DAGBLAD voor AMERSFOORT en OMSTREKEN. No. 164 VRIJDAO 14 AUGUSTUS 1908. 5e JAARGANG. Uitgave vao de Naaml. Vennootsehap „DE EEMLANDEB". Vepsehijnt dagelijks, behalve op Zoo- en Feestdagen. HALF BLAD. BUITENLAND. FEUILLETON. BINNEN LAN Hoofdredacteur R. G. RIJKENS. Abonnementsprijs Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad Franco per post id. Per 3 maanden id. Franco per post id. Afzonderlijke nummers f 4.— - 5.60 - 1.— - 1.40 - 0.05 Bureau: BREEDESTRAA.T 18. Telefoon Interc. 62. Frljs der Advertöntièn: Van 1 tot 5 regels Voor iederen regel meer Buiten het Kauton Amersfoort per regel (Bij abonnement belangrijke korting.) f 0.40 - 0.08 - 0.10 DE BEZOEKEN TE CRONBERG EN ISCHL. De Duitsche Keizer en de Koning van Engeland, de oom en de neef, hebben elkander ontmoet op het slot Friedrichshof bjj Crouberg in den Taunus. De koning is op reis naar Mariënbad en had den wensch te kennen gegeven onderweg den Keizer te ontmoeten. Dat is op zich zelf reeds een gunstig teeken. Er was een tijd, dat koning Eduard zijnen neef zorgvuldig uit den weg ging. Het schijnt dat de verhouding beter is dan vroeger. Terstond na het bezoek is de ko ning gereisd naar Ischl, de badplaats waar in dezen tijd van den zomer Keizer Frans Jozef verblijf houdt. Het schjjnt dat deze bezoeken eene ontspanning teweeg hebben gebracht, wat betreft het Balkan-vraagstuk. Het officieuze Fremdenblad toch schreef, dat er voor de omwenteling in Turkije bepaaldelijk zekere spanning in de Europeesche politiek viel waar te nemen. In vele kringen werd aan de mogelijkheid geloofd van scherpe tegenstelling tusschen de verschillende statengroepen van Europa bn werd de Engelsch-Russische toenadering in een voor den vrede ongunstigen zin uitgelegd. Men is op het oogenblik evenwel te dien opzichte reeds veel geruster, en de uitingen der Engelsche staatslieden in den laatsten tyd voor spellen het beste voor de toekomst. Nadat nu koning Eduard een samen komst met zijn keizerlijken neel te Cronberg heeft gehad, zal men des te eer gerechtigd zyn, om der openbare meening aan te bevelen meer ver trouwen te stellen in den algemeenen toestand. Ook het Weener Tageblatt is van die meening. Het schrijft Na de bezoeken van den koning te Cronberg en te Ischl is de spanning geweken, de vorsten en hunne ver antwoordelijke raadgevers voeren thans in de groote internationale quaesties door MARYLLE MARKOVITCH. (naar het fransch). 1) voor het vaderland. Met de karabijn op schouder eD een zwaren herdersstaf in de hand keerde Aly langzaam naar zijn dorp terug, een kudde geiten voor zich uitdrijvend. Met gespannen oor en scherp in het rond ziende volgde hij het smalle pad langs de berghelling, aan welker voet de onstuimige wa teren van den nog dicht bij zijn bron zjjnden Kouban loeiend en bruisend voortschoten. De regens der laatste dagen hadden in het glooiend terrein diepe voren uitgegraven en het toch reeds zeer primitieve pad geheel on begaanbaar gemaakt door het van afstand tot afstand met boomstam men en rotsblokken te versperren. Doch Aly's voet, even vast als die zijner geiten, overschreed werktuiglijk als deze hinderpalen. een politiek des vredes en zijn ten opzichte van het Balkanvraagstuk tot inzichten gekomen, die een blijvende harmonie waarborgen. BELGIË. In Antwerpen wordt, naar aan de Weser Ztg. bericht wordt, een over eenkomst tusschen de scheepsreeders en de havenwerkondernemens van alle landen, uitgewerkt. Bedoeld wordt een op wederzijdsche aansprakelijkheid berustende verzeke ring tegen stakingen, volgens het be ginsel, dat van reder schip bijdrage wordt geheven, berekend naar be lasting op den tonneninhoud. Dit moet dan aan een gemeenscbappelyke kas worden afgedragen, waaruit