No. 48. Zaterdag 15 Juni 1907. 4e Jaargang. Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". Wees 11 Zelf! Directeur WerRhelm. Lezing-Thomson. FEUILLETON. DE EEMLANDER. Verschijnt Woensdags en Zaterdags. Bureau Kortegraeht 1. Abonnementsprijs Per jaarf 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 PHJs der a<l ver teil tien Van 1 tot 5 regels0.40 vooi iederen regel meer0.08 Bij abonnement aanmerkelijke korting.) Woensdagavond, aan den vooravond van de verkiezing voor de Provinciale Staten had de Eiesvereeniging „Amers foort" een openbare vergadering belegd in de Kroon, waarin als spreker optrad de lieer L. W. J. K. Thomson, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. De zaal was stampvol. Nadat de voorzitter de heer F. M. van Veen met een kort woord de vergade ring geopend had, begon de heer Thom son zijn teleurstelling er over uit te spreken, dat Zuid-Ilolland zooveel blijde verwachtingen had te niet gedaan. De rechtsche partijen hebben in Zuid-JIol- land gewonnen, dat is helaas een feit en het kan slechts nog als spoorslag dienen voor de. vrijziunigen in andere provinciën om in zoo groote getale mogelijk op te komen. Spr. wijst op de groote beteekenis van de verkiezingen voor de Provinciale Staten en dat wel om de dubbele rol, die de Staten hebben te vervullen. In de eerste plaats, die als bestuurs lichaam der provincie, omdat de wijze, waarop een gewest wordt geregeerd, afhangt van de stuwende kracht, die van de Statenvergadering kan uitgaan; slechts wanneer dat college bezield is door een levenwekkend beginsel, zal het mogelijk wezen, dat er nieuw leven uit voortkomt. Uc Statenvergadering is niet meer, wat ze eertijds was: een zuiver admini stratief samenstel, dat terecht in de dagen van Groen van Prinsterer vergeleken kon worden bij een onmondig kind. Zij heeft zich onder den heilrijken invloed der vrijzinnige opvattingen in onze staats instellingen weten op te heffen tot een college, dat een zelfstandige taak heeft te vervullen met een eigen roeping. Spreker gaat uitvoerig na de taak van de Provinciale Staten, in het bijzonder van de Gedeputeerde Staten. Zal deze taak van handelen zoowel als van leiden, Alle deugd met voorbedachten rade deugt niet veel; gevoel of geivoonte is hef waar 't op aankomt. Vrij naar 'f Duitsvh VAN MORITZ VAN REICIIENBACH. 18 Meta besteedde voor dezen avond nog grootere zorg aan haar toilet dan ge woonlijk. En met liet resultaat kon zij tevreden zijn. Kostbare Venetaanschc kant lag rond haar mooie borst, sneeuw wit kwamen hare schouders bij het fluweel dat haar lichaam omsloot en een sterrenhemel van brillanten schitterde in haar blonde haar en rond haar hals. Onder de kroon van de schilderijen zaal trad Sontheim, dien zij verzocht had dien avond „de zoon des huizes" te spelen en daarom wat vroeger gekomen van wetgeven, besturen en uitvoeren beheerscht kunnen worden door een vooruitstrevenden geest, zal levens kun nen blijken, dat het sociale element bij do uitvoerende taak der zelfstandige provincie besturen meer en meer tot zijn recht komt, dan is het noodig, dat de mannen, tot die waardigheid geroepen zijn van vooruitstrevende beginselen, van vrijzinnige opvatting. Daarom is het allereerst, voor de provincie zelve dus, noodig en goed, dat de verkiezing der Staten geleid wordt door staatkundige beginselen. Niet mag worden gedoogd, voor zoover men innig overtuigd is, dat slechts ware vrijzinnig lieid al onze handelingen behoort te kenmerken, dal het kerkelijk exclusivisme zich meester maakt van onze bestuurs lichamen, het exclusivisme, hetwelk vrije overtuiging op staatkundig en godsdien stig gebied belet. Doch in de tweede plaats is de samen stelling van de Statenvergadering van groot gewicht, om den