1 J5iN A E N L a JN iJ. STATEN GENERAAL. Kunst en Wetenschap. STADSNIEUWS. heiligen oorlog uit lieeft geroepen. Hij zou alle weerbare Mooren tegen de Franschen te Casablanca oproepen. Er moeten groote versterkingen uit Marra- kasj vertrokken zijn en er zouden 20,000 Mooren in vijf kampen om Casablanca heen liggen. Officieel wordt uit Berlijn bericht, dat de twee afgezanten van Moelei Halid aar. het ministerie van Buitenlandsche zaken aldaar niet zijn ontvangen, ook niet als particulieren. Tweede Kamer. Dinsdag zijn in de Kamer de debatten begonnen over het wetsontwerp lot instelling van een fonds tot spoedige afwerking der stelling Amsterdam. Het wetsontwerp geldt een financieel lechnischen maatregel. De Minister van Oorlog wil een fonds stichten van 8 millioen gulden om in vier jaren de stel ling Amsterdam te kunnen afwerken. Telken jare wordt dan bij wijze van restitutie-som de gewone S'/s ton op de Oorlogsbegrooting uitgetrokken en in minder dan tieu jaren is het groote be drag afgelost. Wat op den leek een alleronaange- uaamsten indruk maakt, is het feit, dat de mannen van het vak, de militairen, zoo zeer verschillend oordeelen over de waarde van de stelling. Hoort men den heer Eland, - aldus de Kameroverzicht schrijver van de „N. R. Ct." dan is afwerking van de stelling in den kortst mogelijken tijd hoogste plicht. Zoolang zij niet af is zegt hij beteekent zij niet veelmaar eenmaal voltooid, zal zij een bolwerk zijn. Alle bedenkingen, die in het Voor- loopig Verslag tegen deze meening zijn in het midden gebracht, gaat lii] een voor een na, en hij ontzenuwt ze. De watervoorziening is voldoende de bewape ning niet slecht, de proviandeering zal mogelijk zijn. Bombardement van uit luchtballons zoo het niet voorgoed bij tractaat wordt verboden acht hij praclisch onmogelijk. Verbetering van onze levende weermiddelen voor te laten gaan, rekent hij verkeerde en gevaarlijke taktiek. Een leger, dat niet eene goede basis heeft, waarop het, zoo de nood dringt, terug trekken kan, is niet veel waard. Mét hetgeen voor de levende strijdkrachten wordt gedaan, is ver zekering van ons fortenstelsel daarom noodzakelijk. In één woord, de heer Eland spreekt vóór het ontwerp met een gloed als een generaal gelijk de heer Marchant het niet onaardig uit drukte die de stelling-Amsterdam als zijn tweede vaderland beschouwt. Maar komt daarna de heer Thomson aan het woord, dan worden de bordjes verhangen Volgens hem heeft het for tenstelsel om Amsterdam, zooals het nu is en afgebouwd worden zal, zoo goed als geen beteekenis van onze onafhan kelijkheid. Iets zou er nog van zijn te maken, indien nieuwe miïlioenen voor de approviandeering werden uitgegeven, nieuwe miliioenen voor betere bewape ning en nog eens miliioenen voor eene vleugeiuitbreiding naar de zee. En steeds door miliioenen om haar te houden op de hoogte van haren lijd. Doet men dal niet, dan is over een paar jaar alles ouderwetsch, en is de stelling tegen de nieuwe aanvalswerktuigen lang niet meer opgewassen. Intusschen, zijn al die miliioenen aan de stelling ten koste gelegd, dan hebben wij, volgens den heer Thomson altijd eene stelling, die misschien er mee door kan, maar vror onze verdediging hebben wij daar niets aan, zoolang ons leger niet tol een krachtig offe sief optreden in staat kan worden geacht. De eigenlijke strijd wordt niet van uit de forten ge.oerd, maar van daar buiten. Wij moeten de zijvleugels verlaten, en den vijand bestoken; wij moeten de landstrooken tusschen de forten met onze levende manschappen bezettem en in staat van verdediging houden. Daartoe is ons leger op het oogenblik, naar het oordeel van den heer Thomson, echter geenszins bekwaam. Atqui