Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 48. Zaterdag 26 Januari 1901. Veertiende Jaargang. DE EEMBODE voor Amersfoort. Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naar den, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Abonnementsprijs per drie maanden t Franco per post1 o,40. Afzonderlijke nummersf 0,05. BureauBreedestraat, 18 Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Frijs der Advertentitnt Van 1 tot 6 regelsf0,30 Voor iederen regel meer-0.05 Bij het sluiten dee Eeuw. IV. Een korte aanslipping over de letter kunde, die een spiegelbeeld is van den tijdgeest. Zij was het ook van de eeuw, die sloot. Wie hare voortbrengselen maar vluchtig overblikt, vraagt zich a( of zij in die eeuw 't Meiistoiclesmerk op haar voorhoofd droeg, ja nog erger. Zij Ter- meit zich in een dampbad van al wal goor, vies, vuil isen waar de pen onmachtig is om Sodoma's zeden in woord te schetsen, komt de illustratie als aanvulling. Dezelfde aanvuilingsdienst bewijst de karikatuur aan de pen der genen, wien geen beeld behagelijkc-r is, dan 't beeld van den laatsten Clirislen. Maar tegenover Zola, Heinrich Hei,.., Ibsen, Tolstoi c.a., de pornografie, 't fatalisme, 'tblasfemeerend ongeloof, weer klinkt toch: .Heinrich mir grant's von dir". Stroomt niet als paradijsgeur uit wer ken vanManzoiii's Verloofden, Montalem- herts S'° Elisabeth, Wiseman's Fabiola en Weber's Dreizehnlinden Is de wapen rusting van Civilta, van The Month, van Politische Blatter enz. van minder allooi van welke andere internationale Revue Weder richten wij T oog naar 't Vati can en zien den grijzen Leo zijn korte rustuur onderbreken. De dichterveder vliegt over 't papier en het is alsof de lalynsche klassieke poézie herleeft, maar door de christelijke inspiratie geadeld. Eeuw van contrasten, zooals maar weinige harer voorgangsters, vond zij 't militairisme in haar wieg; haar voedde 't harde kapitalisme, het imperialisme was haar tot steun en tot knods. Daar mee kwam met voorbedachten rade in botsing de revolutiegeest, '1 socialisme en de anarchieen om de breede werk mansklasse onder het roode vaandel te brengen, wordt de krijg afgekondigd van arbeid en kapitaal. Maar tegenover de veileidelijke, doch leugenachtige Salans-belofte klinkt het vaderlijke, maar levens hel leerend en vermanend woord van l'aus Leo in trum Novarum. Het barre ongeloof tracht het intellect te vergiftigen en de harten te versteenen tot de onderste lagen dringt het door, daar wordt dadelijk de praktische toe passing er aan vastgeknoopt in den uil- roep Geen God, geen meester Maar tegenover die verdwaasden en misdadigen. die aan de wereld haar God en haar Verlosser, aan de misdeelden en ongelukkigen hun hoogslen troost willen ontnementegenover die rauwe kreten wordt de slem vernomen van dun Paus in zijn jongste Encycliek op 't laatst der eeuw, over den Verlosser Christus, den Godmensch. Daarin wordt der wereld aangezegd, welke rechten die Christus, het Woord des Vaders (zonder hetwelk niets gemaakt is, van hetgeen gemaakt is) op haar heeft, onverjaarbaar, onvervreemd baar. Daarin wordt zonder omwegen gezegd, dat 's werelds heil ook op stofTelijk gebied alleen te vinden in de opvolging van Zijn woord „Ik ben de weg, de waarheid, hel levenVi die waarheid, die de eclite vrijheid aai brengt, is Hij de bron wie een anderen weg volgt dan dien Hij in woord en voor beeld heeft aangewezen, moet ei rekenen, dat hij verdwaald en bekocht uitkomt. En van 't ware, bovennatuur lijk leven, is Hij alleen de oorsprong en stelt zoo wel de middelen in als de orde, waardoor aan dal leven de leden der gemeenschap deelgenootschap kregen. Ze is dan ten grave gedaald, de ver lichte XIX' eeuw, die aan eene zijde de schoone idealen zag blauwen, licht strepen al verder en breeder zich uit breiden, heroën- en martelaarsgeslalten zich vertoonen. En het brutaal contrast grijnsde uil spleet, en kloof, en krocht deze idealen, van geestelijken oorsprong en van hooge bestemming getuigende, onbeschaamd tegen. Het mensch-dier