DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN. No. 94, VRIJDAG 22 MEI 1908. 5e JAARGANG. Uitgave van de Naaml. Vennootsehap „DE EEMLANDER". Versehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. HALF BLAD. BUITENLAND. BINNENLAND. STATEN-GENERAAL. STADSNIEUWS. Rechtzaken. ALLERLEI. DE EEHLANDER Hoofdredacteur R. G. RIJKEN S. Abonnementsprijs Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f 4.— Franco per post id. - 5.60 Per 3 maanden id. - 1. Franco per post id. - 1.40 Afzonderlijke nummers- 0.05 Bureau: BREEDESTRAA.T 20. Telefoon Interc. 62. Prijs der Advertèntiën Van 1 tot 5 regelsf 0.40 Voor iederen regel meer- 0.08 Buiten het Kanton Amersfoort per regel - 0.10 (Bij abonnement belangrijke korting.) Tot de plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het Kanton Amersfoort in dit blad is uitsluitend gemachtigd het Nederlandsch Advertentiekantoor PEEREBOOM en ALTA te Haarlem. OVERSTROOMING IN CHINA. China is bezocht door een geweldige overstrooming. De ramp werd veroorzaakt door de rivier de Han, die bij Hankou in de Jangtsekiang vloeit. Het is een ge vaarlijke rivier, die ieder voorjaar de lage vlakte bedreigt. Men heeft dan ook, ten einde de bedreigde bevolking in Hankou tijdig te waarschuwen, wachtposten langs de rivier opgesteld die door telegraü che stations onder ling en met Hankou zijn verbonden. Maar China gelijkt het huis van den vader van Tristram Shandy, waar volgens Sterne nooit iets ging gelijk het gaan moest. Toen de rivier, de Han, door het smelten van de sneeuw in het gebergte met geweld kwam opzetten, tot buitengewone hoogte stijgende, meldde de eerste beambte, dat de rivier een weinig was gere zen in alle landen maar vooral in China brengen de ambtenaren niet gaarne slechte tijdingen over en deze man verkleinde opzettelijk het gevaar. En nog kwam de waarschuwing niet op het oogenblik, waarop men voor zorgsmaatregelen had kunnen nemen te Hankou aan, want een tweede beambte, die het telegram ontvangen moest hebben, had goedgevonden zijn station te verlaten. Toen hij terug keerde en de depêche vond, was het precies vierentwintig uren te laat. De stroom had zich niet bekommerd om het plichtverzuim der beambten, die hem moesten waarnemen en van zijne buitensporigheden melding ma ken de golven hadden Hankou be reikt en dreigden het te verzwelgen. Tot overmaat van ongeluk was er brand uitgebroken in een Chineesch vaartuig en daar de schepen hier dicht opeen lagen hadden de vlammen weldra ook andere aangetast. Zjj waren gedeeltelijk met petroleum ge laden en brachten ook de Europeesche schepen in groot gevaar. Een Engelsche stoomboot, Nightingale, deed wat zij kon om te redden wat te redden viel, maar moest ten slotte voor het vuur wijken. En nu kwam de gezwollen rivier opzetten, die in een oogenblik alles overstroomde. Het eerste gevolg was dat de brandende en door elkander drijvende schepen werden verzwolgen. Maar het water deed weldra meer schade dan het vuur had kunnen doen. De hutten der Chineezen aan het strand werden in minder dan geen tijd overstroomd, als wegge veegd van den aardbodem. De bewoners konden zich niet redden en over 't geheel die in de lagere gedeelten der stad evenmin. De Chineesche autori teiten, altijd geneigd om de onheilen die het land treffen als tamelijk onbeduidende voorvallen aan te mer ken, waren genoodzaakt te erkennen, dat er misschien wel negenhonderd menschen waren omgekomen. Maar op een punt beneden Hankou zijn ten minste tweeduizend lijken komen aandrijven. De materieele schade is buitengewoon groot. En nu nu zal waarschijnlijk de regeering den amb tenaar die zijn station had verlaten ontslaan, maar hij zal daarom niet veel geven, bedenkende, dat als de eerste schrik geweken is men hem toch weer zal aanstellen, gelijk ge regeld met ontslagen ambtenaren in China gebeurt. En verder