ergo kan met de afwerking van de stelling zeer wel worden gewacht, totdat ons een waarlijk goed leger ten dienste zal staan. De voltooiing onzer doode weermiddelen een voorkeur te geven gelijk, volgens den heer Thomson, bij dit ontwerp geschiedt boven de verbetering der levende, is principieel afkeurenswaardig. De heer Van Kol, tot op zekere hoogte als ingenieur ook een deskundige, wat inundaties betreft, leverde een technisch betoog om te bewijzen, dat van deze stelling letterlijk niets deugt; dat de inundaties veel eer de eigen bevolking dan den vijand zullen schaden en hij eindigde met het voorstellen eener motie, waarin de Kamer alvorens te beslissen een onderzoek door een parlementaire commissie wenschelijk verklaarde. Die motie heeft slechts even geleefdtoen bleek, dat de Voorzitter het noodig oordeelde de beraadslaging over iiel wetsontwerp te schorsen en de motie onmiddellijk te behandelen, werd zij door den voorsteller voorloopig inge trokken. Gisteren werd het debat voortgezet, de heer Marchant bestreed het ontwerp; de heer Verhey brak er een lans voor. Uit de gisteren gehouden discussies bleek, dat het aan een of meer pogingen niet ontbreek, om, als het maar eenigs- zins mogelijk is, de beslissing over dit onderwerp meer te doen zijn dan eene bloote goedkeuring of afstemming van een financieele regeling; iets meer, dan een beslissing van de vraag, of op de vooltooiing van de vesting Amster dam met versneld tempo zal worden aangestuurd, ja dan neen. Er begint zich n.l. zegt de „N. R. Ct.'' in verschillende hoeken der Kamer eene neiging te openbaren, om deze gelegen heid te benuttigen, om het gansche defensievraagstuk daarin te betrekken, en daarover tot klaarheid te komen. En de overzichtschrijver in „het Vaderland" zegt ook dat het zich laat aanzien, dat twee moties elkaar de voorkeur zullen trachten af te winnen, de motie van den heer Van Kol tot commissoriaal onderzoek van de doelmatigheid der uitgevoerde werken;een motie-Tydeman om het wersontwerp te verruimen en ook de kunstverdediging te fondsen. Het standpunt van den heer Tydeman komt vrijwel overeen met dat der drie anti-revolutionaire sprekers, Talma, Duymaer van Twist en Van Gitters. Ook zij rieden schorsing der beraad slaging aan, opdat de Kamer met bree der kijk op onzo versterkingen, het voorstel andermaal mocht onderzoeken. Inmiddels trekke de Minister op de vestingbegrooling geregeld de benoodigde gelden uit, adviseerende de heer Talma. De minister is gisteren nog niet verder gekomen dan het bespreken van de nota over deze zaak. Deze nota is, al heeft zij haar onderteekend, niet van den minister zelf, maar een zijner vrien den, „een generaal met helder hoofd, die het leger te vroeg verlaten heeft" leverde den Minister dit merkwaardig opstelnu wie anders, vraagt „het Vad." dan de generaal die heden ver genoegd de discussie volgde van uit een bovenloge, wie anders dan de generaal Staal schrijft er zoo enthousiast en bemint zoozeer de kruistochten door onze geschiedenis? Franekei'. Bij de Dinsdag gehouden herstem ming werden uitgebracht 6856 geldige stemmen. Hiervan verkreeg de heerHels- dingen (S. D. A. P.) er 3340, de heer Van der Molen (anti-rev.) 3016, zoodat gekozen is de heer Helsdingen. Bij eerste stemming verkregen de heer Helsdingen 233(1, de heer Van der Molen 2597 en dr. Raaite (Vrijz.