Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 11.
Zaterdag 10 Juni 1893
Zevende Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort. Apeldoorn. Baarn, Barneveld. Blaricum. Bussum. Driebergen, Eemnes, Hardorwijk, Hilversum, Hoogland.
Laren. Leusden, Naarden, Nijkerk. Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs per drie meenden:
Franco per postf 0,40.
Afzonderlijke nummersf 0,05.
BureauKrommestraat, F 227. Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Frijn der Advartentttn:
Van 1 tot 6 regelsf 0.30
Voor iederen regel meer- 0.05
Corrospoiulcntiën on Ad»
Daitsche toestanden.
Nog altijd wil het militairisme opper
machtig heerschen in het Duitsche Rijk.
Alles moet daaraan onderworpen wor
den; tegenstand in deze wordt niet ge
duld. Of het volk onder de lasten be
zwijken gaat, schijnt daar een zaak van
ondergeschikt belang te zijn. Waar het
militairisme spreekt, moet alles buigen
en toegeven, of de tuchtroede wordt
met de meeste gestrengheid toegepast, j
Maar wie ditmaal buigen wilde, niet
de meerderheid van den Rijksdag, toen
zij gesteld werd voor de vraag of het
reeds zoo zwaar door lasten gedrukte
volk, dat zij verlegensvoordigt, nieuwe
lasten zouden worden opgelegd. Een
beslist, neen! duidelijk en krachtig uit
gesproken, was het antwoord, op de
eischen der Regeering. Maar de gebie
der van het Duitsche Rijk hield de
tuchtroede gereed, en nauwelijks was
dan ook het antwoord gegeven, of een
ontbindings-decreet van den Rijksdag
werd met vinnigheid haar tegen gewor
pen de vertegenwoordigers des volks,
die naar eer en geweten hadden gehan
deld, werden naar huis gezonden, en de
kiezers opgeroepen om de vierschaar te
spannen en uit te maken of de wil der
Regeering óf die van haar tegenstanders
moet worden opgevolgd.
Een stout en gewaagd spei wordt
ook hier weder door Keizer Wilhelm
opgevoerd. .Met een ruwheid, die geva
ren meebrengt voor troon en dynastie,
treedt de machlige Monarch hier op en
doet gevoelen dat zijn wil ook de wet
zijns volks moet zijn. Die hem weer
streeft heeft geen hart voor het vader-
En toch was het een openbaar ge
heim ook voor Keizer Wilhelm bleef
het niet verborgen dat een vermeer
dering van militaire lasten op een
krachtig verzet stooten zou. Eerlijk en
rond, met een openhartigheid, die waar
deering verdient, werd alom tijdig ge
noeg verklaard, dat daarin nimmer
mocht worden toegestemd. En wat
deden de bewindsmannen en de vrien
den des Keizers Tot de laatste oogen-
blikken knoeien en konkelen met de
invloedrijkste mannen onder de verschil
lende partijen maaltijden hadden plaats,
bijeenkomsten werden georganiseerd, en
daarbij personen uitgenoodigd wier ge
moed door vleierijen, handdrukken of
wellicht door sclioone beloften voor de
toekomst moest worden overgehaald
lol een daad, die met hun overtuiging
in botsing kwam.
Ondanks dit alles is het pogen der
Regeering verijdeld geworden. Rij de
meerderheid in den Rijksdag hield de
overtuiging stand, dal men aan de dwaze
eischen van Keizer en Regeering niet
toegeven mocht. Met een oprechtheid,
die dezen staatsmannen van karakter alle
eer aandoet, werd door hen uiteengezet,
waarom het militaire wets-ontwerp voor
hen onaannemelijk was geen lichtzin
nig verzet tegen de Regeering, maar
heilige overtuiging was de richt
snoer hunner handeling. Toch werd
hun daad onvaderlandlievend ge
noemd. In hoogst eigen persoon liet
de Keizer zich daartoe verleiden, toen
zijn wil dien ernstigen tegenstand vond.
Verbolgen over zooveel teleurstelling
ontzag hij zich niet om in een kring
van hoog geplaatste inilitairisten, bij een
inspectie der troepen op het Tempel-
hofer Feld te Herlijn, zijn trouwste
onderdanen de grofste onwaarheden
naar hel hoofd te werpen. .Een minder
heid", aldus sprak hij, „van vitderhtnd-
lieiiend gezinde mannen heeft tegen de
meerderheid niets kunnen verkrijgen
daarbij zijn hartstochtelijke woorden ge
vallen, die onder beschaafde mannen
ongaarne moeten gehoerd worden." In
plaats dus van de uitspraak dier meerder
heid te eerbiedigen, werd deze grievend
beleedigd, en dat nog wel door den
Keizer-zelven, die aldus vervolgde
„Ik moest tot ontbinding overgaan en
verwacht van een nieuwen Rijksdag de
toestemming van de legerwel. Wordt
ook die hoop verijdeld, dan ben ik be-
I sloten, voor hel bereiken van uiijn dool
alles aan te wenden wal ik vermag,
want ik ben te zeer overtuigd van de
noodzakelijkheid dezer legerwel voor het
behoud van den nlgemeenen vrede."
