Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 7.
Zaterdag 15 Mei 1897.
Elfde Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland-
Laren, Leusden. Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Abonnementaprij» par drie meenden i
Franco per p
Afzonderlijke
f 0,40.
f 0,05.
BureauKrommestraat, F 227. Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Frjj» der Advertentilni
Van 1 tot 6 regelsf 0,30
Voor iedererfregel meer- 0.05
Correspondenten en AdvertentiSn moeien uiterlijk Vrijdagavond
voor 6 ure ann liet bureau bezorgd zón.
dep moderne kanst.
IV Slot.
't Kan ons doel niet zijn in dit ar
tikel de gevolgen uiteen te zetten op
zedelijk gebied; we meenen deze hoe
wel terloops toch genoegzaam te hebben
aangetoond in onze vorige Artikelen
hier willen wij vooral de aandacht
vestigen op de ontzettende omwenteling,
die de kunst in dienst van het materi
alisme op het gebied der ware kunst
heeft voortgebracht, 't Blijkt ook hier
hoe nauw de band is tusschen leer en
kunstde laatste spruit uit de eerste
voort als |de bloem uit den stengel. Is
't materialisme de verwerping der na
tuurlijke en bovennatuurlijke veropen
baring Gods, de daaruit voortspruitende
kunst is de verwoesting van 't ware,
't goede, en 't schoone, wat in de
klassieke kunst zoo heerlijk voor onze
blikken optreedtniet slechts de hoogerc
wereld, maar zelfs de natuur werd haar
een gesloten boek zij gaf ons slechls
't stoffelijke, hel zinnelijke, het vleesche-
Ijjke te zien tot prikkeling van 't lagere
zonder geest, zonder bezieling.
Een vluchtige blik op hetgeen de
materialistische kunst onzer eeuw pro
duceerde, kan ons hiervan overtuigen.
Wat al rampzalige gevolgen, die wij
hier ontdekken, wat een sloopingswerk
aangericht, wat at ruïnen gestichtmet
gewelddadige hand word het reine,
maagdelijke beeld der ware kunst neer
gehaald en verbrijzeld, in 't stof ver
treden. Op litterarisch gebied wemelt
het van humbug, valschen smaak, over
dreven en onmogelijke voorstellingen,
terwijl de vorm het cachet mist van
de ware schoonheid nl. de heilige een
voud en in beide, stof en vorm,
dikwijls bljjkbaar de speculatiezucht
voorzit op het gemoderniseerde pu
bliek, veelal niet anders zoekend dan
de prikkeling, de bevrediging der laagste
hartstochten.
Niet bevredigender is de waarneming
op 't gebied der beeldende kunst. Wat
disharmonie, ontmoeten, wij om iets te
noemen, tusschen handel o( bedrijf en
reclame! Wat at tegenstrijdigheden in
de voorstellingen, wat al wansmaak 1 Jonge
meisjes-figuren met onlblooten hals, met
bloote armen, soms erger, worden in
onze noordelijke streken gedwongen tot
allerlei reclame dienst te doen, zij
worden zelfs iu het gezelschap gebracht
van uitsluitend mannelijke artikelen als
sigaren en sigarettenvan harmonie
tusschen artikelen en reclame is wei
nig of geen sprake meer. De zinrijke
emblömes en symbolen, de harmonieuze
voorstellingen der ouderen zijn ver
drongen voor nietszeggende, soms be
spottelijke kunstuitingen van 't mo
dernisme.
Dat onder den omvangrijken invloed der
materialistische kunst in de opkomende
geslachten gevoel en zin voor de ware
kunst worden gedood lag voor de hand.
De oorzaak was er, de gevolgen konden
niet uitblijvenzóó de boom, zóo de
vruchtenNiet het excelsior, naar hoo-
gcr, werd aangeheven, maar 't inferior,
naar lagerin de materie stelde men
de idealen voor 's menschen geest, het
gevoel voor 't laagste werd het hoogste.
Wat werd voorgesteld werd meerendeels
door de opschietende jeugd gevolgd.