invloed van dat college op het algemeen landsbestuur, om haar taak als verkiezingscollege voor de Eerste Kamer, een taak, die na de staatkundige gebeurtenissen der laatste maanden meer nog zich op den voorgrond heeft geplaatst. Juist liet feit, dat de Staten zeggen schap hebben in de afvaardiging van de leden der Eerste Kamer, noopt, nu voor al, dat men slechts hen tot Statenlid verkieze, in wier politieke denkwijze de waarborg gelegen is, dat zij, wanneer het oogenblik daar is, slechts vooruit strevende mannen naar de Hooge Ver gadering in het -Binnenhof zullen af vaardigen. Dat is het vooral, wat aan de a.s. ver kiezingen overwegend belang schenkt. Na liet gebeurde met de oorlogsbegroo- ting en met hetgeen te wachten staat straks bij het arbeidscontract en later nog als de eiseh van het kiesrechtvraag- stuk zich doet hooi en, heeft zich op den voorgrond gedrongen de noodzakelijk- was dan de andere gasten, haar tege moet. Ebba ziet er prachtig uit," zeide hij Jiaar de hand kussende. „IJ zult succes van haar hebben." Geen woord van bewondering voor haar zelf. Is Ebba er dan al?" vroeg zij, terwijl een wolkje over haar gezicht trok. Zij had zich nog willen overtuigen dat de ontvangkamer in orde was en dan bij het aankteeden van Ebba willen zijn. Zij had ook het rollen van Sonthciin's rijtuig gehoord en had hem willen ont moeten voor de anderen kwamen. Ebba is in de bibliotheek" ant woordde hij, ze kwam er zoowat vijf minuten geleden, we maakten nog iets voor de cotillon in orde." Hij glimlachte en op het zelfde oogen blik kwam Ebba door de deur van de bibliotheek binnen. Zij droeg een luch tige roze japon met een nauwsluitend satijnen keurslijf van de zelfde kleuren een enkele roos in het haar zij zag er uit als de verpersoonlijking van de jeugd. Achter haar kwam Werkholm, van wiens aanwezigheid Sontheim uiets gezegd had, daar Ebba voor hem verre de hoofd persoon was. Kijk eens, ziet Papa er niet netjes uit in zijn nieuwe rok? ik ben trotsch op hem!" babbelde Ebba eu terwijl Meta bjj zich zelf dacht dat Ebba in haar bal toilet mooier was dat zij verwacht had, lieid, dat ons volk zich althans dat aan deel behoort te verzekeren in de samen stelling der Eerste Kamer, hetwelk bij de getrapte verkiezing althans bereikbaar is. Spreker erkentdat aandeel is niet groot; het feit, dat de kiezers beginnen te beseffen, hoe noodig hun medezeg genschap is, veroordeelt die getrapte verkiezing. Men kan er van zekere zijde op af geven, dat de kiezers van Baarderadcel aan den vooravond der Statenverkiezin gen den wensch hebben te kennen ge geven, dat de Statenleden niet tot een herkiezing van mr. van Houten, een der principiecle bestrijders van Staal, zullen medewerken - - en inderdaad strookt een dergelijke optreden niet met de be doeling van de Grondwet niettemin valt een dergelijk symptoom, naar sprekers meening, ten zeerste toe te juichen, om dat het een duidelijke aanwijzing is, hoe het politiek leven onder ons volk aan kracht wint en hoe in de samenstelling der Eerste Kamer indien althans dat lichaam door de meerderheid van het volk nog in de toekomst geduld wordt noodzakelijkerwijs verandering be hoort te komen. Evenals men vrijzinnige mannen kiest in de Staten, omdat men de overtuiging heeft, dat zij weer mannen van diezelfde politieke gezindheid naar de Eerste Ka- mor zullen zenden, zoo ligt het precies in dezelfde lijn, dat men'waar het leger- vraagstuk in de eerstvolgende toekomst om hervorming roept, heel verkeerd zou doen om volgelingen van 'l Hooft, van Ver meulen of van Houten als Eerste Kamer kiezers een mandaat Ie schenken. Slechts op hen, die geheel de vrijzinnige opvat tingen deelen, moet de keuze gericht worden, want slechts door hunne bemid deling zal op