Zoo handelde de moderne Caesar toen
zijn lievelingsdenkbeeld werd afgewezen.
I Maar waarom niet oven krachtig en stout
opgetreden toen het de behandeling gold
van het wetsontwerp tot wjjziging der
Schoolwet, waarnaar het geloovig deel
zijns volks zoo reikhalzend verlangt De
I held, die thans zoo boud spreken durft,
j heeft toen een bewijs gegeven ook een
lafaard te kunnen zijn. Toen immers de
herauten van het ongeloof, verwoed over
de indiening dier wet, overal opdoken, om
hun krijgsgeschreeuw uit te gillen, en
een walgelijk misbaar maakten, sloeg
den keizerlijken held de vrees om het
hart. Zijn geloovige, trouwste onderda
nen, die nog altijd een meerderheid
vormen, werden diep gegriefd door het
besluit des Keizers, om het ingediende
wetsontwerp in te trekken. Het onge
loof, door Caprivi zejf in den Rijksdag
onbewimpeld aan de kaak gesteld, bleef
zonder slag of stool overwinnaar in
dezen strijd, omdat de Keizer zich laf
hartig aan de bevelen zijner dwingelunden
En nu De zwakke is weder
held geworden lol overmoedig toe.
Omringd door vleiers en pluimstrijkers,
onder wie er zijn die eigen belang hooger
eeren dan do waarachtige belangen des
vaderlands, schijnt Wilhelm geheel te
vergeten, wat plicht en voorzichtigheid
hem dringend gebieden. Met een licht
zinnigheid, die roekeloosheid heetenmoet,
werpt hij hel ontbindings-decreet in den
Rijksdag als een knuppel onder de hoen
ders, in de hoop dal hij zal uiteenvlie-
gen, en daarmede zijn doel zal worden
bereikt. #En nog is dit niet genoeg. Per
soonlijk werpt hij zich tusschen de par
tijen, terwijl daarbij zijn wil als hoogste
wet gepredikt wordt.
De gevolgen van 's Keizers daad zijn
niet uitgeblevenscheuringen in do
verschillende partijen zjjn ontslaan,
maar zeker allerminst zullen de belan
gen des R(jks erdoor worden gediend.
Zelfs hot Centrum, met zijn schitterend
I verleden, wijst Icckenon aan van
verwarring, die tol heden in zjjn boezem
bleven uitgesloten. Do band der eenheid,
die deze partij wonderbaar samensnoerde,
tracht men uiteen te rukkenverdeeld
heid wordt met kwistige hand tusschen
haar gezaaiden tcrw|jl dit alles plaats
vindt, ligt de vjjand op de loer, om
daiirmedc zijn voordeel te doen. Voor
de verleiding der Regcering waren bij
de stemming over de Legerwel reeds
enkele (lentrumsmaiincn bezweken, en
I bij de leiding der te houden verkiezing
j wordt, helaasde zoo hoognoodigo
eenstemmigheid gemist, die juist aan deze
partij een onoverwinnelijke kracht wist
te schenken, waarvoor zelfs een tiran
als vorst Ilismarck het nlleggen moest,
i De gegronde hoop bl[jft echter dat,
ondanks do ontstane moeilijkheden en
verschil van mecningen, het Centrum
uit den verkiezingsstrijd in zijn oude
kracht herrijzen zal. Te veel verplichting
heeft het katholieke Duilsehlund aan
deze partij, om te kunnen veronderstel
len, dat het lot hare vernedering zal
willen medewerken. Do hoop des Kei
zers en die der Regeering zal ten
opzichte van liet Centrum verijdeld
worden. De mannen, door den Keizer
onvadcrlandlievend genoemd, zullen
als mannen van oer en geweten door
liet volk opnieuw worden afgevaardigd,
daaraan valt bijna niet te twijfelen.
Verdachtmaking, al komt ze ook an
nog zoo hooge zijde, stuit af op hel
I eervol verleden, waarop het Centrum
zich beroemen kan.
