WEERBERICHT.
Thermometerstand
UIT DE PERS.
STADSNIEUWS.
Langs den W&q.
Uit de Omgeving.
Land-, Tuinbouw en Veeteelt.
ALLERLEI.
MEDEDEELINGEN VAN HET
KONINKL. NED. MET. INSTITUUT.
(Opgemaakt voorm. 10.50 uur.)
De Bildt, 11 Augustus 1908.
Hoogste barometerstand 770.9 m.M.
te Valentia; laagste 748.1 m.M. te
Skudesnaes.
Verwachting tot den avond van 12
Augustus 1908.
Wind: Matige, meest N.W.-lijke
wind.
Gesteldheid van de luchtAfwisse
lende bewolking, weinig of geen regen.
TemperatuurDezelfde.
Barometerstand te AMERSFOORT.
uur 763 m.M.
Vorige stand te 12 uur 763 m.M.
te Amersfoort.
Hoogste gisterenF. 82
Laagste hedennacht F. 54
Hedenmiddag 12 uur F. 65
AMERSFOORTSCHE
BAD- EN ZWEMINRICHTING.
Temperatuur van het water op
Dinsdag 11 Aug. des morgens 7 uur
66» F.
werkzaamheid van coöperatieven aan
koop- en verkoop-vereenigingen, voor
namelijk met het oog op leverantiën
aan het leger. 3e. De organisatie van
het landbouw-, industrieel-en bandel3-
crediet. 4e. De bescherming der regio
nale huisindustrieën. 5e. Het woning
vraagstuk van den middenstand. 6e.
'De rijksverzekering tegen de gevolgen
van invaliditeit en ouderdom van alle
burgers. 7e. Het vraagstuk der bouw
ambachten.
Een prijsvraag. De directie
van het tijdschrift „Holland Express"
heeft een interessante prijsvraag uit
geschreven. Deze is tweeledig.
1. Hoe vrijwaart men zich tegen
diefstal in spoorwegcoupés?
2. Hoe vrijwaart men zich tegen
diefstal in bagage-wagens?
De antwoorden zullen worden be
oordeeld door een jury, bestaande uit:
dr. jnr. S. R. K. von Hoogerwoerd,
generaal gevolmachtigde van den
Norddeutschen Lloyd voor Nederland
en Luxemburg, voorzitterG. van
Hulzen, letterkundige, en Theo Kervel,
inspecteur de Compagnie des Wagons-
lits et des grauds Expres, Européens.
De prijzen zullen bestaan in een
reis per mailboot van de Mij. „Neder
land" of den Rotterd. Lloyd naar de
Middellandsche Zee (terug te land of
ter zee) en een reis van Bremen
met de „Kronprinzessin Cecilie," het
bekende zeekasteel van den Norddeut
schen Lloyd, naar Londen en van daar
naar Rotterdam met de Batavierlyn.
Voor bijzonderheden zie men het
jongste nummer van „Holland Expres."
DE VOLKSONTWIKKELING IN
N.-BRABANT.
De schrijver van de wekelyksche
brieven uit Noordbrabant in de „Gel
derlander" heeft het ditmaal eens
over de volksontwikkeling in zijn
provincie. Men spreekt wel eens van
het „donkere zuiden" en wordt dan
wel eens beschuldigd van partijdig
heid. Maar als men dezen schrijver
leest, dan blijkt het dat de verf niet
zwart genoeg kan zijn, wanneer men
het peil der volksontwikkeling in de
grootste provincie van ons land wil
schetsen. Hij schrijft o. m.
„Als je zoo op de boerendorpen
van ons lieve Noord-Brabant de da-
gel(jksche gesprekken eens beluistert,
of onder de weelde van een potteken
bier acht geeft, op wat er zoo al
verhnnde'd wordt in de boerenher
bergen, diii zeg je toch dikwijls by
je zelf: „Wat zijn de menschen hier i
ontzettend stom 1" Een Tweede Ka
mer hé Provinciale Staten
Egyptische duisternis in de boeren-
hersenkas Vredesconferentie?