De vrouwelijke jeugd uit de meer
deftige standen, dikwijls onder dwa
ze aanmoediging der ouders, niaakle
haar fort van prachtige handwerken,
inel vervvaarloozing der nuttige, van
muziek en zang, met veronachtzaming
van 't leeren huishouden, van vaardig
spreken van vreemde talen zonder dege
lijke kennis daarvan en der eigen moeder
taal met'tdoel om laterals eene éclatante
figuur op te treden en ter voldoening
harer ijdelheid te worden bewonderd
aanbeden. Zóó speelt z|j soms
luchtig eenige jaren coraedie om in een
ongelukkig huwelijk ter oorzake harer
ongeschiktheid met een tragedie te ein-
igen.
Werpen wij een viuchtigen blik op
onze jongelingschap der mindere
klassenofschoon de vereeniging
voor werklieden hier en elders ken
tering brachten ten goede door cur
sussen te openen voor hand- en
bou'.vtcekenen, door vakvereenigingen op
te richten in navolging der Middeleeuw-
sche gilden, toch zijn de gevolgen der
moderne kunst meer dan betreurens
waardig. Bij zeer velen der toekomstige
ambachtslieden is niet enkel alle gevoel
voorde ware kunst gesloopt, maarzelfsniet
de minste lust te bespeuren om zich in
hun vak te bekwamen en te oefenen.
De vrije uren worden besteed om met
een meid langs de straat te slenteren
en maar wjj zwjjgen, wij willen
geenszins onschuldige ooren kwetsen. AI
hun zinnen en lusten hebben zij gesteld
op het hoogst ideaal der moderne kunst,
op het stof, op het vleeschvroegtijdig
reeds geven zij daarvoor de bekwaming
in hun vak of ambacht prijs. Het spreek
woord zegtvroegtijdig verkeering on
gelukkige huwelijken. Deze waarheid on
derschrijven, wij durven het zonder aarze
ling beweeren, alle liefdadige instellingen,
zoo wel de stedelijke als parochiale
armbesturen, St. Elisabeth- en Vin-
centius-vereenigingdikwijls eenige maan
den getrouwd of in het wintersaisoen
wordt de milddadigheid van alle zijden
ingeroepen, want de man heeft het
niet verder gebracht dan tot gewoon
sjouwerman of iets dergelijks
Klimmen wij op tot de hoogere stan
den, dan ontdekken wij genuanceerd het
zelfde verschijnsel. Alles gaat daar veelal
om zich een winstgevende positie te
veroveren in de maatschappijhoe winst
gevender, hoe meer men kan genieten
van dit vluchtige leven. De inspanning
zich getroost, de offers daarvoor ge
bracht zijn daarop berekend, 't Is geen
liefde voor de wetenschap, geen liefde
voor de kunst, enkele uitzonderingen
niet te na gesproken. En toch, hoe dik
wijls zien we ook hier het scheepje van
den jonkman op den zandbank verzei
len, niet ten gevolge van aanleg en
talent, maar louter uit liefde voor hei
vleesch, waaruit Eva werd gevormd.
Gelukkig echter openbaart zich in
den laatsten tijd een gunstige omme
keer in de kunstzooals het was kon
het niet blijven. De ziel des menschen toch
leefteenonsterflijk leven; de materialisti
sche kunst kan haar neerhalen, haar
voor een tijdlang tot slavin ma
ken van het lagere, dooden echler
kan zjj haar niet. De ziel een sprank
der Godheid, baant zich telkens, hoezeer
ook onder het stof bedolven, langzaam
soms maar zeker een weg naar haar
oorsprong en tot de hoogere wereld
der geestende natuur wreekt zich
over eene kunst, met haar wezen in
strijd. Met de moderne wetenschap
moest ook de moderne kunst bar.kroe-
teeren. Na langdurige gewelddadige
verdrukking en slavernij zocht de geest
zich los te maken, vrij opwaarts te
streven, hel mystieke of symbolieke te
belichamen in zijne kunstproducten. Dit
geeft hoop en vertrouwen voor eene
betere toekomst; de morgenschemering
BUITENLAND.
