Katholiek Nieuws- en Advertentieblad
No. 49.
Zaterdag 5 Maart 1898.
Elfde Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland,
Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATEBDAO.
Abonnementsprijs p«r drie a
Franco per post
Afzonderlijke
nummers
f 0,05.
BureauBreedestraat, E 349. Amersfoort.
Uitgave van de Vereenlglng De Eembode.
Prij» dar Advertonti4ni
Van 1 tot 6 regelsf 0,30
Voor iederen regel meer- 0.05
Bij dit nummer behoort
Eene toelichting*
Binnen enkele dagen zal het gevreesde
wetsontwerp tot afschaffing der plaatsver
vanging bij de militie, hetwelk door
de ministers van Oorlog, van Marine
en van Binnenlandsche Zaken by de
Tweede Kamer is ingediend, in behan
deling komen. De reeds zoo pijnlijk
knellende duimschroef der consciiptie
zal nog strakker worden aangezet, in
dien het den ministers getukt in ons
Parlement eene meerderheid voor hunnen
wil te doen buigen. Maar bovendien
staat ons Vaderland dan nog veel ergers
te wachten. Want, zeggen zij, .wordt
he. voorgedragen ontwerp tol wet ver-
.hr en, dan zal krachtig de hand worden
geslagen aan de hervorming der levende
strij ikrachten." En ofschoon de minis
ters i'ieenen, dat eigenlijk verdere re-
'deneeri.ig over die ingrijpende vraag
stukken onnoodig is, wijl .zou kunnen
worden volstaan met verwijzing naar
'hetgeen voor de invoering van den
verplichten persoonlijken dienst is aan
gevoerd in de vroeger tusschen regeering
en volksvertegenwoordiging gewisselde
stukken," zoo hebben zij zich niettemin
.de moeite getroost om nog even in
't kort uiteen te zetten, waarom zö
afschaffing van de dienstvervanging bij
'de militie noodig achten.
Eene memorie van toelichting werd
'inderdaad verschaft, maar eene toelich
ting welke ieder voor recht en vrijheid
-jjverend staatsburger met diepe veront
waardiging moet vervullen, Alsof nog
geen enkel grievend bezwaar tegen de
dreigende dwangwel vernomen werd,
en alsof de drie ministers verre ver
heven staan boven de eerlijke meening
des volks, wordt van uit de hoogte
deze politieke wijsheid op de menigte
neergelaten dat van persoonlijken dienst
plicht verbetering wordt verwacht van
het zedelijk en verstandelijk'gehalte der
militie; dat plaatsvervanging een privi
lege der rijken is, dat zoo spoedig mo-
gelijk moet verdwjjnendat met per-
soonlijken dienstplicht, eene „sociale
onrechtvaardigheid" zal worden weg
genomen; dat gelpkheid voor de wet
in zake militie beoogd en ook door den
minderen stand begeerd wordtenz. enz.
Kan het nu verwonderen, dat bij het
beschouwen eener zoo tegen de waar
heid indruisende toelichting een ze
kere verbittering des harten bij velen
ontstaat? Hier wordt al te veel van een
waarheidlievend gemoed gevergd. Het
zou toch waarlijk niet pleiten voor ver
standelijke ontwikkeling bij de ministers
indien zy in werkeiykheid meenen, dal
de twee duizend jongelieden, welke men
bij de militie jaariyks niet wil doen
vervangen, het leger zedeiyk en verstan
delijk zouden verbeteren. Tegen die
looze bewering komen dan ook o. m.
de directeuren der Algemeene Neder-
landscheMilitie-verzekering-Maaischappü
te Amsterdam in krachtig verzet. Adres
santen gronden hunne tegenspraak niet
op drogredenen maar o. a. op deze
cijfers en feiten:
„Dal van de 7000 plaatsvervanger» wegens
wangedrag in het geheel U uit den dienst zijn
ontslagen, en zulks niettegenstaande in den
regel eeo plaatsvervanger, die tweemaal wegens
dronkenschap ia gestraft geworden, met een
brielje van ontslag uit den dienst wordt ver-
Dat hot gehalte goed Is, meenen adiossanton
ook hieruit te mogen afleiden, dat bgna alle
hootdofficieren en officieren by voorkeur plaats-
vervangers als hun employe's ot oppassers
aanstellen en een groot deel der marechaussees
plaatsvervangers waren.
