DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN.
No. 162.
WOENSDAG- 12 AUGUSTUS 1908.
5e JAARGANG.
Uitgave van da Naaml. Vennootsehap „DE EEMLANDER".
Vepsehijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen.
HALF BLAD.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De Familie Von Kröckert.
BINNENLAND.
STADSNIEUWS.
Uit de Omgeving.
echtzaken.
Hoofdredacteur R. G RIJKENS.
Abonnementsprijs
Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f 4.
Franco per post id. 5.60
Per 3 maanden id. - 1.
Franco per post id. 1.40
Afzonderlijke nummers- 0.05
Bureau: BREEDESTRAA.T 18.
Telefoon Interc. 62.
Prijs der Advertentlën:
Van 1 tot 5 regelsf 0.40
Voor iederen regel meer- 0.08
Buiten het Kanton Amersfoort per regel - 0.10
(Bij abonnement belangrijke korting.)
HET OPTREDEN VAN TOLSTOI.
De grijze vredesapostel geeft den
strijd tegen de Russische bureaucra
tie maar niet op. Enkele weken ge
leden zond bij aan de Europeesche
pers een vlammend protest tegen de
wreedheden, door de reactie in 't
Tsarenrijk gepleegd, en nu weer plaatst
hij in enkele Engelsche bladen het
eenige Russische dat bet heeft durven
plaatsen, de Slowo, is biervoor gestraft
met een boete van 2000 roebels
een open brief, waarin hij opnieuw
den Russischen machthebbers uitnoo-
digt hem zelf te gaan vervolgen en
niet hen te doen lijden, die slechts
zijn volgeÜDgen of vereerders zijn.
Voor de toestanden in Rusland is
dit schrijven wel beteekenend. Tolstoi
critiseert er in het vonnis, uitgespro
ken over een jongen man, die in het
bezit werd gevonden van verschillen
de werken van Tolstoi en voor deze
misdaad tot een gevangenisstraf var;
een jaar werd veroordeeld. Als een
eenvoudige lezer van mijn boeken als
een misdadiger wordt vervolgd en
gestraft, dan, zegt Tolstoi zou
het toch zeker in de allereerste plaats
noodig zou zijn mij zelf te vervolgen
en me te beletten verder nog te
schrijven.
Tolstoi heeft 't gevraagd zal de
Regeering antwoorden Ongetwijfeld
zou zij den graaf gaarne in den ker
ker stoppen en zoo gevaarloos maken,
maar zij vreest terecht een protest
van de beschaafde wereld. Eén der
Engelsche 'oladen gaf het volgende
commentaar op Tostoi's stukDe
Tsaar en zijn ministers zijn bevreesd
voor zijn overheerschenden zedelijken
invloed. Zij weten dat het volgens
hun stelsel logisch zou zijn den
grooten leeraar den arbeid onmogelijk
te maken en hem te vervolgenmaar
zij weten ook, dat deze daad, een
logisch gevolg van hun staatkunde,
een van die misdaden zou zijn, welke
de historie nimmer vergeeft.
FRANKRIJK.
Het huwelijk van mejuffrouw Fal-
lières, de dochter van den President
der Fransche Republiek, heeft Maandag
plaats gehad.
Terwijl bij het burgerlijk huwelijk
alle ministers aanwezig waren, wer
den bij de kerkelijke inzegening in de
Naar het Duitsch,
VAN
HENRIETTE VON MEERHEIMB.
103)
Maar niettegenstaande den goud
gelen fonkelenden Rijnwijn in de
groene roemers, bleef de opgewekte
feeststemming achterwege. Was het te
wijten aan de eetkamer met hare vele
herinneringen of aan de gedrukte
stemming van Hilda? Karola bleef
ook erg stil.
Zij werd eerst weer vroolijk toen
zij op het hooge jachtwagentje zat
naast Hans-Henning, die haar natuur
lijk zelf [thuis wilde brengen. Het
maanlicht viel juist op haar gelaat dat
zij voortdurend tot hem ophief. Het
was een heerlijke zomernacht.
De oude Krüchert zat achter het
Madeleine slechts de ministers Pichon
en Thomson opgemerkt.
Of Fallières zelf in de kerk aan
wezig was, vonden wij niet vermeld.
Men weet, dat uit Rome het bevel
was gekomen, dat presi ent Fallières
als hoofd van de tegenwoordige anti-
clericale Fransche regeering slechts in
de kerk zou worden geduld, en dat
daarop officieus was medegedeeld, dat
geen enkel lid der Fransche regeering
by de plechtigheid tegenwoordig zou
zijn.