Hiëroglyphenschrift Ramp van de
„Berlin" Klaas Ree heeft geen maal-
kalveren te koop, dus onbekend, on
begrepen I Wil ik voortgaan Leg
zoo'n wandelende stupiditeit een krant
voorlaat ze haar uitspellen van a
tot z en onderzoek dan eens, welke
woorden bij hem voorstellingen of
begrippen wekken. Ik zal ze u even
opnoemen„Varken, boter, maalkalf,
markt, eieren, mest, bier, hengst,
vechten, boerenbond en klompen. En
wie geeft u dan nog de verzekering
dat deze voorstellingen alle juist z(jn?
Men klaagt over gebrek aan be
langstelling in 't staatsbeheer, over
volslagen gemis aan politiek leven by
de bewoners der Noord-Brabantscbe
binnenlanden. Men jammerde en schreef
naar aanleiding van den beluchten
Milscheu moord heele artikels over
den treurigen toestand van onbe
schaafdheid, waarin de bevolking hier
verkeert, een bevolking, zoo heette
het, wier eenig genot nog scheen te
bestaan in vechten en zuipen ver
geef me het woord - en welker
domplatte herbergtaal even ondragelyk
is als Amsterdammer baliekluivers
humor.
Noord-Brabant en zijn bewoners
liggen me na aan 't hart en toch moet
ik zeggen, dat er in dat geschrijf veel
Waars lag. Niet, dat hier eiken
Zondag bachantendienst wordt ge
houden, afgewisseld of opgeluisterd
door krachttoeren met vuisten en
klompen, noch dat overal de wijzer
op de schaal der ontwikkeling zoo
laag een peil teekent.
Maar toch vertel ik u geen leugens,
als ik beweer, dat hier in de Meierei
plaatsen z(jn, waar drie kwart der
boerenbevolking niet weet, dat er een
Tweede Kamer bestaat of al kent ze
den naam, het blijft by een ijdelen
klank.
Ik heb tjjdens de verkiezingscam-
campagne van 1905 in het district
Grave dingen gezien en meegemaakt,
die elkeen tot de onmogelijkheden zou
rekenen. Trouwens, veel van wat
er in die dagen geschied is, is toen
reeds genoeg geïllustreerd, doch ik
wil maar zeggen, dat bier- en geld-
candidaten ook hier tot het rijk der
utopieën zouden behooren, wanneer
de bevolking slechts begreep hoe ze
geregeerd werd.
Doch ze betaalt belasting, gooit de
ruiten in by burgemeester en gemeente
ontvanger, en blijft dom. Hoeveel
boeren begrijpen het nut van een
boerenbond, laat staan van corporatie
in 't algemeen Een jood koopt kal
veren de boerenbond koopt kal
veren derhalve de boerenbond is
een groote jood! Nogmaals de boeren
bevolking staat hier op sommige
plaatsen nog op een bijna Russisch
peil van ontwikkeling.
Voor het bouwfonds der nieuwe
Herv. kerk alhier mocht de commis
sie f200 ontvangen van H. M. de
Koningin-Moeder. (Vad.)
In de Amersfoortscbe Bad
en Zweminrichting werden gediplo
meerd de heer A. Meijer en de
jongeheeren Th. W. S. Beem en P.
van Daal.
Met ingang van 1 Augustus
a. s. is de heer H. J. Cruijff, adspi-
rant-commies der posteryen en tele
grafie, werkzaam ten postkantore
alhier, verplaatst van Amersfoort naar
Rotterdam (postkantoor).
De H. IJ. S. M. heeft gisteren te
Amsterdam aanbesteed bestek 1120:
het maken van een werkplaats, sme
derij, houtloos en een gebouw voor
houtbewerking op het terrein aan de
wagenwerkplaats te Amersfoort. Ra
ming f 139,000. Ingekomen 32 biljetten.
Minste inschrijver de heer W. M.
