No. 29.
Woensdag 10 April 1907.
4e Jaargang.
I Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
1
Wees U
t
Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER".
Denkt er om.
De operatie.
FEUILLETON^
Fuif-avond.
Viervoetige meteorologen.
Allerlei.
Verschijnt
Woensdags en Zaterdags.
Bnrean
Kortegraclit 1.
Abonnementsprijs
Per jaart 3.00
Franco per post- 3.50
Per 3 maanden- 0.75
Franco per post- 0.90
l'rijs der advertenticn
Van l.tot 5 regels0.40
vooi iederen regel meer0.08
(Bij abonnement aanmerkelijke korting.)
De Kiezerslijst voor 1907 is wel 15
Februari voor loopig opgemaakt,
doch de vaststelling geschiedt eerst
op 1 5 II e i a.s.
'-Van 23 Maart 1.1. af ligt de v oor
loop ige lijst op de secretarie, der
gemeente ter inzage.
.liet is voor ieder kiezer, tot welke
categorie van kiezers hij behoort, dure
plicht die lijst eens te gaan inzien. .En
dat om twee redenen.
Ten eerste om te zien of hij zelf er
w e 1 op staat. Ten tweede om te zien
of er ook anderen op staan, die er
niet op hooien. Vooral in de kleinere
plaatsen, waar de burgers elkaar onder
ling kennen, heeft zulks wel eens ver
rassende resultaten.
Niemand mag den kiezer de ver
langde inzage weigeren. Art. 29 der
Kieswet zegt:
IH „Tot en met den ïöden April
is een ieder bevoegd bij het
gemeentebestuur verbetering
van de door dat bestuur vast
gestelde Kiezerslijst te vragen,
op grond dat hij zelf ofeen
ander, in s t r ij d met de wet,
daarop voorkomt, niet voor
komt of niet behoorlijk voor
kom t."
15 April is kort dag. Denkt er
dus om.
I De oplossing der Kabinets-crisis, waar
toe thans is besloten, vervult ons inct
diep leedwezen.
Hebben wij de mannelijke houding
van het Kabinet toegejuicht, dat zich
één verklaarde met den Minister van
Oorlog, en heenging toen deze door het
onverantwoordelijk votum der coalitie in
de Eerste Kamer ten val werd gebracht,
J ten zeerste betreuren wij dat het ten
In het ganschc gebied van zucht naar
veranderingdie het vrouwelijl; geslacht
kenmerktis die naar verandering van
haar naam wel de sterkste.
Het had den heelen dag al gedreigd.
iMgEen grauwe lucht hing treurig-triest over
v,,de stad, vervaagde met motgrijzen nevel
de kantige daklijnen en hoekige gevels
van de vaal-gecl gepleisterde huizen-
frouts langs de singels.
Bijna bladstil, zag men nu en dan door
dunnere nevellagen heen den onbestem-
^den vorm van de groote kerktoren op
azen; dra weer zich krullen in ijle
dampwolken, als om zich even te over
tuigen, dat alles daar om hem heen nog
wel stond, zooals hij dat al jaren zoo
gevonden had en tegelijkertijd het men-
schelijk geheugen wat aan te scherpen bij
mogelijk vergeten van zijn bestaan
Het was in de Kerstweek en in over
eenstemming met andere jaren had hij het
bizonder volhandig. Wel hoorde hij op
vaste tijden van den dag een dof ge
dreun opstijgen, waarschijnlijk van het
slotte heeft toegestemd in dc operatie
en zich een zijner leden heeft laten
amputeeren.
Wij betreuren dit, omdat daarmee dc
toeleg der Coalitie is gelukt eu deze
zegeviert.
Wij betreuren het bovenal teiwille van
het Ministerie zelf. Eerstens heeft
het hiermee een groot deel van do ge
wonnen sympathie ingeboet; tweedons
heeft het zich noodcloos verzwakt. De
gevolgen dezer operatie zullen zich blij
vend doen gevoelen en de toch al niet
sterke patient zal thans minder dan ooit
bestand zijn tegen de aanvallen waaraan
hij voortaan ^al blootstaan, nu men weet
wat daarmee bereikt kan worden. Het
wachtwoord door de „Standaard" gege
ven „tegen Staal en diens maatregelen",
zal nu luiden: „tegen de finaneieelc
voorstellen en De Meester". De coalitie,
men heeft het gezien, kent geen nationaal
belang, slechts partijvoordeel en dc een
maal toegepaste, nu met goed gevolg
bekroonde taktiek zal onverbiddelijk
worden voortgezet.
De Ministers, wij zijn er van overtuigd,
zijn gezwicht voor redenen van Staats
belang. Doch hoe eervol dit motief moge
zijn, het blijft daarom niettemin een
politieke fout, waarmee de tegenstander
zijn voordeel zal doen.
