Gemengd.
Stadsnieuws.
Allerlei.
1904 werden in dat jaar 11 personen
veroordeeld wegens doodslag, 1 wegens
het misdrijf van ait. "288, 10 wegens
moord. Van deze 22 personen werd 1
veroordeeld tot levenslange gevangenis
straf, 7 tot eene gevangenisstraf van 5
jaar en langer, 11 tot eene gevangenis
straf van één tot vijf jaar, twee ontvin
gen eene straf van nog niet 6 mud., een
werd gestraft met eene gevangenisstraf
beneden de drie maanden. Al deze 22
veroordeelden hadden „des menschen
bloed vergoten"; moest nu ook door den
meusch het bloed van deze allen vergo
ten worden, dus ook van hen, aar wie
onze rechter eene gevangenisstraf meende
te mogen opleggen van nog niet zes
maanden? Of zoo de hoogleeraar Fabuis,
wat wij veronderstellen, die vraag ont
kennend beantwoordt, waar houdt dan
de plicht van de overheid om het bloed
des doodslagers te vergieten op om in
eene bevoegdheid over te gaan en waar
aan ontleent prof. Fabuis het recht aan
het Goddelijk bevel, dat geene uitzon
deringen kent, een deel van zijne kracht
te ontnemen? Wij hebben op deze
twijfelingen in het boek van den Amster-
damschen hoogleeraar het antwoord niet
gevonden."
Senator Staal.
De Provinciale Staten van Noord-Hol-
land hebben gisteren in de vacature Bult
man tot lid van do Eerste Kamer
gekozen Minister STAAL met 46 van
de 73 stemmen. (18 stemmtu op generaal
Van Marlc).
Men schrijft uit Enschedé aan het Vad.:
Op 'n advertentie in een der binden,
kwam zich een werkvrouw aanmelden.
Ze maakte door haar optreden en pra
ten, reeds dadelijk een goeden indruk
en verkreeg de voorkeur boven andere
sollicitanten. Op de vraag van mevrouw,
welk loon zij verlangde voor twee dagen
per week, klonk 't antwoord: „15 een t
per uur met een arbeidstijd
van 8 uren per dag."
Mevrouw kon zich, aangaande het ge
tal werkuren, niet verplichteu zoodat de
onderhandelingen afsprongen. Mevrouw
dacht er blijkbaar niet aan, dat we leven
in de eeuw der Democratie.
Bij advertentie in het N. v. d. D.
wordt gevraagdeen „fatsoenlijke
Vrouwelijke Koetsier (Cochère), flink
persoon, goed kunnende rijden en om de
geheele verzorging cener Equipage op
zich te nemen. Loon nader te bepalen."
Procfh uwelijken
In New-York is een boek verschenen
van de hand van mevrouw Herbert Par
sons haar echtgenoot is een bekend
politicus dat tot titel voert. „Het
Gezin". Over do strekking van het boek
is veel te doen; in alle kringen heeft
het veel opzien gebaard, in sommige
groote verontwaardiging.
En toch is de bedoeling van de schrijf
ster niet geheel nieuw, sedert een En-
gelsch schrijver een heele pers-campagne
tegen zich heeft uitgelokt, wegens zijn
oorsproukelijk denkbeeld, om huwelijken
op een bepaalden termijn naar wij
meonen noemde hij tien jaar te doen
sluiten, met recht van verlenging.
Doch mevrouw Parsons zelf is een
model van een huisvrouw, en zoo neemt
meu haar voorstel geheel ernstig op, en
trekken vooral de kanselredenaars er
in New-York heftig tegen te velde als
een gevaarlijken aanslag op moraal en
maatschappij.
Te belangrijker is deze strijd, daar
juist krachtige pogingen in het werk
worden gesteld, om voor alle Ameri-
kaanscho Staten een gelijkvormig huwe
lijksrecht te verkrijgen, waarvan de strek
king juist zou zijn, de echtscheidingen
aanzienlijk te verzwaren.
Mevrouw Parsons werkt een soortge-
gelijk denkbeeld in haar boek ecnigs-
zins anders uit, en i6 feitelijk logischer
dan haar Engelsche collega, omdat zij,
aleer tot een huwelijk wordt besloten
het proefhuwelyk aanbeveelt. Zoo zouden
dus aanstaande i chtelieden een proeftiid
van zekeren duur moeten doormaken,
om te zien of zij bij elkaar passen.
