Vrijzinnig- Orgaan voor Amersfoort en Omstreken.
No; 16.
DONDERDAG 6 FEBRUARI 1908.
5e JAARGANG.
Ditgavfl van de Naaml. Vennootsehap „DE EEMLANDEB".
Veipsehijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond.
ARMENZORG.
FEUILLETON.
DE KIiEINDOGHTER.
BUITENLAND.
DE EEMLANDEB
Directeur B G. RIJKEN S.
Abonneinentsprij s
Per jaarf 3.00
Franco per post- 3.50
Per 3 maanden- 0.75
Franco per post- 0.90
Afzonderlijke nummers- 0.05
Bureau: BB.EEDESTB.AAT 20.
Telefoon Interc. 62.
PrljB der Adverténtiën:
Van 1 tot 5 regels
Voor iederen regel meer
Buiten het Kanton Amersfoort per regel
(Bij abonnement belangrijke korting.)
f 0.40
- 0.08
- 0.10
Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Kanton Amersfoort in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Nederlandsch Advertentiekantoor PEEREBOOM en ALTA te Haarlem.
L
«Ik vraag, mijnheer de Voorzitter,
heeft de armenzorg, hoe men ook denke
over haar stelsel, over de inrichting
harer organen of werkingen, opge
houden een a Igem een, een publiek
belang te zijn?»
Deze woorden, den i2den Mei 1854
uitgesproken door Thorbecke, in de
Tweede Kamer bij de behandeling van
het ontwerp van wet tot regeling van
het armbestuur, moeten bovenaan staan
bij ieder, die zijne meeningen gaat zeg
gen over de armenzorg.
Natuurlijk, het is voor het algemeen
van het hoogste belang, hoe de zorg
voor de armen, hoe de strijd tegen de
armoede is georganiseerd. Of die zorg
niet -juist averechts werkt en armoe
kweekt, of die zorg niet ontaardt in
een ziekelijk, onoordeelkundig geven,
dat bedelaars en leegloopers maakt, en
of die zorg niet is een hardheid tegen
over den een, onrechtvaardigheid tegen
over den ander.
Het is voor de samenleving nood
zakelijk, dat de armoede zoo doelmatig
mogelijk worde tegengegaan, zonder
krachts- en geldverspilling, met het
streven voor oogen uitbreiding van
armoede te voorkomen, besef van eigen
waarde bij den arme te doen behouden
blijven.
Gelukkig wordt het meer en meer
begrepen, dat het algemeen belang
eischt, dat de gemeenschap de indivi
duen steunt, die zichzelf niet kunnen
staande houden en dat het niet alleen
een nobele zaak is een medemenschte
helpen, maar een noodzakelijkheid voor
de samenleving, te voorkomen, dat een
onzer in den strijd tegen lot en om
standigheden het onderspit delft.
Waar zou het heen moeten, wanneer
de Staat of Gemeente geen toezicht
uitoefende op de armenzorg, en de
Door M. BöHME.
34).
Met een zucht wierp ze de el op de
tafel en ging het kantoor in, waar Erwig
zat te schrijven aan de lessenaar.
«Jij zei ze toornig. «Hoe meende
je dat van morgen Je denkt er toch
niet in ernst aan dat ik Jo naar deManne-
bachs laat gaan om dat kleine ding
gezelschap te houden
Erwig keek van zijn boek op en zag
de opgewonden vrouw verbaasd aan.
«Ja,» zei hij, «want ik houd u niet
voor klein en wraakzuchtig, moeder.
Het kind heeft u niets misdaan.»
«Ach wat het kind. Je weet heel
goed, dat het niet daarom is. Ik wil
alleen niet dat er tusschen ons en die
ginder zich een soort omgang vormt.
En dan behoeft Jo ook niet voor kin
dermeisje te spelen. Ze hebben geld
genoeg om het kind ander tijdverdrijf
te bezorgen.»
«Maar u hoorde toch, dat de kleine
zich aan Jo gewend heeft en naar haar
verlangt. Zooals kinderen zijn Een
juist van een zware ziekte herstellend
kind doet men toch gaarne een genoegen.
armenzorg werd eens heelemaal niet
ter hand genomen door kerkelijke en
andere instellingen Dan zou men een
ellende waarnemen, die tot allerlei on-
geregelheden aanleiding zou geven, die
steeds grooter zou worden en een
groote hardheid zou zijn tegenover
minder gelukkige stervelingen.
De gemeenschap, de Staat of Ge
meente, heeft dan belang bij een goede
regeling van de armenzorg, en moet
deze daarom goed zien geregeld te
krijgen.
Is dergelijke organisatie werkelijk in
ons land?