Weyers, Tilburg, voor f120,740.
Programma van het concert,
Donderdagavond op het terras van
Amicitia te geven door de stafmuziek
van het 5e Regiment Inlanterie,
directeur de heer G. Bikkers.
1. A Copper Queen,
march v. d. Cook.
2. Ouverture „Heimkehr
aus der Fremde", Mendelssohn.
3. A toi, valse, Waldteufel.
4. Grande fantaisies. d. ru.
de l'opéra „La fille du
regiment", Donizetti.
5. Ouverture „Dichter und
Bauer", Suppé.
6. Ballet de Coppélia Delihes.
a. Lent et valse. b.Dans
do léte et valse des
Heures, c. Czardas, d.
Galop.
7. Rêverio, Vieuxtemps.
8. Grande fautaisies. d. m.
de l'opéra „Le Trou-
vére" Verdi.-v. Aakon.
Tegen 1 uur hedenmiddag wurd I
de VViihelminaspuit gealarmeerd voer
een schoorsteenbrandje bij W. Pot
in de Teutstraat, 't Was evenwel van
geen beteekenis, zoodat geen water
behoefde te worden gegeven en dade
lijk weer kon worden ingerukt.
De heer W. G. Klomp heeft
wegens vertrek uit de gemeente ont
slag genomen als lid der gezondheids
commissie en van de Kamer van ar
beid voor de bouwbedrijven.
De wachtmeester Weydogen, van
het le regiment huzaren, had Zater
dagmorgen by de oefening op de heide
het ongeluk met zijn paard te storten.
In bewusteloozen toestand werd hij
per brandcard naar het militair hospi
taal vervoerd. Zijn toestand is op het
oogenblik bevredigend. A. D.
De stafmuziek van het 5e reg.
infanterie alhier, kapelmeester de heer
G. Bikkers, zal bij guDstig weder
Dinsdag 18 Augustus a.s. des avonds
te 8 uur een concert geven in het
Oranjepark te Baarn.
Gisterenmorgen kwamen bij het
regiment genietroepen aan zes detache
menten van verschillende regimenten
infanterie, ter gezamenlijke sterkte
van 72 onderofficieren en minderen,
die van 10 Augustus tot 3 October
by genoemd regiment de practische
oefeningen zullen medemaken.
Het detachement van het 5e Reg.
Int. staat onder leiding van den len
luitenant L. J. Baerends van genoemd
regiment.
Op hot bureau van politie zijn
gedeponeerd een stafkaart van Zutfen
en omgeving, een zilveren vinger-
doekjesring en een damesceintuur, die
op den openbaren weg gevonden zyn.
(Amersfoortsche Kroniek en Critiek.)
X.
Wij leven midden in den vacantie-
tijd tegenwoordig. De vacautietijd is
vrywel eene instelling geworden.
Behalve de weinige menschen wier
geheele leven een doorloopende vacan-
tie is, en die, naar ik mij voorstel,
zich ten slotte gruwelijk moeten
vervelen, hebben allen, die werken,
behoefte aan een paar weken rust nu
en dan.
Vroeger deed die behoefte zich
minder gevoelen en zy bestaat nog
heden niet in gelijke mate voor allen.
Ik kan me voorstellen, dat onze oudste
voorouders, nomaden, jagers of vis-
schers, zich in hun dagelijksch bediyf
niet te zeer vermoeiden. Zij hadden
ongetwijfeld ook uren van spanning
en inspanning. Maar de nomade
maakte vermoedelijk met zijn kudde
geen lange marschen dag aan dag, de
jager, de visschers hadden 's zomers
hun werk, des winters lagen zy op
den berenhuid bij het vuur en lieten
wat er nog te doen viel, over aan
hunne vrouwen.
Maar de menschen, die in de steden
altyddoor den inderdaad niet gemak-
kelijken strijd om het bestaan hebben
te voeren of ten minste aanhoudend
moeten arbeiden, hebben op den lan
gen duur, om friseh te blijven, om
hunne op de proef gestelde zenuwen
te ontspannen, niet genoeg aan den
wekelijkschen rustdag.