zal alles bij het oude blijven. FRANKRIJK. De Petit Parisien, die, naar 't altijd heet, met de Fransche regeering in betrekking staat, beieidt den draai voor, dien Frankrijk in Marokkagaat nemen, wanneer Moelai Hafid als sul tan erkend zal moeten worden. Men had, zegt 't blad, tot nog toe, op berichten uit Rabat en Tandzjer af gaande, aangenomen, dat Hafid ver pletterd was, maar nu staat men voor 't feit, dat Hafid de derde en tweede hoofdstad bezet heeft, en welhaast Fes, de eerste hoofdstad, zal bezetten. Kan hij zich, eenmaal meester van Fes en Meknes, ook in Tandzjer tot sultan laten uitroepen, dan zou men vastloopen door altijd maar weer Abdel-Azis als den man te beschouwen met wien men rekenen moet. De Fransche diplomatie, die zeker be treuren zal zoo slecht ingelicht te zijn, zal met de veranderde omstandig heden wel haar houding wijzigen. Te Tandzjer, Madrid en Parijs zal men de kwestie wel tegelijkertijd over wegen. Inmiddels mag wel herinnerd worden, hoe de Fransche regeering in de Kamer heeft gezegd, dat Frankrijk geen partij koos tusschen de twee sultans, en hoe minister Pichon in Januari heeft gezegd, dat, als Abdel- Azis 't verloor, Frankrijk met zijn opvolger zou weten te onderbandelen. De Petit Parisien herinnert niet, dat nog in deze maand het ontvangen van Moelai Hafid's afgezanten te Berlijn, terwijl Frankrijk Abdel-Azis de hand boven 't hoofd hield, in de Fransche pers nagenoeg als een on vriendelijke daad van Duitschland tegenover Frankrijk werd voorgesteld. ITALIË. De staking in Italië neemt toe, ook in de Zuidelijke provincies, en de stakers beginnen ongelukkigerwijze langzamer hand tot ongeregeldheden over te gaan. Te Bari en te Faggia zijn geweld dadigheden gepleegd tegen arbeiders, die zich niet bij de stakers wenschten aan te sluiten. Een jonge man van 20 jaar werd daarbij met bijlslagen gedood. Te Corato (Apulië) zijn niet minder dan 15,000 stakerszij hebben be sloten met alle mogelijke middelen te verhinderen, dat lieden uit andere provincies, die met het oog op den oogst en het dorschen verwacht wor den, hen komen vervangen. TWEEDE KAMER. Voortgezet zijn gisteren de beraad slagingen over de motie-Bos omtrent Staatsexploitatie van Spoorwegen. Onder degenen, wieDS meeningen ge wicht in de schaal leggen, behoort zeer zeker ook de heer Plate. Deze bestreed de motie. Practisch resultaat was er z.i. niet van te verwachten, zelfs weet men niet welk stelsel van staatsexploitatie de motie bedoelt. Tal van belangrijke vraagstukken zullen allereerst tot klaarheid moeten worden gebracht en dit kan niet zonder schriftelijke voor bereiding. Sprekers conclusie was, dat in deze zaak voor een motie geen plaats is. Zijns inziens hadden de voorstellers van de motiej beter ge daan, indien zij zich in navolging van Zwitserland hadden beperkt tot het richten van een wensch aan de regeering om de zaak te onderzoeken. Vervolgens bestreed spr. het betoog van de heeren Bos en Treub, daarbij weerleggende het beroep op het bui tenland. Japan b.v. onderhandelt om weder te komen tot particuliere exploitatie. In Italië komen de treinen veel te laat. In Denemarken zjjn de finantieele resultaten treurig. En wat Duitschland betreft daar is staatsexploitatie niets anders dan een noodzakelijke consequentie van J de algemeene Duitsche politiek de eenige inconsequentie is dat er nog zijn staatsspoorwegen in stede van rijks spoorwegen. Staatsexploitatie eischt een groote macht van uitvoerend gezag en is in constitutioneels landen af te raden. Spreker wees er o.a. op dat in Duitschland de groothandel en de grootindustrie zeer tevreden zijn met staatsexploitatie evenals de groot agrariërs. Maar de kleine burgers del ven het onderspit. Daarna schetste spreker de slechte spoorwegtoestanden in België. Wat financieels beschouwingen van den heer Treub aangaat, deze ziet over 