Met deze feiten is, dunkt ons, hel
eerste argument der ministers al totaal
in de klem geraakt.
Tot bewijs, dat ook de stelling, als
zou dienstvervanging enkel een privi
lege der rijken zijn, al even onwaar is
ais al het overige, walde ministers tot
verdediging van dienstplicht durven
aanvoeren, zij hier slechts meegedeeld
wat vóór enkele dagen in de Dordlscht
Cl. door mr. A. R. Z. o. m. daartegen
werd ingebracht.
„Hier ter slede, zegt de schrijver, is van li
Ingezetenen, .lie voor do lichting 18'JS voor
hun zoons een plaatsvervanger namen, de wel
stand met redelijke betrouwbaarheid kunnen
worden nagegaan. Van hen hadden slechts 3
een gemiddeld inkomen van meer dan 13000;
5 bewogen rich tusachen fïOOO en f 850; ter
wijl van de zes overige, die beneden het laatste
cüfor bleven, 2 het oiet hooger brachten dan
f450 'ajaara. Dat er ooit sprake van zou
kuunen zijn, dat eocialo onrechtvaardigheden
te hunnen gunste werkten, zal dezen lieden
zella in hnn stoutste droomen wel nimmer voor
den geest zgn gekomen. Wjjat dit er oiet veeleer
op. dat niet weelde, maar harde noodzakelijkheid
de ouders van een groot aantal militleplichtigen
naar het rempla^inteakanloor dryft.
Tegenover deze voortreffelijke op
waarheid gegronde bewijsvoeringen zal
h et verstokste gemoed zich wel gewonnen
moeten geven, indien althans nog eenig
besef van .rechtvaardigheid" daarin
aanwezig is.
Afschaffing van de plaatsvervanging
is voorts een eisch van sociale recht
vaardigheid, wordt in de toelichting
gezegd. Hoe echter de ministers met
het machtwoord .sociale rechtvaardig
heid" nu nog durven aankomen, is ons
een raadsel. Waar toch van zoo ver
schillende richtingen, die uitvinding der
militairisten als louter volksmisleiding
is ontleed, had tnen mogen verwachten,
dat het althans hij de Regeering had
uitgediend. De oud-minister mr. S. van
Houten heeft zich dan ook andermaal
genoopt gevoeld den ministers aan het
verstand te brengen, dat in zake
persoonlijken dienstplicht van .so
ciale rechtvaardigheid" geen sprake
mag wezen. In een r.ader betoog in de
Avondpost heeft hy bedoeld wetsont
werp nog eens geducht onder handen
genomen, en na de dwaasheid en de
onrechtvaardigheid ervan daghelder door
klemmende argumenten te hebben aan
getoond, roept hij verbitterd uit
Het is inderdaad moeilijk,zonder verontwaar
diging zooveel geschitter nver de ideale bo-
leekenis van dit ontwerp te lezen, wanneer men
zich het nieuwe artikel 110 met al zjjn gevolgen
voor oogon stolt.
Tegenover deze eerlijke, ridderlijke
verklaring van mr. van Houten, willen
wij hier eens stellen, wat nog wel door
drie ministers in hunne toelichting wordt
gezegd
Zonder eenigen Iwjjfel zal de afschaffing der
dienstvervanging Lok leiden tot hetero onder
linge waardeoring van do verecliillendo standen
in de maatschappy. Ityken zullen weliswaar
Hik en armen zallen arm blgven maar beiden
zullen met elkander in aanraking komen op
een onzjjdig gebied, in de vervulling vap ge
meenschappelijke plichten, op een leolljjd. waar
op de ontvankelijkheid voor goede indrukken,
de waardeering van goede eigenschappen we
derzijds nog niet is weggenomen.
Moet men niet liet hoofd schudden
als men die enkele zinsneden uit de
toelichting eens aandachtig overweegt
Vooral pakkend is het wysgeerig betoog
dal: .Rijken zullen wel is waar rijken
armen zullen arm blyven; maar beiden
zullen met elkander in aanraking komen"
enz. En met zulk et
moest het armzalig
opgesierd.
