Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 25. Zaterdag 17 September 1898. Twaalfde Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort. Apeldoorn, Baarn, Barncveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland. Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Abonnementsprijs per drie maanden: Franco per postf 0,40. Afzonderlijke nummers f 0,05. BureauBrcedestraat, E 349. Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Prijs der Advertentitni Van 1 tot 6 regelsf 0,30 Voor iederen regel meer- 0.q5 CorrospondooliPn e pzorgil ij o uiterljjk Vrijdagavond Katholiek Congres tot bestrijding van het drankmisbruik. Zonder twijfel zullen ook onze lezers met warme instemming hebben kennis genomen van de circulaire, voorkomende in een der vorige nummers van dit Blad, waarin door een Comité, gevormd uit hoogst verdienstelijke strijders voor de Katholieke zaak hier te lande, wordt kennis gegeven van het voornemen, oin in de eerste helft van de maand October a.s. thans nader bepaald op 9 en 10 October te Utrecht, een congres te doen houden tot bestrijding van eenen geesel, die ook onder de bevolking van ons vaderland de treurigste verwoesting aan richt Want het drankmisbruik, waar tegen men zich sterker wapenen wil, is terecht een kanker, die steeds voort woekert en de grootste rampen kweekt. De ellende, zoo zedelijk als lichamelijk, door het misbruik maken van sterken drank veroorzaakt, is dan ook in hooge mate bedroevend. Met het toenemen dier volkskwaal ziet men maar al te zeer de achteruitgang, de armoede en de ellende gelijken tred houden. In een dier nuttige boekjes, uitgegeven door de „Sint-Willibrordus-Vereeniging" koint „E?ne matigheidsrede" voor van den vermuarden Dominicaner Pator Tho mas Burke, waarin de rampzalige kwaal van drankmisbruik in al harn gruwzame gevolgen met huiveringwekkende juist heid wordt geteekend. Daar is één duivel één verschrikkelijke duivel, zegt de geleorde priester, die alleer. bekwaam is, niet slechts oes le berooven van de beiligmakcnde genade, waardoor wij kinde ren Gods tjjo inaar ook van al die tceztnlijke trekken onzer menschheid, door ons le ontnemen het verstand, waardoor wjj konnonde gevoelens, waardoor wg beminnende vrijheid, waardoor wij handelen als menscheljjke wezens, gelijk wjj r-n. Wat is dat voor een duivel Wie, wie i. die vyand, niet slechts van God, maar ook van de raensclieljjke natuur? Wie is die mach tige, die ééne, die alleen het vermogen bezit, het helsch voorrecht niet slechts der ziel de genade te ontrooveo, maar ook haar geheele wezen, maar ook - gedurende al den tijd. waarin hij zjjne heerschappij over de ziel slaande houdt nik toeken van inenscholykheld weg te nomen liet is de vreeseljjko duivel dor on matigheid. Hjj alleen kan zjjn wanschapen voor- liould verheffen en spotten met den almachligen God, niet slechts als Schepper dor gcnaile, maar ook als schepper der natuur. Iedere andere duivel, ,lie den mensch onder zjjoe macht brengt, oogenblik kan hij den Almachtige bespotten en genade, welke die ziel verloren heelt. De duivel der onmatigheid alléén kan tot dcu Almachtige zeggen,fijj, O Hoer, gij alleen zjjl do oorsprong, de bron, do schepper dor natuur en dor genade. Wolk te-eken van genade is hier Ik daag U gen, wat spoor van uieuscheljjkheid hier aan wezig is" Hesclioui 1 van God, als hij hel hjj zicli heeft vermaakt verachtclijkstis, het incest' ird! I in den veraohtelijksten aller duivelen: van den duivel dor onmatigheid. Op dat altaar liuoft hjj verzaakt aan zijne rede, vrijheid. Beschouwt hem nu, als hjj wezenloos, verlaagd voorlwaggeit