DAGBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN. No. 119. WOENSDAG 22 MEI 1912. 9e JAARGANG. Uit de Pers. BUITENLAND. DE EEMLANDER. Hoofdredacteur: Mr. D. J. van Schaardenburg. fH Bureau: KLEINE H ild li. Telef. Interc. 183. Abonnementsprijs Per jaarf4.Franco per post id. f5.60. Per 3 maanden id. 11.Franco pur post id. f_.l .40. Afzonderlijke nummers f 0.05. Prijs der Ailyertentiën: Van 1 lot 5 regels f 0.40. Voor iederen regel meer f 0.08. Buiten het Kanton Amersfoort per regel f 0.10. (Bij abonnement belangrijke korting). Tot plaatsing van advert, en ree!, van buiten bet kanton Amersfoort in dit blad is „uitsluitend" gerechtigd het Alg. Binnen-en Buitenlandsch Advert.-bureau D. Y. ALTA, Warmoesstr. 76-78 Amsterdam Kónig Chrisfiani -■A" Kónigin Alexandrine Het nieuwe Koningspaar van Denemarken, rechts de Koningin, in het midden de Kroonprins, links Koning Christiaan. subüidiejacht. Het Vaderland geeft een bloem lezing uit- de jaarverslagen der drie inspec teurs van het lager onderwijs, en wel met betrekking tot de gevolgen der M.U.L.O. wet van 14 Juli 1910. Zjj doet daarbij op merken dat van de drie bedoelde inspecteurs de heer Michiels van Kessenich (Noord- Brabant, Gelderland on Limburg) katho liek is,de heer Fabius (Zuid-Holland, Noord- Holland, Zeeland en Utrecht) anti-revoluri- onnair, en de heer mr. Th. Ruys I.Pzn (de vier noordelijke provinciën) bekend staat als gematigd liberaal, zoodat bij hun oordeel, althans bij eerstgenoemde twee, allerminst te denken valt aan tegenstanders van het ministerio of van de tegenwoordige meerderheid. De heer Michiels zegt, dat reeds in 1910 een aantal besturen van bijzondere scholen het onderwijs aan dio scholen tot den door de wet omschreven omvang heb ben willen uitbreiden, „tentinde op die verhoogde rijksbijdrage te kunnen aanspraak maken". Ala voorbeeld noemt hij gewone scholen met zes leerjaren, die nu veranderd worden in u. 1. o. scholen met Fransch, Engolsch en Duitsch (of twee dier vakken) en wiskunde, ea zonder verlenging van leertijd. „Wat van dat onderwijs voor die kindoren terecht zal komen, laat zich denken," zegt bij, en het verwondert hem niet dat dc schoolopziener in het arrondis sement Meersen (Limburg) kon schrijven: „Indien 't (gewijzigde art. 48) van den eenen kant allicht aanleiding geeft tot vermeerdering van onderwijzend personeel, zoo is het van den anderen kant te be treuren en paedagogisch niet te verdedigen dat kinderen van elf- tot dertieujarigen leeft(jd, die zoo weinig in de moedertaal bedreven ziin, het aanleeren van drie vreemde talen kan worden opgelegd. Het is te hopen, dat het jaar 1914 aan dezen ongezonden toestand een einde maakt eu. datde Nederlandsche wetgever tot betere in zichten terugkeert. „Do wetgever" aldus gaat do heer Michiels voort „heeft er natuurlijk niet aan gedacht, dat do bepaling, waardoor hij de schoolbesturen in staat wilde stellen om .het voortgezet lager onderwijs beter te re gelen en de noodige leerkrachten daarvoor te kunnen aanstellen, zou kunnen leiden tot het onbruikbaar maken der gewone lagere school, omdat vele schoolbesturen zich niet zouden ontzien om, met misken ning van de bedoeling en van den geest der wet, tot groote sohado voor het onder wijs, hun scholen te vervormen tot cari- oaturen, teneinde daardoor een hooger sub sidie machtig te worden." De heer Fabius doet mededeeling van de ervaring van verschillende district schoolopzieners in zijn ressort. Een van dezen zegt, dat de uitbreiding van het leer plan aan eemge, meest bijzondere scholen, twijfel overliet of steeds dc; bedooling voor zat werkelijk het onderwijsbelang