dan de door staking getroffen reeders schade loos worden gesteld. Het ontwerp is het werk van de commissie, die ver leden jaar gevormd werd op de bijeen komst te Londen, waarheen alle Europeesche stoom vaar tmaatschappy- en haar vertegenwoordigers hadden gezondem TURKIJE. Uit Constantinopel komen talrijke berichten omtrent den terugkeer van bekende en verdienstelyk ballingen. Zoo keerde de beroemde Fuad Racha dezer dagen terug, vergezeld van meer dan veertig ballingen, waaronder een, die leeds twee-eii dertig jaar in balling schap is, omdat h(j geprotesteerd had tegen de opheffing van de eerste con stitutie. Een ander laat kettingen van 37 K.G. zien, waarmee hjj zeven jaar lang was vastgemaakt aan den zolder van zijn cel te Beyroeth. Van de Dardanellen tot Constantinopel doet de weg denken aan een triomftocht, terwijl het enthusiasmo onbeschrijfe lijk is. In de havens van Constantinopel is het een oorverdoovend lawaai van stoomfluitengegil en geschreeuw en gejuich van menschen. DENEMARKEN. De DeeDsche Minister van Binnen- landsche Zaken, Berg, heeft naar aan leiding van de typografenstaking, een onderhoud gehad met de besturen van de werkgevers-organisatie en van Half herder en half soldaat, gelijk als de Tscherkessen, die vooral hun krijgshaftigheid toonden in die vree- selijke Jaren, toen geheel Kaukasië voor de heilige zaak der onafhanke lijkheid streed, droeg Aly dat vreem de Circassische costuum, hetwelk op zoo treffende wijze met het tweevou dig karakter van dit ras in overeen stemming is. Op zijn borst hing een zware, volgepropte patroontasch, terwijl een breede gordel, juist op de plaats, waar het korte, half geopend buis van rood fluweel eindigde, zijn lendenen omsloot. Een nauwsluitende broek, benevens eene fijne, spitse, aan zijn zijde hangende ponjaard voltooiden deze vreemdsoortige, doch smaakvolle uitrusting. Aan den verren horizont begon de top van den Elbroes, die, gelijk een herder te midden zijuer kudde, hoog boven de omringende bergen uitstak, zich reeds in duisternis te hullen, terwijl in de diepte der geheimzinnige wouden de geluiden van den dag éen voor één tot zwijgen kwamen. De plechtige stilte van deze majestueuse eenzaamheid werd nog slechts ver broken door het bruisen van den stroom en van tijd tot tyd door het doffe geraas van naar beneden rollende steenen, die onder de hoeven der geiten van de berghelling losraakten. den algemeenen arbeidersbond en daarna besloten een poging tot be middeling te doen. Hjj zou gisteren een schikkingsvoorstel aan het oor deel van beide partijen onderworpen. Het bekende Deeosche orgaan Po- litiken wordt nu in Zweden gedrukt, terwijl het blad te Kopenhagen ten gerieve van zjjn lezers het belangrijkste nieuws op borden bekend maakt, 's avonds door middel van projectie- beelden. Minister Berg, die zelf eige naar is van verschillende provinciale bladen, doet al het mogelijke om een vergelijk te treffen tusschen de werk gevers en de stakers. Intusschen behelpt men zich met de stakingscourant Pressen, die in een oplaag van 150.000 exemplaren wordt verspreid. ABESSINIË. Negus Menelik van Abessinië heeft, daar hij zich ziek gevoelde, het recht van zijn huis op den troon van Abes sinië willen verzekeren, door zijn kleinzoon, prins Lidje Yasou, tot op volger aan te wjjzen. Aan de proclamatie, die de vorst den 14en September tot zijn volk zal richten, en die reeds bekend is, ont- leenen we het volgende „De leeuw van den stam Juda heeft overwonnen. Menelik II, bij de gratie Gods koning der koningen van Ethiopië, aan zijn geliefd volk, saluut! Wij danken God almachtig, die ons vergund heeft in vrede te regeeren. De trots van Onze regeering is de liefde, die Ons volk