Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 52. Vrijdag 24 Maart 1893. Zesde Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verachljnt eiken ZATERDAG. AbonnomontoprijB par drie maanden: Franco per post Afzonderlijke nummers BureauKromnmtrdat, F 227. Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prijs der AdTortentilni Van 1 tot 6 regelsf 0.30 Voor iederen regel meer- 0.06 CorrespoudenllRn en AdvertenliRn moeten uiterlijk Vrijdagavond vóór 6 ure aan het bureau bezorgd lijn. JULES FERRY. nabij is, werd Jules Ferry nog de man der hope genoemd. Wie was dan wel de ntan, op wien de Franschc Republiek ook baar hope durfde stellen De historie ver meldt, dat Jules Ferry den oen April 1832 le SI. Dié, in de Vogezen, geboren werd. In 1851 werd hij advocaat. Zijn optreden in de staatkundige wereld dateert van 1869, in welk jaar hij tot lid van het wet gevend lichaam gekozen werd. Toen hel Keizerrijk smadelijk was ten onder ge gaan, werd hij lot lid van hel .Gouver nement de !a détense nationale" benoemd, doelt twee dagen later tot prefect dei Seine, en slechts veertien dagen nadien tot maire van Parijs, welke functie met de overgave dezer stad een einde nam. In .Mei 1872 tot gezant te Athene aangesteld, keerde itij van daar terug naar zjjn vaderland, toen Thiers tot aftreden als President der Fransche Republiek ge dwongen werd. Als Minister van Onderwijs trad hij in Februari 1879 op in het Kabinet Wadding- Ion. Maar hier ook begint de historie zijner gruweldaden tegen de H. Kerk gepleegd. Want Jules Ferry was KcrKvervolger met hart en ziel. Toen in 1880 de opbruisen de haat tegen de Kerk in Frankrijk tot uitbarsting zocht te komen, was hij de man, die de aanslagen leiden zou. In zijn verwoede vermetelheid werden door hem de Maart-decreten uitgevaardigd, waarin werd aangekondigd, dal de Jesuïelen-orde in een tijdsverloop van drie maanden moest ontbonden en hare kloosters zouden gesloten worden, terwijl de overige niet erkende Congregatiën gesommeerd wer den, op straffe van ontbinding, binnen hetzelfde tijdsverloop erkenning aan te vragen, waarvan, zooals te voorzien was, geen enkele geestelijke orde heeft gebruik gemaakt Het lage doel werd bereikt. De Jesuleten werden door den sterken arm dor justitie uit hunne stichtingen verdreven zelfs de eerbiedwaardigste ouderdom werd niet gespaard. Met een van blijdschap stralend gelaat kon hij dan ook bij de heropening a zware slag voor de Republiekder Fransche Kamers op den 9en Novem- Nu het arme Frankrijk der wanhoop ber daaropvolgende aankondigen, dat Plotseling is weder een der glansrijk ste sterren aan Frankrijk's staatkundigen hemel voor altijd uitgedoofd. Geheel on verwachts werd het reeds zoo geschokt en dooreengeschommeld Rijk der Fran ken verrast en verschrikt door de lijding, dat Jules Ferry, de zoo even le voren tot een der hoogste waardigheden des lands benoemde grootheid, aan een aan val eener hartkwaal was bezweken. Een overweldigend bewijs, dat 's we relds glorie kortstondig is, vindt men opnieuw in het tragisch einde van dezen man bewaarheid. In de laatste stonden zijns levens moest hjj nog voor het ocg der volken ten troon worden verheven deze verschijning mocht niet ondergaan, dan na alvorens als een dwaalster nog eenmaal te hebben geschitterd. Zijn ver dwaasde vrienden, die, als weleer Gam- bella deed, het clericalisme den vijand noemen, mochten zich nog kortstondig vleien met de verheffing van hun bond genoot in den strijd tegen de H. Kerk, doch om weldra des te krachtiger te ontwaren, dat de door hen miskende God in een oogwenk hun stoutste ver wachtingen verijdelen kan. Waarlijk, het zijn harde lessen, die men in Frankrijk gevoelen moet. De eene gewel dige gebeurtenis verdringt daar de andere. Terwijl de gerechtszalen daveren van be schuldigingen tegen de grootheden des lands en daar ontzettende vonnissen over hen worden geveld; terwijl de wetgevende Kamers in de onsluimigste zittingen aan de felste hartstochten lucht geven, of de gruwelijkste euveldaden naar verdien ste hekelen, komt de dood van