Voor de groote meerderheid be-
toogen de ministers verder bestaat
feilelyk thans reeds de persoonlijke
dienstplichtterwjjl de waarheid is,
dal deze immers wel degelyk nu reeds
voor allen bestaat, indien zioh niet vry-
willig personen kwamen aanbieden, om
in onzen tjjd van werkloosheid en sobere
verdiensten als plaatsvervanger op eer
lyke wijze een aardige som geld te
verdienen, zonder zien een zier om
persoonlijken dienstplicht te bekommeren,
En ondanks dit welsprekende, voor ieder
bekende feit, trachten de militairisten
toch op minder nobele wyze voor te
stellen alsof door invoering van per
soonlijken dienstplicht de mindere 'volks
klasse gelukkig wordt gemaakt.
Uit de betrouwbare aangehaalde fei
ten en argumenten, valt dus eenvoudig
te concludeeren, dal persoonlijke dienst
plicht niet enkei door katholieken, maar
evenzeer door on-katholieken op deug
delijke gronden en met kracht van
overtuiging veroordeeld wordt. Boven
dien is titans onloochenbaar bewezen,
welke zware offers door onderscheidene
richtingen en uit alle standen worden
gebracht om militieplichtigen, die in
hunne positie gelijk mr. van Houten
terecht opmerkt soms onmogelijk
kunnen gemist worden, of door 'in
dienst to treden hunne toekomst totaal
in do waagschaalstellen, van de dienst
plichtvervulling vrij te koopen.
Die enkele gegevens getuigen
dunkt ons meer dan genoeg, dal
de gronden door de ministers tot in
voering van persoonlijken dienstplicht
ingebracht, er zeer erbarmelijk uitzien,
't Is dan ook een onbegonnen werk
deze netelige quaestie eerlyk en loyaal
te verdedigen. Naar onze bescheiden
meening hadden onze Bewindsmannen
zich dan ook heel wat ralioneeler ge
toond, indien zij eenvoudig als toelich
ting bij het ingediende wetsontwerp
hadden gezegd
„Wij, militairisten, hebben nu eenmaal
de overtuiging gevormd, dat persoon
lijke dienstplicht niet uitbreiding des
legers noodzakelijk is, en deze meening
laten wy ons niet uit het hoofd praten.
Wel weten wy, dat met de aanneming
van ons ingediend wetsontwerp een
geweldige aanval op de vrijheid en
niet minder op de beurs van het Ne-
derlandsche volk wordt gedaan, doch
om dergelijke kleinigheden kunnen wjj
ons niet bekommeren. Het militairisme
gaat boven al!"
Zou met eene dergelyke sobere toe
lichting niet eerst volkomen juist de
geest zyn weergegeven, welke tot in
diening van het rampzalige wetsontwerp
geleid heeft?
BUITENLAND.
Weder is een aanslag gepleegd op
een der gekroonde hoofden in Europa.
Dit maal was het gemunt op koning
Georgios van Griekenland en byna was
hij het slachtoffer geworden van den
lagen aanslag. Men houdt het er voor,
dat deze is toe te schrijven aan het
feit, dat Z. M. Koning George, in het
oog van eenige heelhoofdigen, te weinig
energie getoond heeft in den jongsten
Grieksch-Turkschen oorlog, ofschoon het
hem aan goeden wil nooit heeft ont
broken.
Zaterdag l.l. werd de aanslag gepleegd
terwyi Z. M. met zyne dochter, prinses
Marie, van een rytoertje naar Phaleran
in de nabjjheid van Athene, terugkeerde.
Aan den correspondent van de Timet
verhaalde Z. M. zeif 'tvolgende:
,Wy hadden bijna den top van den
heuvel bereikt, toen ik twee mannen zag,
met geweren gewapend, die rechts van
den weg op de helling stonden. De een
was een man van 25 jaar ongeveer, in
gewone Europeesche kleeding. meteen
lagen hoed. De andere was een jongen
van 20, hy droeg een kiel. Toen wy hen
voorbijkwamen, mikten zy op de paarden,
blijkbaar met het doel ora ons rijtuig
stil te laten staan. Een kogel bracht een
der paarden een schampschot toe, de
andero kogel trof mjjn bediende in zyn
beenik zag het bloed uit de wond
vloeien. Onmiddelyk daarop laadden de
mannen hun geweren opnieuw, en spron
gen vlak achter ons op den wegom
beter te kunnen mikken, knielden zy -
beiden neer. Ik ging in het rytuig staan,
in de hoop, myne dochter te kunnen be
schermen, en de twee mannen strak
aanziend, zwaaide ik myn stok dreigend
('oor de lucht. Dit scheen den jongsten
van de twee in de war te brengen, hy
beefde zoo, dat hy niet kon mikken. Hjj
trachtte ook met zijn linkerarm zyn ge
laat te verbergen. Maar de oudste mikte
nauwkeurig, en op dst oogenblik, over
tuigd dat ik niet zou ontsnappen, telde
FEUILLETON^
in.