Alle teekenen wijzen op eene spoe
dige beëindiging van den Grieksch-
Turkschen oorlog. Naar alle waarschijn
lijkheid zal de vrede binnenkort gesloten
worden; van den kant van Griekenland is
men er geheel toe bereid, daar de bemid
deling der Mogendheden bereids is aan
genomen en de Porte zal zich ook wel naar
de wenschen der Mogendheden moeten
richten. Door bemiddeling n.l. van den
Russischert diplomaat Onoe, heeft
Griekenland zich bereid verklaard de
interventie der Mogendheden aan te
nemen. De Regeering gaf te kennen,
dat het terugroepen van Vassos binnen
een kort tijdstip zal gevolgd worden
door eene trapsgewijze ontruiming van
hel eiland door het geheele Grieksche
bezettingslege:-. Alle gezanten, met uit
zondering van den Duitschen gezant, de
Vrijheer Von Plessen, boden hunne be
middeling aan, mits Griekenland zijne
belangen, zonder voorbehoud, in handen
stelde der Mogendheden. Dinsdagmiddag
11. is Griekenland een nota aangeboden,
luidende„Ten gevolge van de ver
klaringen van Griekenland, dat zijne
troepen van Kreta zullen teruggeroepen
worden, dat het de autonomie van het
eiland formeel goedkeurt, en dat het,
zonder voorbehoud, den raad der Mo
gendheden zal aannemen, komen deze,
in het belang van de- vrede, in het
Grieksch-Turksche conflict tusschen-
beide."
Griekenland schijnt in het begin nog
bezwaren gemaakt te hebben, daar toch
lord Salisbury verklaarde, dat Grieken
land volstrekt niet om formeele inter
ventie had gevraagd, noch de algeheele
terugroeping der troepen van Kreta had
toegezegd, doch ook met de belofte het
te zullen doen, zou Engeland zich te
vreden stellen en ook de andere Mogend
heden zouden daartoe wel overgaan.
Een oogenblik was men beducht, dat
Duitschland niet zou willen toestemmen,
maar ook deze Mogendheid heeft be
reids hare toestemming tot de interventie
gegeven. De Grieksche Regeering heeft
de nota, haar door den Russischen ge
zant Onoe, als deken van het corps
diplomatique, gepresenteerd, aangeno
men, en harerzijds de formeele nota
gezonden, waarin zij, één voor één, al
de verklaringen aflegde, die van haar
verlangd worden.
Hoe de Mogendheden de zaak in
zagen, blijkt duidelijk uit hetgeei. de
minister Curzon in het Engeische La
gerhuis zeide:
„Op Kreia is het ongelijk geheel aan
de zijde der Christenen van af den dag,
dat de Grieksche officieren er gekomen
zijn, die door hun optreden zich even
eens schuldig hebben gemaakt. Het
terugtrekken der Turksche troepen zou
thans het uitmoorden van meer dan
honderdduizend Turken ten gevolge
hebben. Daarom moeten de Grieksche
troepen eerst het eiland verlaten. Grie
kenland heeft den oorlog uitgelokt door
zijne troepen bijeen te brengen aan de
Turksche grenzen. Het Europeesch
Concert is voor den oorlog niet aan
sprakelijk zoo het dien niet heeft
kunnen voorkomen, het heeft hem ten
minste kunnen localiseeren."
Vooral voor het Grieksche Konings
huis was interventie hoog noodig. Door
geheime agenten wordt het paleis be
waakt, wijl men eene ontvluchting ducht
en die wil beletten. De geheele konings
familie wordt openlijk gehoond, telkens
als zjj zich in 't openbaar vertoonen
alleen princes Sophie, hertogin van
FEUILLETON.
Soldaat en Martelaar.
Verhul Bit de dagen der luiste bloedige
Christen-vervolging.
Brood es spolen.
10.