-dem 1471 stemmen. Het was dus Ie verwachten, dat Tak's zetel door een partijgenoot zou worden bezet. Wat opvalt, is dat de heer Helsdingen niet meer dan een goede 10Ü0 stemmen van de 1471 op dr. Van Raaite kreeg en dat de antirevolution- nair ruim 400 stemmen vooruitging, zonder dat er in totaal meer kiezerster stembus kwam. Mogelijk is, doch weinig waarschijn lijk dat rechts 400 stemmen wist te krijgen van kiezers, die bij de eerste stemming thuis bleven en dat een onge veer ev«n groot aantal kiezers, die op dr. Van Raaite gingen, weigerden op rood over te gaan en daarom gisteren Ihuis bleven. Doch waarschijnlijker acht „het Vader land" het, dat die 400 overliepen van vrijzinnig democraat naar clericaal. En hiertoe zal dan zeker niet weinig hebben bijgedragen, zegt het blad, de onover trefbaar-misleidende rede, door ds Talma te Franeker uitgesproken, waarin deze den durf had de goe-gemeente aan te sporen op Van der Molen te stemmen, ten einde met de rechterzijde de Regee ring Ie steunen tegen die booze socialisten. Gelukkig, dat de groote meerderheid te slim bleek om zich te laten vangen in dezen, door doroiné Talma zoo lustig uitgezetten valt. Over de verkiezingsmanoevre van dezen, zijn ambt besmeurende!) predikant zegt „Het Volk* o.a. „Er wordt wel eens gesproken van verkiezingsbeloften. Wij gelooven echter, dat nog nooit een partij zich zóóver verlaagd heeft dat ze, om stemmen van tegenstanders te vangen, beloofde een Regeering van tegenstanders te steunen. Dat is toch wel onovertrefbaar. En tevens monsterachtig oneerlijk." Wij zijn het niet vaak met „Het Volk" eens, maar deze woorden kunnnen wij geheel onderschrijven. Bij Kon. besl. van 14 dezer is, met ingang van 16 December, benoemd tot lid van den Raad van State, mr. J. Oppenhei m, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden. Bij Kon. besluit is benoemd bij het wapen der artillerie: tot commandant vesting-artillerie, de kolonel W. A. Sodenkamp, commandant van het lsle regiment veld-artillerie Maandagavond in Amicitia optreden van het operette-ensemble waarbij o.a. Mevr. M. Buderman-van Dijk. Opgevoerd zal worden „De Mascotta." RAADSSTUKKEN Verschenen is het antwoord van den Voorzitter van den Gemeenteraad op de vragen, gesteld door den heer Veis Heijn in de Vergadering van 1 Oct. j.l. Dit antwoord luidt als volgt Ter beantwoording van de door den heer Veis Heijn in de openbare vergade ring van den Gemeenteraad van 1 Octo ber j.l. tot den Voorzitter gestelde vragen diene het volgende De eerste door het geachte lid gestelde vraag, luidt „Stellen de beslaande wetten of ver ordeningen den Burgemeester als hoofd der politie instaat, de voor den Zondags rust en -heiliging hinderlijke optochten te keeren Deze vraag moet bevestigend worden beantwoord. Bij artikel 4 der Verordening, houdende bepalingen omtrent openbare orde is aan den Burgemeester de bevoegdheid toege kend, het houden van openbare vermake lijkheden of feesten, optochten of intoch ten toen te staan of te weigeren. Deze bevoegdheid stelt hem derhalve in slaat de voor den Zondagsrust en -heiliging hinderlijke optochten t; keeren. De tweede, met de eerste in nauw ver band staande vraag luidt „Zoo ja, waarom worden deze tegen woordig toegelaten Eene opmerking dient aan bare beant woording vooraf te gaan. Het komt ondergeteekende voor, dat de vraag in hare algemeenheid niet juist geformuleerd is, want het daarin voor komend woord „tegenwoordig" doet denken aan in den laatsten tijd herhaal delijk voorkomende gevallen, waarin toestemming zou zijn verleend tot het houden van optochten op Zondagen, terwijl toch inderdaad, zoolang onder geteekende zich heugt, van de hem bij voornoemd artikel 4 gegeven bevoegdheid slechts eenmaal is gebruikt gemaakt en wel tot het houden van een optocht door de leden van het Middengewest van het Nederlandseh Gymnastiek Verbond op Zondag den 29 September dezes jaars. Is het evenwel de bedoeling van den interpellant, inlichting te erlangen omtrent de redenen, welke den Burgemeester geleid hebben toestemming