Succursale Compagnie Lyonnaise. VAN m LANGESTRAAT S3 AMERSFOORT Van ^Maandag 11 tot Woensdag 20 September Nieuwe Modellen Marnes- en Kinder confectie. -_ t r .r Hautes Nouveautés. Zijden Stoffen - Robes Mi-Confeclionnees - Satin Chiffon Satin Souplesse - Crêpe de Chine - Mousseline de soie imprimé - Galons riches - Rcharpes - Jupons - Echte Kanten enz. Alle week-abonnés op dit blad, die in het bezit zijn eener verzekeringspolis, zijn volgens de bepalingen in die polis vermeld, O000 levenslange 400 bV 300vcrliea van één ^OvJ verlies van Q0 verlies van QO verlies van Qverlies van eiken Aan onze ateliers zijn van af 1 September toegevoegd nieuwe eerste krachten, waardoor elegante Coupe en onberispelijke afwerking verzekerd zijn. FEUILLETON. De ongrijpbare moordenaar. GULDEN bg GULDEN GULDEN bij r* cr\ GULDEN bij GULDEN bij GULDEN by GULDEN bij ongeschiktheid. overlijden. hand of voet. één oog. een duim. een wijsvinger. anderen vinger. Uitbeering dezer bedragen is gewaarborgd door THE OCEAN ACCIDENT GUARENTEE CORPORATION Ltd., Directeur voor Nederl. Edward Heijman, Oude Turfmarkt 16, Amsterdam Fournisseurs de S. M. La Reine. Fournisseurs de S. M. La Reine raère. OSITIE Uit het Fransch door GASTON LEROUX. 68) Bij sommige moeilijke gelegenheden had hij niet geaarzeld van een mes of een schapebeen gebruik te maken. Toen hij eens in handen der justitie was gevallen, ontkwam hij den dag, waarop zijn proces behandeld zou worden, door peper te gooien in de oogen der mannen, die hem naar het hof moesten brengen. Later vernam men, dat hij dien- zelfden dag doodkalm een „première* bijwoonde in het Théatre Franjais. Daarna was hij naar Amerika gegaan, en de politie van den staat Ohio had hem nog eens 'n handen gekregen; maar den volgenden dag ontsnapte hij weer.... Ballmeyer, er konden boeken over hem volgeschreven worden, eu die man was Larsan geworden! Eu die kleine Rouletabille had dit ontdekt! Die kende het verleden van Ballmeyer eu stelde hem in de gelegenheid om te ontsnappen! Hierin bewonderde ik Rouletabille, want ik wist, dat zijn doel was, Darzac en juffrouw Stangerson van den booswicht te bevrijden zonder dat hij sprak. Men was nog niet bekomen van de verbazing, en ik hoorde al zeggen: „Nu weten we toch nog niet, hoede moordenaar uit de gele kamer is outsnapt,* toen de zitting werd voortgezet. Rouletabille werd onmiddellijk voorge roepen en zijn verhoor begon. De president vroeg: U heeft ons daar straks verteldmeneer, dat men onmogelijk uit het tuintje kou vluchten. Met u wil ik erkennen, dat Fridéric Larsan. als hij aan het venster stond met u in het tuintje was; maar hoe was hij voor het raam gekomen? Rouletabille antwoordde: „Dit tuintje was niet zoo volkomen, afgesloten, als de gele kamer. Men kon er tegen den muur opklimmen, wat in de gele kamer onmogelijk was, op het terras springen, en vandaar, terwijl wij over het lijk gebogen stonden, door het raam op de gang komen. Larsan hoefde slechts een stap te doen, om in zijn kamer te zijn, het raam te openen en tot ons te spreken. Dat was maar kinderspel voor iemand als Ballmeyer. Eu hier heb ik het bewijs van de waarheid van deze voorstelling.* Rouletabille haalde een pakje uit zijn vestzak, waaruit hij een pin haalde, „Hier is een piD, meneer de president, die juist past in een gat, dat u kan vinden in het rechter-anker onder het terras van het uitbouwsel. Larsan, die alles voorzag, en die aan alle middelen dacht, om in zijn kamer te kunnen vluchten wat wel noodig is, als men zulk hoog spel speelt, had die pin van te voren in het anker gestoken. Eén voet op den hoeksteen van het kasteel, den andereu op de pin, een hand aan de kroonlijst van de deur van den boschwachter, de andere haud aan het terras en Larsan verdwijnt... des te gemakkelijker, omdat hij heel wakker is en dien avond volstrekt uietouderden invloed vaueen slaapmiddel was geweest, zooals hij ons had doen gelooven. We hadden met hem gegeten en na het eten deed hij alsof hij in slaap viel, want hij wilde, dat we zouden denkeu dat hij ook een slaapmiddel had gehad als het den volgenden dag bleek, dat ik onder den iuvloed daarvan was geweest. Nu we b.-iden hetzelfde lot hadden on dergaan, viel het. vermoeden niet op hem. Want ik heb werkelijk een slaapmiddel gehad en wel van Larsan zelf. Als ik niet in dien treurigen toestand bad verkeerd, zou Larsan dien nacht niet in de kamer van juffrouw Stangerson zijn gekomen en het ongeluk zou niet zijn gebeurd!... Men hoorde een zucht. Meneer Darzac kon zich niet goed houden. „U begrijpt," ging Rouletabille voort, dat het Larsan diennacht zeer ouaange- naam was, dat ik een kamor naast de zijne had, want hij wist, of kon tenminsto vermoeden, dat ik dien nacht zou waken. Natuurlijk geloofde hij niet dat ik hem verdacht. Maar ik zou hem kunnen zien, als hij uit zijn kamer ging naar die van juffrouw Stangerson. Hij wachtte dien nacht met er heen te gaan, tot ik sliep en mijn vriend Sainclair in mijn kamer bij me was. Tien minuten later boorden we juffronw Stangerson's angstkreet.* Stoomdrukkerij A. W. H. Eymann, Kleine Haag 6, Hoe was u er toe gekomen Larsan te verdenken?" vroeg de president. „Eenvoudig door mijn verstand te gebruiken, meneer de president. Maar ik wilde een tastbaar bewijs hebben; ik moest hem met mijn oogen zien, nadat ik hem met mijn verstand voor den moordenaar had uitgemaakt. Den dag na de onver klaarbare gebeurtenis in den gang, toen ik me zoo diep ellendig voelde, omdat ik niet wist, hoe ik moest beginnen te redeneeren, kwam ik plotseling tot een besluit en ging ik naar de gang. Daar overtuigde ik mij ervan, dat de moordenaar op geen enkele rnauier uit die gang had kunneu komen. Toen ben ik gaan redeueeren: als (le moordenaar er niet uit was, dan moest hij er nog in zijn. Er waren in die gang: vader Jacques, meneer Stangerson, Larsan en ik! Met den moordenaar waren dat vijf personen. Maar in de gang waren er slechts vier. De vijfde is niet kunnen ontvluchten. Dus moet een ven de vier ook de moordenaar wezen! Wie van de vier personen kon dat zijn! Zeker niet een van lien, die ik tegelijk met den moordenaar had gezien. Op de gaDg waren tegelijk met den moordenaar, meneer Stangerson, ook vader Jacques en ik zelf. Dus kou de moordenaar meneer Staugerson niet zijn, vader Jacques ook niet en evenmin ik zelf. Had ik Larsan tegelijk met den moordenaar gezien? Neen! (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1911 | | pagina 4