5) Het Colosseum is een ongeëvenaard reuron-
jebouw, van buiten een zeer grooleu ovalen
muur, die met vier verdiepingen opklimt en in
do drie onderele verdiepingen van hoogo rond
bogen voorzien is; in het inwendige verheffen
zich in steeds breeders en steeds hoogere para-
lelioopende cirkels de zitplutsen voor 87000
toeschouwers. Keiier Vespisianus begon na de
verovering van Jerusalem met dezen reuzenbouw;
zijn zoon, keizer Tilns, gebruikte hel voor 't
eerst in het tachtigste jaar na de goboorte van
Christus.
Wat zochten 87000 Romeinen in het Colos-
Toen het Romeinsche volk, dat eens de wereld
veroverde, ontaardde, werd datgene, wal do
bevolking der hoofdstad als het hoogste geluk
op aarde beschouwde, samen gevat in het
«proekwoordelgkoPantin it Circciuu - Brood
m Sptltn. De Romeinen bedeldon voor alles
bonnen keizer om brood, om zich niet door
handenarbeid te vermoeien en tptltn om den
langen te kunnen dooden. Wat derhalve de
87000 Romeinen, de keizer met zijne hovelingen,
de hoogatgeplaatate staatsambtenaren, de waar
digbeidsbokleeders inhei leger en de priesteressen
van Vesta op de onderste zitplutsen, de Romein
sche wereldburger op de middeiale on de arme
man en bedelaar onder den kap der bovenste
galerij in het Colosseum zochten, was het spel,
prikkelend, bloedig spel, scbouwlooneelen,
het bloed in slroomen vloeide.
spelen was reeds lang uitgegeven ei
de verst verwijderde provin
Volle acht dagen zouden de spelen duren, van
dag tot dag grootscher, dal wil zeggon, prikke
lender, bloediger worden. De drie luatsle dagen
zou men zelfs de nachten er bjj aaoknoopen
het programma beloofde dagheldere verlichting
van den reuzenbouw en nog nooit geziene, nooit
gehoorde schouwspelen.
Op den eersten feestdag, 's morgens vroeg,
haalde Seztns zgo vriend Carious afop hel
negende nur van den dag moesten de spelen
beginnen. Toen zó' het Colosseum binnentraden,
baerscble er in den reuzenbouw een diep en
onderdrukt gegons, want de 87000 plaatsen
waren bezet, ééne nog niet en wel die des
keizers onder de van good fonkelende tent,
Het was een verwonderlijk schouwspel I Be
neden in de breede cirkelgangen niets anders
dan gewaden van purper en goud, wapenrus
tingen van goud, zilver en stut, daarboven de
borgen nil hel eenige Rome, allen in bel wille,
■ationale kleedbovenaan wedei de bontste en
vreemdsoortigste drachten, die aan bjjna alle
Daar schetterde eene alles overstemmendo
fanfare, een duizendvoudigs krast weerklonk:
„De Keizer I Heil en zegen den goddeljjken
Dioclelianus
De keizer, donker ziende en me', ernsligen
blik, trad binnen en ging zitten op den gouden
iroon onder den hoogen hemel. Eene nieuwe
faolare, eene wilde, schattende en row klinkende
muziek weerklonk daar springen plotseling uit
drie poorten twintig Afrikaansche leeuwen, twin
tig Indische tijgers, twintig Noordsche beren in
het zandige strijdperk. In geweldige sprongen
kernen de leeuwon en tijgers voor den dag, de
beren sleepen zich langzaam voortplotseling
bljjven de woeste dieren staan, kjjken verwon-
dorstigen blik, storten op elkander in vreesalflken
strüd, leeuw op leeuw, tjjger op tjjger, leeuw
op ló'ger, tjjger opbeer, paarsgewijze, in hoopen,
onder verschrikkelijk brullen en woedendaar
valt een tjjger geheel ont'leesd en ontdaan,
gindsch kreunt een keer, lot bjj sterft, hier
stort een leenw ter aarde door een enkelen
beet eens tijgers, die hom de tanden in den
nek drukt; bloedplassen bedekken het zand,
de toesckouweis welen niet, waarheen zjj het