Om het ons eens gemakkelijk te
maken, om te rusten, dient de
vacantie.
Er zyn ook menschen, die in deze
vrye dagen zich afmatten met hooge
bergen te bestijgen en oppervlakkig
zooveel van de wereld te zien als zjj
met spoortreinen en automobielen
kunnen afreizen. Dat moeten zy weten
maar het bekomt hun dikwijls zeer
middelmatig en ik heb koene hard-
loopers en bergbeklimmers gekend,
die na eeöe vacantie noodzakelijk
moesten uitrusten van de vacantie.
Reeds betrekkelijk lang heeft de
schoolgaande jeugd hare vacanties ge
had, veertien dagen, drie weken en
ook langer, want alle schoolvacanties
hebben de eigenaardigheid, dat zjj om
een of andere reden zich steeds uit
breiden. Men vraagt zich soms af,
hoe vroeger de scholieren het maak
ten, die geen vaste vacantiedagen
genoten. Maar aan den eenen kant
was er geen leerplichtwet en aan den
anderen kant werden zij niet lastig
gevallen met zooveel „vakken" als
waarin tegenwoordig de schoolweten
schap is verdeeld.
En toch zou ik nog gaarne een
half uurtje op het leerplan afgezon
derd zien voor een lesje in de be
schaving. Want helaas, de klachten
over de ruwheid der jeugd worden in
Amersfoort steeds menigvuldiger.
Ik ontving kort geleden van een
vriendelijk lezer daaromtrent een
mededeeling, die spreekt.
Aan een der gebouwtjes ter zyde
van de Synagoge, met zijn typische
lichtramen, zag hy een metselaar bezig.
Op zyn vraag ot men hier ook al iets
nieuwerwetsch ging maken, ontving
hy ten antwoord: „Neen, maar die
ramen zijn hier niet zoo nooöig, en
nu metselen wy' ze maar dicht, daar
de ruiten toch onophoudelijk worden
stuk gegooid." Ed het raam daar
boven de deur dan? was de volgende
vraag. „Wel, daar komt ijzergaas
voor."
Mijn zegsman was verontwaardigd
en meende, dat de politie, die her
haaldelijk klachten ontving, met aan
duiding van plaats en tijd, zich
onmachtig betoont aan dit kwaad
paal en perk te stellen.
Vaststaande regel is, zegt hy, geen
onbewoond huis met heele ruiten,
geen geverfde deur zonder krassen
keien langs de grachten verdwijnen
bij hoopen in 't water en worden te
voren zelfs uit den grond gelicht.
Dit laatste kan ik zelf ook constatee-
ren; 'k heb er zelfs een jongen een draai
voor om z'n ooren gegeven ik had
een strafbare daad gepleegd, maar 't
hielp. Nu ben ik er zoo bang niet
voor, dat het publiek, dat gewoonlijk
de partij van een schreeuwenden
bengel trekt, die aan zijn ooren ge
trokken wordt, zich tegen mij keert,
maar ik kan me voorstellen, dat er
zijn, die voorzichtigheidshalve zich
liever niet met zoo'n zaakje bemoeien
en de boosdoeners weten al gauw, dat
zij ongestraft allerlei kattekwaad kun
nen uitvoeren, als er geen politie in
de buurt is. En die kan nu eenmaal
niet overal zijn.
Spoedige berechting, misschien
ook lijfstraffelijke rechtspleging
kunnen hier veel ten goede werken
naar ik meen, maar bovenal dunkt
ine, de opvoeding. En daarom zou ik
dat half uurtje wekelijks wenschen.
Dan kan de jeugd, als 't bleek te
helpen, voor myn part nog een weekje
vacantie er by krijgen.
Ik heb in de couranten een be
richtje gelezen, dat me zeer heeft
getroffen, namelijk de mededeeling,
dat er ergens in Duitschland iemand
is, die een gemeentebestuur een proces
heeft aangedaan over het spelen van
het carillon des nachts.