Jules Ferry zjjn vrienden als onder deze vreeselijke waarheid verpletteren. Maar niet den vinger Gods is daarin voor hen zicht baar alleen de smartelijke uitroep, dat de dood een zwaren slag aan de Republiek heeft toegebracht, ontwringt zich aan hun wanhopigen boezem. dea 30en Juni de Jesuïeten waren uilge dreven en de executie legen de overige niet erkende kloosterorden in de tweede helft van October was hervat, zoodat in korten tijd meer dan tweehonderd en vijf- lig Congregatiën uit hare rechtmatige be zittingen verdteven waren. Dat is het heldenwerk, hetwelk de geschiedenis van Jules Ferry als met tranen heeft gehoekt. Zijn onweerstaan bare haat legen de religieuse Congre gatiën voerde hem tot daden, waarvoor menig tiran bleef terugschrikken. Zelfs de Zusters van het legioen van eer, wier werking zich voornamelijk bepaalt tot het verplegen van oude, zieke en gewonde Mdoten, mochten niet eens worden gespaard. Iedere regeeringsvorm in Frankrijk Imd deze verdienstelijke Congregatie geëerbiedigd, alleen Jules Ferry sloeg ook de schendende hand aan deze edele vrouwen en liet ze uit hare eerbiedwaardige stichting meedoo- genloos verjagen. De troosteressen aan het smartbed van den lijder moesten met geweld van daar worden wegge rukt noch de smartkreten van de zieken en hulpbehoevenden, noch de smeekbede van die engelen van barm hartigheid konden het hart vermurwen van den man, dien de geschiedenis ons aanwijst onder den naam van Jules Ferry. Maar ook de dugen, waarop deze Kerkvervolger aan de verachting des volks zou worden prijsgegeven, zijn niet uitgebleven. De oorlog met Tonkin heeft de vervolgden gewroken. De neder laag by Langsom in 1885 deed zijnge- heele ponulariteit als minister ten gronde gaan. In een zeer onstuimige zitting van het Parlement in de Juni-maand, waarin hij met smaad en verachting werd over laden, werd hjj levens als minister ge- vonnisd. Uitgejouwd en bespol door het publiek trok hij zich met den titel ,de Tonkinees" uit het openbare leven terug. Nog eenmaal echter zou het wispel turige Frankrijk hem ten troon verhef fen, als om het tragisch einde van Jules Ferry in een des te scheller licht te plaatsen. De vacante Voorzitters-zetel in den Franschen Senaat werd hem vereerd, maar om hel laatste bedrijf te zien afspelen, door hem, w ens scheiding van het aardsche tooneel anders wel licht veel minder ruchtbarend zou zijn geweest. Een politiek testament zou hij nalaten, dat spreken moest van bittere ondervinding en teleurstelling. De vurig heid van den geloofshater had by zjjn eerste optreden als voorzitter van den Senaat reeds plaats gemaakt voor een kalmte, die in hem moeilijk te verkla ren viel. Maar vooral de bekentenis, dat de miskenning, waaraan hij had blootgestaan, hem diep had terneer gedrukt, doch dat hij er .niet door verbitterd of lot opstand geprikkeld, maar veeleer in zelfkennis gelouterd was," doet een enkelen blik slaan in I het innerlijk leven van den man, die als vervolger thans ook wist en niet verborg, wat een vervolgde wel gevoelen kan. Toen echter t?as levens de tijd gekomen, waarop de dood ook aan hem zijn werk voltrekken ging. Roerend wordt de doodstrjjd geschetst, die Jules Ferry te doorworstelen had. De kwaal, die hem sinds eenigen lijd folterde, verhief zich en loonde dit op zijn bleek, vermoeid uitziend gelaal. In den nacht voor zij nen dood nam zyn toestand eene ern stige wending. Snakkend naar lucht verliet hjj in don morgen zjjn legerstede en doorliep de vertrekken zijner woning, angstig verlichting zoekend voor zijne doodelijke benauwdheid. Het grijpt in de ziel als men zich voorstelt, hoe hjj in zijn studeervertrek zich nog plaatste voor zjjn bureau en daar in de grootste lusteloosheid zillen bleef, tot hij weder oprees, roepend om lucht. Ais een ver volgde jjlde hij rond om uitkomst voor zjjne smarten, maar alles te vergeefs. Zoo snelde de dag ten einde, toen het vreese- ljjk uur van scheiden voor hem ging aan breken. De wereldling, die zoo menig* bede om hulp had afgewezen, ging met den zieldoorvljjmenden smartkreet .redt mjj" op de lippen van alles scheiden, wat hjj zoozeer had bemind. Zoo was het einde van den Franschen staatsman Jules Ferry. Met vorstelijke piaal heeft het offlcifele Frankrijk ook het stoffeljjk overschot van Jules Ferry naar zijn lautste rustplaat* begeleid. De lof van den ontslapene werd bij zijn ljjkbaar als by stroomen uitge goten, bloemen werden gestrooid en kransen neergelegdmaar tranen van oprechten weemoed of verzuchtingen om barmhartigheid voor zjjn arme ziel ble ven achterwege. Met uiterlijke hulde te brengen achten de stofvergoders den tol hunner vriendschap te hebben afbetaald. Zoo handelt de wereld zonder God. Do EI. Katholieke Kerk daarentegen bidt, zelfs voor hare grootste vijanden en ver volgers, tot den eeuwigen Rechter om genade en ontferming. BUITENLAND. Reeds spoedig na zijne verkiezing tot voorzitter van den Franschen Senaat is jongstleden Vrijdagavond de heer Jules Ferry onverwachts overleden aan een hartkwaal, waaraan hij sedert 1888 Ijjdtn- de was, tengevolge van een aanslag op zijn leven, waarbij de kogel, zoo men zegt, de onderkant van het hart geraakt had. De mare van zijn overlijden was spoedig door Parijs verspreid en deed een groo- ten toeloop van belangstellenden ten sterfhuize verschijnen om het condoleance- boek le teekenen. President Carnot zond zjjn adjudant-generaal en de Regeering deed het voorstel om de begrafenis op staatskosten te doen plaats hebben. Ds Senaat bewilligde hierin zonder debat, maar in de Kamer vond het voorstel nog al bestrijding, wat evenwel niet ver hinderde dat het ten slotte toch-werd aan genomen. Ingevolge zijn verlangen is het Ijjk naar zijn geboorteplaats Saint-Dié over gebracht en met groote praal in het familiegraf bjjgezet. Mocht dit sterfgeval ook al voor een oogenblik de aandacht van de Panama geschiedenis hebben afgeleid, de uit- FEUILLETOH. Klimopranken. (Slot). J) Da knaap sloeg xjjne groote oogen irjj- moedig en kinderlijk verwijlend naar den bosch- wachter op. Het bewustzijn der onschuld schit terde in die braine sterren, en met vaste slem sprak de kleine: .Wat men mjj opdraagt, dat doe ik zoo goed als ik kan. Maar het helpt me niets, slaag krjjg ik toch. En als ik geen brandewijn voor de vrouw .mas balen, omdat de baas het mij verboden :e trekt me bü bladeren gedaan hebbendaar bevries ik van da kon, omdat de wind door het elechte dak giert Als ik naar school mag, dan ben ik er nog hel best aan toe, want de meeslar is zoo goed voor mjj, omdat ik vljjlig leer en geen leven maak, maar honger heb ik dan toch nog «veogoed." „Sedert wanneer zijn nwe oudere dood vroeg de boachwachter, wiens booze bui nu geheel .Vader al drie, moeder sedert twee jaar." .En heb je geen onderen broer of zuster, d voor je kan zorgen .Neen." .Ook goes jonge oen broertje of esn zusje ,Do3 al p de wereld die goed i >r je?" goed, zoo goed I" zuchtte de knaap loedige slem. .Vader noemde mjj zjjn kereltje, en moeder baar lammetje, en ik bad kleeren en eten geooeg ach, zij waren zoo goed en als ik 's middags vrjjaf heb, dan loop ik hard naar hel kerkhof en leg mo In hel booge gras naast hun grid neer, en dan denk ik, dal ik weer bij vader en moeder ben." .Hoe heet je?" vroeg ie grijze boschwaehter niet zonder eenige ontroering. .Hendrik," antwoordde de knaap. .Hendrik." herbaalde Rave langzaam en pein zend, want hal beeld van zjjn beven, kleinen, le vroeg gestorven lieveling vertoonde zich voor zi)n geest .Kom, Hendrik" zeide hjj na een oogenblik op goedigen toon, .ga met mjj mee naar mijn bnisik zal je goed le elen geven misschien vind ik in de oude latalel nog wel een warm jasje voor je. Neem ook de klimop- lakken, die gij weggegooid hebt zullen we er samen voor uwe oudere kransen van maken tegen Allerzielendag. Kom, je behcelt De knaap ranpto den goeden boschwachler .Hoe oud ben je, mijn jongen?" vroeg deze op ijjn vriendelijkste» tooo. .Acht jaar," antwoordde de knaap. Zoo voort keuvelende stond men na eone korte andeling voor bel linis des bosehwachtcri. Daar lag het, .inlf verscholen onder de prach tige boomen van het