4) De derde terdieping tan het prachtige
.hois was gereed, toen Spalx deed weten, dat
hjj geen geld meer voorschieten wilde. Do som.
•welke h(j voorgeschoten had, was boog genoeg
en het wt» hem niet mogelgk meer kapitaal
los te maken. Dat was natuurlijk maar een
dooddoener, de oude duitendief bad geld ge
noeg, maar hjj wist vooruit, hoe do raak
eindigeo sou en wilde zgne hypotheek liefst
too rei or mogelijk geplaatst welen. Rottenbnrg
kwam door de weigering zgns geldschieters
.volstrekt niet in verlegenheid. Hjj gebruikte,
toen hg van Spati deie weigeriog vernam, bü
Dressel een lenrlg ontbijt en ging daarna naar
sjjn ouden vriend Chrietiaan, den hypolheekbe-
torger. Christiaan leefde zoo ongeveer als
.Rottenburg, dooh niet op zoo'n grooten voet,
maar bij leefde ook, zonder fatsoenlijk te werken,
van hel geld van anderen. Hg was een helper
fa den nood, die zich zgne bemiddeling van
geld dunr tiot betalen; maar met bewijzen van
naaatedUordo, welke den in geldverlegenheid
geraakte sleede een strik spannen, hield hg
zich niet op, omdat b(j oen rechtmnligen afkeer
had om met het gerecht in aanraking te komen.
Eeoi nJ. hadden dc reobters hom voor een
'velscheo handteekenaar en bedrieger gehouden,
'tee* hjj mat voorbsdachfaaradoopeeoeeohald-
had, en bom twee jaar der zorgen voor wo
ning, kleeding en kost ontslagen hadden.
Van dien tgd al bad hg eene grondige stadie
gemaakt van het strafwetboek, om in 't ver
volg dergelyke onprettige bejegeningen te voor-
Behalve de hoofdbron van zgo bestaan, den
woekeraar» de schapen toe te voeren, welke
ig tot op de hnid konden scheren, zorgdo
Christiaan ook voor 't verkrggen van hypo
theken, en op een groot bord boven het raam
van zgn kantoor stond te lezen„Noorddnilscü
.kantoor lot bezorging vao hypotheken." Hel
kintoor bestond in de werkeiykheid nil niemand
anders dan mgobeer Cliristiaao, uit een groote,
inbraakvrjje brandkast, wasrin geen tien mark
te vinden waren, twee stoelen en een lessenaar,
waarop een dik „grootboek" open lag.
„Wel Christiaan,xeide Rottenburg, terwyi
hg op oenen stoel ncderviel, die zgn wrevel
over zulk eene zwaarte door een luid gekraak
to kennen gaf, „dezakongean zeker weer slecht,
niet waar? Or zit do brandkast vol effecton!
Ik weet, dat je voorzichtig bent geworden."
„Zeg maar liever terstond, wat gg wilt,"
antwoordde Christiaan, »yne onmatig loerende
oogen op Rottenbnrg vestigend, „waarschgnlgk
heb je gebrek aan geld voor 't werk."
„Juist, oude jongen, jy weel, waar de schoen
wringt," zeido de aannemer goedgemutst, ter-
wyi hg op zyn gemak in don stoel ging zitten
en met zgn zware gouden horlogeketting begon
to spoten, „de zaak slaat zoo mooi als maar
kanwit hst geld geeft, zal er geen spijt ren
hebben. Het hnis is klaar tot aan do derde
verdieping; de metselaar,.de timmerman, enz.,
allen zgn drak in de weer, zoodat het
binnen zos of acht weken al bewoonbaar ia.
Da vierde en vjjfdo verdieping, alsmede de
zolderkamertjes zgn moor kleinigheden."
„Hoeveel hebt gy noodig?"
„Op zgn hoogst 40000 mark, eene kleinig
heid, niet waar? Ik geloof, dal het n weinig
moeite zal kosten, om zoo'n luttel bedrag by
elkaar te krijgen."
