DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 9. WOENSDAG 12 JANUARI 1910. 7e JAARGANG. DË BRANDWEERQUAESTIE. FEUILLETON. ÜET DOODENMASKER. BUITENLAND. LAND Hoofdredacteur H. G-. HIJHENS. ABONNEMENTSPRIJS Per jaar met geïllustreerd Zondagsblad f4.Franco per post id. f6.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post id. fl.40. Afzonderlijke nummers f0.05. Bureau BREEDESTRAAT 18. Telefoon Interc. 62. PRIJS EER ADVERT ENTIEN Van 1 tot 5 regels f0.40. Voor iederen regel meer fO.OS. Buiten het Kanton Amersfoort per regel f0.10. (Bij abonnement belangrijke korting.) Tot plaatsing van advertentiën en reclames van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Algomeon Binnen- en Buitonlandsch Advertentiebureau D.Y. ALTA,Warmoesstraat 76-78 te Amsterdam. In de Gemeenteraadszitting van 30 November j.l. kwam, nadat reeds langer dan een jaar de Vrijwillige Brandweer niet meer de beschikking had gehad over het materieel, het voorstel van B. en W. geen subsidie en materieel beschikbaar te stellen voor eene vrijwillige brandweerver- eeniging en het thans beschikbare materieel ten dienste te stellen bij de stedelijke brandweer. Toen er bij de besprekingen over dit voorstel het vermoeden werd uit gesproken, dat de opper-brandmeester den toestand zonder vrijwillige brand weer niet veilig zou achten, werd besloten het voorstel aan te houden, de stukken te stellen in handen van den opper-brandmeester en diens advies in te winnen. Veertien dagen later ontving toen de opper-brandmeester een missive van B. en W. met het verzoek zijn opinie inzake het behoud van de vrijwillige brandweer kenbaar te maken en tevens de meening in te winnen van het kader van de Ge meentelijke brandweer. Men ziet dat dit heel iets anders is, dan de Raad had besloten. Er werden geen „stukken in handen gesteld" en over een advies van het kader der gemeentelijke brandweer was in den Raad niet gesproken. In de notulen van de vergadering van 30 Nov. stond dan ook oor- Naar het Engelsch van HORACE ANNESLEY VACHELL. 78) Clinton," zei Keats niets op zijn gemak, „ik ben niet volmaakt openhartig tegenover je geweest. Ge hebt mij van af den beginne dadelijk laten merken, wat ge van miss Lane dacht maar ik ik Hij werd vuurrood. Lieve hemel, je bent toch ook niet verliefd Juffrouw Machin heeft het mij aangedaan." Ik ben zoo blind als een mol, dat ik dat niet gemerkt heb, maar mijn beste Johnny, dat is prachtig. Weet je, ik beb er al een beetje over getobd, omdat ik niet wist wat er van jou moest worden, in geval ik de vrouw mocht veroveren, die ik graag wil hebben." Daar heb ik ook over getobd, Clinton." En juffrouw Machin is zij spronkelijk niet, dat de stukken in handen moesten worden gesteld van den opper-brandmeester. Hierop werd in de vergadering van den 21 December j.l. opmerkzaam opgemaakt en ver zocht die uitdrukking er alsnog in te brengen en ook vooral het Raads besluit aldus uit te voeren. De Raad keurde dit met algeineene stemmen goed. Eehter, nadat weer een veertien dagen waren verloopen, ontving de opper-brandmeester van het Dagelyksch Bestuur de mede- deeling dat „de stukken voor hem ter inzage lagen", wat weer iets anders is dan „de stukken ter hand stellen". En nu, een paar dagen geleden, is naar we vernemen, den opper-brand meester verzocht een vergadering te beleggen met het geheele kader van de Gemeentelijke brandweer, ten einde nog te vernemen het advies van dit kader ten aanzien van een goede brandblussching. Het schijnt dat het eerste verzoek van B. en W. om ook het oordeel te hooren van lieden van de Gemeente lijke brandweer niet het gehoopte gevolg heeft gehad, want het meerendeel der brandmeesters van de gemeentelijke brandweer heeft zich verklaard voor het behoud van een vrijwillige brand weer. Wjj willen het hier op dit oogen- blik niet hebben over bet al of niet wenscheljjke van een vrijwillige brand weer, maar enkel onze bevreemding Keats werd erg verlegen. Ik weet het niet, het is onmo gelijk om dat uit te maken. Ik heb wel wat goeds geleverd, maar wie kan zijn eigen werk beoordeelen? Ik zeker niet." Hij lachte zenuwachtig en voegde er met zijn minachtenden glimlach bij: „Vrouwen zijn voor mjj als populieren zij trekken mjjn aandacht, maar mijn bjik wordt niet beantwoord." Je oogen moeten anders wel indruk maken. En wanneer gaat het er op los Ik dacht erover om te schrijven ik ben niet zeer welbespraakt." Niet welbespraakt? jij?" Nu ging Keats opbiechten en hij legde zijn ziel bloot. Herinnerde Clin ton zich Mamie Schermerhorn nog Clinton herinnerde zich barer zeer goed. Zjj was in hun dansclub een charmeuse met diep blauwe oogen en twee zware, blonde vlechten. Alle jongens van de club maakten Mamie het hof. Mjj aanbad zij," zei Keats. Hij bloosde bij dit gezegde. Toen