DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. Leo Tolstoï. No, 275. DONDERDAG 24 NOVEMBER 1910. 7e JAARGANG. BUITENLAND. BINNENLAND. DE LANDER. Hoofdredacteur It. O. R IJ KK Hf 8. Abonnementsprijs Per jaarf 4.Franco per post id. f5.60. Per 3 maanden id. flFranco per post id. f 1.40. Afzonderlijke nummers f 0.05. Bureau: KLEINE Ha.AU 6. Telef. Iutcrc. 183. Prijs der Advertentiën Van 1 tot 5 regels f 0.40. Voor iedoron regel meer f 0.08. Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (By abonnement belangrjjko korti ng). Tot plaatsing van advert, en reel, van bniten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd hol Alg. Binnen-en Buitenlandseh Advert.- bureau D, Y. ALTA, Warmoesstr. 75-78 Amsterdam Er is een groot man, een goed mensch van ons heengegaan. Het is ons, als we thans een woord aan Leo Tolstoï wijden, er niel om te doen, om in weinig regels er naar te streven dezen grooten Rus in al zijn kracht en in zijne vele voortreffelijke hoedanigheden te schilderen, noch om een biografie te geven van zijn persoon of eeu bibliografie van zijn talrijke werken. Voor een courant artikel iB Tolstoï te groot. Litterator en philosoof, theoloog en socioloog is Tolstoï, en op elk dezer gebieden telt hij mee in de eerste rjjen. Het ware grijpen naai de sterren, zoo men poogde dit alles af zonderlijk naar waarde te beschryven in de kolommen van een dagblad, en waar vindt men den man, die dezen grooten geest in zijn wonder nadenkt Wat wy beoogen iB dan ook slechts een korte herinnering te geven, mede als blijk van hoogachting ook onzerzijds voor den man. die in Rusland heeft durven en kunnen trotsecren, wat niemand daar ongestraft trotseert: den Tsaar en de Heilige Ortho doxe Synode; en die dat niet deed als strever naar de martelaarskroon, noch uit zucht naar revolutionair bedrijf, maar louter en alleen uit innerlijken aandrang tot de waarheid en uit liefde tot het men8chdom. Tolstoi's levensloop is in betrekkelijk weinig woorden te vertellen. Zoon van een oud adelyk geslacht, genoot hij een zorg vuldige opvoeding. Hij begaf zich na zyn studiën in den krijgsdienst en maakte den bloedigen Krimoorlog mee. Daar reeds heeft het gezicht van die vreeselijke ellende, die ook een Flortnce Nightingale haar zegenryk werk deed opvatten, hem tot nadenken gebracht over de groote ethische problemen der menschheid; maar de in druk was nog niet zoo diep, dat hij er zich door liet beïnvloeden bij het schrijven zijner talrijke werken. Tolstoi was letter kundige, kunstenaar en zijne werkcu ver breiden zijn roem over geheel Europa. Zijn romans „Vrede en Oorlog" en „Anna Kare- nina" gaven hem een naam onder de eersten der letterkundigen en zijn werken behooren tot de wereldlitteratuur. Haar toen Tolstoi als man van 50 jaar reeds op die hoogste sport stond, toen er aan zyue maatschappelijke positie niets scheen te outbroken en hij op zyu schoon landgoed een voorbeeldig familieleven leidde, kwam het keerpunt in zijn leven. Vragen, die reeds jaren hem bezig hielden, drongen zich hoe langer hoe meer by hem op, vragen als: Wie ben ik Waartoeleef ikf Wat is het doel van het menschelijk leven? en dergelijke lieten hem niet meer los en met ernst wierp hij zich op de studie der theologie en der philosophic, trachtend, geljjk zoo velen vóór hem, een antwoord te vinden, dat hem met zich zelf bevredigde. Dit gaf strijd, inwendig, maar ook naar builen en het antwoord, dat hij vond, bracht hem in botsing met veel wat hem vroeger mot ontzag had vervuld en dat nog velen Russen heilig is. Hy had gezwegen, niemand zou het hem lastig hebben gemaakt. Maar hij kon niet zwygen en zyn spreken verwekte storm in het Tsarenrijk, een storm des te heviger naarmate de man, die hem veroorzaakte, grooter was- Was hy een onbeduidend man geweest, men zou hom hebben laten praten; was hij niet Tolstoi geweest, rijks graaf en letterkundige van Eu.opeesche vermaardheid, men had hom naar Siberië gezonden. Maar juist dat hij graaf Leo Tolstoi was, dat ergerde vooral wijlen Pobjedonostzef, want wat men den een- voudigen burger had durven aandoen, liet men na tegenover hem. Hij durfdo zijn Tsaar dingen zeggen als niemand en toch bleef