Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
JL.
V
No. 21.
Zaterdag 25 Augustus 1894.
Achtste Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Yeenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementsprijs par drie niudui
Franco per post
Afzonderlijke nummers
f 0,40.
f 0,05.
BureauKrommestraat, F 227Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Prijs dsr Advoi'tontiSu:
Van 1 tot 6 regelsf 0.30
Voor iederen regel meer- 0.05
Gemeente-belasting.
Niet aangenaam werden zeker vele
ingezetenen van Amersfoort verrast bij
de onverwachte tijding, dat het College
van Burgemeester en Wethouders thans
aan den Raad heeft voorgesteld eene
belasting naar het inkomen intevoeren
eene belasting die jaren geleden meer
malen ter sprake kwam, maar steeds
werd afgewezenthans, nu wij in de
verwachting leven, dat het vraagstuk
van eene betere regeling der gemeente
belastingen door de hooge Regeering
zal worden overwogen en opgelost.
Immers, verschillende redenen dringen
die wettelijke regeling op den voorgrond,
als daar zynle de onhoudbare toe
stand van het financie-wezen in vele
gemeenten2e eene andere vaststelling
van het kiesrecht3e de uitvoering der
wet van 26 Juli 1885 (Staatsblad No. 169).
1. Het voortdurend toenemen der uit
gaven, voornamelijk ontstaan door de
kosten van onderwijs, in sommige ge
meenten ook door openbare werken en
het armwezen, heeft de verhouding ver
broken in het financie-wezen der ge
meenten de opbrengst der bestaande
belastingen werd onvoldoendealle
bronnen van belasting, door de gemeente
wet by de Arlt. 238—254 aangewezen,
werden geopend, en, ofschoon in vele
der grootere gemeenten die inkomsten
nog aanmerkelijk werden verhoogd door
de exploitatie van gasfabrieken enz, toch
vermeerderen de moeilijkheden om de
begrootingen in evenwicht te brengen.
Noodzakelijk wordt het dus, spoedig
andere wettelijke bepalingen voor de
financien der gemeenten in het leven te
roepen, in overeenstemming met de
tegenwoordige behoeften en tijdsom
standigheden. Het ernstige van dien toe
stand ziet ook de Regeering in. Dat eene
betere regeling dienaangaande dringend
noodig is, heeft zjj erkend bij de opening
der Kamers op 16 Mei IJ.toen sprak
de Minister Jhr. Roêll
.Eene nadere regeling van de ver
houding tusschen de Rijks- en de
gemeente-financiên, gepaard met wijziging
der bepalingen omtrent belasting-heffing
ioor de gemeenten, is mede te beschou
wen als een dringende eisch des tijds,
waaraan zal moeten worden voldaan."
2. 't Ligt wel in den aard der zaak,
dat die regeling zal moeten voorafgaan
eene ander® wet, welker indiening
het tegenwoordige Ministerie aan de
groene tafel riep, nl. de wet waarbij
het kiesrecht overeenkomstig de grond
wettelijke voorschriften zal worden ge
regeld. Welke gevoelens, welke ver
wachtingen dienaangaande ook mogen
gekoesterd worden, dit staat vast, dat
de Kamers moeten vrjj zyn in de be
oordeeling welke de kenteekenen zullen
xjjn van den welstand en de geschiktheid
kiezersof en, zoo ja, welk bedrag
in welke belasting te dezer zake als
maatstaf zal moeten aangenomen worden.
Wordt dus de spoedige invoering eener
nieuwe kieswet noodig geacht, dan
nog eerder eene wet die de bepalingen
omtrent belasting-heffing door gemeente
besturen zal wijzigen.
3. Onder de belastingen ten behoeve
der gemeenten wordt een aanzienlijk
cijfer bijgedragen door de vier vijfden
gedeelten van de opbrengst der Rijksbe
lasting op het personeel in die gemeenten
geheven, krachtens art. 240 der gemeen
te-wet, gewijzigd bij de wet van 7 Juli
1865 (Staatsblad no. 79).
Die bepaling bevatte als het ware eene
belofte van vermeerdering der inkomsten
voor de gemeenten die zouden uitgebreid
worden en toenemen in welvaart. Ware
die belofte gehouden, vele gemeenten
zouden daardoor de middelen ontvangen
hebben, om de grootere uitgaven te
bestrijden, die uit de meerdere ontwikke
ling der gemeenten zijn ontslaan. Deze
verwachting werd echter te niet gedaan
door de wet vin 26 Juli 1885 (Staats
blad no. 169). Zij bepaalde, dat tot
dekking der plaatselijke uitgaven, de
gemeente-besturen .Jaarlijks geheel of
gedeeltelijk (kunnen) beschikken ten laste
van het Rijk over eene som, gelijkstaande
met vier vijfden gedeelten van de zuivere
opbrengst der hoofdsom en ilijks-op-
centen van de belasting op het personeel,
gemiddeld over de belastingjaren 1882
1883-1884 en 1884—1885 in
hunne gemeenten geheven."