nieuwsgierige oog zullen wonden, want hel ge
heele schouwspel lost zich op in twintig twee
strijden, welke slechts mei overwinning of
ondergang eindigen. Meer dan de helft der
strijders ligt dood of doodmoe op den grond,
eenige overwinnaars gaan vermoeid liggen oi
verscheuren de overwonnen tegenpartij. Het
schouwspel biedt te weinig opwekkends meer,
daarom weerklinkt weder de dreunende mu
ziek en uit eene poort rjjden tien dappere
•Updois to paard, met nopans tot aanval «o
n boog in de h
zwaard, met werp-
De wilde monsters, welke als overwinnaars
in de arena staan, schrikken, rekken zich uit,
werpen het zand met de klauwen en den staart
omhoog, do oogen gloeien weder van bloed
dorst, do monsters stooten een dof gebrul uit,
de paarden snuiven en sidderendaar vliegen
do eerste worpspiesen uil de handen der ruiters
op do koningen onder de dieren, op de bewo
ners dor woestijnen en wildernissen en do
afschuwelijkste strijd is begonnen. Gtcn pen
zou hom kunnen beschrijven. Hjj is afgrijselijk
daar worpt zich een tijger met een geweldigen
sprong op een paard en het is met man en
paard gedaan, voor de kameraden hnlp kannen
bieden; hier valt een paard neder, de ruiter
hem, een geheel uur duurt de strijdein
delijk zjjn alle monsters overwonnen en die,
welke nog met den dood kampen, ontvangen
den genadosloot. Twintig leeuwen, twintig tij
gers, twintig boren liggen in het zand en onder
en naast hen ook vjjf menschenljjken. De toe
schouwers zijn verrukt en klappen in de handen
en botoonon dun ovetlovenden strjjders hunnen
levenden bijval, |lerwjjl zjj, gedeeltelijk gevaar
lijk gewond, uit hel strijdperk rjjden.
Wederom weergalmt de (anlaresladskncchten
treden op en sleepen aan lange haken de doode
lichamen der wilde beesten en de ljjken
der menschen weg, door de Porte Libitinensis,
de poort der doodensnel komen neig kleede
jonge slaven in de arena en barken het zand
Hiermede eindigt het eerste bedrjjf van het
schouwspel en begint hst tweede.
Dit gaf vreedzamer vertooningon te aan
schouwen getemde, algerichto leeuwen met
vergulde manen maakten jacht op schuwe bazen,
grepen zo, hielden den buit tusschen de tandon,
zonder hun hel minste leed to doenoen troep
ruiters verschijnt in de arena, maar zjj rijden
niet op paarden doch op herten, die godwee
den teqgel volgen. Na volgt een dans met oli
fanten, lorwgT een dezer dikhuidigen de pauken
slaat -, dan weer dansen knapen en meisjes op
den rug van wilde slieren. Dat alles was grap
pig, onderhoudend, maar het grootste deel dor
toeschouwers kwam hot te vreedzaam, te on
schuldig voor en daarom moest lot beslait van
den voormiddag nogmaals bloed vloeien. Weder
werd er tusschen dieren gevochten; eerst wer
den geheel ongelijke strjjders tegen elkaar op
gezet panters en giraffen, luipaarden en etrais-
vogels, woedende buffels en damherten Er lag
iels vernederends in zulke ongelijke tegenstan
ders tegenover elkaar te brengen, maar dat
juist beviel den toeschouwer, hjj verlustigde
zich in den angst der zwakkeren te ie de
woede der sterkeren. Ten slotte traden weder
gewapenden te voet onder de wilde dieren en
nu eerst barstte de grootsto jnbel loe, went
er vloeide thans ook weer menscbenblood 1 Zoo
eindigde de eerste voormiddtg der feestspelen.
De Romein liet zich de gevechten tustchea
dieren in hel Colosseum welgevallen, als etwis-
acling, maar hjj kende „hooger," „beter" genot,
den strijd der gladiatoren of kampvechters, wed-
et.-jjden op levto au dood met doodaljjke wapao,