DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN.
No. 39.
WOENSDAG 16 FEBRUaRI 1910. 7e JAARGANG.
Het schoolgeld der buiten
leerlingen.
FEUILLETON.
HET DOODENMASKER.
BUITENLAND.
Hoofdredacteur B.. G-. RIJKENS.
rijgf
Bureau BREEDESTRAAT 18. Telefoon interc. 62.
ABONNEMENTSPRIJS
Per jaar mot geïllustreerd Zondagsblad f4.Franco per
po9t id. f5.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post
id. f 1.40. Afzonderlijke nummers fO.C5.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1 tot 5 regels f0.40. Voor iederen regel meer 10.08.
Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij
abonnement belangrijke korting.)
Tot plaatsing van advertentiën en reclames van buiten hot kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd hot Algemeen Binnen- en Buitenlandsch Advertentiebureau D. Y. ALTA,Warmoesstraat 76-78 te Amsterdam.
i.
Id ods nommer van j.l. Zaterdag
hebben onze lezers kunnen zien, dat
door B. en W. aan den Raad wordt
voorgesteld te besluiten, dat voor
iederen buitenleerling-spoorleerlingder
H. B. S. een bedrag van f125 en voor
iederen buitenleerling-kostleerling een
bedrag van f 100 per cursus aan de
Gemeente betaald worde, met ingang
van September 1910.
Uit een desbetreffend schrijven van
den Minister van Binnenlandsche
Zaken blijkt, dat het in diens bedoe
ling ligt, dat de Gemeenten, die een
H. B. S. in stand houden, tevens
aanspraak zullen mogen maken op
een bijdrage van de omliggende Ge
meenten, van uit welke buitenleer-
lingen de school bezoeken, een en
aDder onder voorwaarde, dat die
buitenleerlingen op denzelfden voet
worden toegelaten als de leeilingen
uit de Gemeente, waar de H. B. S.
gevestigd is.
De minister geeft daarom in over
weging, met de besturen der belang
hebbende buitengemeenten een over
eenkomst aan te gaan, waarbij de Ge
meente Amersfoort zich verbindt, de
leerlingen uit deze Gemeenten op
denzelfden voet tot de H. B. S. toe
te laten als de Amersfoortsche leer
lingen, 6D bedoelde Gemeentebesturen
hunnerzijds de verplichting op zich
nemen, jaarlijks een som aan de Ge
meente Amersfoort te betalen, hetzij
tot een vooraf te stellen bedrag, on
afhankelijk van het aantal leerlingen,
hetzij berekend voor het getal dier
buitenleerlingen, die op de H. B. S.
plaatsing verlangen.
Voor het geval een of meer buiten
gemeenten mochten weigeren een
dergelijke overeenkomst te sluiteD,
zou de minister er geen bezwaar
tegen hebben, dat van de leerlingen
uit deze Gemeenten een hooger school
geld werd geheven, mits niet tot zoo
danig bedrag, dat het den Minister
met het oog op de omstandigheden
overdreven zou voorkomen.
Zooals men uit het voorstel van B.
en W. ziet, hebben zij de uitdrukking
van den minister „voor het geval een
of meer buitengemeenten mochten
weigeren" eenvoudig als Diet bestaande
aangemerkt. Zij zijn niet begonnen
met te trachten tot eene overeenkomst
met de betrokken gemeenten te komeD,
maar zijn er terstond toe overgegaan
met voor te stellen voor de buiten
leed lingen een zeer hoog schoolgeld te
vragen en, niet eens wetende, of het
bedrag daarvan „den Minister met het
oog op de omstandigheden overdreven
zal voorkomen," zijn zij op die cijfers
begrootingen gaan bouwen.
Keurt de minister de voorgestelde
heffing niet goed, dan liggen al die
begrootiDgen in duigen.
En nu staat het laDg niet vast, dat
een schoolgeldhefflng als B. en W.
voorstellen, door den minister zal
worden goedgekeurd.
Beschouwt men dit schrijven van
den minister in verband met zijn uit
latingen tijdens hec jongste begroo-
tingsdebat in de Tweede Kamer, zoo
ziet men, dat de bedoeling is een wet
telijke regeliDg voor te bereiden, waar
door de belanghebbende gemeenten
verplicht zullen worden de H.B.S. te
subsidieeren, met de bevoegdheid haar
bijdrage voor een deel door middel
van het belastingbiljet te verhalen
op de belanghebbende ouders. Ieder
gemeentebestuur zal dus op die wijze
kunnen beslisseD, welk deel der kosten
Naar het Engelsch van
HORACE ANNESLEY .VACHELL.
