken
van Van Deyssel en Falkland, was de
heer Visser in zijn volle kracht.
Het vernietigend sarcasme,detimelende
spotternij, waarmee deze in zijn critieken
eenige acteurs afmaakt, kwamen uit
stekend tot hun recht.
Ook in de schetsen van Falkland wist
hij het publiek te boeien, dat hem met
een hartelijk applaus beloonde.
Dat de lieer Visser op dit gebied
belooft een uitnemende kracht te worden,
behooft geen betoog. Mij roepen hem
tot weerziens toe cn wonschen hem dan
een grootcr auditorium, wat hij ten volle
verdient.
De heer J. G. Fontein, de bekende
kunsthandel op de Langestraat alhier,
heeft van II. M. de Koningin de ver-
eerende opdracht ontvangen, een zevental
gravures te leveren voor H. M. particuliere
vertrekken.
Wel een bewijs dat de goede naam
van Amersfoort's winkelstand met reuzen
schreden vooruit gaat.
De heer G. Bikkers, kapelmeester van
het 5o regiment infanterie, heeft een
marsch gecomponeerd en opgedragen
aan deu kolonel L. W. van Hoek,
regiments commandant. Deze bood den
heer Bikkers Maandag in tegenwoordig
heid van het muziekkorps, een kcurigen,
met zilver geuionteerden dirigeerstok
met inscriptie aan.
Door eenige dames en heeren zal op
2U Januari a.s., in Amicitia, een voor
stelling worden gegeven voor de leden
van de Toynbee-vereeniging „Ous Huis."
Opgevoerd zal worden „Door Tantes
opgevoed," blijspel in 4 bedrijven van
Roderich Benedix.
Bij de Maandag ten overstaan van
architect W. van Schaïk gehouden aan
besteding voor het verbouwen van de
apotheek des heeren W. A. van den
Bovenkamp werd ingeschreven als volgt:
E. de Bruin en G. van deu Bongaard
f8890; H. Lablans en J. van Veen
f7742, W. Ilcndriksen f7650, Keijzer
en Wildeman f 7300, W. van Gendercu
f7180 en II. Lensing en A. van de
Vijzel f6717.
De gunning is in beraad gehouden.
Thans zijn weer uit de vestibule van
de II. B. school een tweetal fietsen ge
stolen. Van de dader of daders geen
spoor.
De plaatselijke afdeeling van den
Boud van Nederlandsche Onderwijzers
houdt Maandagavond haar jaarvergade
ring in de Zwaan.
Vrijdag 18 Januari des avonds 8 uur,
zal de heer F. G. Geerling uit Amsterdam
alhier in Amicitia een populair-weten-
schappelijke voordracht houden over:
Een uitstapje in de wereldruimte en iets
over de wonderen der voorwereld.
De lezing zal met lichtbeelden wor
den opgehelderd. Aan hetgeen door
sommige bladen over deze voordrachten
is geschreven ontleenen we het volgende:
De Telegraaf:
„In een zeer onderhoudende causerie
verhaalde do heer Geerling van zon,
aarde, maan en sterren, gaf ons een
idéé vau de oneindigheid der werelden.
Dank zij de vorderingen der weten
schap die met den steeds beter wordenden
telescoop wonderbaarlijke waarnemingen
doet, kregen we ulles op heldere, scherpe
wijze te zien. Die beelden van de
planeet Mars b.v. met haar kanalen en
landen waren die niet uiterst interessant!
De Hollandeche Schouwburg, waar
de voordracht werd gehouden, was bijna
geheel gevuld met een publiek, dat den
astrouoom met een dankbaar applaus
beloonde."
Het Handelsblad:
„Over vorm en gesteldheid der zon,
den samenhaug van verschillende ver
schijnselen op dit hemellichaam met op
aarde waargenomen verschijnselen werd
veel belangwekkends verhaald. Het
publiek dat aandachtig de voordracht
had aangehoord, loonde den voordrager
met luid applaus."
Het Nieuws v. d. Dag
„De hoer F. G. Geerlings heeft bij
zijn populair-wctenschappelijke voor
dracht over de sterrenkundige en voor
wereldlijke wonderen een volle zaal ge
had eu het publiek hoeft hem toegejuicht
met een hartelijkheid, die onbcdricgelijk
aanduidde dat het vertoonde en ge
sprokene „gepakt" had*"
In de zitting der arrondissementsrecht
bank van Utrecht van Maandag 14
Januari 1907 werd de volgende uitspraak
gedaan:
E. d. W., 31 j., koopman alhier bekl.
van diefstal (met verbreking) van vier
konijnen, ten nadeelo van E. v. G., ver
oordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf
onder aftrek der preventieve hechtenis.
Over bovenstaand onderwerp sprak
gisterenavond in een openbare vergade
ring van de plaatselijke afdeeling van
de S. D. A. P. Dr. Jan van den Brink.
De zaal was stampvol. Nadat de voor
zitter de heer A. Hemminga de verga
dering had geopend, sprak de heer Van
den Brink ongeveer als volgt:
Wanneer ik hier mijn blik laat gaan
over deze talrijke menigte dan moet ik