te dionen; soms gaf te geringe uitbreiding den schijn alsof het in hoofdzaak om het subsidie to doen was. Een ander vermeldt het geval van een bijzondere school, die haar rooster had gemaaakt met 10 uren per week onder wijs in tweo talen en wiskunde, om nu al vast klaar to zijn met het oog op artikel II alinea 4 der wet. De schoolopziener achtte dit „bedenkelijke beunhazerij", te meer daar de bedoelde school bekend staat als de slechtste van heel de stad. „Hier wordt" zegt hij „gebruik of liever misbruik gemaakt van een milde bepaling, die bij amendement in de wet is opgenomen." En een ander schoolop ziener schrijft: „Het is toch werkelijk al .erg genoog, dat een schijntje algebra, ge- gevon aan eenige leerlingen der school, voldoeode is om er de aanspraak op het verhoogd subsidie op te grondvesten." „De uitkomst" zogt de heer Fabius ten slotte „zal moeten uitmaken of de jongste wetswijziging waarlijk de belangen van het onderwijs dient." En ook de dorde inspecteur, de heer Ruys, noemt voorbeelden, dat hier en daar een streven viel waar te nemen om op de verhoogde Rijksbijdrage aanspraak te kun nen maken, zonder dat toch het eigenlijk m. u. 1. o. werd ingevoerd. Het Vad. herinnert daarbij, dat deze dingen indertijd in de Tweede Kamer door de hoeren Ketelaar, Tydeman en Ter Laan zijn voorspeld, maar dat dit door de woord voerders dpr Rechterzijde, bepaaldelijk door den heer Van der Molen, als „verdacht makingen" werd aangeduid, en minister Heemskerk zeide, dat bedrog wel voor komt in de wereld, maar toch op dit ge bied geen regol is. De mededeelingen der onderwijs-inspecteurs stellen thans de vrij zinnigen in het gelijk. Koningin Wilhelmina naar Parijs. Naar aanleiding van de u.s. komst van de Koningin der Nederlanden te Parijs, bovat de Petit Parisien een hartelijk wel komstartikel, waarvan het slot aldus luidt: „Door het Konioklijke echtpaar eerbie dig te begroeten, zal Frankrijk uiting ge ven aan de sympathie dio het voor do Hollandsche natie gevoelt. Tusschen deze natie en ons zijn, is in een reeds ver verleden de verhoudingen soms stormachtig gewceBt. Maar de Nederlanders hebben kunnen ervaren, vooral sedert de eenheid en de uitbreiding van Duit6chlaud, dat hun feite lijke neutraliteit en daardoor hun onafhan kelijkheid geen betere waarborgen hadden dan de Fransche loyautcit. Ze zijn trou wens aan ons verbonden door intellectueele banden, die van jaar tot jaar duidelijker aan den dag zijn gekomen. Want er is geen vreemd land waar onze boeken van allerlei aard en onze tijdschriften meer ge lezen worden, en waar onze Conferenciers zokerdèr zjjn van een hartelijke ontvangst. „Wij van onzeu kant bewonderen den verwonderlijken arbeid door de Hollanders verrichtbij hot ontwikkelen van hun in ternationale handel en van huu scheep vaart toonen ze dezelfde geestdrift als in dertijd toen ze dijken opwierpen om huil vlakke landen te beschermen tegen do aanvallen van de zee. Hun groote steden vooral Amsterdam en Rotterdam, want den Haag, de residentie is kalmer bie den het schouwspel van een machtige acti viteit en kunnen wedijveren met de eerste havens van het vasteland. Zij, die door Rotterdam zijn gekomen op het lange viadukt, op een uur waarop het werk in vollen gang wa9, behouden het visioen van den menschelijken arbeid in zijn vollen pracht. Men weet niet alge meen genoeg dat dit land, bevolkt door 6 milliocn meoschen, en dat, in Insnlinde, over 40 millioen vreemde onderdanen be vel voert, eec handel heelt bijna gelijk aan dien van Frankrijk. „Maar noch do rijkdommen in den loop der eeuwen opgestapeld, noch het intensief beoefenen van den