10S)
Terwijl zij zoo wakker lag, begon
zij weer over het masker te denken.
En nu was zij zich voor het eerst
bewust dat hare gevoe'ens ten op
zichte van dat ding veranderd waren.
Inplaats van afkeer in te boezemen,
oefende het nu een zekere aantrek
kingskracht uit. Het gebed had hare
ziel gezuiverd van jalouzie en verdriet.
Zij had de behoefte om die koude
lippen te kussen, om die doove ooren
een woord van sympathie in te fluis
teren. En dat verlangen was zoo
sterk dat zij er aan toegaf. Zij stond
op, glimlachend om haar eigen op
wellingen en ging naar het salon. De
maan gluurde naar I-innen door het
raam dat zij open had gelaten.
Zij Dam het masker mee naar hare
slaapkamer en liet de deur op een
kier staan. Zij hoorde een hond tegeD
de maan blaffen en van uit de wei
achter het huis drong het gekwaak
der kikvorschen tot haar door. Zjj
legde het masker op het kussen, in
de holte waar] haar eigen hoofd een
oogenblik gelegen had. Zjj schrikte
van hot vreemde licht, dat nu op het
gips viel. Het was alsof het maan
licht leven tooverde in dat doode diDg.
Téphany kon later niet met eenige
beslistheid zeggen, hoe lang zij naar
dat levenlooze ding had staan kijken.
Op den nacht voor haar dood was
Liczena zoo ingeslapen en had zij in
haar slaap geglimlacht zooals haar
beeltenis nu deed, niet minachtend
maar voldaan, alsof na veel ljjden,
slaap de eenige troost was.
Téphany bukte en drukte hare lip
pen op den zwellenden mond.
Zjj was bezig om het masker aan
een spijker boven haar bed op te han
gen toen zij een schuifelend geluid
hoorde, het geluid dat iemand maakt
die zijn schoenen heeft uitgetrokken
en nu trachtte te loopen zonder eeni
leven te maken. Téphany luisterde
intens. Het geluid kwam zonder eeni-
gen twijfel uit het salon. Téphany
sloop naar de deur. Er kwam een
vreemde angstuiidrukking op haar
gezicht waut zij schreef dat griezelige
geluid aan de dooden en niet aan de
door die gemeente en welk deel door
de ouders van de leerlingen uit die
gemeente zal worden betaald.
Het algemeen belang eischt, dat de
ouders der buitenleerlingen niet te
veel bezwaard zullen worden. Immers
er zijn reeds zooveel kosten voor hen
verbonden aan het geven van M. O.
aan hunne kinderen, dat verhooging
daarvan niet door hen zou kunnen
worden gedragen. Voor de belangen
van dezulken te waken, zal dan ook
de bedoeling zijn van 's ministers
woorden, als hjj zegt, dat het school
geld niet tot zoodanig bedrag mag
worden geheven, dat het met het oog
op de omstandigheden overdreven mag
heeten.
Natuurlijk, anders zou liet M. O.
alleen voor de meer gegoeden bereik
baar worden.
Maar hieruit ziet men tevens, dat
het eigenlijk onmogelijk is, wat B. en
W. willeD, namelijk niet eerst eens
met de gemeenten onderhandelen.
Wij kunnen in het schrijven van
deD minister niet anders lezen, dan
dat de bedoeling is, dat Amersfoort
eerst onderhandels met de buitenge
meenten leiden die onderhandelingen
tot geen resultaat, dan kan Amers
foort een schoolgeldhefflng voorstellen,
maar de minister zal daaraan zijn
goedkeuring moeten kunnen geven.
B. en W. keeren de zaak om zij
beginnen met aanstonds den groot
sten druk te leggen op de ouders
der buiienleerlingen en bekommeren
zich blijkbaar niet verder om 's minis
ters al of niet goedkeuring van de
voorgestelde heffing.
B. en W. meenen, dat het bezwaar,
dat tot heden bestond tegen het hef
fen van een hooger schoolgeld van
buitenleerlingen te weten verlies
van Rijkssubsidie vervallen is.