Heeft de Staat door zijn toezicht vol
doende gedaan, om een goede regeling
in het leven te roepen
Zoo ja, dan is het noodig den Staat
of de Gemeente een grootere taak op
te leggen en kan men blijven volstaan
met de heel kleine verplichtingen, die
de publieke colleges thans op zich voelen
rusten.
Maar, luidt het antwoord ontkennend,
dan worde een andere regeling gezocht
en dan moet aan den Staat of aan de
Gemeente meer worden opgedragen of
althans een andere taak.
Wie rondom zich ziet, en de armen-
buurten goed opneemt; wie de uitvoering
en gevolgen van de Woningwet, de
Gezondheidswet, de Ongevallenwet,
nauwkeurig bezietwie waarneemt hoe
diaconieën en burgelijke armbesturen
hun taak meenen te moeten opvatten,
kan niet auders dan ontkennend ant
woorden.
De armenzorg is niet behoorlijk ge
regeld aan de diaconieën en particu
lieren is nu de armenzorg overgelaten
en de gemeente mag slechts bij dringende
noodzakelijkheid een arme verzorgen
dat is in negen van de tien gemeenten
de oorzaak van noodzakelijke en niet
noodzakelijke hardheden en ondoel
matigheden.
Er ontbreekt in de eerste plaats dik
wijls overeenstemming aan tusschen de
«Als 't niet juist die was.»
«Ach.»
Erwig haalde de schouders op en
keerde zich weer naar zijn werk.
Mevrouw Josephine voer woedend
uit
«Ja zeker, jawel, haal je schouders
maar op. Mij behoeft men natuurlijk
niet te antwoorden. Ik ben half idioot,
een oude kindsche vrouw, met mij hoeft
men geen rekening te houden. Men
haalt de schouders op en doet wat men
wil. Zeer juist.»
«Maar moeder I»
Erwig legde de pen weer neer.
«Wat zegt u daar, dat is toch alles
onzin. Als u Jo verbiedt, de kleine
Erika te bezoeken, zal ze er natuurlijk
niet heengaan, 't Schijnt mij echter, dat
u tot zulk een verbod geen zedelijk recht
hebt. Het gaat hier niet over het vor
men van een verkeer van huis tot huis,
daartegen ben ik in beginsel ook
maar om een beleefdheid, een liefde
dienst, dien men aan een kleine herstel
lende bewijst. En dan is Jo toch eigenlijk
gast in ons huis.»
«En kan doen wat zij wil, meen je,
niet waar?»
«Dat niet. U kunt verlangen, dat zij
zich naar de regels van het huis schikt,
maar moet haar toch ook eenige vrij
heid van bewegen laten. Als zij zelf
aan de uitnoodiging van juffrouw Manne-
bach gehoor wil geven, zie ik niet in,
verschillende instellingenin de tweede
plaats wordt onrechtvaardig de grootste
schreeuwer meestal gesteund boven
den meer hulpbehoevende stillein de
derde plaats wordt hulp gegeven,
waar werk wordt gevraagd, en in de
vierde plaats schieten heel vaak de
particuliere krachten hierbij te kort.
Voorbeelden te over: elke gemeente
kent gevallen, waarin de arme, die niet
heel vroom mag worden genoemd, door
zijn diaconie wordt verloochend, en door
de gemeente naar zijn kerk gestuurd
ieder kent den bedelaar, die met jeremi
ades geld weet los te krijgen, dat hij
niet zoo dringend noodig heeft als de
ongelukkige weduwe, die haar naai
werk is ontnomen, omdat haar rood
gehuilde oogen haar slechte steken
deden maken, en die niet durft naar
de «heeren» van de diaconie.
Men kent ze, de vaste bedelaars in
de groote plaatsen, van wie er zijn, die
f 20, f 24 per week «verdienen», alleen
door de pet op te houden, maar men
kent ook den werklooze, die geen dag
werk kan vinden, al klopt hij bij iederen
patroon aan.
En waar is de liefdadigheid, die
's winters de honderden aan werk helpt,
wier brood met het werk is weggebleven
Waar zijn de vereenigingen, «uitsluitend
bedoelend verbetering der volkshuis
vesting», nu de Woningwet tot gevolg
heeft, dat gezinnen op straat worden
gezet
Te hooi en te gras wordt er een
opgericht en elders lijden de uit hun
huizen gezetten koude en geen huisbaas
biedt hun woning aan.
DE POLEN-QUAESTIE IN PRUISEN.