N. A. Ct.
Van prof. Buys Ballot vertelt men op
(le Ycluwc het volgende
De hoogleeraar logeerde ergens in
die streek en maakte op een mooien
dag een wandeling over de heide.
Hij ontmoette een schaapherder, en
maakte met deze een praatje over het
mooie weer.
Vertrouw er maar niet te vast op,
mijnheer, zeide dc schaapherder
en ga niet te ver, want binnen een uur
komt er een bui.
De beroemde meteoroloog geloofde er
niets van, en ging verder.
Het gebeurde evenwel, zooals de her
orgel, maar wat bctcekcnde dat zwak
geluid bij zijn helder, klankscherp klok-
keögcspeel, ver doorklinkend in de dunne
vrieslucht en dan daarna de dreunend
zware slagen van z'n uurwerk, mijlen
in 't rond te hooren; zoo massief-zwaar,
dat-ie er zelf van schudde?
Maar nu in den mist, nu verdoften
z'n heerlijkste tonen tot een kort ineen-
geduwd geluidje, aan alle kanten dade
lijk afgerond en gesmoord.
Slaat-ie daar al zeven uur, Siep?
De persoon in kwestie eigenlijk naar
ziju vader Siebreclit genoemd, voor 't
gemak maar verkort tot Siep keek
van z'n Pick-me-up op, kwasi in cven-
na-luisrorcn naar de weggegleden tonen
geloof 't wel, moe. Het komt er niet
makkelijk doorheen, hé, met dien mist!
JSTee jongen, het is ongezond weer nu;
je gaat vanavond zeker niet meer uit,
wel? Je weet, wat dokter gezegd heeft?
Jawel moe, maar dat heeft met dat
niets te maken; ik heb het niet aan de
longen, of zoo iets!
Nee, Goddank niet; maar je kunt
toch niet voorzichtig genoeg zijn. Je
weet dat we Luns en Tony Gorcum
krijgen vanavond Ze zouden wat muziek
komen maken.
Zoo nou, dan spijt het me, dat er
weer een gelegenheid voorbijgaat, om die
wondermenschen te mogen complimen-
teeren maar ik moet noodzakelijk
naar Dolf vanavond; overmorgen gaat-ie
der had voorspeld. Een uur later kwam
hij druipnat langs de plaats, waar de
schaapherder stoud te schuilen onder
een afdak van plaggen.
Maar vertel me nu toch eens,
zei Buys Ballot hoe kon je zoo zeker
weten, dat het binnen een uur regenen
zou. Ik west ook wel wat van het weer,
maar ik had er op durven zweren, dat
het goed weer zou blijven.
Wel, meneer antwoordde do
herder lachend zie je daar dat zwarte
schaap? Nou, as die met z'n staart
kwispelt, dan komt er vast en zeker
binnen t uur regen.
Een dergelijk geval vertelt het 1 b u m
der Natuur:
Koning Lodcwijk XI was eens dooi
den voornaamste zijner sterrenwichelaars
goed weer voorspeld voor een jachtpartij.
Onderweg kwam de stoet een kolen
brander voorbij, die dringend waar
schuwde, dat er binnen een paar uur
een hevig onweer zou losbreken. Mcu
aarzelde wat te doen, doch de Koning,
aan de voorzegging geloof slaande,
maakte rechtsomkeert en kwam nog
juist vóór dc onweersbui in zijn slot
terug.
Den volgenden morgen liet hij den
kolenbrander ontbieden en vroeg hem
hoe hij do kunst om bet weer te voor
spellen geleerd had. Sire, luidde het
antwoord, ik versta die kunst in 't ge
heel niet, maar ik heb een weervoor-
speller thuis en dat is mijn ezel. Als
er een onweersbui in aantocht is, laat
hij kop en ooien hangen, wil niet
vooruit en wrijft zich tegcu den muur.
Van morgen deed hij dat ook en zoo
kon ik Uwe Majesteit een plasregen
voorspellen. De Koning gaf den man
een ruime belooning, stak den draak
met den astroloog en zei: „Deinceps
alio non utar astrologo quam carbonio".
d. i. voortaan zal ik geen ander astro
loog raadplegen dan den kolenbrander.
Als 't hem ingevallen was, zou hij
wellicht gezegd hebben: In 't vervolg
houd ik mij alleen aan de voorspelling
van viervoetige ezels."
Ik houd niet van een zeereis. Een
zeereis doet je goed, wanneer je er een
paar maanden mee kunt doorbrengen,
maar voor een week is het iets ellendigs.
Je vertrekt 's Maandags, met het in
naar Frankfort, voor goed, en morgen
wou-ie den dag voor zichzelf houden.
Wordt dat weer een fuif, volgens
jullie?