Dit is echier o.i. volstrekt Diet
levenden toe. Téphany, het kind van
Bretagne, geloofde dat zjj de geest
van Liczena had gehoord en dat zjj
haar nu ook weldra zou zien.
Maar dadelijk daarop zei een van
haar andere zintuigen haar, dat er
een man in de andere kamer was.
Zij rook tabak, het was de scherpe
lucht van de minderwaardige tabak.
Zj) kende die lucht sedert zij kennis
had gemaakt met Puric. Furie was
bepaald in het salonhij was mis
schien wel dronken want aan de lucht
der tabak paarde zich een flauwe,
weeë lucht vaD brandewijn.
Toen zij met een kolossale inspan
ning van al haar energie door de kier
der deur keek, zag zjj hem duidelijk.
Da angstkreet, die haar ging ontsnap
pen bleef in haar keel steken. Het
instinkt om zich te verbergen kwam
in haar op, maar haar lichaam wilde
niet gehoorzamen aan haar verstand.
Zij had hare oogen niet kunnen dicht
doen, al had zij het geprobeerd. Zjj
voelde zich gedwongen Furies bewe
gingen te volgen en er zoo mogelijk
de beteekenis van te gissen. Téphany
herinnerde zich dat het mooie zilveren
doosje van Machie op den schoor
steenmantel lag. Furie zag zeker wel
dat het een groote waarde had, maar
zeker. Immers de minister eischt dat
Amersfoort eenerzijds de buitenleer
lingen zal blijven toelaten op gelijken
voet als de Amersfoortsche leerlingen
eu als we nu een schoolgeld gaan
heffen dat den minister „met betoog
op de onstandigheden overdreven zou
voorkomen", dan loopt ons Rijksubsi
die wel degeljjk gevaar.
DUITSCHLAND.
Hier volgen nog enkele bijzonder
heden over de demonstratie te Berlijn.
Op twee plaatsen had er botsing
met de politie plaats, waarbjj enkele
personen door sabelhouwen weiden
gewond.
Het aantal manifestanten bedraagt
volgens de schatting der politie-autori-
teiten welke schatting echter door
sommige bladen te klein wordt ge
noemd honderdduizend.
Op de voorttrekkende groepen
heersebte de grootste orde.
De leiders van de massa's zorgden
er voor, dat overal de helft van de
straat voor het verkeer vrij bleef.
Zoodra de massa te sterk opdrong,
en de straat daardoor geheel door de
manifestanten ingenomen dreigde te
worden, splisten de drommen zich op
een wenk der leiders in tweeën.
In alle 45 vergaderingen werd de
zelfde motie aangenomen, waarin in
zeer krachtige bewoordingen werd ge
protesteerd tegen „den hoon aan het
volk, kiesrechthervorming genaamd".
Om het Keizerlijk paleis was den
geheelen dag een sterk cordon van
politieagenten getrokken.
OOSTENRIJK-HONGARIJE.
MeD zegt nu, dat de Keizer geneigd
is het verzoek om Hofrichter een
hjj raakte het toch niet aan. Maar
als hjj niet gekomen was om te ste
len, met welk doel kwam hii dan
Op dat oogenblik schreeuwde er een
uil in den tuin.
Onmiddellijk keerde Furie zijn van
angst vertrokken gezicht naar het
venster. Toen schudde hij zijn vuist
en antwoordde het dier op gedempten
toon
„Jou iou iou 1"
Het was niets als gefluister, een
uitdaging aan den geest, meer dan
aan het lichaam. Furie stond daar
precies zooals Michael hem had ge
schilderd. Téphany vond hem mons
terachtig, kolossaal groot, het was
als een gestalte die zij door een af-
zichteljjken, rooden mist zag.
De uil schreeuwde voor de tweede
maal.
Furie bewoog zijn lippen en ver
trok ze tot een afschuweljjkenljgrjjns-
lach. Téphany twijfelde er niet meer
aan, dat zjj zich in het gezelschap
van een krankzinnige bevond en dat
feit verjoeg hare fantastische bijge
lovigheden zoodat haar geest en haar
lichaam nu opgewassen waren tegen
den wanhopigen toestand.
[Wordt, vrerolgd.)