tot het hou den van dezen optocht te verleenen, dan worden deze, waar het de uitvoering van een plaatselijke verordening betreft, gaarne verstrekt. Met ter zijde stelling van alle persoon lijke gevoelens omtrent Zondagsrust en heiliging van den Zondag, heeft onder geteekende, zich plaatsende op het stand punt, dat hij geroepen is de belangen van alle ingezetenen te behartigen en verstoring der openbare orde te voor komen, zijne toestemming tot het houden van een optocht op Zondag den 29 September 1.1. verleend, omdat hij van oordeel was, dat het belang van de Gemeente zulks vorderde en verstoring van de openbare orde niet te vreezen was. Thans rest ondergeteekende nog het antwoord op de laalste vraag, luidende: „Denkt de Burgemeester als hoofd der politie maatregelen te nemen, opdat feestvieringen op Zondag tot particulier terrein beperkt blijven?" Ondergeteekende denkt er niet aan, algemeen geldende maatregelen te nemen tot beperking van openbare feesten op Zondag. Hij behoudt zich het hem bij meer genoemde plaatselijke verordening toege kend recht voor, in elk concreet geval te beoordeelen of hij al of niet toestem ming zal geven tot het houden van openbare vermakelijkheden of feesten, optochten of intochten. De Voorzitter van den Gemeenteraad, WUIJTIERS. Met de kermisdagen zal de hoofdwacht weer evenals vorige jaar betrokken worden door militairen. Als een merkwaardigdeid wordt ons gemeld, dat het heden veertig jaar is geleden, dat mejuffrouw Wilhilmina Herscamp in dienst trad bij de familie van Wisselingh. Dit is zeker een voorbeeld van trouwe plichtsbetrachting en in deze tijden een te zelden voorkomend geval, dan dat we er niet met genoegen melding van zouden maken. We herinneren aan de vergadering van de Vereeniging „Amersfoortsche Industie- en Huishoudschool, welke heden avond in het schoolgebouw wordt ge houden. Morgenavond in de Zwaan vergade ring van de Garanten Vereeniging tot instandhouding van de Amersfoortsche tram. De federatie van parochiale patro naatscommissie en besturen van R.-K. jongelingsvereenigingen in 't aartsbisdom Utrecht hield gisteren haar algemeene vergaderingen te Amersfoort. Een 50-tal afgevaardigden waren aanwezig. Dr. Str&ter, pastoor te Hilversum, bracht het jaarverslag uit, waarbij vooral het werk in Arnhem en Groningen werd ge roemd. Van den Minister van Oorlog is de goedkeuring ontvangen op de voorloopige gunning van delevering van aardappelen aan de troepen in garnizoen te Amers foort, Ede, Arnhem en Zutphen. Naar onze lezers zich zullen herinneren was bij de gehouden aanbesteding op 2 Oct. de heer A. Wagenaar, Kortegracht, alhier, minste inschrijver, zoodat hem de leve rantie is opgedragen. Bij Kon. Besluit van 14 dezer is met ingang van 1 Nov. 1907 benoemd tot commandant der versting-artiilerie, de kolonel W. A. Sodenkamp, Comman dant van het le Reg. veld-artillerie. Door de afd. Amersfoort van de 1. A. M. V. zal Maandag a.s. een open bare vergadering gehouden worden. Als spreker treedt op de heer F. Domela Nieuwenhuis. Naar wij vernemen, zal op Maan dag 28 Oct. des avonds 8 uur van wege het Amersf. Drankw. Com. een licht beelden-voorstelling worden gegeven door den heer Chr. Niesink van Heemstede in de groote zaal van het Valkje, welke voorstelling kosteloos toegankelijk is voor iedereen, 't ls te hopen, dat deze avond naar wensch moge slagen en een steentje bijdragen tot het welslagen der drank bestrijding. De plaatselijke afdeeling van Toonkunst besloot gisterenavond in hoofdzaak met het door de commissie van wetsherziening gegeven ontwerp tot herziening der wet van de Maatschappij mee te gaan en op enkele punten amen dementen voor te stellen of te steunen. Afgevaardigd