Nadat dit gemiddelde over die drie
jaren voor elke gemeente was vastge
steld, werd een onveranderbaar bedrag
voor de vier 7ijfden van de Rijks-perso-
neele belasting aan de gemeenten uit
gekeerd- Die vier vijlden werden in den
loop der volgende jaren een naam, niet
overeenstemming met de werkelijk
heid zij zouden veel meer bedragen
hebben voor de gemeenten, die met
gebouwen en ingezetenen vooruitgin
gen.
Echter de wetgever begreep toen reeds,
dat uit die bepaling op den duin- eene
onbillijke verhouding zou geboren wor-
en bepaalde daarom tegelijkertijd
ten slotte:
Deze (wet) wordt herzien vóór 1
Januari 1896."
Alzoo is er ook van wettelijk stand
punt een aandrang, welke de Regeering
noopt tot eene regeling der gemeente
belastingen, vóór dat het volgende jaar
ten einde is.
In deze omstandigheden eene geheel
nieuwe belastingwet voor Amersfoort in
het leven te roepen, mag niet raadzaam
genoemd worden.
Uit een staathuishoudkundig oogpunt
is het zeer aftekeuren, zonder hooge
noodzakelijkheid, verandering te brengen
in bestaande wetten, vooral belasting
wetten, wijl de onbillijkheden, die
alle wetten in enkele opzichten aankle
ven, uit de bestaande, in den loop
der tijden, in meerdere of mindere mate
zijn weggenomen door omstandigheden
en overeenkomsten, welke naar die wet
ten zijn geregeld, en verplichtingen en
rechten deden ontstaan, waarop door
wetsverandering inbreuk zou worden ge
maakt maar krachtiger nog moet
die afkeuring worden, wanneer aan
zulke wetsverandering geene stabiliteit,
geen vastheid kan worden verzekerd,
zooals aan de ontworpen inkomstenbe
lasting.
Welke bepalingen zal de eerstdaags
uittevaardigen wet tot regeling der ge
meentebelastingen bevatten als grond
slagen, waarnaar die belastingen zullen
mogen geheven worden? Zal eene Ge
meentebelasting naar het geheele vermo
gen, naar alle inkomsten, zooals bjj
de Rijksbelasting, worden toegelaten,
of wel zullen voor de eerstgenoemde
beperkingen worden gesteld naar de
diensten welke de gemeente presteert;
dus niet, zooals het Rjjk, algemeene en
zulke die het grondbezit, de hypotheken
en goederen, buiten de gemeente lig
gende, beschermen?
Ziedaar vragen, waarop geen stellig
antwoord kan gegeven worden, die het
wezen der ontworpen inkomstenbelas
ting onzeker en wankelbaar maken en
daarom reeds dit ontwerp veroordeelen,
bjj de morgenschemering van nieuwe
stelsels die weldra voor den dag, in het
leven zullen treden.
Buitendien, men ziet het begin, maar
let men wel op de gevolgen, op het
einde? Is eene gemeentebelasting naar
het inkomen der ingezetenen zoo doel
treffend?
In de meening, dat de ingezetenen de
diensten der gemeente niet kunnen ont
beren, zal men, te haren behoeve, hen
naar hun geheel draagvermogen belasten;
maar die meening zal falen; velen die
onafhankelijk zyn en die hebben in
den regel het grootste vermogen zul
len de gemeente verlaten anderen zul
len er niet komen wonen, (zooals de
ondervinding bereids in vele gemeen
ten heeft geleerd) en dan zal eene in
komstenbelasting bjj den aanvang
reeds op het hooge cijfer van drie per
cent voorgesteld, zwaar gaan druk
ken en de welvaart verdrjjven, als een
droom uit betere dagen.
Moge de Gemeenteraad deze en an
dere redeneH rjjpeljjk overwegen en de
ingezetenen bewaren voor een overijld
besluit, dat de welvaart van Amers
foort grootelijks zou schaden.
BUITENLAND.
De Fransche Algemeene Raden of
Provinciale Staten hebben, op een paar
uitzonderingen na, alle hun instemming
betuigd met de nieuwe anarchistenwet
en met het streven der Regeering, om
aan de misdaden der anarchistische woel
geesten paal en perk te stellen. Dit is
voorzeker een aanmoediging voor de
Regeering om op den ingeslagen weg
voort te gaan. Te Bonnevüle, waar zich
in den laatsten tijd veel Russische nihi
listen vertoonden, die in de bosschen
van den omtrek geheime vergaderingen
hielden met geestverwanten uit Genève,
zijn drie dier heeren, benevens twee
dames, in hechtenis genomen, waarop
al de overigen zich haastten om over
de grens te vluchten in de richting van
Genève.