uit het drinkhuis Waar is zjjne meusclu lijkheid Waar is in hem hel beeld Guds? Hij is niet in staal eonc ge ilende toni zells onu een gedac hemel le vloeken Waar zijn zijne aandoenin gen Hjj is niet vatbaar voor liefde, geen aan doening vau edelmoedigheid kan in hem geboren worden geen verhevene, heilige liefdn kan dal vet langde, overladen hart bewogen. Hel hoogste, duivel der onzodigheid om in hein elke vuile en afschuwelijke begeerte van den dierlijken lust te ontvlammen... Eindelijk waar is zjjn vrjjheid HueIijj kan niet eens loepen, r.ict Ie leiden!. Ei deze zou Gods beeld zijn? O Heinolsche door zulk een heest Uw beeld te noemen. Neen! noen, hjj is niet langer Gods beeld, wjjl hjj dn rode verloren heeft. Wat zegt de II. (biest V „Toen do mensch in eere was, Ingreep hij dit niettoen is hij vergeleken met Iml redeloos ger dus een beeld van God, want 'hy heeft zijne rede verloren - maar slechts een rede loos dier. Tegen dien drankduivel nu, die den mensch zoo ontzettend diep verlagen doet, dat hij gelijk wordt aan een redeloos dier, zullen ten congresse te Utrecht maatregelen worden beraamd en vastgesteld, ten einde de macht en den invloed van dien duivel te beteugelen. Een bemoedigend verschijnsel is het reeds, dat onder goedkeuring van het Doorluchtig Episcopaat oen zoo groot aan- an invloedrijke, verdienstelijke man- zicli heeft vereenigd lol de uit voering van een zoo grootsch en edel werk als de bestrijding van het ramp zalig drankmisbruik. Nu in onzen tijd, door het houden van vergaderingen cn andere omstandigheden, vooral voor den werkman 'zoo overvloedig de gelegenheid ontstaat zich aan het misbruik maken sterken drank over te geven, kan dit hartverheffende streven van bedoeld Comilö niet genoeg worden gesteund tougejuicliL. Den ongelukkig aan den drank verslaafde, in den strijd tegen den vijand van zijn tijdelijk en eeuwig heil, de behulpzame hand te bieden, hem te bemoedigen, cn zoodoende van den ver keerden weg af te leiden; en daaren boven le trachten cene krachtige bewe ging uil te lokken, die zooveel mogelijk verhoeden zal, dat nieuwe slachtoffers den drankduivel in handen vallen, tdaar hel schoone doel, dat men zich er voor oogen stelt. Het standpunt, dat immers hel Con gres zat innemen, wordt bepaald door deze twee stellingen,lo liet gebruik van alcoholische dranken mag op zich zelf geen kwaad hcctcn, maar 2o voor velen, gelijk de ondervinding overal ge leerd heeft, is tie matigheid onmogelijk, indien zij zich niet van sterken drank, of zelfs van alle bedwelmende dranken onthouden. „Verder, zegt de circulaire, moeten op hel Congres vóór alles zaken behan delt! worden, wier bespreking kan leiden tot onmiddellijke practische resultaten. Daarvoor komen aan ondergeteekenden onder meer de navolgende onderwerpen als de op dit oogenblik meest geschikte voorde oprichting vau Vereenigingen ter bestrijding van drankmisbruik (in te richten volgens plaatselijke behoefte), de medewerking van de Pers (zoo dagblad pers als periodieke geschriften, brochures en van de School, de taak van den werkgever in den strijd tegen het drankmisbruik, de oprichting van volks- koiflehuizen of andere gelegenheden, het volk ontspanning zonder alco hol kan vinden." Aldus ernstige en ingewikkelde onder werpen, welke ten Congresse zullen be handeld worden en iot welker welslagen beroep wordt gedaan op de Katho lieken van Nederland- Zal nu aan die roepstem worden gehoor gegeven Wij houden ons innig overtuigd, dat eene warme oprechte belangstelling en mede werking in cene zaak van zoo groot godsdienstig en maatschappelijk belang niet zal