DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 296. MAANDAG 19 DECEMBER 1910. 7e JAARGANG. »rjj« BUITENLAND. BINNENLAND. Uit de Pers. DE CRISIS AAN OORLOG. DE EEMLANDER. Hoofdredacteur R. O. K IJ KG N 8. Bureau: HLEIÜE Hv.Mi f». Telefluiere. 183. Abonnementsprijs Prijs der Advertentiën: Per jaarf 4.Franco per Vau 1 tot 5 regels f|0.40. Voor iederen regel meer f 0.08. post id. f5.60. Per 3 maanden id. f 1.Franco per post Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij id. f 1.40. Afzonderlijke Dummers f 0.05. abonnement belangrijke korting). Tot plaatsing van advert, en reel, van buiten het kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen- en] Buitenlandseh Advert.- bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 78- 78 Amsterdam In ons vorig nommer hebben wy melding gemaakt van den politieken val van den minister van Oorlog. Hoe het in zijn werk i9 gegaan, willen wij hier nog even in 't kort vermelden. Men kent de motie-Duymaer v. Twist, die de quaestie der verhooging van officiers- tractementen, door don minister voorgesteld, wilde vastkoppelen aan de pensioenregeling, waardoor de tractementsverhooging natuur lijk tijdelijk weer van de baan zou geraken. Generaal Eland poogde de pat tijen tot elkaar te brengen en deed het voorstel om een nieuw artikel in de begrooting in te lasschen, luidende: „Yerhooging van pensioenen voor de officieren Memorie". Hiervan wilde de Kamer echter niet weten. Toen boproefde de minister zelf nog een accoord aan te gaan. Hy beloofde stellig, zoo Bpoedig mogeljjk met eon nieuwe pensioenregeling te zullen komen en ver klaarde daarenboven, een deel van de nu aangevraagde tractementsverhooging te zul len afzonderen voor pensioenstortingeu. Als men aan de rechterzijde nu geen politieke bijoogmerken had gehad, zou de vrede gesloten kunnen zijn, doch de heer Duymaer v. Twist was niet tevreden en handhaafde zyn motie. Ook den heer Colyn was de toezegging van den minister nog niet genoeg. Hij vreesde, dat die regeling in tweeën meer zou kosten dan in eens. Hij vreesde, dat men door hoogere salariëering zonder hoogcre pensioenregeling de oudere offi- cioren in het> leger zou houden, terwijl dezen juist in het belang van bet leger plaats zouden moeten maken voor do jongeren. Maar, zeide de heer Thomson, als gij nu niet de tractementsverhooging toestaat, maakt gij den geest onder de officieren nog slechter dan hij al is, en dat is stellig niet in het belang van het leger. Als er op dat oogenblik ware gestemd, zou alles vermoedelyk goed zijn gegaan en zou de minister het pleit hebben gewonnen. Doch, toen verscheen te kwader ure do heer Lohman op het spreekgestoelte. Hij zeide aanvankelijk voornemens te zijn geweest vóór de motie te stemmen, doch nu hij de toezegging van deu minister vernomen had, en gemerkt had dat deze een portefeuille-quaestie van de zaak maakte, zou hij tegen stemmen. Nu wete men, dat de minister het woord portefeuille-quaestie niet had uitgesproken. Begrypelijk was het dan ook, dat de heer Marchant naar de spreekplaats snelde en riep: „wie regeert hier eigenlijk, de minister of de heer Lohman?" Toen nog sprak de minster niet van de portefeuille quaestie, maar zeide, dat hij zich tegen de motie-Duymaer bleef ver zetten. Had hij dit nu nog op dit oogenblik gedaan, misschien zouden enkele stemmen minder vóór de motie zijn uitgebracht. Er begon nu echter een groote verwar ring te heerschen in de Kamer. Een paar leden van rechts en ook de minister van Binnenlandsche Zaken de eenige minister, die met den heer Cool in de Kamer aanwezig was gingen met den minister van Oorlog confereeren en het gevolg was, dat nu minister Cool nog maals het woord vroeg en zeide, dat, nu de portefeuille-quaestie eenmaal door anderen genoemd was, hij meende niet te mogen verhelen, dat de motie voor hem onaannemelijk was. Toen was het te laat. Dit wijfelen zal den minister enkele stemmen hebben