Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
Rudolf van Eschborn.
No. 49.
Zaterdag 4 Maart 1893,
Zesde Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort. Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAQ.
lentiprija p*' dria n
Franco per post
Afzonderlijke
f 0,40.
f 0,05.
BureauKrommesbaat, F 227. Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijn der Advortentiin;
Van 1 tot C regelsf 0.30
Voor iederen regel meer- 0.05
ZIJ, die xieh vóór
1 APRII. a.a. abon-
neeren op „1VK KEMBODK",
ontvangen dc tot dien lijd
verschijnende nwinnicrH gratis.
De Jesuïeten-wet In
DnltBchland.
In den Duitschen Kulholieken-dag, in
het vorig jaar te Menlz gehouden, werd
de JesuTeten-wet, die Duitschlands Katho
lieken nog altijd grieft en verbittert, door
dr. Lieber naar verdienste gebrandmerkt.
Niet de Jesuïeten wilde bij verdedigen,
was zijne verklaring, want dit achtte bij
beleedigend voor de H. Kerk. Maar de
schande der verdrukking, de smadelijke
hoon en het onrecht, die verhevene Orde
aangedaan, mochten nimmer geduld wor
den. .Het liberalisme heeft zich gekweld
met de vraagzeide hij o. m., .wat
wij wel van plan waren. Het heeft door
zijne bladen laten verspreiden dat wij
voorlaan de Jesuïelenvraag slechts in
onze volksvergaderingen, niet meer in
den Rijksdag zullen behandelen. Ik ver
klaar echter, in opdracht van het be
stuur van het Gentrum, op de 39e ver
zameling der Katholieken van Duitsch-
land
.Het Gentrum zal het voorstel-Windt-
horst als het voorstcl-Ballestrem opnieuw
indienen. En om niets ter wereld, ter-
wille van geen politiek doel, welk ook,
zal dit voorstel ooit ingetrokken worden."
Stormachtig was de bijval, die deze
mededeeling aan de vergadering ontlokte,
maar eveneens werd ze door het geheele
katholieke Duitschland met verruktheid
vernomen. En hot Centrum heell woord
gehouden. Opnieuw heeft het dit aan
gekondigd voorstel bij den Rijksdag
ingediend. De aanvoerders mogen, na een
glorievollen slrjjd te hebben volstrnden,
de een na den ander het moede hoofd
nederleggen, om het loon voor hunne
heldendaden bij God te gaan inoogsten,
doch het Centrum, zooals hier ook we
derom wordt bewezen, blijft in volle
kracht bestaan. Zijn edele politiek bleek
immer onweerstaanbaar, zelfs een Bis
marck moest voor haar buigen. En die
reuzentaak wordt door dc tlere mannen
dier katholieke partij met onverschrok
kenheid voortgezet. Ook de Jesuïetenvrnag
zal, zooals de katholieke wereld ut den
mond van dr. Lieber opnieuw mocht
vernemen, door het Gentrum niet wor
den losgelaten, vooraleer ook hierin een
volledige triomf verkregen is.
Met hel opwerpen der Jesuïetcn-quaestie
is echter de geest van haat en vetvol-
gingszucht onder dc hervormden in
Duitschland weder met vernieuwde
woede ontvlamd, 't Is of de geest van
de vaders van liet Protestantisme weder
angstig over het Duitsche Rijksgebied
rondwaart, en of het woord van Calvijn:
.Wat de JesÜTCten aangaat, die ons hel
meest wederstreven, men moet ze dooden,
of, indien dat niet gemakkelijk kan ge
schieden, moet men hen verjagen of
tenminste verpletteren onder hel gewicht
der leugens en lasteringen," weder dc
oude geloofshaat komt aanwakkeren.
Alleen de indiening van hel. voorstel der
Centrums-partij, lot wedortoelating dor
Jesuïelen, bracht circa 1500, doorgloeien
de!] afkeer tegen die Orde bezielde Pro
testanten te Barmen bijeen, om dit in
een van onverdraagzaamheid en bitteren
nijd overvloeiende motie te belichamen. 1
Nadat prof. Achelis uit Marburg, prof.