In Duitschland dreigt ook een ver
scherping der strafwet met het oog op
de anarchistische woelingen. Er is sprake
van dat de bepalingen der vroegere socia
listenwet onder de algemeene wet zullen
worden opgenomen. Daardoor zal het
recht van vereeniging zeer beperkt wor
den. Voor het lidmaatschap van poli
tieke vereenigingen zal een zekere leef-
tjjd vastgesteld worden, en vrouwen,
scholieren, studenten en vakleerlingen
zullen van het lidmaatschap worden
uitgesloten.
De verwerping in het Britsche Hooger-
huis van den door het Lagerhuis goed-
gekeuiden maatregel tot schadeloosstel
ling der "it hun woningen verdreven
Iersche pachters heeft de vraag doen
rjjzen, welke houding tegenover de Lords
dient aangenomen te worden. De minis
ter Harcourt verklaarde, dat de vraag
zeer ernstig is en in de hoogste mate
de aandacht der Regeering bezig houdt.
In de tegenwoordige zitting evenwel,
gelooft de Regeering nog niet in staat
te zullen wezen eene afdoende verkla
ring in dit opzicht af te leggen.
Als een soort wraakneming stelde de
afgevaardigde Healy voor op den post
voor salarissen aan het ambtenaars-per
soneel van het Hoogerhuis 20.000 pond
te schrappen, welk voorstel echter met
67 tegen 58 stemmen, en een groot ge
tal onthoudingen, verworpen werd.
De afgevaardigde Dalziel stelde nu
schrapping van den gebeelen post voor,
waarop de minister Morley verklaarde,
dat de Regeering weigert, naar aanlei-
ding van eene zoo geringe zaak als
FEUILLETON.
Gevolgen der verleiding.
mmoFonou.
4) Eindelijk ra bel morgan geworden en
Bet bet aanbreken ven den dag ook een weinig
boop in baar geprangden boezem ontdaan, leder
oogeoblik meende zjj baar man te hooren na
deren, maar telkens werd zjj teleurgesteld. Het
eene uur verliep na bet ander en nog altijd
bleef bfi afwezig. De pijnigende vraag.Zon bjj
niet terugkomen?" bet haar geen seconde met
Zoo was het inderdaad. Toen zgn knecht nii
op tijd op bet werk verscheen, informeerde d
patroon naar da reden daarvan en werd hjj dl
feit in kennis gesteld. Dit nieuw
hem aangeschreven. Jaren lang had hjj een
troaweo, jjverigen, eerlijken knecht aan hem
gehad, op wien hjj zich te allen tijde verlaten
kon. En na moest hij zoo opeens tot de bedroe
vende ervaring komen, dat deze zich zoo aan
gesteld had, dat hjj zich in handen dor
politie bevond.
Zijn eerste werk waa dan ook, een poging
aan te wenden om hem weder op vrije voeten
te krjjgen, maar deze miilnkte jammerlijk. En
daarbjj kwam bg tot de voor hem zeer onaan
gename ontdekking, dat Bommel die zonder
twjjlel de schuldige was - - Van den Haven als
de dader bad aangewezen. De lage veinzaard,
die zich altijd zoo tegenover zjjn patroon wist
te gedragen, dat deze gean achterdocht kon
koesteren, had zich zalven nn althans in diens
oogen zoo ontmaskerd, dat hjj terstond nit zjjn
dienst ontslagen werd.
Haar de arme Van den Haven was biermede
al zeer weinig gebaat Hjj, en niet minder
beklagenswaardige vrouw waren terecht in
voor ben oohendbare positie gekomen. Daarin
nu zooveel doeoljjk verzachting te brengen,
waa het vaste voornemen van den heer
Het de ooodige voorzichtigheid deelde hjj daarom
aan de vrouw mede, dal haar man wel vooreerst
nog niet zou thuis komeo, doch dat zjjn
schuld spoedig bljjken zou. Als gewoonlijk
zjj ook geregeld zjjn weekloon ontvangen.
Ook de brave man leed daarbjj veel ouder het
zalfverwjit, dat hjj niet genoeg toezicht op zjjn per
soneel had gebonden, en daardoor wel niet direct.