Nee, dat niet; gewoon. Wij gaan met
ons allen naar Central, hij zou zoo iets
van een soupeetje geven, heel kalm.
Ja, maar kom dan niet al te laat thuis;
de dames moeten ook nog thuis gebracht
worden.
Kan Henk dat dan niet doen voor
dezen keer
Nou zit je net op je gemak en dan
ineens: O ja, neem me niet kwalijk,
zeg, maar 'k mot weg sleepdienst,
zie je? Nog al leuk, als je altijd den boel
in den war moet schoppen!
Gut Siep, is dat nou zóó vreeselijk?
Je kunt qjr toch wel even uit; dan ga je
maar naar de lui terug, als dc dames
thuis ziju en bovendien, Henk kan
toch niet dat eind met die zware cello
sjouwen? Doe het dan maar voor dezen
keer; je doet er mij een plezier mee.
Mevrouw Versteeg wist wel, voor welke
argumenten haar zoon zou zwichten. Ze
hielden heel veel van elkaar, veel te
veel, om elkander opzettelijk tc kunnen
dwarsboom en. Een klein gevoel van wre
vel evenwel kon hij toch nooit onder
drukken bij dc opdracht van dergelijke
karweitjes.
Siep Versteeg, de leuke, rijke, overal
getapte Siep, was onder z'n vrienden
de man en nu tegenover z'n moeder
je ziel gewortelde denkbeeld, dat je
nu eens pieizier in uw leven hebben
zult. Gij wuift een vluchtig vaarwel toe
aan de vrienden op den vasten wal,
steekt een pijp op en wandelt over liet
dek rond of gij Heemskerk, Do Ruyter
en Christophorus Columbus in één per
soon waart. Dinsdag woudt ge, dat ge
toch maar liever niet was gegaan. Woens
dag, Donderdag, Vrijdag eu Zaterdag
woudt ge dat ge dood waart. Zaterdag zijt
ge in staat een slokje bouillon naar binnen
te werken en een poosje op het dek te
komen zitten. Zondags gaat gc weer wat
rondloopcn en wat vasten spijs gebrui
ken en 's Maandags, als ge weer van
boord moet, begint ge het werkelijk
aardig te vinden.
Een vriend van mij ging een week
lang een reisje langs de kust doen en
eer men vertrok, kwam de hofmeester
hem vragen, of hij voor eiken maaltijd
wilde betalen of wel vooruit voor den
duur der reis. Dc hofmeester beval de
laatste regeling aan, omdat dit veel goed-
kooper uitkwam. Voor ontbijt zou hij
krijgen visch, gevolgd door gebraden
vlecsch; voor lunch, om 1 uur, vier ge
rechten; voor diner, om 6 uur: soep,
visch, vlcesch, ham, gevogelte, salade,
ijs, kaas eu dessert. En om tien uur een
licht vlecschsoupcr.
Mijn vriend vond, dat dit met zcvcn-
en-twintig gulden inderdaad niet duur
was betaald en dat hij de overeenkomst
dus maar moest aangaan. Hij is ecu flink
eter hij verbond zicli dus.
Dc lunch werd juist opgediend toen
zij een mijl in zee waren. Hij had niet
zoo'n ergen trek als hij wel gedacht
had en dus stelde hij zich tevreden met
een beetje bouillon en wat aardbeien met
slagroom. Na den middag bleef hij een
tijd lang in gepeins zitten en het scheen
hem het cenc oogenblik toe dat bij weken
lang niet anders dan bouillon had ge
geten en het andere oogenblik verbeeldde
hij zich, dat hij jaren lang van aardbeien
met room geleefd had.
Noch het vleesch, noch de aardbeien
met room schenen zich gelukkig te ge
voelen, integendeel beide schenen
even ontevreden te zijn.
Om zes uur kwam men zeggen dat
het diner gereed was. Deze inededeeling
verwekte geen geestdrift in zijn hart,
maar hij bemerkte, dat hij toch iets van
de 27 gulden verwerken moest en daar
om hield hij zich aan touwen en allerlei
stond hij als de kleine Siep, haar kiud,
dit ze van heel klein af verzorgd onbe
dorven had, van wie ze hield boven de
andoren kinderen, omdat hij heel vroeger
veel gesukkeld had.
Nou goed! Hij zou het dan wel doen.
Als z'n moeder dan maar zeggen wou,
hoe laat hij hier weer moest ziju.
Een uur of half elf, is dat goed?
O, ja, ze begonnen toch niet voor ruim
elf uur te soupeerenhij zou dan nu
maar meteen naar Dolf z'n kamer gaan,
anders wist-ie weer niet, waar-ic bleef.
Dag moe! Tot straks dan.
Dag jongen! Wacht es, hoor es
even uee, hier dicht bij mij, ik moet
je wat gehciuis zeggen.