Rielschcll uit Leipzig, on hofprediker
Rogge uit Potsdam, in redevoeringen
aan hun o verkropte gemoederen hadden
lucht gegeven, werd de volgende motie
met algemecnc stemmen aangenomen
,1500 Evangelisten uit alle gedeelten
van Duitschland, te Barmen vergaderd,
verklaren
,De Jesuïetcn-orde vergiftigt door hare j
grondbeginselen de zedelijkheid van ons
volkslevendoor hare leer omtrent den
eed brengt zij de lechtspleging in ge
vaar zij ondermijnt de waarheidsliefde,
trouw en eerlijkheid bij het volk. De
Jesuïeten-orde is als een geheim genoot- j
schap, aan een buitenlandsch opperhoofd,
op elk gebied van zedelijkheid en recht,
van maatschappelijk en staatsleven, lot
onvoorwaardelijke gehoorzaamheid ver
plicht. De Jesuïelen-orde is ten hoogste
gevaarlijk voor den godsdienstvrede,
waaraan ons vaderland dringend behoefte
heeft. Door hare onbelemmerde werk-
znamheid zou zij een nieuwe en zooveel i
le noodloltiger scheuring teweegbrengen J
in de door Gods genade eindelijk her-
wonnen volkseenheid. Aan zulk ceno
Orde mag nooit weder het recht van
domicilie op Duitschen bodem worden 1
toegekend."
En om nu dezen ouden, afgesleten, wal-
gelijken deun te neuriën, moesten 1500
Evangclischen worden bijecngelromineld.
Maar het moest de harten dier lieve
broeders ontlasten van de Jesuïeten-
vrees, die hen zonder ophouden als oen j
spook op de hielen zit. De vergadering
werd dan ook zeer Evangelisch devoot
ingeleid, Onder den aanhef van het
Luther-lied.Ein feste Burg isl unser
Gott", werd de samenkomst geopend,
ongetwijfeld om oude herinneringen we
der in volle kracht te doen herleven.
En lerw|jl zooveel fraais, legen de Jesuïc-
ten snamgellunsd, de hoofden en harten
als in lichte laaie zetten, werd Keizer
Wilhelm door hen met een telegram
vereerd. Zij brachten hem hunne hulde
en bewondering voor zijn Evangelische
belijdenis, onlangs te Wittcmbcrg uitge
sproken, waarbij hij met niet weinig
theatraal vertoon had gedronken uil
don bokaal, door de stad Wiltemberg,
den hervormer dr. Maarten Luther bij j
diens huwelijk in 1525 geschonken.
Dnnrover waren de Evangelische harlen I
te Barmen geroerd, die nu op hunne
beurt het hart des Keizers zochten te
strcelen, en le winnen voor hunne fani-
lieke bedoelingen. Met de lippen te zet
ten aan den bokaal, waaruit Luther had
gezwelgd, konden wellicht in het hart
des Keizers ook het gift en de haal zijn
binnengeslopen, die Luther eenmaal
tegen Kerk en Paus en Jesuïeten heefl
uitgeworpen.
Te Barmen heeft de Duitsche Calvi
nist zich weder in zijne ware gedaante
vertoond. Zijn haat en woede kent geen
perken, nu de geduchte tegenstanders
der hervorming de grenzen naderen van
het Duitsche grondgebied. De zoo schaam
teloos gelasterde keurbende der II.
Kerk slaat reeds door hare nadering
haren vijanden den schrik om het hart.
Dal bewijst de ontzettende angst, die
in hel Evangelische kamp is ontstaan.
Nu het -Socialisme de grondslagen van
troon en gezag tot in zijn diepste lagen
ondermijnt, moeten de JesuTetcn, de war
me bestrijders van dien maalt chappelijken
kanker, nog met bitterheid worden afge
wezen. Geen ernstige lessen, zelfs die
uil den allerjongsten tijd, schijnen bij
machte, die verblinden de oogen te
openen. Bismarck, de verdr|jver der
Jesuïelen, is op zijn beurt reeds smadelijk
uil zijn hooge positie verdreven en nu
werd zelfs to Barmen zijn bewezen
dienst vergeten of miskend. Zoo
worden de reeds drie eeuwen met
woede vervolgde Jesuïelen te allen
t|jde gewroken.