spatte zich uit in zijn wilde, volle, dolle kracht, wentelde zich voldaan in 't vuilste vuil, de klauw rustend op een klomp goud. Wee hem, die zijn plek in zon of zijn hol bedreigt. Een kort atomen-leven hier, en een heengaan, een opgaan, een zich oplossen den nacht, waar niets ademt noch beweegt, in iels wat geen naam heeft eenige taal, vooral geen eeuwig loonend of straffend hierna: niets geestelijks, niets. Dal heette hooge wijsheid en verheven contrast, op de rotsen van la Salclte, bij de Grot van Lourdes daalt in hemeische verschijning neder de H. Maagd, van wie de Kerk getuigt, dat van hare macht is gebleken bij de uit roeiing van alle ketterijen. Weg met alle orde, is T gebrul der anarchisten en nihilisten, weg vooral niet de hoofden, waar wij een slraal meenen te zien, afgedwaald van de Majesteit Gods, en 't allereerst met die door II. Zalfolie geteekend en boven die brullende zee uit heft de Kerk op 'tniar- tclaarsveid het victorieus Tc Uturn aan. Zicli zelf gelijkblijvende tol in haar laatst levensjaar zien we haar een plech tig afscheidsfcstijn aan de heelc wereld aanbieden in de Parijsche Tentoonstelling. Wat staalkaart van 't geen inzonderheid kracht en stof vermogen, om liet tijdje van ons „hier zjjn" zoo genotrijk moge lijk te maken. Het ieek of bij onrucht- baar vleugelkleppen de echo werd ver nomen der stemme, die eenmaal sprak „Dit alles zal ik u geven, indien gij neervalt en mij aanbidt!" We hebben ook gezien den grijzen, in zijn Vaticaan als gevangen, Leo de Poorten van Sint Pieter openen voor 't groote Jubeljaar, het Anno Sinitlo. (Jok daar een echo en ze roept„Gij zijl Petrus en op dezen Steenrots zal ik mijne Kerk bouwen, en de poorten der helle zullen haar niet overweldigen." Verkloekt door dat woord treden wij de nieuwe eeuw in. Zal zij strijd brengen, de martelvelden uitbreiden, de puinen verhoogen? Zal zij herstel rechten, een nog niet beleelden opbloei der Kerk aanschouwen Wij zijn niet de wachter, die uit den nacht der toe komst het antwoord aan de vragende aarde brengt. Er is ook geen behoefte Bij de worsteling zullen wc ons het woord herinneren „Betrouw, Ik heb de wereld overwonnen." en het kruis omklemmen, onze kracht, ons verweer, voor ons het symbool der overwinning. Wel zeker kan onze laatste ure slaan, alvorens de victorie is bevochten, maar dat deert ons nietwe hopen te sterven 't slaaihet kruiswapen in de hand als bonus miles Christi, als goede krijgs knechten van Christus. Onbevreesd in den openbaren strijd voor den minsten krijger zelfs de obscure dood op 't slagveld, een dccl- ;n aan de overwinning, waartoe ook zijn offer heeft bijgedragen. Met opgewekten geest zijn de kinderen der H. Kerk de eeuw ingetreden wie in de wapenrusting sneeft weet vooraf in Wien hij geloofd, op Wien hij betrouwd heeft. Een is de leuze, zij stempelt den aard van den strijd, het doel der strij ders Aan den Koning der eeuwen, den Onsterfelijkcn, aan den eenigen God, glorie en eere BUITENLAND. Een krachtig verzet openbaart zich in België tegen den miliiairistischen geest, die ook daar te lande rond waart. De Belgische regeering heeft ter wille der mililairisten een commissie benoemd, om de quaestie der legeror- ganisatie te bcoordeelen, en daarbij wantrouwen gewekt, door het militai- ristisehe element het sterkst in die commissie te doen vertegenwoordigen. liet gevolg daarvan is geweest, dal het hoofdbestuur der katholieke Kies- vercenigingen in België, aan alle onder- aldeelingen eenige vragen heeft voorge legd omtrent de wijzigingen, die in liet leger dienen ingevoerd te worden. Reeds vier en twintig arrondissements-verceni- gingen o. w. Brussel, Antwerpen, Gent, Luik, Namen, Bergen, Charleroi, Mcche- len, Turnhout, Doornik, Ostende, enz. enz, en acht kantonale vereenigingen of katholieke kringen hebben antwoord ingezonden. Daaruit blijkt, dat deze 82 vereenigingen eenstemmig verlangen, dat de diensttijd der soldaten zal verkort worden, en niet langer zal duren dan de oefening van den soldaat strikt noodig is. üp de