gekost. De motie werd aangenomen met 36 tegen 3i stemmen. Vóór de motie stemden 4 R.Katholieken, 16 Antirevolutionuairen, 6 Unie-liberalen, 7 Vrijzinnig democraten, 3 Vrij-liberalen. Tegen de motie stemden 10 R.Katho- liekcn, 3 Antirevolutionuairen, 7 Christelijk- historischeu, 10 Unie-liberalen 1 Vrij liberaal. De sociaal-democraten hadden vóór de stemming do vergadering verlaten. Zij konden moeilijk anders, daar zy niet vóór de motie konden stemmen, omdat deze verklaarde dat de traktementsverhooging der officieren uoodzakelijk was. Zij konden er niet togen stemmen, omdat verwerping onmiddellijke invoering van de verhooging beteekeode. Aldus is het einde geweest van den minister Cool. Zullen nu andere liberale militairen ervan overtuigd zijn geworden, dat zij nimmer een portefeuille kunnen aanvaarden in een clericaal Kabinet, tenzij zij doen, zooals een ander minister, die geheel renegaat wordt. En 't is nog de vraag, hoe die het er zal afbrengen. EEN ROOMSCHE DEFINITIE 7AN RIJ HEID TAN GEWETEN:' Een zekere X. geeft in do Eembodc van 17 Dec j.l. een dofenitie van wat men heeft te verstaan onder „vrijheid van geweten". Hij schrijft: „AIb hoogste glorie uwer wetenschap verkondigt gij 't beginsel: „vryheid van geweten." Ik wil hier een conclusie trekken, een argumentum ad hominem gebruiken. In de vrijheid der gedachte volgons uwe leer komt 't dcuk- beeld bij me op, u te kiezen tot voor werp. Ik kom met een revolver gewapend in uw huis, jaag een doodelijken kogel in uw borst, ik begin uw huis te plunderen, in brand te steken en uw leer is op u toegepast: v r ij h e i d van geweten. Ik mag doen, wat ik wil anders heb ik geen vrijheid van geweten meer." 't Komt natuurlijk niet in ons op om, met den eersten den besten anonymus in een ander blad te polemiseeren, maat daar we onzen lezers gaarne een vroolijk oogen blik gunnen, drukken wij deze definitie in on9 blad af. Wij maken daarvoor aan spraak op hun daukbaarheid. Prins Max van Sachsen. Het Leipziger Tageblatt bericht, dat de verklaring van de Osservatore Romano tegen prins Max van Sachsen een zoo groote ontstemming heeft teweeg gebracht, dat men in Dresdeuer R.Katholieke kringen een volkomen breuk tu99chen het huis Wet tin en het Vaticaan volstiekt niet voor buitengesloten houdt. Wat het artikel zelf betreft, het is zeker niet te verwonderen, dat de Roomsche Curie het Novembernummer van „Rome en' hot Oosten" op don Index zal plaatson. Dit was, na wat or al zoo van de speel ruimte der door hot Vaticaan gelaten meeningsvrijheid bekend is goworden, to verwachten. Do schrijver toch wijst er op, dat de Roomsche Kerk oorspronkolijk geen abso lute monarchie geweest is. Zij was het langzamerhand na de 8e eeuw geworden, nadat de Pausen gabruik begonnen te maken van de vervalschingen van den Pseudo-Isidores. Den bewoners van het Oosten moebt men nu hun oude constitutie en vrijheid laten. Dat was echter nog niet voldoende. Rome moest hun ook zelfbe stuur toestaan. Daar hadden zy behoefte aan. In het geloof zijn de twee Kerken, volgons den prins, één. Hot verschil van haar geloofsinhoud berustte slechts op eenige theologische dogma s. De Latynsche Kerk moest er dus niet op staan, dat de Grieksche hare bijzondere dogma's zou aanvaarden. Aan het slot zegt prins Max nog, dat wat meer liefde en gevoel voor waarheid bij de behandeling vau de bewoners van het Oosten dringend noodig was. Niet alleen deze, ook de Latijnen, hadden hun stellingen door vervalschte teksten van kerkvaders en concilies verhard. Met welke argumenten zij het primaat van den Paus, de leer van het vagevuur en de transsubtantiatie, en nog andere dogma's bewezen, behoefde niet nog eens gezegd te worden. Waarheid en liefde alleen dus konden tot het doel leiden. Tot zoover de vorstolyke schrijver. Als hij zich nog naar Rome begeeft om zijn uieoningen in 't openbaar te herroepen, zooals gemeld werd, dau zal hij, ook al is het een