Hel staat niet aan ons, die bewonde
renswaardige Kampioenen voor onze
Moeder de II. Kerk naar waarde le
roemen, zij staan verre boven onzen
lof verheven. ,De Jesuïelen zijn gelasterd
en vervolgd gewordenzegt Mgr. I)e
Si'ynr, „zij zullen hel ten einde toe
zijn, wanl hun heilige Stichter heeft op
zijn sterfbed voor hen de kroon gevraagd,
die door den Heer in zijn achtste zalig
heid, in do herg-predikalic, beloofd is.
„Zalig zijn zij, die vervolging lijden om
de gerechtigheid, want hun is het rijk
der hemelen Zalig zijt gij, als men u
zal schelden en vervolgen, en, u laste
rende, alle kwaad tegen u zal spreken,
om m|jVerblijdt u en juichtwant
uw loon is groot in den hemel
„Ziedaar de geschiedenis der Jesuïeten
vooruil aangewezen. De bijzondere haat,
die de goddeloozen en ketters hun
toedragen, is hunne schitterendste lof
rede."
BUITENLAND.
In den Duitschen Rijksdag heeft de
liberale afgevaardigde Barth gewezen op
de wenscholjjkheid om internationale
geschillen door scheids erechten op te
lossen. Il(j vroeg de Regeering of deze
zich dacht aan le sluiten aan de maat
regelen die voornamelijk door Engeland
en de Vereenigdu Staten in die richting
genomen worden.
Dc minister van Buitenlandsche Zaken
Von Marscliall antwoordde, dat zulks
tot nu toe door de Regeering niet was
geschied, maar dat z|j bereid was ook
in de lockomsL voor bijzondere gevallen
dergelijke beslissingen in te roepen, gelijk
bjj vroegere geschillen reed- herhaaldelijk
plaats had. Een algemcenc verplichting
kon de Regcering echter in deze niet op
zich nemen.
)cn nu de sociaal-democratische
afgevaardigde Bebel vervolgens aan de
Regeering vroeg, of de quaestie van
Elzas-Lotharingen niet door een scheids
gerecht was op te lossen, nam de
Rijks-Kanselier Von Caprivi het woord,
om te verklaren, hoe hij overtuigd was,
dat, wanneer ooit in deze een scheids
gerecht bjjeen komen zou en besluiten,
dal Duitsclilami Elzas-Lotharingen zou
moeten teruggeven, heit Duitsche volk
zich nimmer aan ecne zoodanige scheids
rechterlijke uitspraak zou onderwerpen,
inanr liever vechten zou tot zijn laalsten
druppel blocds. (levendige teekenen van'
ine'emming.)
Woensdag heeft Keizer Wilhelm de
opening van den Brnndenburgschen
Landdag bijgewoond en aan het bij die
gelegenheid gehouden feestmaal, evenals
verleden jaar, eene toespraak gehouden.
Deze luidt ongeveer aldus
„Het levend geslacht pleegt gaarne
terug te zien naar het verleden en de
toestanden van toen te vergelijken met
de beslaande, niet altijd ten voordeele
van laatstgenoemde. Maar wie op een
zoo schitterend verleden kan terugzien
als wij, doel wel daaruit leering te putten.
Niet aan onnutte krachten ons overgeven
moeten we, maar ons inet lust in het
leven en schik in het werk op den
arbeid toeleggen, steeds verder voort
schrijdend op de wegen onzer vaderen.
„De eerbiedwaardige figuur van Keizer
Wilhelm heeft zijn voorbeeldeloos wel
slagen te danken gehad aan zijn onver
wrikbaar geloof aan de hem door
God opgelegde roeping en aan zijn
onvermoeiden ijver in het betrachte,,
FEUILLETON.