„Eene kleinigheid, een luttel bedrag nu.
men ziet wel, dat gg n met geldzaken bothoofd
niet breekt. Gg leeft els een groot heer, terwyt
ons soort van lieden ons de beenen uilloopeo,
om een paar mark te kunnen verdienen 1"
„Praatjes, Christiaan," riep Rottenbnrg uit,
„andere lui kan je door die praatjes om den
loin leiden, maar wy kannen elkaar te goed,
om elkander voor deo gek te honden. Ik weet
sear goed, dat je een mooie eonponschaar hebt,
en elk kwartaal of half jaar een aardig hoopje
van de kleine, smalle papiertjes afknipt. Als
iemand moeite doet, dan ben ik het," voegde
hy er lachend aan toe, „want nu moet ik
loopen, om 40000 mark op te scharrelen."
,'t Zal volstrekt niet gemakkelgk gaao,"
meende Christiaan. „Gewene menschen leenen
niet graag op de tweede plaats en de banken
zgn wantrouwend geworden."
„Och wat." spotte Rottenburg, „span dan
je „Noordduitsch kantoor tot bozorging van
hypotheken" cr moor eens voor, stuur je agenten
uit, toon eens, wat je beroemd kantoor vermag 1"
„Ik kan, wel ik wil," antwoordde Christiaan
boos, „maar ik weet niet, of ik voor uwe spe-
cnlaties nog wel geld loakrygen kan. Denkt ge
dan, dat de menschen met blindheid zgn ge
slagen Ten slotte komt elko knoolerg aan het
licht, al is ze ook nog zoo lijn overlegd."
„Zeg, doe me het genoegon en boud nu geoD
zedepreekeo, beste jongeu," riep Rottenburg
raw nit, „ton mg is nog geen hypotheken-
schuldenaar tekort gekomen, en ook heb ik nog
niet in het luchthois gezeten." Bg deze
woorden kromp Christiaan ineenhet scheen,
alsof hg dien hoou onmiddolgk wilde betaald
zotten, maar hg hield zich in. „Zie zoo,
dat hebben we al weer gehad. En nu, gebrnik
•jo verstand en laten wo over zaken spreken.
Ik ken uwo reden en uw wytelen, je wilt een
hooge provisie uit my zien ta halen. Goed, ik
geef je duizend mark, als jy mg' maar 40000
mark bezorgt."
„Duizend mark," riep Christiaan hoonend,
„on zelf wilt ge 40000 mark opstrijken! En ik
moet met het veertigste deel tevreden zgnl
Neen, Rottenburg, dan bobt gy den vorkeerdea
voor. Ik moet 2000 mark hebben, niet meer
en niet minder!"
„Goed," antwoordde Rottenbnrg, die niet
aanstonds 2000 mark had geboden, daar Chris
tiaan er anders 3000 gevraagd had, „dos 2000
mark. Wanneer kan ik bel gold krijgen?"
„Over acht dagen," gaf Christiaan ten ant
woord, die na op eens eene geldbron schoen
geven van het geld op hypotheek over te halen.
Menig kantoor bevond zich in het moeiljjke
geval, niet to weten, waar het ril»" gelden
beleggen zon bg den overvloed op de geld
markt, en werd bereid bevonden, zaken te doen,
welke ze in tyd van gcldgobrok zeker afge
slagen zou hebben. Ook was de hypotheek op
Rottenburgs huls lsng niet eene van de slechtste,
daar de waarde van den grond, om zyne gun
stige ligging in de volgende jaren aamnerkeiyk
vermeerderen moest
Rottenburg gaf zgn trouwen helper *00
mark en behield 20000 mark voor zich zelf.
De overgeblevene 18000 verdeotde hy beurte
lings onder zyne leveranciers, van welk* er
enkele het hem lastig maakten «n haalde ze
door dit geld over het werk spoadlg te vol
tooien. En warkelgk, binnen echt weken was
het werk gereed. Hoog en prachtig varhiel het
gebouw zich boven de andere bniwn der stad,
die nog geen van alle den olempel van wereld-
etad-hnizen droegen. Van binnen was nog niet
alles gereed, maar Mullor had reeds de ver
dieping geiykvloerech en de drie volgend*
verdiepingen geheel klaar. Rottenburg beloonde
den joogen baas zyne hoogste tevredenheid sa
gaf hem een prachtig getuigschrift over do
inderdaad voortrefTeigke uitvoering van zyn
werk. Met trots toonde Maller dit getuigschrift
nan zgne vrouw, die het op d* Ufel ojwalcgda