Bear lach indirsd tot het ongeluk
had bjjgedragen. Nog te meer prangde hem dit, toen
hjj zag hoe de vrouw, die by met de Ueidcrjjkste
en harteljjkste woorden zocht op te benren,
voor vertroosting bjjna onvatbaar scheen. Zg
had in den afgeloopen nacht reeds zooveel
doorstaan, en nu de ontknooping van het drama
tot heden geheel haar verwachting den bodem
insloeg, was haar droefheid terecht bartver-
Ten laatste gelakte hel den heer Slui
mer toch, haar eenigszins tot rede te brengen
bjj trachtte haar te overtuigen, dat allee best
terecht zou komenhp zon niet rusten voor
dat haar man weder in zgno eer zou hersteld
zjjn. Al was hg zelf wel eenigermate in die
hoop aan bet wankelen gebracht, tegenover de
zwakke, ziekeljjke vrouw moest tUe twgfel
Het de edelste plannen bezield yide hg, na
als een troostende engel in het hart der vrouw
eenigen verzachtenden balsem te hebben gestort,
weder voort; zgn gemoedsrust was in een
schokkende beweging gekomen. Hg verweet
zich met smart, dat hg meer had moeten letten
op den levenswandel van Bommel dan op diens
bekwaamheden als werkman. Nn stond hg voor
een feit, dat bg wel niet bad kannen voorzien,
maar dat niettemin in zgn treurige werke
lijkheid den pjjnlgksten indruk op hem mtakla.
Wat dus gedaau kon worden zou hg be
proeven, doch de uitkomst zguer liefderijke
poging was, dal hg al ster weinig succes
Tan den Haven was «o bleef in h-ndan der
politie, wat moeite hg ook aanwendde om bem
daaraan te onttrekken. De zaak, waarvoor deze
zich in arrest bevond, bad ernstige gevolgen,
want de bewuste persoon, die in de herberg
waa toegetakeld, zweefde meerdere dagen tus
schen leven en doodzgn herstel ging slechts
betrekkelgk langzaam vooruit Ongelukkiger
wijze was en bleef Van den Haven de aange
wezen schuldige, en daorbg werd zjjn i
tegen de politie nog al hoog opgevat. Zoodoende
kwam zjjn zaak eindeljjk voor den rechter
was voor de ingewyden de vrees niet onge
grond, dat een veroordeelend vonnis nie
Niet alzoo dacht Van den Haven er ovei
zich geen echuld bewust in de vaste
tuiging verkeerde, dat zgn onechnld schitterend
aan den dag zou komen. Wel gevoelde hg zich
als verplet onder zgn leed, als bg bedacht in
welke omstandigheden hjj zich had gebracht
Zj>a eer en goede naam hadden, naar hg me
zooveel geleden, dat hy nimmermeer met op-
geheven hoofd onder deugdzsmo menschen
durven verschijnen. En meer nog het verdriet,
dat hy zgn arme, siekeiyke vrouw door zjjn
toedoen had bezorgd, stond hem aanhoudend
voor den geest, en liet hem in zgn eenzaamheid
dag noch nacht met rust Hg brandde daarom
van verlangen, zgn zaak voor den rechter
zien gebracht, om dan weder, na al de geleden
droefheid en ellende, naar zgn hartelijk boi
de besebnldigingen, tegen hem ingebracht zoo
verzwarend, dat hg, in plaats van in vrgheid te
straf werd veroordeeld. D
vrijspraak wilden getuigen zgn, b
bjjna niet meer, bo hadden verdriet ei
verwgt hare verwoesting op zgn krachtig ge
stel uitgeoefend vandaar dat het veroordeelend
vonnis zgn krachten geheel te boven ging. Be
wusteloos zonk bjj ineen, toen zjjn straf hem
werd voorgelezen, en in dies toestand werd bg
voor de oogen zgner vrienden en belangstellenden
nil de gerechtszaal weggevoerd.
Het wee een zware taak voor zjjn patroon
om deze verpletterende tjfding aan de vrouw
van den veroordeelde bekend te maken. Haar
ziekeljjke toestand was in de laatste droeve
dagen steeds ernstiger geworden, maar de hope,
dat baar man spoedig weer geheel vrjj in bun
midden zon terugkomen, hield baar nog staande.
Die bigde verwachting zoi
jjdeld worden. Het kwam er nn rr
op aan, haar een en ander mee te deelen, zonder
dat haar hiermede de doodssteek als 1 ware
zou worden toegebracht.
Het de grootste voorzichtigheid, zgn woorden
wikkende en wegende, deelde bg de vrouw de
zaak mede, daarbjj echter haren man voorstel
lende als het slachtoffer eener laagheid, die bfi
ieder het grootste medelijden voor zgn persoon
opwekte. Als zyn etraftgd dos zon verstreken