Jongens, dacht ik, ik wou dat we
hier in Amersfoort ook eens zoo'n
doortastend iemand hadden, die het
zelfde deed tegenover de spoorweg
maatschappijen.
Telken nacht toch, worden de be
woners van de kwartieren, die aan het
spoorwegemplacement grenzen, wakker
gemaakt of wakker gehouden door het
fluiten der locomotieven. Dit geschiedt
veelal luider dan noodzakelijk is.'tls
alsof er machinisten zyn, die denken:
ik niet slapen, de anderen ook niet. Op
het eentoning geblaas van den ran
geerder hoort men het snerpend fluitje
van de locomotieven van de H. IJ. S.
of het meer melancholieke fluitje van
die der Centraal't is een vragen- en
antwoordenspel zonder ophouden. En
dat alles vermoedelijk onnoodig; want
in het buitenland, waar het rangeer-
werk toch ook des nachts doorgaat,
gaat dit zonder het voor de om
wonenden zoo hinderlyk lawaai.
Hy, die er iets op weet om hieraan
een einde te maken, zal meewerken
tot het verminderen van het percen
tage zenuwlijders, die er al veel te
veel zyn in dezen herrieachtigen tijd.
FLANOR.
BAARN. Met ingang van 1 Sep
tember a. s. zijn verplaatst de kler
ken der posterijen en telegrafie le
klasse J. F. Besier, van Utrecht
(bjjpost- en telegraafkantoor „Wei
straat") naar Baarn en D. van Arkel,
van Baarn naar Utrecht (bijpost- en
telegraafkantoor „Weistraat")
DE STÓPPELBOUW.
Het komt vrij dikwijls voor, dat
op droge Mei- en Junimaanden een
natte Augustus en September volgen.
Een deel van hetgeen de droogte van
den voorzomer bedorven heeft, kan
men in den regel terugwinnen door
een zoo intensief mogelijk gebruik van
de perceelen die met rogge zijn bezet
geweest.
Dat bereikt men, zooals algemeen
bekend is, door den stoppelbouw. Op
onzen lichten zandgrond is geen groote
keuze van gewassen en is men eigen
lijk aangewezen op de teelt van
knollen en spurrie, die tot laat in den
herfst op stal aau het vee worden
toegediendop deze wijze den over
gang op wintervoeder minder plotse
ling makend. Juist daarom zij men
met het zaad niet te karig. Wordt
een gewas gezaaid met de bedoeling,
het te laten rijpen en vrucht te doen
dragen, dan is te eng zaaien verkeerd
maar in het onderhavige geval is
het hoofdzakelijk te doen om groote
bladmassa's.
Het verdient aanbeveling, zoo spoe.
I dig mogelijk nadat het koren gezicht
is, den akker te ploegenwaar
I 's morgens werd geoogst mag 's mid
dags gerust worden geploegd. De grond
kan dan uitluchten en vocht opnemen,
hotgeen op den roggestoppel onmogelyk
is. Valt op den roggestoppel een flinke
regenbui, dan nemen de stoppels het
water op; het verdampt dadelijk weer
door de tallooze buisjes en de grond
zelf blijft droog. Hoofdzaak is, den
bodem goed te keeren en juist dit laat
dikwijls zooveel te wenschen over.
Hoe dikwijls ziet men niet den stoppel
keeren met een ploeg met afgesleten
neus en onbruikbaar rister, terwijl
hier toch een ploeg met scherpen
neus en gaven schaar zoo volkomen
op zyn plaats zou zijnZoo heel
veel boeren die voor het zaad-
klaar maken van den bodem ge
steld zijn op een goeden scherpen
schaar, meenen dat voor schilploeg elk
oud werktuig met stompen schaar en
afgesleten spits voldoende is. Is echter
goed en netjes geploegd, dan kan met
het eggen weer veel, zoo niet alles
bedorven worden. Hoe ruimer derogge-
opbrengst was, hoe weliger het gewas
stond, des te meer kans is er dat de
krachtige wortels en de zwaar ont
wikkelde stoelen aan de oppervlakte
worden gebracht. Dan kan men on
mogelijk rekenen op een mooi regel
matig gewas, vooral niet omdat de
spurrie- en knolzaadjes zoo uiterst
klein zijn en de jonge plantjes zoo
teer.