Het ontwerp der Pruisische Regeering
tot versterking van het Duitsche, of beter
tot verzwakking van het Poolsche element
in de oostelijke provincie van de monar
chie, waarmee men in den Landdag
waarom u deze onbelangrijke zaak door
een verbod wilt vergrooten. alsof er
levens vanaf hingen.»
De oude vrouw streek met de hand
over het voorhoofd en door het grijze
haar.
«Ach, ik heb daarvoor ook nog andere
bijzondere redenen. Jerome zou graag
willen dat Jo met mevrouw Gotze ver
keerde. Die verveelt zich natuurlijk in
Miesbach en nu mag Jo haar wel wat
dienen als speeltuig en ter onderhouding.
Nu, ze is Jerome's meesteres en men
kan er niet veel van zeggen, dat hij bij
haar een beetje in de gunst ziet te
blijven. Daarom kan ze er, wat mij
aangaat, ook heengaan. Maar Mevrouw
Gotze verkeert met de Mannebachs en
als Jo nu ook daarheen gaat, komt ze
zoo onder die menschen en in een kring,
waarin zij niet behoort en die haar niet
past».
«Kom, dat is toch wel 'n beetje bij
de haren er bij gesleept.»
Erwig schudde het hoofd.
«Aan hetzelfde gevaar is ze bloot
gesteld, als ze naar mevrouw Gotze
gaat. Bovendien zie ik niet in, waarom
Jo ln den kring dezer dames niet past.
Een jong, beschaafd meisje van goede
manieren en uit nette burgerlijke familie
mijn hemel, zijn die dames dan iets
anders
«Ze hebben meer geld, Erwig.»
Mevrouw Josephine haalde diep adem.
zooveel te stellen heeft gehad, wil in
het Heerenhuis in 't geheel niet vlotten.
Een krachtig tegenstander van het
ontwerp is opgestaan in den bisschop
Kopp. Hij verzette zich in een lange,
indrukwekkende rede tegen de politiek
der regeering en bestreed haar voorstel.
Hij vreesde, dat het Poolsche radicalisme
zou bevorderd worden door de aan
neming ervan en dat de Duitschers meer
last dan ooit van de Polen zouden
krijgen, die als vreemdelingen op hun
eigen grond werden behandeld en door
hunne regeering als vijanden beschouwd.
Daarlegen voerde prins v. Bülow aan,
dat men de Polen niet wilde verdringen,
en enkel de Duitschers versterken, maar
met deze spitsvondige redeneering had
hij slechts een zeer matig succes. Hij
vreesde, dat men de Polenpolitiek en de
kolonisatieplannen zou zien bankroet
gaan, maar blijkbaar waren vele leden
van meening, dat dit niet het geval zijn
kan, omdat zij reeds bankroet zijn.
Slechts een paar leden spraken in den
geest van den rijkskanselier. Het einde
is geweest, dat het Polen-voorstel weer
naar eene commissie is verzonden; het
is zeer de vraag, of zij het middel zal
vinden, om de strijdende partijen tot
elkander te brengen en eene meerder
heid aan het ontwerp te verzekeren.
Het lot van het regeeringsontwerp,
door het Huis van Afgevaardigden aan
merkelijk gewijzigd, hangt aan een zijden
draad.
En nu doet zich een eigenaardig geval
voor.
Een der krachtigste tegenstanders van
het onteigenings-voorstel is de hertog
Gunther van SleeswijkHolstein. Deze
hertog is de broeder, der keizerin, en
de Pruisische regeering heeft dus een
tegenstander van hare plannen in de
onmiddellijke nabijheid van den troon.
Dat is haar niet dikwijls overkomen en
zij zal moeite hebben om dezen tegen
stand te breken.
PORTUGAL.
Uit de telegrammen blijkt dat Franco
niet alleen als dictator is afgetreden
hetgeen bij het optreden van het nieuwe
ministerie kon worden verwacht doch
dat hij Lissabon en zelfs Portugal ver
laten heeft. Hij moet te Madrid zijn
aangekomen.
Daaromtrent wordt uit Parijs uit
«Zoo is het, Erwig. Kleine oorzaken,
groote gevolgen. Jo is een lief, aardig
meisje, en als ik haar bij me houd wordt
er een flinke vrouw uit haar. Maar on
danks alles is zij ook haar vaders dochter,
en ze heeft wel iets van zijn natuur
overgenomen. Ook zij heeft den zin
voor het voorname, groote, en ijdel is
ze ook.»
«Welk jong meisje is niet een beetje
ijdel, moeder. Ik zou het onnatuurlijk
vinden, als ze anders was.»
«Heel juist. Dat vind ik ook niet zoo
erg. Maar ik wou toch voorkomen, dat
ze in een anderen kring dan den onze
binnen gaat, en daar meer zin in krijgt.