Siep, geen kwaad vermoeden, buigt
z'n hoofd naar haar toe, voelt op eens
z'n moeders lippen in z'n aankomend
snorretje kriebelen. Je bent mijn
goede Siep, hoor! dank je wel.
God, wat flauw! Nou, adio!
Ze voelde hem nu weer heel ver van
zich af.
Onderweg kwam hij tot overmaat van
ramp de beroemde celliste, ook nog tbgen;
met hare zuster. Zou ie nou doen of-ie
niks zag? Nee, da's toch een beetje te
ek. Ze hadden hem trouwens toch al
gezien met haar kwasi niets-zoekende
oogen van dames, die haar laatste troe
ven tegen het celibaat uitspelen.
Diep hocd-zwaaiend passeerde hij met
een witbeleefdheidslachje, makend bij
andere dingen vast en ging naar bene
den. Een lekkere lucht van vlecsch en
visch en groenten verwelkomde hem
onder aan dc trap en dc hofmeester
kwam hom allerwelwillendst tegenmoet
om te vragen:
Wat mag ik u voorzetten, meneer?
Zet me hieruit, was het nauwelijks
verstaanbaar antwoord.
En ze hielpen hem gezwind naar boven
en zetten hem recht op met zijn hoofd
over de verschansing en lieten hem daar
zoo staan.
Gedurende do volgende vier dagen
rekte hij op uiterst sobere en zeer onbe
rispelijke wijze zijn leven met stukjes
scheepsbeschuit en sodawater, maar tegen
Zaterdag knapte hij weer wat op en
kwam hij een beetje thee en geroosterd
brood vragen
's Maandags dorst hij weer wat kip
pensoep eten. Dinsdags verliet hij de
stoomboot en toen zij van dc piei afvoer,
koek hij haar met zeer bedroefde blik
ken na
Daar gaat ze nou, dacht li ij, daar gaat
ze nou met mijn vijf-en-tvviutig gulden
eten en drinken aan boord, dat mij toe
komt en dat ik niet heb gekregen.
Als hij nog één dag langer aan boord
was gebleven, zei hij, zou hij misschien
alles achter elkaar naar binnen geslagen
hebben.
Maar gelukkig, dat hij dat ook niet
heeft kunnen doen, wie weet hoe lang
hij dan over de verschansing had moeten
staan.
Ja, ja zoo kun je wonderlijke avon
turen beleven te water, ofschoon het
land in dat opzicht ook niet achter be
hoeft tc staan. Daar weet mijnheer Jan
sen van mee te praten, die eenige weken
terug een allerzouderlijkst avontuur had
metzijn eigen vrouw.
Op zekeren dag overhandigde ui. me
vrouw Jansen haar man een brief mot
het verzoek dezen eerst te openen wan
neer hij op zijn bureau was. Eonigs-
zins verwonderd nam mijnheer Jansen
den brief aan en begaf zich zoo snel
mogelijk naar zijn kantoor, want de zaak
kwam hem erg zonderling voor.
Hij opende den brief en las: „Lieve,
lieve man! Ik moet je noodzakelijk een
bekentenis doen; den bekentenis die je
zeker groot verdriet zal doen; maar je
moet alles vernemen, wat daarvan ook
komen mag. De geheele afgeloopen
week heb ik 't geweten, dat dit oogen-
zichzclf de opmerking, dat zij eenigszins
blijken van teleurstelling gaven, in, bel
vooruitzicht hem vanavond weer niet
thuis te vinden.
Het liet hem echter vrij koud; toch
mopperend nog in zichzelf iels van:
mooie sterren aan den muzikalen hemel
sloeg hij nijdig een dwarsstraat in, de
straat, waar Dolf woonde.
Iu Central zaten Gei Breukirian en de
lange Keiler al aan hun oude stamtafel,
toen hij met Meinders binnenkwam.
Móge móge; zoo, zijn jullie er al?
Nog niet. Wc hebben alvast maar
besteld.
Niet volgeus conditie, kwam Dolf.
Vanavond is alles voor mijn rekening,
dat weet je!
Wie zegt je, dat je dit ook niet mag
betalen en dan geur nou goddorie
niet den heclen dag met die mooie be
trekking in Frankfort. We weten nou
wel, dat een kleine financieele restau
ratie je op 't moment goed te pas komt;
iedereen is niet zoo gelukkig zulke krui
wagens te hebben.
Wees nou nier stekelig. Lange, maan
de Siep er tusschen door; liet is onze
laatste avond.
Wel verdikkeme! dan zou ik nog niet j
eens
Hei Frits! Aauneme, galmde Dolf dooi
de zaal heen.
Meneerrr! Kom bij u! flauwde de kcll-
ncr terug en bij z'n schuiven tusschen