I
Op het Tempelhofer Feld heeft Kei-
zcr Wilhelm zijn toespraak geëindigd
met de tirade„Ik heb tegenover u
ronduit mijn gevoelen willen zeggen,
en zeker zal niemand do waarheid dezer
bewerii g willen betwisten. Doch als de
kiezers, zonder zich door de tweespalt-
stiehters in eigen kring, noch door
de reptielen der Regeering te laten
influenceeren, nu ook bij de stembus
„ronduit hun gevoelen zullen zeggen,"
dan is het onbetwistbaar zeker, dat de
nis onvaderlnndlievend belasterde man
nen door den uitslag der stemming
schitterend zullen gewroken worden.
BUITENLAND.
Hoe moer de dag der verkiezingen
voor don Duitschen Rjjksdag (15 Juni)
begint te naderen, hoe grooter de span
ning wordt, waarmede de uitslng wordt
te gemoet gezien. Mun waagt zich reeds
aan voorspellingen op dit gebied en
houdt zich ook al bezig met de gevolgen
eene verwerping, te tweedenmale,
de legerwel zullen hebben. Ander
maal ontbinding van den Rijksdag achten
sommige bladen tegen don <jerM der
Grondwet, doch daar komt de Nordd.
■Uli/. Xeit. tegen op en handhanll het
recht van Öondsraad en Keizer om tot
herhaaldciyke ontbinding te besluiten. De
(Unnuiiia betwist dit recht niet, maar
tvjjsl er op dat de Rjjksdag evenzoo
t recht heeft oin bjj herhaling eene
•t af te stemmen, en deze wi rdt dan
toch gesteund door den duideljjk uilge
sproken wil vuil do meerderheid der
kiezers. Derhalve, zoo besluit do Gtrinanitt,
lijdt liet geeri twjjfel dut een vernieuwde
ontbinding tegen don </wt der Grondwet
indruischt.
Keizer Wilhelm moet echter verklanrd
hebben, persoonljjk tegen een nieuwe
oul binding Ie zijn!
Evenals do Keizer heeft nu ook de
Groothertog van Daden zich in don
verkiezingsstrijd gemengd, door een
edovoering te houden waarin hjj aan
spoorde om slechts die mannen te kiezen,
die de kracht en macht des Duitschen
Rijks boven partjjgeest stellen. Slechts
do aanneming der legerwel, zeide hij,
waarborgt het Rijk tegen vernedering.
Daarentegen heeft de Prins-Regent
van Deieren aan de overheid en de
ambtenaren ten strengste verboden
invloed op de verkiezingen uit te
oefenen.
In Frankrjjk doen zich verschijnselen
voor die tot een betere politieke ver
standhouding aanleiding kunnen geven.
Dc oud-minister Constans heeft te
FEUILLETON.
Christus of Mahomed.
Naar KARL MAY.
1) Een onbeschrijfelijk trolsch, hoogmoedig lach
je gleed o*er lijn gebat, toen hü antwoordde
„Ik laf? Nietswaardigen! Ja, ik heb op u
geschoten en zal het weer doen, zoodra gij het
waagt, mjj te ontmoeten.' Komaan, houdt mij
terug als ge durftIk zeg u, dat ik mjjne stem
slechts behoef te verheffen, en terstond slaan
honderd knechten gereed om mij af te halen.
Nog weet gij niet, wie ik ben, en wee u, als
gÜ mjj leert kennen
„BahIk ken u uitstekend. Dat gij mjj uwen
waren naam en stand niet genoemd hebt, be
greep ik reeds terstond. Ge nroogt zjjo, wie ge
honden, zouden uwe honderd dienaars ons niets
hinderen. Wjj hebben met nog beel andere
mannen te doen gehad dan gij. wien wjj ontzag
hebben ingeboezemd. Maar wij zjjn ehriatenen,
en onze godsdienst gebiedt ods, zelfs onzen
vijanden wel te doen. Daarom willen wij u den
moordaanslag vergeven en u in vrede laten
vertrekken. Gij kunt gaan
„Ja, gij zjjt christenen," zeide hjj spottend,
„christenen, die eerst dan voor hun evenmensch
bidden, als hij door een panier verscheurd
is 1 Uwe leer is bespottelijk au uw geloof jjdel.
Uwe priesters vertellen onwaarheid en gij ge
looft hetgeen zjj leggenIk veracht u en zal u
rzolcn, wanneer gü bet waagt, mij woder
do rechterhand als lot een duren eed
opheffend, ging hjj onder deze bedreiging aan
IV.
De tgden veranderen en de menschen en vol
keren met ,en. Deze waarheid ondervindt men
terstond als men den voet zet op het Noord-
Afrikaansche stranl. Nog niet eens lang geleden
sidderden de zeevarende natiën van Europa nog
voor de brigantijnen der barbaren. Een onlmoe-
iding werden verbeurd ve
ning op de groole slavenmarkten als vee ver
kocht do cenigo kans op redding waren groole
sommen losgeld. Daar trolseerde de halve inaan
het kruis, en de bey ol dey van den kleinsten
roofstaat spotte met de machtigste koningen en
vorsten, die legers aanwierven om elkander
te bestrijden en de roovers ongestoord hun gang
te laten gaan.