Het denkbeeld in een modernen
tijd moet men met elke critiek voor
zichtig zijn! schijnt op het eerste
gezicht te dwaas om alleen te loopen
zegt het „Ilbld."
In somnuge Staten is, gelijk bekend
het uitspreken van een echtscheiding de
eenvoudigste zaak der wereld. Berucht
is, wat dit betreft, de wetgeving van
Dakota, waar zelfs een echtscheiding
kan worden uitgesproken zonder dat de
andere echtgenoot erin gekend wordt.
De „trek naar Dakota" is dan ook
zóó sterk, dat de wetgeving van den
staat New-York heeft verklaard, dat in
Dakota ontbonden echtverbintenissen
door hem niet erkend zouden worden.
Het is misschien juist daarom ook,
dat de schrijfster op haar denkbeeld van
huwelijken op de proef is gekomen.
Doch zulk een remedie zal velen
zeker erger schijnen dan de kwaal!
Mlddcnslandsactie.
Naar het „N. v. d. D." verneemt,
wordt door het bestuur van den Neder-
landschen Bond voor den Handeldrijven-
den en Industrieelen Middenstand een
enquête gehouden naar de resultaten,
door leden van dien Bond verkregen
door coöperatie. In het bijzonder stelt
het bestuur zich op de hoogte omtrent
het succes, verkregen door gemeenschap-
pelijken inkoop, zoomede den coöpera
tieven verkoop van handelsartikelen en
producten.
Het bondsbestuur stelt zich nu voor,
op het a.s. middenstandseongres te Nij
megen de resultaten dezer enquête mede
te doelen en op de in 1908 te Amster
dam te houden middenstands-tentoon
stelling de voordeelen, door Midden
standers met coöperatie behaald, door
graphischc voorstollingen in beeld te
brengen.
De geheele ontwikkeling van de mid
denstandsbeweging in Nederland zal
bovendien op de tentoonstelling in beeld
worden gebracht in een „kroniek", met
statistieken en graphische voorstelling,
liet is ouzekcr of het voornemen om
ook de middenstaudsbeweging, zooals
deze zich in het buitenland ont
wikkelde, hierbij in te begrijpen kan ver
wezenlijkt worden, tengevolge van de
huidige Kabinetscrisis.
Een grappige geschiedenis.
Heel Hal lacht over een reisavontuur
van een kleermaker uit die stad.
Een onbekende ging Maandagmorgen
naar oen bakker en kocht veertig brood
jes, die hij wel betaalde maar niet meenam.
De onbekende ging daarna naar den
kleermaker, die enkele passen verder
woont en vroeg naar een overjas. Men
liet hem er een zien van 40 francs. Hij
vond de jas veel te goedkoop en liet
zich er een toonen van vijftig frans, die hij
aantrok. Toen hij betalen moest, gaf hij
10 francs en zei dat hij niet meer geld
bij zich had.
„Maar gaat u even mede naar den
bakker", zeide hij „hij moot me nog
veertig francs betalen en hij zal ze u
wel geven."
De kleermaker volgde zijn klant naar
den bakkerswinkel, waar nog drie of
vierklanten stonden te wachten. De on
bekende klopte den kleermaker op den
schouder en zei tot den bakker:
Je zult hem de veertig wel geven niet
waar? Ik moet naar 't station en kan
niet langer wachten."
Hij schudde den kleermaker de hand
en verdween
Toen de klanten geholpen waren, kwam
de kleercnkoopman aan de beurt.
„Welnu", vroeg de bakker, „waarin
moet je ze meenomen? Ileb je niet een
mandje bij je?"
Houd me nu niet voor den gek",
antwoordde de kleermaker, je zult me
toch niet allemaal klein geld meegeven?"
Enkele oogenblikken keken beide man
nen elkaar verbaasd aan, zich afvragend,
wie van beiden nu gek geworden was!
Eindelijk werd het raadsel opgelost en
men begreep, dat de kleermaker door een
slimmen oplichter was beetgenomen.
Benoeming van 'n aschbocr
in den Yleutcnschen polder.