ontbroken. Waar toch zoo edele krachten zich dienstbaar stellen, om door bestrijding van den drankduivel de zede lijke en stoffelijke welvaart van ons volk te verheffen, kan eene hartelijke, alge- >ene samenwerking niet uitblijven. Moge dan ook Gods zegen overvloedig nederdalen op den arbeid, welke zoo liefdevol lot waarachtig heil van don evenmensch zal ondernomen worden N.B. Toen dit artikel reeds ter perse »s, ontvingen wij tot plaatsing de ach terstaande circulaire, waarin den lezer uitvoerige inlichtingen worden verstrekt omtrent hel te houden Congres in zijn geheclen omvang. De voortreffelijke voorbereiding van hel grootschc werk doel terecht verwachten, dat het Katho liek Congres tot bestrijding van hel vcrderfelijkdrankmisbruikcen schitterend terloop zal hebben. BUITENLAND. Een lage gruweldaad heeft den Keizer van Oostenrijk en geheel het Oosten- rijksclt-Hongaarsche volk in diepen rouw gedompeld. H. M. Keizerin Elizabeth van Oostenrijk is Zaterdag j.l. te Genéve, in Zwitserland, door een Italiaansch anar chist vermoord. H. M. vertoefde inco gnito te Genéve en had haren intrek genomen in het hotel Beau Rivr.ge, aan het meer van Genéve gelegen. Op den bewuslen Zaterdag begaf de Keizerin zich van het hotel naar de aanlegplaats der stoombooten aan het meer en wilde zich naar Caux begeven, toen op de hoogte van het monument voor den hertog van Brunswjjk een individu, door een grijsaard gevolgd, op de Keizerin toesnelde en haar met een dolk een krachtigen stoot in de hartstreek toe bracht. De Keizerin stond met de hulp van eene dame van haar gevolg en een paar omstanders op, kon de aanlegplaats nog bereiken en slapte in eene boot. Weldra verloor H. M. het bewustzijn zjj werd naar haar hotel overgebracht en gaf om drie uur den geest. De moordenaar der Keizerin met name Lucchini of ook wel Nicaise Luccheni, is slechts 25 jaar oud en heeft een tyd lang in de rechten gestudeerd. Zijne anarchistische kameraden noemden hem, om zijne woestheid Ravachol. In hel Neue Wiener Tageblatt komt een verhaal voor van de personen, die geluigen waten van den moord op de Keizerin van Oostenrijk, voornamelijk dat van een der twee koetsiers, die den moordenaar gegrepen hebben. Uit het verhaal blijkt, dat een wapen, dat ge vonden is, niet liet wapen was, waar mede de moord werd gepleegd, hetgeen overigens ook duidelijk gebleken moet zijn uit. den aard van de wonde. Het werkelijke moordtuig is, volgens dezen ooggetuige, zoodra de moordenaar het weggeworpen had, opgeraapt door een onbekend gebleven medeplichtige, die er ijlings mede wegliep. Het moet een vergiftigd wapen geweest zijn. Dat verhaal schijnt het gerucht te be vestigen, dat de moord op de Keizerin op eene bijeenkomst van anarchisten te Zurich beraamd is, waarbij Luccbini met de uitvoering belast werd, terwijl andere anarchisten zouden toezien op de uit voering. Kapitein Rones, gezagvoerder van de boot, waarmede de keizerin zou ver trokken zijn, geelt van den moord het volgend verhaal 't Is 1.36. Een dame, gekleed in rouw, schrijdt voort langs de kade, vergezeld van een andere dame. Eenige minuten te voren was een bediende voorafgegaan. Nauwljjks deed zij drie stappen op de boot, of zij zakte ineen. Dadelijk hoorde ik, dat zij de Keizerin van Oostenrijk was. Ofschoon do aanslag 5 minuten te voren is geschied, ofschoon men ge zien heeft, dat een kerel de vrouw een stomp voor de borst heeft gegeven en gevlucht is, gelooft men toch slechts aan FEUILLETON. De Geldduivel. (Slot.) 3) Nooit beo ik er too arm en ellendig aan toe geweest, als toen ik den schat in den kelder had liggen. Van al dat