En nu, na zulk een belrckkelp korlen tijd,
welke verandering! Marokko kwjjnt, Tripolis
wordt niet meer genoemdAlgiers werd in de
ascb gelegd, en nu lieert Frankrijk zjjne hand
ook gelegd op Tunis. Ja, zelfs heeft men er
spoorwegen aangelegd, zoodat het schrille ge
fluit der locomotief den Mueddis onderbreekt,
als hjj van de hooge minarels de gel
hel gebed oproept.
Nog alljjd echter heelt Tunis, ince,
Dat bemerkt men eerst, als men het
der stad betreedt. Voor de stad, aan de haven,
heeft men eerst nog inel Je douanebeambten Ie
gezicht van een of meei goudstukjes toch een
zekere ontroering niet kunnen verbergen. Ver
volgens mug de Europeaan op zjjne hoede zjjn
voor de pakjesdragers, die in een onbewaakt
op den loep gaan, en ook van het woord Hack-
degeljjk te kennen.
Van de stad zeil
Muzelman slaat zjj zeer
inderdaad, wanneer de Europeaan des avonds
velnig te zeggen. 1
slanke
n Olijven
:t Belvédi
verenden indruk, die echter spoedig verloren
gaat, als b(j liet inwendige der slad leert ken
nen. Nauwe, bochtige straten, met vuil bedekt
en vervuld van kwaljjkriekende dumpen, ziedaar
hetzellde Tunis, dat op den heuvel zulk een
prachtig schouwspel aanbood. Dikwijls zjjn de
stralen zoo nauw, dat men van zijn eigen dak
tienljjke
kalk van te branden. Het cenigo vermeldens
waardige gebouw is het paleis van den bey,
midden in de slad aan hol Kasbahplcin gelegen.
Vroeger waren dc bewoners naar stammen en
godsdienst streng nfgezonderd. Hoewel dit niet
ineor liet geval is, wonen de christenen en joden
toch bjj voorkeur in de benedenstad h
wonen de zoogenaamde Kulugli, de afotai
lingen der Turken, lorwjjl hel midden de
bljjfpiaals is der Mooren, nakomelingen dei
overaars van Spanje. Hes avonds is ieder
plicht, eene lantaarn Ie dragen.
De boy woont in zjjn kasteel llurJu.
schillende hoogwaardigheid
hol verbonden. Dc weg n<
Karlhngo voerl over het slagveld van Gama,
waar de slrjjd tusschen Scipio den
Hannibal beslist werd. Ook vindt m
reeds vermelde waterleiding, hel o
bljjfsel der voormalige stud.
Ik voor mj) huJ al die oudheden spoedig
bezichtigd en wjjdde meer mijne aandachl
eene woning midden in do stad. Het liuii
ad men een dor muren maar geheel weggola-
in en er eene gordijn neergehangen, uit aller-
i stukken papier samengesteld, terwijl de vloer
oor moeder aarde gevormd word. Daar zat ik
■n op mjjo divan, dat wil zeggen op mijn reis-
alios, die liet gansche ameublement uitmaakte,
i een hoek, en keek door een der vele gaatjea
i hut gordijn in het ander» salon, waarin de
iirhier zjjn beroep uitoefende, echter niet alleen,
laar met zjjn grootmoeder, eene ongeveer ze-
Biiligjarige vrouw, wier conlge bezigheid scheen
i bestaan in hel braden van bollen. Zijn salon
rus nooit ledig, want h|j had een druk beklanlo
ink maar ik zag er geen een betalen. Het
'as inderdaad de moeite waard, hem in de
itocfening van zjjn beroep ga Je te slaan. Vooral
'ol mjj du zorgvuldigheid, waarmee hij het
an do gezichten geschraapte zeepsop bjjeen-
amelde, om dautmedo weder liefdevol andere
1 te sluppelige wangen Ie zalven.
Mjjn logies kostte mjj maandelijks vier frank,
ank gaf, en zeide, dat ik slechts eene
iljjvcn, hield bjj mjj voor een prine
end en éen nacht, en Ivood aan, mjj
Ie scheren, waarvoor ik echter wjjse
Ijjk bedankte.
Natuurlijk
om dagelijks
J ik dit hok slechts gehuurd,
n paar uren een lunischen kap-
jostudeerenden overigen Ijjd
met wandelen door de stad of in
in sliep 's nachts op het schip.
(Wordt Mcwfpd.j