De correspondent van het „Ildbl."
schrijft
In de wandeling noemen we hem asch
bocr, maar z'n officicele naam is: man
belast met het ophalen van asch en
vuilnis. Ik noem hem liever de gemeente
reiniging. Dat sluit beter z'n heele
functie in, want hij is ook wel eens
bezig aan den publieken weg, altijd in
de kom van 't dotp, met bladeren op te
scheppen of iets weg te ruimen, dat 'n
paard verloren heeft. Nu was onlangs
onze geheele gemeente-reiniging gestor
ven van ouderdom, 't Karretje, de bezem
en de schop waren nog betrekkelijk
stijf. Langzaampjes duwde hij z'n kar
retje en hij veegde met korte veegjes
de bladeren en de verlorenheden des
paards. Dan kwam de schop op den
grond en niet z'n klomp hield hij de
onreinheden tegen die verdwijnen moes
ten in z'n karrebak. Maar als 't woei,
keek 't oude ventje beduusd naar z'n
klomp, want de met veel moeite bijeen-
gcvecgde bladeren dansten weg onder
z'n krachteloozou voet en hoofdschud
dend prevelde hij„Ze waaie allemaal
vort". Toen is ie maar stilletjes dood
gegaan en de kar, de schop en de bezem
wachtten geduldig op 'n nieuw mannetje.
In de jongste Raadszitting kwamen
B. en W. met 'n voordracht van één
man. 't Was een deskundige, die jaren
lang met schop en bezem gewerkt had.
Toen 't Raadsverslag in Je plaatselijke
krant kwani, keken de menschen gek op.
De deskundige, die voorgedragen was,
door B. en W., had maar drie stemmen
van de vijf aanwezige Raadsleden op
zich mogen vercenigen en de twee ande
ren hadden buiten de voordracht hun
stem gegeven aan 'n onderwijzer op
wachtgeld, die 'n jaar geleden eervol
door den Raad was ontslagen met 'n
extra-bedankje voor bewezen diensten.
De menschen in den polder keken gek
op. Sommigen waren verontwaardigd,
sommigen lachten, sommigen vonden 'i
'n gemeenheid. Ze hebben geen van
allen gesnapt, dat die twee Raadsleden
de meest vooruitstrevende geesten waren,
die de polder bezit. De twee vroede
vaderen begrepen blijkbaar, dat onze
polder in 't centrum van 't land moet
voorgaan om zooveel mogelijk aan de
spits der beschaving te loopen. 'n Asch
bocr, die 'n taal of drie spreekt, waar
hebben ze die? Niet eens in Londen of
in Amsterdam. Maar in onzen toekomsti-
gen wereldpolder hebben we zoo'n mau
voor 't grijpen. We benoemen hem een
voudig, en onze vuilniskar wordt be
diend, heel handig, duur 'n beschaafd
man. De dorpsmen-chen zouden hun
asch en verderen afval zwierig zien
weghalen door 'n oud-ondei wijzer en
met nette gebaren zuil hij die onbruik
bare dingen storten in z'n kar. Hij zou
dat alles doen, misschien met 'n hoed
op, wellicht met'n hoogen zijden. Netjes
zou de gemeente-reiniging voor den dag
komen. Die wachtgelder zou met beide
handen die betrekking aanvaard hebben
-móeten aanvaarden, volgens onzen
geleerden gemeente-klerk op straffe
van z'n wachtgeld te zullen verliezen.
De Puttensche burgervader heeft 't
onlangs aan z'n Raad verzekerd, dat je
'n onderwijzer op wachtgeld alle ge
meente-werkzaamheden kunt laten ver
richten, zooals kachels aanmaken, straat
vegen enz. Zoo'n Veluwsche dorpsbur
gemeester zal 't toch wel weten en die
twee Raadsleden in onzen Vleutenschen
polder, gewoon te zweren bij zulke uit
spraken, hebben die leer in praktijk
trachten te brengen. Ze verdienen daar
voor de hulde van ieder Yloutenscn
mensch, die belang stelt in 't wereld-
polderideaal.