hy straffeloos. Hij bestreed de Rus sische priesterschap iu haar verstarde dog ma's, en geen kerker ontsloot zich voor hem. Hij werd slechte geëxcommuniceerd een straf, die hem een eer was. En met taaie volhardiog bleef hij schrijven en strijden voor wat hy als waarheid beleed. En doen. Want Tolstoi en dit is zijn groote eer trachtte in praktijk te brengen, wat hij anderen leerde. Hij deed daden. Hij gaf zyn goederen aan de armen, hij leefde als de arme Russische boeren uit zijn omgeving, hy bracl t in toepassing, de leer, die hij als socioloog had gepredikt en waarvan hij als hoeksteen steeds bleef handhaven de eisch zijn eveumensch even lief te hebben als zich zeiven. Men heeft hem bespot, zijn werk bela chelijk gemaakt, hem een idealist, een utopist zelfs genoemd, hem voor zonderling uitgekreten, hem zelfs voor waanzinnig gehouden. Maar men is in Rusland niette min niet opgehouden zijn grooten invloed te duchten.. En thans, nu do groote man voor goed is heengegaan, zullen velen hem gedenken en hem dankbaar zijn voor het genot, dat zij hebben gesmaakt bij het lezen zijner werken, en hem zogenen om wat hij voor Rusland heeft willen zijn. Ook in West Europa. Ook in Nederlaud Want hoe ook moge zijn de opinie, die men heeft omtrent Tolstoi's leer, zijn leven was een voortdurend streven naar waarheid en deswege eert hem ieder. En als, misschien eerst veel later, de zon der geestelijke vrjjhcid over de vlaaien van de Wolga zal lichten, dan heeft Tolstoï voor een groot deel die tijden meê voorbereid. Frankrijk Hoewel de Vorst van Monaco zijn oudert danen op hun aandringen een groudwe- verleend heeft, is de toestand in liet vors. tendoin toch nog lang niet rooskleurig- Hot grootste deel der bevolking is nog r.iet tevreden en verlangt dat de vorst alle Franschen, die door hom op posten in het bestuur van het vorstendom benoemd zyn, zal ontslaan. Laatst heeft zich weer eeu menigte verzameld voor het vorstelijk pa leis en geroepen: „Dood aan de Franschen!" Volgens hot Parysche Journal heeft de Fransche regeering vast besloten om der gelijke anti-Fransche dryverijen te verhin deren, wijl zy in de Riv'era geen brand punt van vijandige gevoelen jegens Frank rijk wil dulden. De bekende Fransche schrijver Jacques Dhur deelt een staaltje omtrent de behandeling der soldaten van het Fransche vreemdenlegioen mede, dat, als het waar is, zeker meer den schandelijk genoemd mag worden. Gedurende den marsch van de 3e compagnie van bet ie regiment, van lort Hassa naar Bergent, die gedaan werd tu8schen 23 en 25 Juni van uit jaar, en die gedeeltelijk door de woestijn voerde begaven den „legionnaire" Wcisrock plotseling zijne klachten. Hij had, ondanks het gegevcu bevel, het gelid verlaten om zyn waterkruik te vullen en was daardoor genoodzaakt verscheidene étapes to voet af te leggen terwyl anders altjjd twee „légionnaires" om beurten een muildier bestjjgen. Den 26en Juui viel Wcisrock van vermoeienis neer. De luitenant zond een onderofficier terug, niet om den ongelukkige te halen, maar om hem zijn geweer af te nemen. Weisrock bleef hulpeloos in de woestijn achter en is waarschijnlijk doar verscheurende dieren verslonden. Le Journal geeft nog de volgende aan vulling van het treurige verhaal. Nadat men den jongen soldaat ziek en zonder levensmiddelen in de woestijn aan zijn lot had overgelaten, moest zyu verdwijning iu het stamboek worden verklaard en daar de officier zyn eigen schanddaad niet bloot wilde leggen, schreef hij hem eenvoudig af als deserteur. De kapitein van de com pagnie, waarbij Weisrock had gediend, schreef nu aan diens vader, eon Fraosch veteraanIk heb de eer u mede te deeleu, dat uw zoon op den derden Juli op het appél heeft ontbroken en voor don vyand gedeserteerd is." De manschappen waren uiterst veront waardigd over het feit, dat uien den ongelukkige, niet alleen ten prooi voor de wilde dieren had iaten liggen, maar hem ook nog zijn soldateneer ontnam; geen hunner durfde iets zeggen, uit vroes voor de zware straffen, die den soldaat van het legioen bij het geringste vergrijp worden opgelegd. De berichtgever van Le Journal besluit zyn verhaal met den eisch, dat or een streng en onpartijdig