De Parijzenaars waren dus zeer
nieuwsgierig wie er Maandag al dan
niet in de kerk zouden komen.
ENGELAND.
Gedurende de laatste vlootmanoeu-
vres, is, zoo deelt de Pall Mall Gazette
mede, aan boord van den Engelschen
torpedovernieler muiterij uitgebroken.
Aan [joord van een schip dat zich
met de vloot voor Granton bevond,
heerscht voortdurend ontevredenheid.
De reden daarvan is de volgende
Gedurende een maand werd geen
versche proviand aan boord genomen,
waardoor zooals boven gezegd, de
ontevredenheid in muiterij oversloeg
en wel in die mate, dat ouderdeelen
van het geschut over boord werden
geworpen, zoodat de gevechtswaarde
van het schip tot nihil daalde. Een
onderzoek wordt ingesteld.
TURKIJE.
Een van de grootste grieven, die men
in Turkije had tegen de machthebbers
onder het oude régime, was, dat zij,
die meestal doodarm waren toen zij
aan regeering kwamen, na eenigejaren
in het bezit waren van groote schatten.
De gewezen ministers en de overige
gevangen genomen waardigheidsbe
kleders hebben nu, blijkens een bericht
uit Pera, verklaard, dat zij met mach
tiging van den Sultan zich dit vermogen
hadden verworven. Zeki pasja, de ge
wezen groot-meester van de artillerie,
heeft desniettegenstaande aangeboden
afstand te doen van al zijne bezittingen,
mits aan zjjn gezin een bedrag van
12,000 Turksche ponden werd gelaten.
Het comité „Eendracht en Voor
uitgang" heeft dit voorstel aan den
Sultan overgebracht.
Abdul Hamid zelf heeft, teneinde
de schatkist schadeloos te stellen voor
het gedurende zooveel jaren geleden
verlies, verklaard dat bij aan de natie
al zijn landgoederen ten geschenke gaf
en bovendien al zijn onroerende be
zittingen te Saloniki.
jonge paar. Hjj hulde zich in zjjn stof
jas en rookte dapper. ,We komen
zeer zeker in een greppel terecht,"
zij hij met een filosofische kalmte.
„Maar het gras is hoog en zacht.
Kinderen, waarom gaat ge eigenlijk
niet op de achterbank zitten en laat
mij mennen riep hij op eens, want
het rijtuig helde bedenkelijk.
Doe ik het niet goed, oom
vroeg Hans-Henning.
Nou, je doet het alsof de lading
er scheef in zit of dat je te veel Rijn
wijn gedronken hebtl"
Het is de schuld van Karola 1"
Hans-Henning, ik verhuis met
Hilda naar Heinrichshagen," riep de
oude heer opeens. „Karola en jij, jullie
blijft op Malchow maar als de eige
naar, niet als pachter begrepen
Oom, dat kan ik niet aannemen
Maar het was hem toch een pak van
zijn hart. Hij kon Heinrichshagen niet
meer uitstaan.
Je kunt er toch niets aan doen
als ik het je nu geef, in plaats van
na mijn dood Ik heb me lang genoeg
afgebeuld op dat groote landgoed, ik
Nederland en Venezuela,
Hr. Ms. Heemskerck is gisteren,
na inspectie door den schout-bij-nacht,
om halftwee naar West-Indië ver
trokken.
Van welingelichte zijde wordt ge
meld, dat de buitenlandsche bestem
ming waarvoor het heden uit Noor
wegen terugverwacht wordend oor
logsschip Friesland (waarover het
bevel met 17 dezer wordt opgedragen
aan kapitein ter zee Cohen Stuart,
oud-minister van Marine) in gereedheid
gebracht zal worden, hoogst vermoede
lijk eveneens zal zijn een tocht naar de
Caraïbische zee.
Aan een Amerikaansche correspon
dentie van het Handelsblad van
Antwerpen ontleenen wij het volgende
„Verscheidene Amerikaansche bla
den, die meer dan genoeg hebben
van de willekeur van Cipriano Castro,
den tiran van Venezuela, toonen zich
min of meer ingenomen over de
uiting van den volksgeest tegenover
do Venezolanen op het Nederlandsche
eiland Curasao. Te Washington schijnt
men te verwachten, dat Nederlaud
zich met de Amerikaansche Regeering
zal verstaan over een of ander vloot-
vertoon tegenover Venezuela. Er is
echter nog geen nieuwe gezant van
Nederland te Washington aangekomen
sedert 11. voorjaar.