Onze schoolmeester-wachtgelder asch-
man zou 'n sieraad geweest zijn van
den gemeentelijken reinigingsdienst. Hit
alle oorden van de wereld zouden de
menschen naar onzen polder zijn geko
men om zoo'n unirium te zien. Ze zou
den hem kunnen aanspreken in een der
moderne talen en 'n conversatie begin
nen met 'n aschkarmannetjc. In den
Vleutenschen wereldpolder moest dat
kunnen. En de twee Raadsleden zouden
misschien wel zoolang de werkzaam
heden, der gemeente-reiniging willen ver
richten wat hun heel niet slecht zou
afgaan.
Jammer, dat er geen derde Raadslid
zoo wijs was als deze twee. Nu worden
we weer begiftigd met zoo'n allerge
woonst straatvegertje. Geen tweetalige
garde-champêtre in Ilaarzuilcn en geen
nog-ineer-talige vuilnisman in Vleuten.
We komen er op die manier nooit. W'e
blijven 'n verschrikkelijk achterlijke pol
der, met hoogstens twee Salomos, wier
nair.cn ik helaas niet kan meedeelen.
omdat er met gesloteu briefjes is ge
stemd.
Het regende straaltjes. Langs den weg
kant stroomde het vuile sop in gootjes
weg. Sinister brandden de lantaarns, in
droeve eenzaamheid gloeiend tegen het
fond van vervagend geboomte achter het
nat gordijn, aldus „De Zwerver" in het
Bat. Nbl.
Doodstil in de straat.
Plotseling wordt het zwijgen echter
verbroken. Door commando's met lallen
de grogstem, gepreveld meer dan ge
sproken.
„Voorn... waarts marsch! Een
twee, een twee... halllt!"
Het blijft bij de commando's.
Geen stap, geen wapengerinkel, niets...
alleen commando's. Nou is het stil'
Wat drommel zou het zijn?
Nieuwsgierigheid brengt 'me op den
stoep.
Ik zie niets,... ja toch, een figuur,
sliknat.
Daar gaat ze weer.
„Rechtsom keert... marsch!
Nee, niet marsch... Nog ééns: rechts
om keert hallt! Zoo!"
Jan Fuselier. Waggelend een beetje,
maar dat kan komen van de gladdig
heid buiten.
Maar de man is alleen! Of zou er
toch een sectie bij hem zijn? Neen ik
zie niets. Alleen stralen regen, gloeien
de lantaarns, glibberige straat en fuselier.
Daar is i.
„Nou, allo... opgepast! Voorrr
waarts marrrsci)!... Links hnuen,
Jaap... Een, twee... een, tweeMet
verdubbelde rotte rechts
Maar hij schijnt in te zien dat zijn
eigen enkelvoudigheid het verdubbelen
belet en hij commandeert weer:
„Met rotte rechts... marsch!"
De berm stuit hem niet, maar wel het
prikkeldraad en de goot. In ontzetting
krijt hij:
„Hallt!"
Hij staat ouder een lantaarn.
Ik zie hem nu goed. Hij drijft. Den
helm heeft-i in de hand; ze is vol van
hemelzegen, want den bol houdt hij
omlaag.
Straaltjes verspattenop zijn hoofd
klets, klets, klets.
„Zwenken mannenZwenken.... Pot-
verdori.... wat een hitte!"
Met zijn mouw veegt-i zich het gelaat
schoon van het zweet, zeker.
Dan waggelt-i weg, de Mars-zoon in
den dienst van Bacchus:
„Voorrr waarts.... marrsch! Een,
twee, links, rechts, links rechts,...
links,.... rechts....
Daaruit leeren wc alweer, hoe gek een
mensch kan doen, wanneer hij zich stelt
ouder de vleugelen van Koning Alcohol.
Dan worden er streken uitgehaald, die
wel eens grappig zijn, voor het weinig
nadenkende publiek althans, maar ook
helaas meer dan eens doet men dingen,
waarover men later diep berouw heeft.
Grappig was vaak het mannetje waar
van de Rottcrdamsche correspondent van
Het Handelsblad ons in het volgende
verhaalt.
Wanneer men ooit gedacht had dat
iemand tot het plegen van een moord
in staat was, dan was dat zeker niet
gedacht van den practizijn Jacob van
Crcveld.
Jacob i6 op twee plaatsen in Rotter
dam een goede bekende, en wel op het
Abattoir en in de zittingen van de
Kantongerechten, maar wanneer ooit
iemand plagerijen te verduren heeft ge
had, dan is het Jacob. Maar niet alleen
stond hij op het Abattoir bloot aan
plagerijen, maar ook aan mishandelingen.