onderzoek naar het gebeurde zal worden ingesteld en dat don soldaten, die getuigeu van het schandelijk toonvel zijn geweest, gelegenheid zal worden gegoven, verklaringeu daaromtrent af te leggen, zonder dat zij voor de wraak hun ner superieuren behoeven te vreezen. Duitschland. Zonder eenigen luister is de ziitiug van den ryksdag geopend Na een kort speechje van den voorzitter is men terstond aan de dagelijkscho werkzaamheden begonnen en het eenige vermeldenswaardige van de ver gadering was de indiening van enkele socialistische interpellaties: over het duurder worden van het vleesch en over des Keizers welbespraaktheid, die in Koningsbergen weer gebleken is dezen zomer en waardoor by de belofte, aan Bülow gegeven, ge schonden heeft. De interpellaties werden gister behandeld. Niemand, die met do wa.e animo de nieuwe zitting aanvangt. Eenstemmig is men in de overtuiging dat ze al heel vlak en kalm zal ofloopen. Want ieders ver wachtingen zijn gespannen op het volgende jaar, wanneer na afloop dezer zittingen nieuwe verkiezingen zullen worden ge houden, die van zulk een beslisseuden invloed kunnen zijn op don gang der Duitsche politiek. Dat de sociaal-demo cratie eeu ontzaglijk aantal zetels zal winnen by die verkiezingen, niemand die er aan twijfelt. Ook niet d.it de conservatieven bloedige verliezen zullen lijden. Maar de vraag is of do verandering van dien aard zal zijn, dat de meerderheid van het con- servatiof-clericale blok zal worden vernietigd. Zoo zal naar alle waarschijnlijkheid alles wat er dit jaar in don rijksdag wordt bo- sprokeu en behandeld staan ondor den invloed van den naderenden strijd: het parlementaire jaar zal als bet ware een voorspel zyn voor den verkiezingsveldtocht- De regeering dat spreekt vun zelf moet een poging doen om zich te vrijwaren tegen een overstelpende linksche moorder- beid in den nieuwen ryksdag. Nu reeds blyki wolk middel zij daarvoor uitkiest: de angst voor hot Roode Spook, waardoor allo burgerlijke partijen zich zullen moeten verzamelen onder de vaan dor regeering. „'t Is altyd het zekerste teekeu van abso lute radeloosheid aldus de Frankfurter Zeituug wanneer de heerschendon zich aan die laatste toevlucht vastklampen. Men kan echter verwachten dat de kiezers zich daardoor niet meer laten vangen. Zij zien eindeljjk in, hoe leeg en onwaar de leus van vereeniging tegen do revolutie-partyen is: want wel moeten alle partijen deelnemen aan die vereeniging van krachten tegen de sociaal-democratie, maar de vruchten der politiek vallen, blijkens alle ervaringen, steeds slechts den reactionnairen in den sohoot". Belgis Het congres van mijnwerkers heeft be sloten tut een algemeene werkstakiug voor den tijd van 24 uur, ten einde de pen sioenwet voor myowerkers te doen aan nemen. Groot Britannie. Ondor bedekking van den dikken mi9t drongen do suffragettes gisternacht om 2 u. 30 Downingstreet binnen. Zij bombar deerden do ambtswoning van den minister president met steenen en andere zware voorwerpen, en gooiden bijna alle ruiteö van de lagere verdieping in. Eenige inhechtenisnemingen werdon ver richt. Rusland. Bij de gister ge..ouden zitting van den Ryksraad was de geheele rechterzijde, met uitzondering van 2 bisschoppen, afwezig. De voorzitter, Akunow, verklaarde dat, wanneer men de godsdienstige en politieke geschriften van Tolstoï buiten beschouwing liet, welke de orthodoxe kerk en de conser vatieve Russische maatschappij scherp veroordeelden, niemand zou kunnen be twisten, dat diens overige werken hem als diohter wereldberoemd en onsterfelyk had den gemaakt. Het komt ons niet toe zoo sprak de voorzitter verder aan het pas gesloten graf van Tolstoï den stuf te breken over Tolstoi's opzettelijke en onopzettelijke dwalingen. Ik noodig u dus uit door van uwe zitplaatsen op te staan, de nagedach tenis van den grooten dichter te ecren. Hierop stond de vergadering op, behalve de beide bisschoppen. De zitting werd voor 5 minuten gestaakt. Dn Fapkndrechtsche Strafzaak. Het ïapport der psychiaters, met een voorwoord van professor Jelgcrsma, zal niet vóór de uitspraak van het Arnhemsche Hof in druk vorschynen.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1