oogenblik brandde er geen vnur meer in de smidse, want elke hamer slag deed mjjne vrouw zenuwachtig aaoik moest zelfs in de huurt de menschcn verzoeken geen leven te maken, dat tot in de ziokonkamor doordrong. Men kon maar niet begrijpen hoe eene vrouw plotseling zoo zwaar ziek worden en ik er zoo bekrabd uil kon zien, want de sporen van den twist in den kelder waren niet zoo gauw uit te wisi:heu. Ik schaamde m|j ge weldig en kon locb ook niets uitlaten. Zelfs de pastoor, dien ik verzocht bij mijoe zieke vrouw te komen, en wien ik bet nachtelijke voorval en levens de schatviuding haarfijn vertelde, achtte het 't beet, dat ik niet over het geld ton praten, om mgn positie nog niet erger te maken. De dokter vond mjjne vrouw io hol grootste gevaar en schreef zorgvuüige verple ging en bewaking voor, waarvoor ik echter niet sterk genoeg was. En waarljjk, ik bad aao de twee eerste nachten reeds geooeg. Ik moest het kind uitbesteden, vreemde hulp in huis nemen, kon ten slotte de buren niet geheel van hel ziekbed mjjner vrouw verwjjdenl houden en zoo kwam het dan ook, dat deze tot het besluit kwamen, door de wartaal myner vronw, die steeds praatte van oenen schat, in den kelder, i, van gendarmen, die in huis poogden Ie en, van den duivel, dien zjj op do keldor- iiad gezien, enzdat er geld moest gevonden Daarl'ü had de knecht van den lieer W. heel zonderling gevondenkortom, weldra ver spreidde zich het gerucht in de stad, dat ik ontzaglijk veel geld in den kelder had gevonden, mijne vrouw was daarvan stapelgek geworden, en nu begon hel lieve levenije. Hoe meer ik mij terughield, des te erger werd het; wat ik ten slotte verhaalde geloofde men niet, ik zou on ik moest schalrjjk zjjn geworden. Terwijl ik val kommer en ellende aan het ziekbei mjjner vrouw zat, zeil ziek en half gek van doorge stane schrik en angst, kwamen er zells bjj mjj om le leenen, om hulp io eiken nood, cn spoe dig kwamen er zooveel verre bloedverwanten mjj opzoeken, dat ik door al die neeljes en nichtjes bjjna mijn versland verloor. En sis ik niet gal, wal rnen verlangde dan wcnsclite men mjj alle mogelijke kwaad toe. Ten slolte sloot ik mjjno deur voor bijna ieder al en liot slechts die monschon binnen, die noodzakelijk bjj mjj mooslen zjjn. Was ik in don beginne mua flink opgetreden! Ruim twee maanden zweerde mijn arme, goede vronw, die ik al meer en meer lief kreeg, lie meer zjj leed, tusschen leven en dood. Haa geest geleek op een vaartuig zonder roer, di door onzichtbare stormen op eene zee wer voortgezweepl. De dokter deed, wat hjj koi maar het was niet veel onder de gegeven on inze goede pastoor, was naast een zorgvuldige rerplegiog, hot gebed, daar tocli teo slotte God illeen bjj zulk eene bezoekiog helpen kon. In dien tjjd hen ik vroom geworden, zooals ik dat le voren was geweest, en zacht eo ge lalen als een kind bjj al do ellende, welke mjj omgaf. Maanden laog toch had ik tusschen vrees eo boop over leven of dood tojjoer vrouw ge leefd io een slaat van halve verdooviog, slechts staande gehouden door de kracht des gelools, welke de goede pastoor steeds opwekte, als die mjj begon to onlzinkon. Daarna zat ik oog eens maanden lang aan hare sponde, cn durfde nauwljjks hopen, toen liet levensgevaar reeds geweken was, dat ik mjjne vrouw ooit weer gezond en bjj haar verstand zou zien. Lichaam eo ziel schenen door al het ijjden zoo ondermjjod, dat zjj wel nooit haar gezond ver stand scheen te zullen terugkrijgen. Toen liet lichaam geheel uitgeput was, verliet de koorts haar, zjj keerde langzaam tot het leven terug. Haar versland echter geleek op oen verdwaald schaap