den duur een krachtig en vast liberaal beleid mogelijk worden. Ziedaar, in enkele woorden de groote beteekenis van de verkiezingen voor de Provinciale Staten, verkiezingen, die vooral relief hebben gekregen door de was er iets prikkelends in haar borst, een gevoel, dat zij niet wilde erkennen, maar dat er was en een schaduw bracht op haar mooie trekken, waardoor dezo ouder en scherper schenen. llka kwam met de overige logécs De dames bewonderden elkanders toiletten. „Vereeniging van wedcrzijdsche be wondering" zeide Werkholm tot llka in het Fransch met een spottend glim- lachtjc. Hij had door zijn reizen in Frankrijk en Engeland de talen van die landen tamelijk vlot loeren spreken eu hij hield er van ze te gebruiken, zooals hij ook gaarne citaten van de classieken aanhaalde. „Dat heb ik mij alles zelf geleerd, niemand heeft me ooit aangezet om het te leeren, daarom houd ik er van" placht hij te zeggen. llka, wie hij dit eens gezegd had, zag hem nu lachend aan. Plichtplegingen zijn ook iets, wat men zelf kan leeren zonder en toe aan gespoord te worden" zeide zij, „en waarom zou men elkaar niet in de beste luim brengeu, door te toonen dat je een aangename indruk maakt?" Ik geloof toch met dat een kun stige opwekking van ijdelheidbaccillen cenige reden van bestaan hoeft,"zeidehij. Plagend straalden haar groote blauwe oogen hem tegen. O, U bent in een kwade bui," iep ze „maar dat mag niet. Een ge zellig samenzijn zooals dit is een op- laatste Kabinetscrisis en hetgeen met de plannen van legerhervorming heeft plaats gevonden. En daarom acht spreker het van gewicht bij deze kwestie meer in het bijzonder stil te staan. Mogelijk heeft men dat van spreker ook wel verwacht, waarom men juist hem, zelf militair zijnde, voor een garni zoensplaats als Amersfoort heeft uitge- noodigd. Spr. moet dan beginnen met te waar schuwen tegen de vcle|waanvoorstellingen, die ten opzichte van het volksleger in het leven zijn geroepen. Het tegenwoordige leger staat buiten hot volk en oen volksleger is juist een leger dat niet staat buiten hot volk, maar dat geboren is uit het volk, en alles wat leeft in de natie moet in dat leger worden teruggevonden. Ecu vergelijking als nu bijv. Dr. Kuyper, geen elfderangs journalistje nietwaar, maakt ten opzichte van het Roeniconsche leger gaat geheel niet op. Het leger in Roemenië is niets nnderi dan een groote politicmacht, in dat land met zijn, economisch achterlijk zijn, noodzakelijk om het volk in toom te houden. Dat is nu zoo'n waanvoorstel ling scheppen, als of zoo'n leger een volksleger zou zijn. Spreker zet hierna iu den brecde zijn denkbeelden omtrent legerhervorming uiteen, toout aan met een aantal gre pen uit de historie, hoe het steeds de volksweermacht was, die als nationale kracht wonderen kon verlichten, en vermeldt uitvoerig de groote gebrekeu vau de staande legers. In het bijzonder vestigde hij de aandacht op de nadeden van een lang kazerncvcrblijf. De staande- legerbegrippen inoeten verdwijnen, om dat ze voor den tegenwoordigen lijd geen reden meer van bestaan hebben. Dat dit niet zoo geheel gemakkelijk gaat, bewijst nog de tegenstand, die in de Tweede Kamer bij iccht6 bestond, toen dezer dagen bij motie werd voor gesteld, het kleine hoofdwachtje van do wekking van het schoone in allerlei vorm en de schoonheid heeft toch ook ethische waarde." Hij wilde tegenspreken, maar lachend hield zij hem een der nette dansbookjes, die zij in een mandje droeg, voor. Niet brommen en phtlosophceren, dat past niet bij een balzaal" riep ze. „Neem U liever een van die boekjes en schrijf dan mijn naam achter dc eerste Fran^aise. - Wou U dan dansen?" Hij zag haar verbaasd aan. Natuurlijk" zeide zij „en een Franfaiso zal bij U ook nog wel gaan!" Hij