„Nu zoovele Europeesche Regee
ringen door Castro zijn miskend en
beleedigd, ja zelfs ook Amerika de
rechten zijner onderdanen in Venezuela
heeft zien treden met de voeten, zal
men tusschen de twee volgende han
delwijzen moeten kiezen.
„Te Washington dient men de
Nedeilandsche wetten en gebruiken,
voor alle volkeren als deugdelijk aan
gemerkt, ook door Castro te doen
eerbiedigen of wel men moet diens
optreden als onbeduidend geheel ver
werpen. Deze laatste opvatting zou
een dwingeland als Castro alleen nog
vermeteler doen worden.
„Volgens de laatste berichten is de
Amerikaansche Regeering volkomen
bereid te erkennen, dat Castro aan
Nederland voldoening behoort te geven.
Vooral omdat hier geen schadever
goeding bij voorkomt, is de zooge
zegde Monroe-leer bij het geval niet
betrokken."
wil de laatste jaren van mijn leven
rust hebben. De eenige voorwaarde
die ik stel is, dat jullie dikwijls bij
mij zult komen en dat ik ook by
jullie mag komen?"
O vadertjeKarola keerde
zich om.
Hans-Henning wilde haar voorbeeld
volgen, maar de oude heer maakte
een afwerend handgebaar. „Pas liever
op de paarden, anders liggen we straks
met al onze ontroering in een grep
pel Ik zie de lichten der dorps
huizen al. Maar zoolang jullie geënga
geerd zijt, ga ik niet meer met jullie
uit rjjden, kinderen
Het afscheid voor het huis moest
kort zijn ter wille van den knecht.
Kom morgen heel vroeg hier
zei Karola. En blijft ge dan heel lang
Ja Karola, ik kom zoo graag,"
antwoordde Hans-Henning teeder. Hij
maakte baar handschoen los en drukte
zijne lippen op haar fijnen pols.
De oude heer keek er glimlachend
naar en duwde Karola vervolgens bijna
met geweld het huis binnen.
Zy koek het wegrijdende rijtuig met
Opheffing Rjjksland-
bouwschool te Wageningen.
Men schrijft aan het N. v. d. D.
By de Regeering zyn plannen aan
hangig tot opheffing van de Rijksland
bouwschool, te Wageningen de Rijks
Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouw-
school zou aldaar evenwel gehand
haafd blij ven. Nu voor deze laatste
inrichting ruimte te kort komt, wordt
overwogen de lokalen van de Rjjks-
landbouwschool aan haar tegenwoor
dige bestemming te onttrekken en ze
toe ;te voegen aan de Hoogere Land
bouwschool, welke dan zonder kosten
de noodige uitbreiding kan verkrijgen.
Het is evenwel niet de bedoeling de
zgn. Lagere Rijkslandbouwschool voor
goed te sluiten, alleen zal zy verplaatst
worden, vermoedelijk naar Groningen.
De Indische klasse, verhonden aan
de Rijkslandbouwschool, zou worden
verplaatst naar Haarlem, waar binnen
kort door het Ryk een tuiubouwwin-
terschool zal worden gesticht. De
nabijheid van 't Koloniaal Museum zal
een voordeel zijn.
Hoe een en ander zal worden ge
regeld, is nog niet juist te zeggen,
maar dat Haarlem binnen niet al te
langen tyd een schoone inl ichting rijker
zal zyn, staat wel vast.
Voor tal van jongelui zal de school
te Haarlem een uitkomst wezen, om-
dut zij als „spoor-studenten", gemak
kelijk van Amsterdam, Leiden, Den
Haag en andere gemeenten de school
zullen kunnen bezoeken. En ongetwij
feld zullen er te Haarlem heel wat
meer jongelieden zich voor Iudië gaan
voorbereiden, dan thans te Wagenin
gen de studiekosten zullen toch aan
zienlijk geringer zyn, omdat de jongelui
in 't ouderlijk huis kunnen bljjven en
niet „op kamers" behoeven te gaan
wonen, wat voor velen een te dure
geschiedenis is.
Opravingen Uddeler-
meer. Nu deze opgravingen zijn
geëindigd en de Hunneschans om het
Uddelermeer voor het grootste ge
deelte in alle richtingeu met min of
meer diepe geulen is doorsneden,
heeft dit oude gedeelte in onze om
geving veel van zijn aantrekkelijkheid
verloren.