boscb, met zjjn hoog, met groen mos begroeid dak, de donkergroene deur in bel midden, aan eiken kant twee kleine raam pjes mei beider geboende ruiten; boren de deur berond zich een hertekop met prachtig gewei, en de klimop, die naast de huisdeur den muur omstrengelde, bad een groenen bladerdos om den horlekop gevormd. Uit den schoorsteen kronkcldo eene blauwe rookzuil in de vreedzame Ocloberlucht omhoog. De eiorplanten, welke links en rechts van hel huis bjj elkander slonden, prijkten met gelo en roode bladeren, zwarte boschbesien en enkele wille bessen. Het was een vreedzaam lalereeltje, hetwelk dit lieve buisje opleverde. De houtvester opende de deur. Twee gevlekte jachthonden sprongen vrooljjk tegen hem op, likten hem de banden en besnuffelden verrolgens den rreemdea jongen. .Wees niet bang, ze doen je niets I" zeide de Uit het kleine achterkamertje met de wit ge schuurde zandsteentegels kwam hem de oude meid tegomoot; haar gciedlg, door een v' muls omljjst gelaat blonk van vergenoegen, haar vriendelijk oog rualle nieuwsgierig op hot armoedig gekleede ventje. .Gertrude," zeide de boschwachter, .ik breng n uil het wond een kleinen, uitgehongerde» weesjongen, Geef ons gauw wat te eten en te drin ken, wjj zullen azmen et waar Hendrik?" De oude meid knikte toestemmend. .Dadelijk, mjjnhecr, dadelijk ik heb de koffie aar; ze slaat al te pruttelen op het tweede geL" Daarmede trippelde de oude ln do kenken, waaruit een geurige koffielucht overwaaide. )e houtvester trad met zjju beschermeling, at dat was de kleine kümopdief reeds 'orden, in een allerliefst vertrekje, waarvan de zindelijkheid het grootste sieraad was.Tusschen de beido vensters stond een blankgeschuurdo tafel. Daarbij stond de hooge leuningstoel en een kleinere, dien do houtvester den knaap aan- wocs, zeggende .Ga zitten, m(jn jongen I" De knaap deed, zooala bcm gezegd was. De boschwachler nam zjjn geweer van den schouder, zelle het in den hoek en nam zjjne lingepjjp; hjj wilde naar de kasl gaan, om ze uit het braine labakspotje te stoppen, toen de knaap opsproDg en met levendige stem riep: ,0, mijnheer, laat mjj dat als 't n belieft doen I" .Wat, knnl gjj dot, kleine vroeg de bosch wachler, over zulke eene dienstvaardigheid aangenaam verruit. ,Ja, ik doe het altijd voor den baas en de ,Nu goed, hier Is de pijp, ga je gang I" De knaap schroefde het mondstuk van de wille pijp af en ontdeed zc van hel vuil, klopte den kop leeg, brak een dun steeltje van een klimoptakje al en haalde het door de opening om lacht te makendaarna zette hjj de pjjp weer in elkaar, stopte hem met zijne vlugge handjes en liet in alles zien, dat h[) het meer b|j dc hand gehad had. Nu reikte hjj den goeden man de pjjp over en zag tevens naar een zwa velstokje om. De houthakker volgde al zijne bewegingen met van vreugde stralende oogen. Daar op ecno plank slond een doesje met zwa velstokjes en ecu bakje papiertjes. In een oog wenk had Hendrik ze opgemerkt cn spoedig bood hjj Z(jn weldoener een lustig vlammetje aan. Hat was den grijsaard, alsof de pjjp veel beter trolc dan anders, en met welbehagen blias hjj de dikke rookwolken in de lucht. ,Gü hebt hot flink gedaan, ventje," zeide hjj, .mijn pijp heelt nog nooitzoo lekker gesmaaill" En hjj legde zjjne zware hand op het lokkig hoofd van het jongske en streelde hem zacht, en do knaap blikte met dankbare oogen tot den goeden grijsaard op. Zji zettan zich aan de eikenhontan tafel; Gertrude bracht de dampende koffie en vench wittebrood mat boter, melk en kaas. Ja, waar achtig, kaas de kleine watertandde teen hjj die vorstelijke spjjzen zag. .Schenk rnjj nu maar eens In, Hendrik 1" zeide de houtvester. Er vloog eene schaduw over het gezicht van den knaap en bedroefd sprak hjj .Dat kan ik niet mjjnheer; bij den bakker mocht ik nooit de koffiekan aanraken." .Mooi," sprak Rave, .men heeft u goed krap gehouden. Kom, dan zal ik u inschenken." En hjj schonk den kleine een heerljjk kop koffie in met dikken room, meed hem een Sla- A

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1893 | | pagina 1