maakte een afwerende beweging met zijn hand. Geen denken aan," zei hij in 't Engelsch. „Ik zou veel lijken op een beer op de kermis. Op 't zelfde oogenblik trad Sontheim nader eu verzocht om de door Werk holm versmaadde Franjaisc. llka schreef zijn naam op en met een vriendelijke buiging van haar mooi kopje ging zij verder over de gladde parketvloer zwevend alsof zij die nauwelijks aanraakte. Werkholm zag haar na. Ik ben een ezel dat ik hier ben gekomen," dacht hij „ik ben niet geschikt voor die dwaasheden." Hij sprak niet veel eu bleef onopge merkt. Een steeds wederkeerende phrase, waarmede zijn zuster hem en Ebba voor stelde, verveelde en vermoeide hem. En Tweede Kamer te doen verdwijnen. De tijd is trouwens voorbij, dat met vertoon en gekunsteldheid nog iets wordt bereikt. Het bostant weliswaar nog veel in ons leger, maar het zou zich bloedig wreken, wanneer naar de grenzen zou moeten worden getrokken. Het beroepsleger houdt zich kramp achtig vaat aan al dat vertoon. Niette genstaande allen tegenstand gaan we echter vooruit, alle genomen maatregelen van den laatstcn tijd wijzen in de richting van het volks leger. Van dc zijde van het wapen te paard, van de mannen met de mooiste uni formen komt de meeste tegenstand, zij voelen zoo goed, wanneer ze gaan toegeven aan de nieuwere richting, dat er dan voor vele onnutte kunstenarijen geen gelegenheid meer zal zijn. Vandaar hun tegenstand tegen minister Staal. Er moet hervorming komen, want met den soldaat automaat is niets meer aan te vangen. De tucht in het leger moet op hoogere beginselen berusten, op mede werking van den soldaat en die tucht kan niet wordeu aangekweekt door stramme exercities, zooals in de legers b.v. van Frederik den Grooten en van Napoleon. Zulke exercities laat men uit voeren door hen, die aanspraak maken, om als men ach behandeld te worden. De oefeningstijd moet bekort;dezo moet slechts zoo lang duren, dat de soldaat zijn wapenen voldoende kan hantccren, om zijn plicht als landsverdediger naar belmoren te kunnen volbrengen. Ziedaar de strijd, die sedert jaren duurt tusschen de conservatieve elementen in het leger en do voorstanders van legerhervorming in democratischen zin. En zoo kwam spreker vanzelf tot een bespreking van de kwestie-Staal, waarbij hij in een krachtige verdediging trad van diens maatregelen tot vermindering van liet blijvend gedeelte en zich een beslist voor stander toonde van de invoering van een volksleger. Lotsverbetering van lien, die in den militairen stand litiu middel van toch was zij goed gekozen: „Mijn broeder, mijndirecteur Werk holm en de dochter mijns huizes Ebba Werkholm" zeide Meta telkens weer. „Comcdie, Comedie," bromde Werkholm in zich zelf, eu hij maakte zich zelf er een verwijt van dat bij die comedie meespeelde; toch wist hij er niets aan te veranderen. Het gezelschap was nu voltallig. De muziek begon met een geliefde wals eu dc paartjes vlogen rond. Werkholm was op een tabouret onder een groep palmen gaan zitten en zag alles met een spottenden blik aan. Meta zat met cenige andere dames in de andere hoek van de zaal. God zij dank dat zij tenminste niet danst, dat toont tenminste eenig verstand" dacht Werkholm. Daar vloog llka in Sonthciin's arm hem voorbij. Hij fluister de haar iets toe en zij zag er zoo op gewekt uit dat het Werkholm door liet hart sneed. Maar hij riep zich zelf tot de orde. Als llka zooveel in dien Sont heim ziet, dan is zij iu den grond van haar hart even opervlakkig als hij. Men kon het duidelijk zien hoe zij zich in dit gezelschap thuis voelde, hoe zij voor de onbeduidende praatjes hetzelfde lachje over had dat Werkholm zoo gelukkig maakte. (Wordt vervolgdj.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1907 | | pagina 1