13) Zonderlinge verbalen deden de ronde onder
het volk betreffende den afgehouwen vinger en
den ring van 'e hoatiebakkera dochter, die men
indertijd met alle geweld wilde opgehangen zien.
De werklieden en gildebroeders waren gevaar
lijke menschen, ruw, onbeicbaamd, afgunstig,
hebzuchtig en boosaardig; zy hadden hot onschul
dig» meisje en haar vader gaarne op den brandsta
pel genen, om bnnne loge hartstochten bot le kun-
aen vieren en de sUd mei hun woeste zegekre
ten te vervullen, zooals het bjj zulke gelegen
heden gewoonlijk geschieddemaar van den
anderen kant even laf, deinsde ieder er voor
terag. den eersten steen le werpen, want de abt
van den Sl. Jacobs berg had een storken, ge-
vreesden arm, en als sen onheilspellende wolk
hing zjjne bedreiging, bet bijgeloof en de heiden-
sehe gebruiken, die daarenboven aan tooverjj
grensden, uil te roeien, bel laffe volk boven
het boofd.
Hunne machtelooze woede werd tenminste
•en weinig gekoeld in bel vooruitzicht, dat een
„edelman" thans hel offer van den beul zou
worden, omdat hjj zich aan een gildebroeder
vergrepen had, en toen na den doorwaakten
nacht als de zon reeds asn 's homels wol
slemmig lied van gevederde zangers ten hemel
steeg het volk de leden van het keurvorsleljjk
gerechtshof in de Gouwpoort zag verschijnen,
verhief zich een ontzettend gebrul en wraakgc-
Nanwelijks waren de honderd bereden huza
ren der keurvorsteljjke lijfwacht in staal, de
onstuimige menigte te bedwingen. Zjj moesten
naar de wapenen grjjpen, en eerst nadat dc
zware sabels op hunne harde koppen beukten,
weken zij uit en verleenden den stoel een vrjjen
doortocht.
Voorop reed de keurvorsteljjke rechlsvoorzit-
Ier met twee rechters, in Inuge togen en mol
zwarte pruiken, daarop volgden de gerechts-
dokter, een schrijver en verscheidene gerechts
dienaars allen la paardachter hen volgde de
kar des scherprechters waarop de geboeide
misdadiger zal, de veroordeelde Rinwart van
Kleel, met den rug naar het volk en in rood
gewaad gestokenom den hals droeg b(j een
strik, welken dc beul, met zijn rooden mantel
omhangen, in de erne hand had, lerwjjl hjj
met de andero het teeken zijner waardigheid,
zijn in die dagen onmisbaar gereedschap, om
klemde.
Een Jesnlel trachtte le vergeefs den misda
diger te L'onslep, want deze wendde zijn doods
bleek, onheilspellend gelaat van hem a! en be
antwoordde zjjne vrome gebeden met jjseljjkc
vloeken en godslasteringen.
Op een tweeden wagen, tosscben bculskncch.
ten io, volgden beide medeplichtigen
den Klevenoarzjj waren als omgekochtea
slechts veroordeeld tot geeseling en strop.
Beiden schenen rouwmoedig, want liunno
bevende lippen bewogen zich als lot een gebed
i zjj kusten herhaalde m >len vol eerbied hel
uciflx, dat de pater hun voorhield.
Driedubbele gelederen milers omringden den
eurigen stoel.
Bjjna eeu uur verliep, eer de beul zjjn vree-
«eljjk werk volbracht had, en de hceren van
il gerecht onder begeleide naar buis reden om
ontbijten, on dc menigte uiteenging.
„Naar den Rjjnriepen thans enkele stern
en uil den hoop. „Tegen den middag komt
do keizer uil FrankrijkEn da nieuwsgierigheid
dreef den stroom van de strafplaats naar het
idere uiteinde der stad, den Rijnoever.