io de wocstjjo, dat den weg naar den gelaten, naast haar en bad om hulp voor haar en troost voor injj, en daardoor werden wjj beiden kalmer. Ouk liet ik arme lieden veel mjjne vrouw bidden en heb den zegen dai ondervonden. Hoe gelukkig was ik, toen einde- Ijjk mjjne vrouw op zekeren morgen naar gebed begon te luisteren, mjj kalmer aaDzag en langzamerhand met mjj meebad, eerst met e onsamenhangende woorden, doch daarna met geheele zinnen, zoodal ik mjj kon overlnigen, dat z)j mijn gebed begreep. Zoo gelukkig als ik op dal oogenblik was, zoo zalig eo getroost bon ik nooit goweesL De oorsle vreugde bjj het vindon van het geld was daarmede ver geleken eene woeste, onmenscheljjkc, ja bjjna duivelsche vreugde. Van nu al baden wjj weer sairco en in hel gemeenschappelijk gebed vond zjj dan ook weer bet spoor tot een helderder bewuslzjjn harer omgeving. Een heel jaar bjjna had liet aanbeeld rust gehad. Door hel leed met mjjno vronw, haar lang ziekbed en de werkeloosheid was de gevonden schat als hot huis uitgevlogen. Ik gat weinig meer om het gevloekte geld, dat ik wol- iswaar rechtmatig liet mijne noemde, maar dat ik met een onchristelijk hart bad in bezit go- nomen. Alles gaf ik nit, zoodat, toon Ik hot vuur in de smidse weer aanstak en de hamer weer op hot aanbeeld dreunde, dat het oude buis tot in den kelder sidderde en heelde, ik nauwljjks genoeg over had, om io den eersten tjjd mjjn huishouden van het noodwendige te voorzien tot deo tjjd, dat de klanten langzaam weer tot mjj kwamen. Maar dat was niets. Ik achtte mjj gelukkiger dan een koning, toen ik maar weer mocht werfceu, toen mjjne vrouw, nog wol zwak, maar toch reeds weer met bljj gelaat door het huis ging, voor de keuken zorgde, mjj den kleinen jongen over de tafel heei reikte en wjj wedor in hel vreedzaam kamertje bjj elkaar zaten, juist ouder het kruisbeeld zoo als vroeger, ia de eerste vreedzame, al het dau ook moeilijke dagen van onzen Zeker is hst, zelf verworven brood smaakt het bast, zeil verdiond geld heeft dubbele, ja voudige wiarde. Hier zweeg baas Frans een oogenblik. De herinnering aan dit noodlot in zjjn huwelijks leven had zjjn bart diep geschokt, en bij dacht met stillen weemoed aan zjjne uitmuntende vrouw. Een groolo traan hengelde aan zjjne wimpers. De baren zwegen eveneens, zjj rie den, wat in baas Frans omging en eerden zjjne smart, daar zjj toch allen wisten, welke geluk kige dagen do beide oudjes nog gesleten hadden en welke werking hel steeds op den smid maak te, als hjj sprak over zjjne voor enkele jaren overleden vrouw. De trouwe lioido van bojaarde echtelieden is bijzonder eerbiedwaardig, waar voor elk goed hart respect heeft. De ernstige baas Dirk verbrak het eerst het zwjjgen. „Hoe hangt dit alles echter samen met uw verbuizen naar hier?" vroeg hjj bescheiden. „Dat wil ik u gaarne vertellen, waarde bunr- .Tocn mjjne brave vrouw, God hebbe hare ziel, weder van hare zware ziekte was hersteld, waren haar van het voorgevallene met den schal slechts duistere herinneringen overgeble ven, welke men niet durhle opwekken, wilde men haar geestesberstel niet tol in hol oozekere uitstellen. Ik meende reeds, dat zjj geheel her steld was, toen eene onvoorzichtige toespeling op hel voorgevallene haar dermate aangreep, dat ik eeo nieuw uitbreken der koorts vreesde. Ik durfde haar niet alleen in den kelder te laten gaan, deze plaats werkte alljjd nadeelig op baar. Daarbjj kwam nog, dat ae buren met zulk eene zieke niet wisten om te gaan, waar door ik veel verdriet leed. 't ls beter, dacht

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1898 | | pagina 1