Ods toont. Wij hebbeD alles gedaan om Ons land op dezelfde hoogte te brengen als de beschaafde Staten. Dank z(j de Voorzienigheid zal Ons land een voorbeeld zijn voor ge heel Afrika. De geheele wereld heeft het oog op ons gericht. Laten wij ons haar bewondering en ons verleden waardig toonen. Maar de plicbt van een vorst bestaat niet alleen in het goed zorgen ge durende zjjn leven het is ook zijn plicht, te denken aan de toekomst, tot blijvend goed te maken wat God ons tijdelijk geschonken heeft. Wij hebbeD dan ook besloteD u mede te deeleD, dat wij oDzen opvolger heb ben gekozen in den persoon van Onzen geliefden kleinzoon Lidje Yasou. Weldra werd het reeds zdó donker, dat men deu weg nauwelijks meer kon onderscheiden. Doch wat bekommerde de jonge herder zich daaromHet gebergte was zijn voedster eD zou bem niet verradenhet woud was zjjn trouwe boezemvriend. In zijn kindsheid waren deze bossclien ge tuige geweest van zijn spelen, als jongeling sliep hij gaarne in de koele schaduw van het groene bladerendak en het was aan ditzelfde woud, dat hij thans hulp en bescherming vroeg tegen de vreemde overweldigers. En voorzeker zou het hem deze bescher ming niet weigeren. Met zijn kuras van doornen zou het de barbaren uit het Noorden, die de vernietiging der Tscherkessische onafhankelijkheid droomden, terugdrijven. Het zou hen in zijn poelen en moerassen verstik ken, hen met zijn onontwarbaar net werk van lianen omstrengelen en alzoo zou deze vriend uit gelukkiger dagen thans als zijn weldoener en beschermer optreden. Dergelijke gedachten gingen onder het üuiswaaits keeren door Aly's hoofd en alsof hij uit elke schrede op den vaderlandschen bodem nieuwe krachten putte, voelde hij in zijn binnenste de vurige liefde voor zijD bergen en voor de vrijheid steeds grooter en sterker wordeD. Piotseling vaag en vlakkerig te midden der Wij hebben hem grootgebracht in liefde voor het volk, rechtvaardigheid en billijkheid, en Wij zullen hem van nu af gadeslaan, nu hij door God al machtig geroepen is om na Ons over u te regeeren." Op denzelfden dag dat deze procla matie uitgevaardigd wordt, zal priDS Lidje Yasou den titel van koning krijgen. PERU. Een telegram uit Lima aan de „Secoio XIX" deelt mede, dat de president van Peru werd aangevallen door een persoon, gowapend met een mes. Het gelukte deu president den aanvaller af te slaan, en deze nam de vlucht, toen de politie bem wilde ge vangen nemen. De president bleef ongedeerd. Nederland en Venezuela. De Minister van Marine, die van 1 tot 27 Augustus verlof had en buiten den Haag vertoefde is reeds Woensdag avond teruggekomen. De heer Went- holt was heden weer aan zijn Depar tement en had zijn vacantie onder broken, vau oordeel dat hij in de bestaande omstandigheden met het oog op de maritieme maatregelen voor West-Indië weer persoonlijk de leiding op zich diende te nemen. De Constitucional, het orgaan, dat beschouwd wordt de meening van generaal Castro te vertegenwoordigen, bevat de brieven, waarbij de heer De Reus zijn afscheid kreeg en daarvan aan den Nederlandschen Minister van Buitenlandsche Zaken werd kennis gegeven. Zij luiden, volgens een vertaling door het Hbl., als volgt: Aan Z. Excell. J. II. De Reus, Min.- Resident van Nederland. Ver. St v. Venezuela. Ministe rie van Buitenl. Zaken no 829. Caracas, 20 Juli 1908. 98 en 50. MijDheer de Min.