Wel is het meest begroeide noor
delijke deel bijna in zijn ouden toe
stand gebleven, doch het volmaakt
rustige, dat die plekje kenmerkte, is
verdwenen.
Thans zijn arbeiders bezig zooveel
mogelijk goed te maken, waf. goed te
makeu is. De kuilen en geulen wor-
een verheerlijkt gezicht achterna.
Hilda stond voor het venster van
hare kamer op Heinrichshagen. De
wind ruischte in den ouden noteboom
een vleermuis vloog tegen het venster
aan, aangetrokken door het licht. Hilda
deed vlug het raam dicht. Zij voelde
zich zeer gedrukt, zij ging gebukt onder
haar verdriet en haar verlaDgen.
Neen, zij wilde niet op Heinrichs
hagen blijven. Haar aanblik zou Hans-
Henning hinderen en den ouden
Kröebert zyne laatste vreugde, het
verblijf op Malchow, bederven.
Zij liep met vermoeide schreden naar
haar schrijftafel. Er lagen een brief en
een briefkaart op. I-Iet was een kaart
van Hilmar, hij schreef, dat Ilse en
het kind het allebei goed maakten.
Den brief bekeek zij vol verbazing.
Zy had geen uitgebreide correspon
dentie. De hand kwam haar bekend
voor het waren ietwat hoekige, sty ve,
rechte, vaste letters.
Het bloed steeg haar naai het voor
den weer dicht geworpen en met de
zoo zorgvuldig mogelijk bewaarde
heideplaggen belegd.
Misschien, dat de vreemdeling, die
over eenige jaren eens een bezoek
brengt aan het Uddelermeer, het er
wel weer heel aardig vindt.
(N. Apeld. Ct.)
Mevr. Henriëtte RolandHolst
verzoekt mede te deelen, dat zy op
medisch advies zich voorloopig terug-
trekt uit het actieve partijleven (der
S. D. A. P.) en in het komende seizoen
dus ook geen spreekbeurten aanne
men zal.
De beëediging der by het 5e
Regiment Infanterie benoemde •'•'2e
luitenants zal Zaterdag op de gewone^
plaats, doch niet op den gewonen tijd
plaats hebben. Het uur van de plech
tigheid is namelijk vervroegd en op
10.30 gesteld.
Te 's Gravenhage slaagde gisteren
voor het examen Engelsoh L. O. de
heer A. Sanders, alhier.
Voor het examen Fransch L.O.
zyn gisteren te 's Gravenhage geslaagd
de dames E. M. Kuiper en E. G. IV
Morak eD de heer J. W. van Melle^
alhier.
Donderdagavond zal op het ter
rein van „Quick" aan den Leusderweg
om half zeven een voetbalwedstrijd
worden gespeeld tusschen de 2e Compie
3e Bat., van het 5e Reg. Inf. alhier,
den winnaar van de voorwedstrijden
8 maanders voor 31 Augustus, oneen
elftal van „Hercules" uit Utrecht.
BAARN. De heer B. J. J. Weykamp,
onderwijzer alhier, slaagde gisteren te
Zwolle voor het examen hoofdacte.
Tegen den automobielhandelaar
Th. A. te Nijmegen, die reeds her
haaldelijk veroordeeld is wegens over
treding der motorwet, is voor de recht
bank te Arnhem wegens het rijden
zonder achterlicht en verzet tegen de
politie vier maanden gevangenisstraf
geëischt.
hoofd. Het was de hand van Meringer.
Z(j ging zitten en maakte den brief
open. Haar vingers trilden. Deletters
vloeiden in eenhet duurde even,
voordat zij ze kon onderscheiden, toen
las zij
„Lieve juffrouw Hilda!
Mijn heele brief staat vol vragen en
excuses. Het eerste wat ik doen moet
is u vergiffenis vragen voor het boven
schrift van mijn brief. Maar er is in
mij iets, dat zich tegen elk ander op
schrift verzet. U is voor my „de lieve
juffrouw Hilda" die aandachtig inyne
boeken las, zeer verstandige vragen
deed en ook zoo lief voor den in-
weudigen mensch zorgdeWilt u
wel gelooven dat ik heel, heel vaak
aan die avonden heb teruggedacht en
daarbij speelde u in den laatsten tijd
de hoofdrol en niet uwe mooie zuster.
(Slot volgt)