Men zag Jacob zoo zelden zonder-
blauw oog, schrammen of builen in het
gezicht of op den neus. We weten het,
slagers zijn hardhandig, en als ze voor
den „geleerden practizijn" een zaakje
te behandelen hadden, dan bestond zijn
salaris voor een groot gedeelte uit slaag
en jenever.
Jaap lust graag een borrel en vooral
als die door een ander betaald wordt.
Op dit gebied staat hij op dezelfde lijn
als een ander Rotterdamsch straattype,
bekend als „De Duikelaar". Had hij
het geluk een zaakje te wiunen, dan
kreeg hij er ook wel gold bij, maai
bij verliezen werd dat aangevuld met
plagerijen en scheldwoorden.
Voor de kantongerechten haalde Jaap
altijd wetsartikelen aan van vier cijfers.
Drie cijfers was hem te min. 1492 B.
\V. en 1850 B. W. waren zoowat op
alle zaken toepasselijk, en dan schermde
hij altijd met arresten van den Hoogen
Raad, ook al was door dat hoogste
rechtscollege nooit een arrest in zulk
een zaak gewezen. Dit bleek nog kort
geleden toen hij een visscher zou ver
dedigen die met een hoepelnet had gc-
vischt. Ook toen beriep hij zich op een
arrest van den Iloogon Raad. Mag ik
van den gemachtigde weten vraagt
het O. M. waar dat arrest te vinden
is? Het antwoord van Jaap luidde: Ik
ben hier niet om als leermeester van
het O. M. te fungeeren.
Het was altijd amusant Jaap te hoo
ien. Hij haspelde alles door elkaar,
zoodat niemand er iets van begreep, en
natuurlijk hij zelf ook niet.
Een hoofdagent deelde mij mede dat
hij pas te 12 uur zijn roes had uitge
slapen, en dut toen duidelijk bleek dat
hij van de geheele moordgeschiedenis
niets wist.
Ja, ja die drank brengt wat ellende
in lie wereld.
Gelukkig dat het aantal steeds groo-
ter wordt, dergenen, die zich scharen
onder Do Blauwe Vaan om liet drank-
ebi'uik zoowel als hot misbruik te be
strijden. Jammer evenwel, dat het positieve
van dien arbeid vaak zoo weinig aan
't licht treedt. Anders is dat in de
noordelijke landen, waar zooals men
weet, het drankmisbruik sterk heerscht,
Door de overheid worden tal van po
gingen gedaan, 0111 aan deze volkskwaal
paal en perk te stellen. De wetgever
is streng, de opvoeders van liet volk
trachten te doen wat er tegen gedaan
kan worden.
Zoo lazen wij (lezer dagen een eigi n-
aardig middel, dat, met goed gevolg,
werd toegepast. In een kleine plaats
had de burgermeester van zijn be
voegdheid gebruik gemaakt en laten
afkondigen, dat bij elk geval van open
bare dronkenschap de overtreder een
bediag van 2.50 kroon zou storten in
de gemeentelijke armenkas. Deze bocle
werd natuurlijk met tegenzin betaald;
en omdat er veel gedronken werd in
het bewuste plaatsje, werd er ook veel
gemopperd.
Toen bedacht de burgemeester er het
volgende op: hij stelde zich in verbin
ding niet den predikant, en deze las
voortaan eiken Zondag van den kansel
in de af Zweden gebruikelijke dankbe
tuigingen ten behoeve der armen van
de plaats.
De gemeente-loden kregen dus te
hooien: „Door smid Anders is 2.50 kr.
in de armenkas gestort; door metsclaai'
Peters is 2.50 kr. in de armenkas go.i
stort; door enz."
Iedereen begreep natuurlijk hoe de
vork in den steel zat, en wat er achtci
deze vrijgevigheid school. En geen1,
openlijke dank, maar welverdiende be:
spotting was liet deel van deze lief',
dadige drinkebroers.
Men kan zich echter niet voorstellen!
hoe goed het middel werkte, En beter
dan de zwaarste straffen stuitte deze
openbare dank, vau den kansel afge-
lezen, hun drankzucht.