vraag, of zoodanige verminde- ig van diensttijd geen noodzakelijke rmeerdering van contingent vordert, heeft geen enkele vereer.iging in beves tigenden zin geantwoordintegendeel, meei dan twintig verzetten er zich kracht dadig tegen. Antwerpen en Maeseyck vragen zelfs vermindering van contingent. Aller eisch is, dat men vrijwilligers meer begunstige door korter diensttijd, heter bezoldiging en vooruilzicht op burgerlijke ambten na verloopen d'..isttijd. Op de vraag, of plaatsvervanging moet worden afgeschaft, luidt algemeen het antwoord der katholieke vereenigingen ontkennend, want dit zou een stap dich ter zyn bij het ideaal der militairisten allen soldaat, en geen loting meer. Eindelijk proteslecrcn bijna allen tegen de bij koninklijk besluit ingestelde militaire commissie. De Fransche Kamer hield Maandag een hoogst belangrijke zitting. De katho lieke afgevaardigde en beroemde redenaar graaf De Mun trad op tot verdediging der heftig aangevallen en diep verguisde Congregatiën, wier bestaan door het wetsontwerp op de vereenigingen zoo zeer bedreigd wordt. Met eene slagvaar digheid en welsprekendheid, die ook thans wederom een overweldigenden in druk maakten, stelde hij de valschheid der berekening in het licht, van de waarde der goederen „in dedoodehand", wal, volgens spr., met geen ander doel geschiedde, dan ora het volk belust te maken op de bezittingen der congrega ties. Sluw had de regeering vermeden aan te roeren, dat de roerende goederen der congregaties belast zijn met 200 millioen hypothecaireschuld. In heerlijke trekken schetste de redenaar de zegen rijke werkzaamheid dezer zoo belasterde instellingen. Wie proiiteeren het meest van die „onvervreemdbare" klooster goederen? vroeg bij. Niet de religieusen ook niet de geestelijkheid. Neen, wie er van proiiteeren zijn de zieken, de armen, de veriatenen, de jeugd, want hospita len, armenhuizen, toevluchtsoorden en scholen zjjn de bezittingen der religi eusen, die de Regeering door schande lijke wetten treffen wil. De regeering acht die goederen een gevaar voor den Staat, zei spr., het bezit in de doode hand mag zoo aanmerkelijk niet stijgen, zegt zjj, het geraakt daardoor uit den FEUILLETON. De oude Organist. In het gedeelte van do rue dn Clos-Bruoeau, dal tijdens hel tweede keizerrijk nog bcslond, voordat de wjjk der Sorbonne gedeeltelijk werd afgebroken om de breede en moderne rue des Ecoles aan te leggen, stond een gothiek huis van vier verdiepingen met twee ramen in hel front, dat een laatste overbljjlsel scheen tezgn vao een rijke abdjj of van de woning eens edelmans van het oude Parijs. Een peperbusvormig torentje versierde een der boeken, en de breede en hooge ramen waren door gebouwen steenen binten in vieren veideeld boven de deur een gesmeed ijzeren stang, door kunstvaardige handen met krullen en grillige bloemen versierd, en daaraan hing een uit hangbord, dal in verweerde letters bet opscbrilt te lezen gaf.Hótel d'Alsace". Op een winteravond tegen een uur ol zes, hot was koud en mistig, kwam een dame in het hotel om een kamer te vragen. Zij was groot van gestalte, met regelmatige trekken, maar haar kleeding zag er verwaarloosd uiteo zjj scheen erg vermoeid. ,lk heb een groote reis gedaan,'' zei ze, „en hgb rust noodig. Hier is het biljet van mjjn bagage, gij kunt die morgen laten halen." „Mevrouw," zei de hotelhoudster, ,mjjn huis ji niet groot en 'tis bjjna geheel bezet door een Hink zal Is vierde verdieping." .Dat is niets, als „O, zeker, c aanleggen." Terwijl zjj kandelaar en sleutel opnam voegde de spraakzame logemeothondsterer bjj: ,Er zijn maar twee kamers op iedere verdieping. Uw buurman is een heel bedaard man, enkel speelt hij dos 's avonds soms ooo ot twee uur viool, maar met een getuidsdemper, dat spreekt van zelf. Dat is mijn pensionnaire, menheer Zacharias, organist aan de Si.