't hoofd het verschil tnsschen gemeente- en staatsbegrooting en de commercieels balans. Spr. drong bij den minister aan op een ernstig on derzoek naar de al of niet juistheid van 's heeren Treubs ernstige beschul diging, van het bestaan van geheime restitutie en geheime contracten voor den groothandel. Deze beschuldiging is zeer grievend voor de spoorwegambtenaren en indien zij dus onschuldig blijken te zijn, hebben zij recht op zuivering. Ten slotte betoogde spreker dat de staatsexploitatie niet past in onze staatsrechterlijke instelling, niet past in onze toestanden en niet past bij den aard van ons volk. Het is een gevaarlijke illusie dat staatsexploitatie een raad van toezicht op het spoor wegbedrijf onnoodig zou maken. De heer Schaper hield een lange rede ten gunste van Staatsexploitatie. Niet-toelating van een raadslid. „Het Volk" meldt, om trent de quaestie van de niet-toelating van dr. Van den Brink als raadslid, naar aanleiding van het vermoeden, dat de schuld van het feit dat de zaak-Van den Brink nu al sinds zoo vele maanden hangende is bij de regeering, lag in het uitblijven van het praeadvies van den Raad van State, het volgende: „Wij vernemen nu dat dit advies geruimen tijd geleden reeds bij de regeering is ingekomen en dat het luidt in voor de toelating gunstigen zin". Aantal inwoners van Nederland. Blijkens mededeeling in de Stct. (no. 120) was het aan tal inwoners van Nederland op 1 Januari 1908: 5,747,273; daarvan waren2,851,498 mannen en 2,895,775 vrouwen. Het stoffelijk overschot van den dezer dagen te Middelburg plotseling overleden mr. J. K. H, Turk, substi tuut-officier van justitie bij de arr. Rechtbank aldaar, zal morgen alhier ter aarde worden besteld. De minister van binnenlandsche zaken heeft bepaald, dat het eind examen van het gymnasium alhier zal worden gehouden op 25, 26 en 27 Juni a.s., terwijl als gecommitteerden zjjn aangewezen, onder wier toezicht het examen zal worden afgenomen: dr. K. Kuiper, hoogleeraar aan de Gemeentelijke Universiteit te Amster dam, dr. K. H. Th. Bussemaker, hoog leeraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden en dr. J. de Vries, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. De heer J. H. Lodder slaagde te Utrecht voor het examen vrije- en ordeoefeningen. Tot onderwijzer aan de R. K. school op de Breedestraat alhier, is benoemd de heer Chr. Lebot te Ouden bosch. Zoo we reeds meedeelden zal op den avond van het muziekconcours in het plantsoen een concert worden gegeven door het stafmuziekkorps van het öe Reg. Inf. onder leiding van den heer G. Bikkers. Het programma voor dit concert luidt als volgt 1. „Kolonel van Hoek" Marsch G, Bikkers. 2. Ouverture „Les dra gons de Villars" Maillart. 3. „Ballsirenen" waizer a.d. Operette „Die Lustige Witwe" Lehar. 4. Grande Fantasie sur des motifs de l'O- péra „Romeo et Juliette" Gouuod. 5. Ouverture „Orphée aux enfers" Offenbach. 6. „LeRossignol" Polka pour petite Flüte. Steenebruggen 7. „LasstdenKopfnicht hangen" Potpourri. Lincke. 8. Finale. Het concert begint om 8 uur en zal toegankelijk zijn tegen 25 cent entree. Door de politie is heden aan gehouden een persoon, gesignaleerd in het politieblad. Hij moet nog drie dagen hechtenis ondergaan. Onder groote belangstelling werden hedenmiddag een man en vrouw opgebracht, die in kennelijken staat verkeerden. Als gevonden voorwerpen zijn aan 't politiebureau terug te beko men een gouden kruisje en een dito broche. ANTI-MILITARISTEN. Gisteren werd voor de Amster- damsche Rechtbank behandeld de bekende strafzaak tegen G. Wurpel en B. Pieters, secretaris en penning meester der afdeeling Amsterdam van de Internationale Anti-militaristische Vereeniginggevolg van de uitgifte van het bekende October-manifest aan de loteiingen. Het Openbaar Ministerie eischte tegen ieder hunner f25 boete, subs, één maand