Voor den Doopsgezinden Kring won,.
Zondagmorgen half elf in het Loge
gebouw, van Persijnstraat 1een gods
dienstoefening gehouden, waarin aL-
spreker zal optreden Ds. E. M. ten Catt
van Apeldoorn.
Bij Kon. besluit is benoemd tot rech
ter-plaatsvervanger in de Arr.-Rechtban!
te Utrecht mr. W. A. van Zijst, docttifi
in de Staatswetenschap, advocaat el
procureur aldaar.
Door het Hoofdbestuur van den Boni
van Nederlandsche Onderwijzers en dj
afdeeling van dien Bond, is een oi
zegel gesteld verzoek, gecontrasigneeu
door Mr. J. C. Post, advocaat te Amstci,
daui, tot Burgemeester en Wethouder!
onzer gemeente gericht, met het verzoeta
uitbetaling te doen inzake tijdelijke diensll
jaren .van onderwijzend personeel.
De algemcene vergadering van di
Verceniging „Het Groene Kruis" wordt
zooals uit de in dit blad voorkomend;
advertentie blijkt, Donderdag 28 Maan-
in de Arend gehouden.
We herinneren aan den Voordrachten
avond van de Muziekschool, hedei1
avond in Amicitia te houden.
De paardenartsen 2e kl. (Ie luitfj
nants) R. W. Klerk de Reus en
Kuipers, die gedurende 6 maanden b
de Rijschool gedetacheerd waren, wo;
den, primo April ingedeeld resp. bij hi
le regiment veld-artilleric alhier en b
het 4e regiment huzaren te Ueventew
Mej. A. J. HarteringDe Graal,.,
binnenmoeder van het Sint Pieters- f3
Bloklands-gasthuis, is Zaterdag, na laiij^j
durige ziekte, overleden.
De Vcreeniging tot bevordering raiS
liet Vreemdelingenverkeer houdt Bod
derdag a.s. haar algemcene jaarvergij
dering in De Zwaan.
Punten van behandeling:
1. Jaarverslag over het afgeloopr
jaar.
'2. Rekening en verantwoording Vis
den penningmeester.
3. Benoeming van een commiss
tot het nazien dier rekening.
4. Verkiezing van drie bestuurslede
wegens periodieke aftreding. Vacatui
de heeren J.—van der Horst Biuyn. I
L. Celosse en A. M. Tromp van Hok
5. Hcdedeclingen.
De alhier bestaande Fiiesche ver
niging is wegens gebrek aan bclai:
stelling opgeheven.
Concours hippique? Toen ve
leden jaar, bij gelegenheid van de lam
bouwtentoonstelling, het concours hipp
que zoo uitmuntend geslaagd wal]
liepen er geruchten, dat een commissi
zou worden gevormd, welke in dtM!
vervolge meer dergelijke hippische fee ',]1
ten zou organiseeren. Sedert dien tijjffl
hoorden wij er niet nieor over spreke; -
dus vermoeden wij dat de zaak van t
baan is. Toch is dit wel jammer, dai
Amersfoort er zoo uitstekend voorgel
gen is en hier zulke goede terreinen I
krijgen zijn. Zou er in dit groote gi -
nizoen, waar zooveel officieren van t
reden wapens en andere sportliefhebbt
wonen, waar zelfs de Rijschool gevcsti;
is, niet eens iemand het initiatief will
nemen om de zaak weer aan de orde J
stellen? Op den steun van „Vreemd
lingenverkecr" en van de Pers zal 1
zeker kunnen rekenen.
A. D.ï
J.l. Zondagmiddag werd er op h
U. V. V. terrein de in het nummer ï-
Zaterdag vermelde proefwedstrijd p
specld voor hel vormen van het U. I
V. B. elftal.
Met den aanvang kwam er nogal et,
flinke stortbui, waardoor het terrein el
glibberig werd, wat voor een zandgron
speler erg moeilijk is. Er is tot op hedi
ook maar één zandgroudspelcr defend
in het U. P. V. B. elftal op genomen,'
heer Nieuwenhuijzen van Quick.
Eenige goede spelers van Quick lit'
ben bedankt om zitting te nemen ink
bondselftal, door te drukke werkzaal]
heden voor hun lessen, zoodat de coa