naar de algemeene ver gadering werd de heer van Beresteijn. De overwegwachter der H. IJ. S. M. J. van Pluuren herdacht gisteren onder groote belangstelling den dag waarop hij voor 25 jaar in dienst der Maatsch. trad. DE KERMIS. Maandag is de kermisvreugde reeds voor vele jongens begonnen. Tusschen en na schooltijd trokken zij naar „het spoor" om te zien of er al wagens voor de kermis aan waren. En ja, zij werden gelukkig niet teleurgesteld, want reeds vroeg ditmaal waren er treinen aangekomen, die de noodige spellen en kramen voor de kermis aanvoeren. Dat is voor de jongens een verblijdende gebeurtenis. Nu zien ze dan toch werkelijk, dat de kermis spoedig zal beginnen, maar nu kunnen ze ook helpen sleepen en dragen, wat voor vele jongens een onbekend genot schijnt te zijn. En wanneer dan zoo'n wagen is volgeladen, dan onder luid gezang naar den Hof, waar de stree- pen aanwijzen waar er wat te staan zal komen. Ook daar is het een drukte en gejoel en smaakt de jeugd reeds die genoegens die in de voor afgaande week vóór kermis, vele huismoeders half wanhopig moeten ma ken. We bedoelen het uitdeelen van „kermiskoeken", waardoor sommige jongens en meisjes, die er wat al te dicht in zijn geweest gewoon onher kenbaar worden. Vooral daar niet alleen met wit krijt, maar ook met allerhande kleurkrijt wordt gewerkt. Bedriegen de voorteekenen ons niet, dan belooft de kermis ditmaal weer druk te worden. Hier en daar ver rijzen al kramen terwijl op den Hof reeds de glijbaan is opgericht. Deze veel bezongen kermisvermakelijkheid is voor Amersfoort betrekkelijk nog nieuw. Vergissen we ons niet dan is dit toch pas de tweede maal, dat ze hier verschijnt. Vroeger schijnt de kermis wel eens aanvechtingen van verkwijnen te hebben gehad. Zoo snuffelende in oude bladen vonden we nl. het volgende over de Amersfoortsche kermis. In het Weekblad voor Amers foort en omstreken van i g October 1872, uitgever A. M. Slot houwer lazen we: „De kermis alhier is dit jaar al van zeer geringe beteekenis, en bewijst ten duidelijkste, dat de reden van haar bestaan eigenlijk heeft opgehouden. Geen enkel spel, tenzij men een pano- rame mécanique daartoe zou willen rangschikken, is er opgesteld, niets dan eenige weinige kermiskramen, die bijna aan de gewone Vrijdagmarkt doen denken. Een mallemolen is het centrum waarin en waarom alles draat." Wij herinneren ons niet juist meer de kermis van vóór 35 jaar, maar wij vermoeden dat er met het oog op de laatste jaren nog geen erg groote achteruitgang is te bespeuren bij de kermis vóór 35 jaar. Het Groene Kruis. irrig Hedenmiddag om 3 uur is, op eenip fcetï zins feestelijke wijze het nieuwe wijk» bouw van de vereeniging „Het Groei Kiuis" ingewijd. Tegenwoordig war poi o.a. het Dagelijksch Bestuur dezer p harl meente, verscheiden Raadsleden, i secretaris der gezondheidscommissie, ai beti chitect en bouwmeester van het nieuv, oml gebouw enz. De voorzitter, Ds. J. L. F. de Meije nen hield de volgende openingsredehaa Ed. Achtb. Heeren, Burgenieestt D'ef Wethouders, Leden van den Raad onzS Gemeente H. 1'. Doktoren, leden van 0 se'i gezondheidscommissie en gij allen, 4 150 hier aanwezig zijt. beti Veroorloof mij in mijne hoedanight van Voorzitter onzer Groene Kruisvu Br0 eeniging, U allen te verwelkomen endHWtf verzekering te geven, dat ons bestu: ces uwe tegenwoordigheid te dezer plaali ten zeerste waardeert. Ik vlei mij, dat gij allen met ons za willen samenwerken om het praktisch, menschlie vende doel, dat onze vereen ging zich voorstelt, te helpen bevorder? mei dui' geit Zus bre van ger 1 lijk W. we dez Oo dai hr. lan nin mc en verwezenlijken. Zeker is zij aller lever die dige sympathie overwaard. Ik behoi