hechtenis. HET SPOORWEGONGELUK. Omtrent het gisteren vermelde vreeselijk spoorwegongeluk te Contich deelt het Handelsblad van Antwerpen o.a. de volgende nadere bijzonderheden mee „De ongeiukstrein is de trein 515, die om 8 ure 32 uit de Middenstatie (te Antwerpen) vertrekt naar Lier en Turnhout en die te Turnhout moet aankomen ten 10 ure 21. Deze trein bereikt Contich-kazernen ten 8 ure 55zooals men weet is er daar eene bifurcatielij n (zijlijn) op Lier, op welke baan de trein blijtt stilstaan in de statie tot 9 ure 05. Dit was ook dezen morgen het geval. De trein was voornamelijk gevuld met werk lieden, met soldaten en nam te Contich personen op die aan eene beevaart deelnamen. De expres van Antwerpen, in stee van door te rijden op de baan, waar hij blijven moest, is de zijlijn opgereden en, alhoewel met verminderde, toch nog met redelijk snelle vaart terecht ge komen op den stilstaanden trein van Lier-Turnhout. Zooals wjj hooger zegden, was deze goed gevuldal de rijtuigen ervan waren bezet. Welnu, de geheele trein werd om zoo te zeggen getelescopeerd, 't is te zeggen geheel in malkaar gereden. De waggons schoven in elkander, werden van de baan gedrukt en allen, tot den laatste toe, beschadigd-, drio werden geheel vernield, verbrijzeld, in stukken geslagen. En 't is vooral onder de inzittenden dezer drie rijtuigen dat werkelijk eene ware slachting, werd aangericht, een bloedbad dat geen pen kan beschrijven. Deze inzittenden waren meesten deels werklieden, vrouwen uit den kleinen burgerstand, soldaten, en meest allen zijn dood of erg gewond. Wanneer de eerste hulp opdaagde woonde men een tooneel bij, dat nooit uit het geheugen van de aanwezigen zal gewischt worden. Het was een tooneel van ware ver schrikking. Het gehuil en het gekerm der tus schen de puinen beknelde gewonden deden het bloed in de aderen stollen. Menschen die heelhuids uit de ramp waren gekomen, liepen als zinneloos door da statie en vluchtten het veld in. In de wachtzaal waren de genees- heeren en de geestelijkheid van Contich, die met ware bovenmenschelijke krach ten en ofïerva' rdigheid geneeskundige en geestelijke hulp toedienen. Rond half 11 is de eerste hulptrein uit Antwerpen toegekomen met ge- neesheeren, verplegers, wiegen en al het noodige materieel. De reizigers van den express zijn er van af geweest met een geweldigen schok, doch naar wij vernemen is er geen enkel gewond cp dien trein. Deze is op de rechte baan gebracht en met merkelijke vertraging door gereisd naar Brussel. De lccomotief van den express-trein, een zwaar gevaarte, werd slechts licht beschadigd. Een ooggetuige, zekere Vansina uit Antwerpen verteelt het volgende „Ik was in den trein voor hier." Rechts kwam de trein van Brussel, uit welke een aantal bedevaarders in onzen trein moesten overstappen. Er was geen plaats genoeg in de 3e klas- rijtuigen, zoodat de statieoverste toe lating gaf, de overigen in 2e klas op te nemen. En zoo kwam het dat eene vrouw mijn compartiment in 't welk ik nog met een paar andere personen zat, binnen wilde. Terwijl zij den voet op de trede zette stak ik de hand uit om haar binnen te helpen, toen op eens een gekraak, dat duidelijk aantoonde wat schrikkelijke ramp er gebeurde ge hoord werd. Alles bewoog rond mijde schutsels, de plafonds, de zq wanden, alles beefde en de vrouw zat met het middelijf gepletterd tusschen den wand van het rijtuig en mijn ben, dat ik tot steun had uitgestrekt om haar biDnen te helpen. Alles wat een minuut geleden rond mij vroolijk leefde, was nu bloedend,- vormloos, verpletterd, dood, wat weet ikl Van de vrouw hield ik alleen 't doode bovenlijf in den arm. Het andere gedeelte stak buiten. Het rijtuig moest daarenboven om gevallen zijn; ik merkte dit aan den stand van banken en wanden. Ik zat

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1908 | | pagina 1