Hen verwachtte Ferdinand U, die opreis was
lar Hingen voor eene samenkomst met den
landgraaf van Hessen, en nu eeuige dagen in
Mainz kwam uitrusten. Allo voorbereidende
maatregelen waren getroffen om het voor Mainz
zoo zeldzame feest der tegenwoordigheid des
keizers binnen hare muren op eene hol keur
vorstendom, den kerkvorst en oppergebieder
waardige wjjze te vieren.
Hoowcl de keurvorst het jus'tic non appdlando,
d. i. het recht van onverantwoordelijkheid bezat,
ging toch de hoogste rechtspleging, zoolang hij
in Mainz vertoefde, op den persoon des keizers
Hji had hst recht, een misdadiger genade
schenken, waarom men de executie van den
Klevenaar en zjjne spitsbroeders in alle
bad afgedaan vóór zjjne komst
Hjj had verder het recht, adelbrieven te vcr-
lecnen, rjjksambten te schenken, recht te spreken
in oneenigheden lussehen Keur-Mainz en
andere landen, om ze, al9 hel mogelijk was, in
der minne to schikken, insgelijks bjj particuliere
welen; voorrechten, titels en beurzen te ver-
leenen kortom, menigeen klopte hot hart hoor
baar in den boezem, toen de kanonnen op de
vestingwallen den intocht van het keizerlijk jacht
van de Main in den R(jn verkondigden.
Ook llrhanus, de abt van het benedictijner
klooster op don St. Jncobsberg verkeerde in eene
Do keizor had hem laten verwittigen, dat hij
zelf het klooster bezoeken en de beroemde
bibliotheek met haren rijken boekenschat be
zichtigen zou, en hjj bjj dio gelegenheid zjjn
verzoek al ol niet zou inwilligen.
De abt schreed met afgemelen tred door de
lange gangen op en neer en hielp de broeders,
die druk bezig waren de koude, naakte muren
met frisch jeugdig groen op te sieren.
In de hooge, ruime, gewelfde eetzaal blonken
de met houtwerk kunstig ingelegde wanden als
spiegels en de veelkleurige ramen in de boog
vensters schitterden in liet zonnelicht met ver
nieuwden gloed, want met zorg had men de dikke
stoflaag, die er zich sedert jaren bad opgehoopt,
verwijderd. De gebeeldhouwde schrijnen in de
ruimo leeszalen, stonden wjjd open en vertoonden
ganscbe rijen verbleekte perkamentende heer
lijkste producten der wetenschsp en der scho
lastiek waren zorgvuldig in glozon kasten opge
stapeld, om beUr bet oog te trekken;overoude
handschriften met sierlijke opschriften, missalen
met Iraaie minialuurplalen, door kunstenaars
handen vervaardigd, in keurige, in hout gesneden
of met goud en zilver Ingelegde banden, zoodat
inhoud en omslag in kunstwaarde met elkander
wedijverden, prijkten hier in zeldzame verschei
denheid.
De eerste drukworken van Johannes Gensfleisch
waren hier in complete volgordo aanwezig, en
prijkten naast de werken van Fust en Schóffer
en andere eerste drukkersallen zoovele schatten,
het bezoek oens keizers overwaard!
En its keizer kwam. T Was een Irotscli, eigen
dunkelijk gebieder; zjjn karakter sprak in zijne
hooge, riddorlijke goslalte, een echt beeld van
dien tijd, een tjjd van onophoudeljjken strijd.
Diensvolgens had hjj, hoewel een rjjkb«gaafd
man, niet veel tjjd over voor de beoefening van
kunsten en wetenschappen, en daarom boeiden,
nu hjj een «ogenblik ontslagen was van de vele
zorgen, die zjjn hooge betrekking medebrachten,
de schatten der rjjke bibliotheek van het kloos
ter hem des te meer.
Uren bracht hjj mot den keurvorst en dsn abt
in de ledszalen door, terwijl *Ün gevolg in den
refter lustij den beker liet rond gaanen toen
Ferdinand eindelijk aan den welvooreienen diseb
plaats nam, lag er hooge tevredenheid op zgno
trekken, en menige rimpel in zjjn hooggewelfd
voorhoofd waz verdwenen.