bo? hierop niet met vele woorden te wijzei ren Zoodra de wijkverplegingin 1884inNeder zuil land haar intrede deed, is zij stormen-, kra< derhand toegenomen. De kleine vonk I werd tot een grooten vlam. Toch waiei van tal van jaren noodig, voordat de ii seci Noord-Holland opgerichte vereenigir,; sch Het Witte Kruis, werd gevolg; al door een Groene Kruisbeweging in 0 te overige provinciën van ons land. ziel Een ecresaluut daarvoor brengen l gaarne aan Ds. Fleischer en den ar] wai Poolman, die ongeveer te gelijkertijd 111, I dezelfde plannen rondliepen, die er t» ont leidden, dat de eerste afdeeling wei enk gesticht. Een eeresaluut aan de lm sch mannen, die zich later vereenigden en l bet zamen optredend, zoo menigen zegepra ber hebben behaald. die Amersfoort volgde in 1905. vol Eenige personen van verschillen.' politieke en godsdienstige richting, bekei met den zoo noodigen en gezegend! Groene Kruis arbeid, sloegen de handf ineen. En gesteund door de medewerkt van de gezamenlijke medici, bleek hier al spoedig dat men evenals eld, bijna zeker was vaR welslagen. val Wat het doel der vereeniging is? Di var doel is veelzijdig. Art. 3 der Statut lok; luidtbac Zij stelt zich ten doel de ziekenzot spr en de bevordering van den algemeen- de gezondheidstoestand te Amersfoort. bel Dit doel tracht zij te bereiken 1-3 ver door het beschikbaar',stellen, uit een dt nel toe door haar op te richten magazijn vi artikelen voor ziekenverpleging Jk2e door verzorging van zieken e gewonden door middel van een of me ziekenverpleegsters, door haar aan I stellen 3e. door het verspreiden van kenr, omtrent verbandleer, verpleging vi moeder en zuigeling, ziekenverzorger; en door middel van namens haar geven cursussen 4e. door het openen van de gelegei heid tot ontsmetting; dui 5e. door het steunen en bevordert vrc van alles wat kan strekken tot verbelf Zw ring van den gezondheidstoestand, zo pal wel in het huisgezin als in het alp meen. be' Onder alles is de hoofdarbeid ff go ziekenverpleging in het gezin. En m zou daarvoor niet iets, niet zeer v« sti gevoelen Welk mensch is er, die uT vo hij een zieke in zijn huis heeft, niet vi vo harte wenscht, dat de verpleging £iW to zoo goed mogelijke zij? Welnu, M. H. Daartoe is naast gt neeskundige hulp ook noodig het wei he van een liefderijke, deskundige zustere aa het vereischte verplegingsmateriaal. zw Het verplegen van zieken is echt<n4Ü een kunst. Liefde is noodig, doch atleet- en niet voldoende, 't Is terecht opgemerklj uv verstand en het beleid eener geschoolc' da ervaring zijn daarbij tevens onmisba; af factoren. etl Ik heb groot respect de voor ópoti rende toewijding en zorg van mewj moeder en menige buurvrouw, ma; het is een feit, dat deze vaak geel tijd hebben of niet in staat zijn t»! verplegingswerk behoorlijk te volbrengen Vooral in ernstige gevallen, schiet menif een te kort en het zou ons niet moeili vallen dit met voorbeelden te illustreert Ook nog dit mogen wij niet voorb; zien. De kans op beterschap han, dikwijls af van een goede verplegi». de medische behandeling komt eer daardoor tot haar recht en in elk gei' heeft de aard der verzorging grootf invloed op den duur der ongesteldheid lets over het magazijn. Het behoeft geen betoog, dat de bef geneesheer en de beste wijkzuster nie; kunnen uitrichten zonder het noodii materiaal. Vandaar, 'dat in ieder Groene-Kre- afdeeling een magazijn wordt opgen-1'-' met verplegingsartikelen ten dienst' harer leden, ten dienste van iedere- patient, die er beheefte aan heeft. Onder deze noem ik slechts: h°' pitaaldoek, ijszakken, inhalatietoestelh® g' si fi: V O' Pi hi zi a;

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1907 | | pagina 2