-Resident, De Generaal CipriaDO Castro, Grond wettig President van de Republiek, toenemende duisternis, kwam het aoul (dorp) in het gezicht. Het was gebouwd op den Marouch, in het midden van een open, door een borst wering omgeven plateau, rechts door het woud en aan de achterzijde door rotspartijen beschermd. Aan de eeni- ge toegankelijke zijde had men een soort van ringmuur opgericht, uit boomstammen en zware rotsblokken samengesteld. Achter deze uiterst primitieve omwalling (die echter in geval van nood het dorp in een bijna onneembaie vesting kon herscheppen) verhief zich een vijftigtal hutten, met muren van leem en daken van stroo en takkebossem Aly overschreed de opening, die toegang gaf tot het dorp, en richtte zich, de nauwe, kronkelende straatjes volgend, naar een rechthoekige open plaats in het middengedeelte. Hier verhief zich in de schaduw eener zware linde een groote hut, waarvan het dak boven al de omringende woningen uitstak. Uit eigen beweging spoedden de geiten zich derwaarts en Aly, hen volgende, liet z(jn dieren binnen de omheining, voor hun nachtverbljjf bestemd. Hierop opende hij de deur der wo ning, doch bleef eenige seconden, door het schelle lamplicht verrast, op den drempel staan. konnis genomen hebbeDde van den inhoud van uw schrijven onder dag- teekening van 9 April dezes jaars, gericht aan de HandelsvereenigiDg Hou en Trou en verschenen in het Tijdschrift der Vereeniging Hou en Trou no. 5, van Amsterdam in Mei dezes jaars, vervult met het oog op de nationale eer zijn meest duidelijken plicht, door U onbekwaam te ver klaren om langer als bevriendtus- schenpersoon dienst te doen in do betrekkingen, welke Venezuela onder houdt met het Nederlandsche „Volk, en heeft mij, als gevolg hiervan,opge- dragen Uw Excellentie Uw pasjpoort toe te zenden, hetwelk ik hierbij in sluit, opdat Uwe Excellentie zich uit dit land kunne verwijderen. Eveneens sluit ik hierbij in, opclat Uwe Excellentie het kan doen toe komen in de banden van Zijne Exel). den Min. van Buitenl. Zaken in Neder land, een nota, waarin mijn Regeering aan de Uwe dit besluit mededeelt. Met hernieuwde betuiging van mijn hoogachting, J. DE J. PAÜV Aan Z. Excell. den Min. v. Buitenl. Zaken van H. M. de Koningin der Nederlanden, Den Haag. Ver. Staten van Venezueja Ministerie van Buitenl. Za^eh, Caracas, 20 Juli 1908. No. 330. 98 eD 50. Excellentie, Met verbazing kennis genomen hebbende van den inhoud van een brief, gericht door Z. Exc. J. H. De Reus aan de Handelsver, Hou en Trou, onder dagteekening Caracas 9 April dezes jaars en verschenen in het Tijdschrift der Vereeniging Hou en Trou no. 5 in Mei dezes jaars, onder de rubriek „Informatiebureau" heeft de „Supremo Magistrato de la Republicata" zich genoodzaakt gezien den heer De Reus onbekwaam te verklaren om langer als bevriend tusschenpersoon te dienen in de be trekkingen die de Regeering van Venezuela onderhoudt met de Regee ring van Uwe Excellentie, en heeft m(j, a's gevolg hiervan, bevolen den heer De Reus zijn paspoort te zen- Hoewel dit huis aan den bek (dorpshoofd) toebehoorde, was het uiterst eenvoudig ingericht. Een tafel, enkele banken, eenige matten en huishoudelyke artikelen, benevens een groot aantal wapenen, vormden het ameublement. Een afscheiding van manshoogte verdeelde het vertrek in twee compartimenten, waarvan het eene klaarblijkelijk voor de vrouwen bestemd was. Aan de ruwbewerkte tafel zaten drie mannen te praten en te drinken. Een van hen was een forsch ge bouwde grijsaard met een sneeuw- witten baard, wiens kostuum geheel onder een wijden mantel verdween. De andere persoon, aan zjjn zijde gezeten, was naar zyn uniform te ourdeelen, eeu der luitenants van Sch rmyl. En wat den derden aangaat, zijn gelijkenis met Aly was zoo treffend, dat men hen reeds bij den eersten oogopslag als broeders herkende. Bij het gerucht der opengaande deur had de grijsaard het hoofd op gericht. Zijt gij daar, Aly? vroeg hij, Ja, vaier, ik ben het. Ge komt laat genoeg. Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1908 | | pagina 1