Koninklijke Hoogheid, wat te hooren krijgen! Frankrijk. Teu gevolge van de nieuwe tactiek van de ontevreden spoot wegbeambten, die hierin bestaat, dat zij systematisch het goederen verkeer in de war sturen door op goederen of wagons geene of verkeordo adressen te plakken, heerscht er op do noordelyke lijnen van Frankrijk een bedonkelyke ver warring. Het aantal van de vortraagde wagons wordt op 20.000 geschat, terwijl ongeveer 2800 wagens ten gevolge van de kwaadwilligheid der beambten op verkeerde btations zijn terecht gekomen, zonder dat het mogelijk is uit te maken, waar zij thuis hooren. Öe mijnbouwmaatschappijen van Noord-Frankrijk kunnen, niettegen staande haar dringende aanvragen, nauwe lijks een tiende van het benoodigde aantal wagons krijgen, zoodat op sommige plaatsen de voorraden aan steenkool zoo enorm aan groeien, dat men reeds overweegt de mijn werkers een paar dagen in de week vacantie te geven. Een hooggeplaatst spoorwegambtenaar verklaarde, dat de toestand, als het zoo doorgaat, direct gevaarlijk kon worden. De Fransche Minister van publieke werken, doelde den burgemocster van le Havre mee, dat de Staatsspoor, de Noorder- spoor en do Oosterspoor in boginsel bereid waren een dagelijkschen specialen goederen trein in te schakelen voor het transport van katoen van le Havre naar de Vogezen. Denemarken. Het crimineel gerechtshof heeft den ge wezen minister van justitie Alberti wegens bedriegingen ton bedrago van oa. 15 tnil- lioen kronen, voroordeold tot 8 jaren tuchthuisstraf en daarbij tot betaling van de kosten voor de verdediging en do beschuldiging elk 1500 kronen. Voor hen die altijd zoo luid roepen om wederinvoering der lijfstraf (geesoling) in do beschaafde landen van Europa, is do ondervinding, die men daarmee in Dene marken opgedaan heeft, zeer leerrijk. Daar was zy ingevoerd door den bekenden minister-oplichter Alberti, die juist zelf voor acht jaar naar het tuchthuis is ge stuurd voor zes jaar, bij wyze van proef. De proeftijd is om en zal zeker niet ver lengd worden. Een afschrikwekkende wer king heeft zij niet uitgeoefend, het aatÉal ruwheidamisdrijven is niot verminderd, eer toegenomen, ook onder de jeugdige per sonen. Rusland. Er heerscht onder de studenten aan de Russische hoogescholen groote verbittering over de mishandelingen, waaraan, zooals dezer dagen gebleken is, staatkundige misdadigers in de gevangenissen blootstaan, liet meerendeel der studenten bezoekt, bij wijze van protest, de colleges niet meer. De regeering had eerst allo vergaderin gen van studenten verboden, maar heeft dit verbod thans weder ingetrokken. De bladen mogen echter geen moties opuemen, die eventueel in deze vergaderingen worden aangenomen. De Studentenstaking te Utrecht. Niettegenstaande do staking als geëin digd was geproclameerd was ook Zaterdag nog geen der stakers op het Instituut ge komen. Naar wij vernemen, zullen de stakers vermoedelijk tot na. de vacantie welke in den loop der volgende week aanvangt, van het Instituut wegblijven. Een nieuw koninklijk paleis. De Tel. verneemt, dat men ten stadhuize te Amsterdam voornemens is, in verband met do Paleis-Raadhuisplannen, H. M. het terrein van de IJsclub aan te bieden, om daarop een koninklyk paleis te doen bouwen. Daaruit blijkt, dat B. en W. er op gesteld zyn het paleis op den Dam terug te geven aan zijn oude historische bestemming. De val van Minister Cool. Land en Volk schrijft over de Kamer zitting van Zaterdag, dat terwijl de heer Ter Laan zijn redevoering hield de heeren Lohman en Van Nispen van deze gelegen heid gebruik maakten om met de ministers van Binnenlandsche Zaken, inmiddels verschenen, en Oorlog een conferentie te houden. Het resultaat werd aan de Kamer medegedeeld, zoodra de heer Ter Laan had uitgesprokenals de motie werd aangenomen zou de minister heengaan. Do heer De Savornin Lohman keerdo

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1910 | | pagina 1