handel hebben de Hol landers de artistieke neigingen doen ver geten, die reeds tijdens de Renaissance zoo levendig bij hen waren. Men moet op een Zondag de musea te Amsterdam en Den Haag bezocht hebben, waar de meester werken van Rembrandt, Rnysdael, Potter en zoovele anderen dicht opeenhangen, om te begrijpen hoezeer dit volk is trouw ge bleven aan de hooge beschaving, die het indertijd veroverd heeft. „De reis van Koningin Wilhelmina zal de relaties tusschen Frankrijk en Holland, die beiden landen ten voordeel strekken, slechts kunnen versterken". Mogen dhedkn-Con ferentie. Weer duikt het bericht op ditmaal komt het uit diplomatieke kringen in Wee- nen dat Rusland voornemens is de quae8tic van den ItaliaanschTurkschen oorlog voor eene conferentie der mogend heden te brengen. Deze conferentie zou dan tevens behandelen do Dardanelles quaestie en het Russisch-Perzisch vraagstuk. Eeu uitstekend middel om een algemoe- non oorlog te ontketenen 1 De opstand in Albanië. Hel beste bewijs, dat de toestand in Albanië zeer bedenkelijk is, is het feit, dat Turkijo zulke groote versterkingen naar dit gebied zendt. In de laatste twee dagen zijn er niet minder dan tion bataljons in fanterie en vier batterijen artillerie heon gazonden. Deze opstand komt wel op een voor Turkqe zeer moeilijk tijdstip. Het Vijfde Wapen. De Duitsche Rijksdag heeft met algc- uieene stemmen besloten tot eon toelage in eens van 200.00U mark en een subsidie van 50.000 mark voor hot jaar 1912 voor het steunen van luchtvaartproefnemingen. Deze toelage zal gegeven worden aan eene onlangs opgerichte vereeniging „Duitsche experimenteel© instelling voor de luchtvaart". Uit den Duitschen Rijksdag. Overeenkomstig de voorstellen der Be- grootingscommis8ie heeft de Eijksdag be sloten tot dekking van de kosten voort vloeiend uit de militaire ontwerpen, do verlaging van de suikerbelasting, welke den lsten April 1914 van kracht zon worden, uit te stelleD tot 6 maanden na de inwer kingtreding van een wet, waarbij een alge meen? belasting op het bezit, welke reke ning houdt met deverschillendcbczitsvormen wordt ingevoerd. Deze algemeene bezits- belasting zal uiterlijk 1 October 1916 van kracht moeien worden en vóór 30 April in den Rijksdag zijn ingediend. De Rijksdag nam verder met 184 tegen 109 stemmon een voorstel aan, waarbij de regeering wordt verzocht een wetsontwerp, waarbjj een wijziging in de erfeuis-belasting, overeenkomstig het ontwerp door den Bondsraad den 14en Juni 1909 voorgesteld, zóó tijdig in te dienen, dat het nog den len April 1914 in werkiog treden kao. De vloot en legerwet werd en bloc en thans definitief aaugenomen. Tegen stem den de sociaal-democraten, Polen en El- zaaaers. Staking te Stkttin. Te Stettin is een staking uitgebroken onder de machinisten en stokers vau de reederijen aldaar. Vrijwel het geheele sleepersvcrkeer ligt dientengevolge stil. De oorzaak der staking is gelegen in een loongeschil. Amnestie voor Deserteurs. In den Landdag van Elzas Lotbariogen werd gistermiddag een motie behandeld, waarin algemeene amnestie verlangd werd voor de Elzas-Lotharingers, die zich sinds het jaar 1871 hebben schuldig gemaakt aan desertie of zich door vertrek naar elders aan den dienstplicht hebben ont trokken. Het gaat hier om dnizeoden dienstplichtigen, die onmiddelijk na 1871 uit hot land trokken, omdat zij zich niet aan do plichten, welke de inlijving van Elza8-Lotharingen bij Duitschland met zich meebrengt, wilden onderwerpen. De meeste dezer personen wonen in Frank rijk. Reeds meermalen werd eenzelfde

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1912 | | pagina 1