Men dient te bedenken, dat ook
deze gewassen weer voedingstoffen
aan den bodem onttrekken en in
hooge mate, Daarmate ze weliger
gedijen. De vraag is dus of de grond
nog voldoende kali en phosphorzuur
bevat, of dat nieuwe mest moet
worden gegeven. Wanneer men ge
regeld stoppelbouw toepast is he:
nuttig, reeds bij het mesten van het
hoofdgewas zoo sterk te mesten, dat
voor de stoppelvrucht geen nieuwe
bemesting noodig is.
Want men mag niet vergeten, dat
een eenigszins uitgebreide stoppelbouw
zoo groote eischen stelt aan de ar
beidskracht van het geheele bedryf, I
dat niet, wat in tijden van minder
werk kan worden verricht, tot den
oogsttijd mag worden uitgesteld;
niet alleen om den planten die in dm
stoppel gezaaid worden, een zoo laag
mogelyken ontwikkeliugstyd te geveD,
maar ook omdat met den naderenden
oogst, die na den roggeoogst pas zijn
hoogtepunt bereikt, het werk van dag
tot dag toeneemt.
Teruggevonden of niet?
Sliedrec.bt is in rep en roer. Het is
nl. 16 jaren geleden dat een kind vaa
6 jaar plotseling tijdens de kermis
verdween. Niemand wist er iets van
waar 't gebleven was en 't algemeen
vermoeden wasmedegenomen door
kermisreizigers. Evenwel waren in de
rivier een paar klompjes gevonden
waarvan de moeder echter zeide dat
ze niet van haar jongetje konden zijn.
Door de familie werden herhaaldelijk
nasporingen gedaan. Zoo ook voor 2
jaar toen men van een waarzegster
vernam dat 't wenschelyk wasgoed
toe te zien op de kermis van 1908,
omdat 't jongemensch zich alsdan ver-
toonen zou.
En ziet, als le bediende in een
honden-en apentheater meent men
thans den verlorene terug te hebben
gevonden. Zijn ouders zyn inmiddels
overleden, doch de grootmoeder zegt
hem pertinent te herkennen, o.a. aan
een litteeken. Het jongemensch zei'
beweert dat er niets van waar kan zijn
blijkens zijn geboorteakte van St. Uden.
Intusschen oordeelt de publieke mee-
ning in hem 't verloren jongetje t
hebben teruggevonden.
Een feit is 't, dat 't theater goec
zaken heeft gemaakt.
Geen kermis. Terwijl dij
oftïcieele Rotterdamsche kermis is
afgeschaft, zou Zondag 8 uur aai
Beukelsdijk een particuliere kermis
worden geopend. Duizenden wam
daarheen getogen, doch daar het ter-„
rein niet voldeed aan de eischen va:
veiligheid, door de bouwpolitie gestel'
werd de toestemming tot openiut
geweigerd.
Een talrijke politiemacht was noodig
om de teleurgestelde kermislustigen
te verspreiden.
Onvoorzichtig. Men schrijft
uit Geertruidenberg
Welgemoed keerde de 21-jarig'
grondwerker W. v. M. Zaterdag naai
zijn ouders te Oosterhout terug. Hi
stapte op de tram van 's Hertogen
bosch, alwaar hij werkzaam is, naa:
Oosterhout. Te Geertruidenberg ont
moette hij een kennis en daar de,
tram toch even stopte, stapte hy uit;
en knoopte een gesprek aan. Intus-f,
schen zette de tram zich weder if
beweging v. M. haastte zich de tra®