Het is niet goed, als iemand onvervul
bare wenschen in 't hart komen, Erwig.»
«Daarvoor is Jo een innerlijk te ge
zonde natuur. Zij zal niet van nijd ver
bitteren en aan verlangen naar weelde
te gronde gaan. Ze mag vreugde aan
den rijkdom hebben, maar zij denkt
groot genoeg, om rijkdom niet als doel
en einde van alle menschelijk streven
te beschouwen. Daarvan ben ik over
tuigd.»
«'t Was ook niet goed, als ze zoo
dacht. Dat zou een hinderpaal te meer
voor haar geluk zijn. Jij hebt toch ook
invloed op het meisje. Wend dien ten
minste tot haar best aan, opdat ze inziet,
dat men zijn geluk niet lichtvaardig
verspelen moet.»
Erwig zag op.
kringen, waar men goed ingelicht kan
zijn aan een buitenlandsch blad het
volgende geschreven
„Het bericht van het terugtreden van
den dictator Franco heeft ons hier vrij
wel verrast. Zijn besluit zou, ook volgens
de meening in politieke kringen alhier,
als een vaderlandlievend offer zjjn te
beschouwen, wanneer niet de veel
op een vlucht gelijkende haast, waar
mede Franco van plan is onmiddellijk
na zijn aftreden Lissabon te verlaten,
het karakter van dien man in een hate
lijk daglicht liet zien. Dit karakter is
klaarblijkelijk door zijn vrienden zoowel
als door zijn vijanden overschat.
Nadat hij door zijn brutaliteit het land
aan den rand van het verderf had ge
voerd, maakt het onmannelijk gedrag,
waarvan hij nu blijkt geeft, hem thans
voor altijd onmogelijk.
Het is niet Ie loochenen, dat deze
wending, zoo OBverwacht als zij komt
en ofschoon zij slechts als een gerust
stellende oplossing van het huidige
oogenblik kan worden aanvaard, hier
als een geluk voor Portugal wordt be
schouwd. Na de eerste berichten heerschte
er hier te Parijs namelijk droef
heid en ontzetting over den aanslag.
Thans worden echter overal stemmen
verneembaar, die beloogen, dat Portugal
onder Koning Carlos veel heeft geleden.
AMERIKA.
Uit Washington wordt gemeld, dat
aldaar is aangekomen een commissie van
fabrikanten, die 2,00,000 personen achter
zich heeft. Doel van dit bezoek is het
Congres te vragen een aanhangig wets
ontwerp aan te nemen, waarbij een
commissie wordt ingesteld, om een voor
bereidend schema voor algemeene tarief-
herziening te maken. De fabrikanten-
commissie denkt, dat Roosevelt deze
tijden voor zulk een revisie niet gunstig
acht, maar dat de republikeinen die in
hun verkiezingsprogramma moeten op
nemen, zoodat de nieuwe President in
1909 een extra-zitting van het Congres
voor de tariefhervorming bijeen kan
roepen. Goed ingelichte kringen ver
klaren, dat het ontwerp gedurende
deze zitting van het Congres op geen
diepgaande bespreking meer rekenen kan.
Wat verstaat u onder geluk, moeder?
«Voor een meisje, dat ze goed ver
zorgd is. Een braven man. Geregelde
omstandigheden. Ik zou rustiger sterven,
als ik voor dien tijd Jo onder dak
wist.
«En dat dak zal voor Jo dat van het
huis Stohman zijn
Erwig fronste de wenkbrauwen.
«Laat die gedachte varen, moeder,
Jo houdt niet van den jongen Stohman.
Zij heeft hem dat ook, als ik me niet
vergis, reeds ondubbelzinnig te verstaan
gegeven.»
«Ach, dwaasheid, 't Kind weet niet
wat ze wil. Dat ls nog veel te dom en
onervaren om de diepte dezer aange
legenheid te beseffen. Wat Jo denkt en
wil en wenscht, legt bij mij geen ge
wicht in de schaal. Als ik dood ben,
zal ze me nog eens danken, dat ik voor
haar gezorgd en haar geluk vast
gehouden heb tegen haar eigenzinnig
heid in.»
«Nu hoor eens moeder.»
«Hier ls niets te hooren. 't Heeft me
al moeite genoeg gekost, de zaak een
beetje in orde te brengen, nadat ze alle#
zoo in de war gestuur had. Niet bij
Tony. Dat is een goede, eenvoudige
jongen, die met alles tevreden is. Maar
de oude Stohman heeft Jo haar kinder
achtig gedrag op 't verjaringsfeestje
zeer kwalijk genomen.
(Wordt vervolgd).