voegde h'ij er bij„Ik was toen niet kaal en had een goed figuur 1" Mamie aanbad je, hé?" Twee jaar geleden ontmoette ik uitspreken over de wijze waarop het Dageljjksch Bestuur deze quaestie be handelt. In de eerste plaats door de wijze waarop het een Raadsbesluit meent te moeten uitvoerenin de tweede plaats over de vreemde keuze van personen, bij wie het zijn licht opsteekt in deze zaak. Wie toch zal aan een courantenuitgever bijv. om bij eigen vak te blijven advies vragen: of het wenscheljjk is dat een andere courant blijve bestaan of worde opgeheven Dan kan men immers de moeite van het vragen besparen. Antwoorden die in deze waarde hebben, zou men vernemen kunnen o.a. bij den opperbrandmeester, den adjunct-opperbrandmeester en de po litie, die de brandweer in de practijk zien. Intusschen blijft, zoolang de brand- weer-quaestie Diet is opgelost, de toe. stand op het gebied van veiligheid bij brand in deze gemeente onvol doende, ook nog om andere redenen. Spuit no. 4, naar wij vernemen de beste van alle, is reeds lang een reserve-spuit en er zou, wanneer ze gebruikt moest wordeD, geen voldoend geoefend personeel zijn om haar te bedienen. Voor de dure ladder, nog niet zoo zoo lang geleden door de gemeente aangekocht, is, naar men ons mee deelde, het personeel niet aangewezen. 't Wordt werkelijk tijd dat hier eens flink orde op zaken worde gesteld. haai in Parijs, Zij is nu ook zeer forsch geworden, zij heeft vier kinde ren het eene kleine meisje is haar sprekend evenbeeld van vroeger, /.ij vertelde mij, dat zij heel veel van mij gehouden had. Als ik dat eens had kunnen vermoeden 1 Wat was mij het goede ontgaan. Naderhand ging het I recies zoo. Ik was nooit in staat om l aan een meisje te vertellen, hoe lief ik haar had ik durfde nooit te vra gen of ik haar nog al aanstond." Als miss Machin van je houdt, moet je haar dadelijk vragen," zei Carne, met nadruk „en niet per brief." Keats stak in zijn afgetrokkenheid een penseel, vol groene verf in zijn mond. „Zij zal zich doodschrikken," mompelde hij. „Hemel, wat begin ik nu?" Doodschrikken of niet jij moet spreken Jij ook, Clinton. Dan schjjni het mij gemakkelijker toe." In deze zaak, moet jij voorgaan. Ik heb er mijn redenen voor en goede ook. Waarom zou je het niet van middag doen „Wat drijf je iemand toch Ik heb wel eens gezien, dat je je neus platdrukte tegen de ruiten DUITSGHLAND. Bij de opening van de Pruisische Landdagzitting in het Keizerlijk slot las de Keizer de Troonrede voor, waarin hij uiteenzette, dat wel is waar de toestand der Staatsfinanciën ten gevolge van de wederopleving van handel en verkeer langzamerhand verbetert, maar dat ten gevolge van de sterk gestegen kosten van de spoorwegexploitatie endoor de verbe tering der ambtenaarswedden, die 200 millioen jaarlijks eischt, ook de be grooting voor 1910 nog een belangrijk tekort aanwijst. Aan het slot der Troonrede zeide de Keizer, dat den afgevaardigden een ernstige taak wacht. De voorbe reidende werkzaamheden voor een hervorming van het kiesrecht voor het Huis van Afgevaardigden zijn bjjna gereed. Het voorstel zal binnen enkele we ken ter beraadslaging worden voorge legd. FRANKRIJK. De vorstin van Polignac heeft in het 14e arrondissement van Parijs een oppervlakte van 4000 M2. en een half millioen francs ter beschikking gesteld, om op dien grond arbeiders woningen te bouwen. Op de eene helft van het terrein komen twee groote huizen te staan, terwijl het andere gedeelte wordt ingericht tot kleine tuintjes voor de bewoners der beide gebouwen, die 80 verschillende woniDgen zullen bevatten, ieder be staande uit een tot drie kamers, een keuken, een zolderkamertje en een gang. In ieder gebouw komt ban Dog een gemeenschappelijke badzaal en een ruime leeszaal, waar populaire van een winkel, terwijl je naar voor werpen keek, die je noodig hadt en ook kondt koopen, maar het toch niet deedt." Misschien dacht ik dan, dat het beter was om mijn geld voor iets beters te bewaren," zei Keats, waar diglijk. Ho, ho I Misschien deDkt ge, dat er andere Nooit 1 Ik zie er erg tegen op," zei hij ernstig, „ik wilde wel, dat ik niet zoo kaal was. Hot schijnt mij belachelijk, dat iemand als ik, het hof zou gaan maken." Wanhopig voegde hij er aan toe„alles aan mij is be lachelijk, behalve mijn liefde voor haar." Zij houdt van je," zei Carne beslist. „Iedere minuut, die je laat verloren gaan, Johnnie, is kostbaar. Denk eens aan den goeden tijd dien je met Mamie Schermerhorn hadt kunnen doorbrengen. Smeed het ijzer als het heet is 1" Ik heb het al warm genoeg," zei Johnnie, terwijl hij zijn voorhoofd afveegde, „maar als ik in haar tegen woordigheid ben, dan krijg ik koude voeten." Vanmiddag ga je alleen naar Bos Braz." (Wordtvervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1