-Stephanuskerk." Bij hel uitspreken van dien naam meende de eigenares van het hotel d'Alsace bij de onbekende een üebtc zenuwtrilling waar te nemen, inaar zij antwoordde enkel met een onverschillig,Ah De vreemdelinge werd naar de voor haar bestemde kamer gebracht, en zoodra zij alleen kwikking te zoeken. Te middernacht, te midden der diepste duis ternis, werd zjj plotseling gewekt door de ak koorden eener hemeische melodie. barsten en dan weer, rein en statig, als op de vleugelen des gebeds zich tot den hemel De vrouw luisterde aandachtig; een gevoel var, diepen weemoed beving haar, haar kei oogen en zij moest met geweld zich bedwingen orn een lniden snik te onderdrukken. Tien jaar geleden bad de musicus Zacharias in het hotel d'Alsace zijn intrek genot en tien jaar laug had hg er rustig en in v geleefd. Hjj leidde er een echt kluizeuaarsleven, nacht. Van onuitputtelijke scheppingskracht, was bij zeer gezocht door de muziekuitgevers, die bun voordeel deden met de heerlijke toon werken van don stillen, eenvoudigen man. delde hij de verschillende genres en was zoo wel io hel ernstige, in de luchtige dansmuziek als in de statigste orgel-compositie een meester Op hooge feestdagen wist hjj aan bet orgel tonen te ontlokken, die de geloovigen inse in het trgkstok De Gui d izzo of Pi ongefi nelodiefio, ernstig of bljj, klagend icht en vloeiend of hartstochtelijk verdrongen zich de noten in wilde a nu eens als een zielekreet los te Aldus leefde bjj in stilte, geheel overgegeven aan de knnst, die bjj liefhad met al de kracht zjjoer ziel, die hjj koesterde eo verzorgde als een teer bloeiende plant. Sommigen zeiden, dat bjj een geheim verdriet had en dat bjj in de bedwelming van een verfijnd kunstgenot zijn zieleleed zocht te vergeten. Wanneer men hem over straat zag gaan, door de rue De la Monlagoe St. Géneviève, om hem daarheen zag gaan, mager, zenuwachtig, met onrusligen blik en een gelaat, doorgroefd van onbekend Ijjden, dan wezen hem de aan als een ongelukkig man, die ondc groot leed getinkt gaat. Het was avondbet lol in de kerk va Etienne du Mout was gofiindigd, en Zacharias, koud cn rillerig, met een gevoel van koorts had het orgel gesloten en was naar huis gegaai De kuostenaar had geen bloedverwanten, gee vrienden. In zijn eenzame kamer, waar overal muzickpapier op tafel en stoelen verspreid lag, porde hjj het haardvuur op en ging in zjjn, groolen leuningstoel zitten. Hjj voelde zich onwel en had behoefte aan iets warmsZacha rias nam een punchbowl, goot er rum in en stak het met beverige handen aan. De lamp was neergedraaid, en achterover in zjjn stoel geleuod zag do kunstenaar naar de breede vlammen, die als blauwe slangen over do brandende puuch kropen. Zjj sloegen verder uil od dansten met bleeken weerschijn op de muren der kamer, die zjj vulden met een spook achtig en fantastisch l..ht. Een rilling overviel hem. Pgnljike herinne ringen, verward en akelig als een droom, her- leefden in zjjn geheugen. Visioenen van het verleden rezen weer op voor zjjn goestesblik en trokken zjjn oogen voorbjj. En altjjd weer rees voor zjjn verbeelding op het beeld haar, die hjj zoozeer had liefgehad, zjjn vronn, die hem te vroeg was ontvallen. Hjj streek zich met de hand over de oogen en staarde op eeo verschijning van diepen weemoed. Zjjn dochter zij zou door haar liefdevolle zorg het gemis der echtgenoolo aan hem vergoeden, maar belaas, het zou nnders zjjn. Hjj zag zjjn Ernestine In den geest weer tegenover hem zilteu aan de kleine tafelhjj meende nog deo klank te faooren van zjjn eigen stem, toen hjj woorden van waarschuwing tot haar sprak, dal zjj zich in acht zou nomen voor Walter, zjjn vroegeren muziekleerling, die het verkeerde pad was op gegaan, maar zjj had het hoofdje trotsch in den nek geworpen en gezegd, dat zjj haar eigen weg zou kiezen, en daarna kwam het oogenblik van scheiden, bet oogenblik, dat zjj zonder den zegen haars vaders het leven in ging met den ondankbaren leerling. Dat was jaren geleden. De kunstenaar had haar niet meer teruggezien, niets meer van haar ver nomen. Het laatste trillende vlammetje van de punch was uitgedoofd; elechts in den baard glommen nog eenige kolen en zwak scheen de Zacharias zat nog steeds onbeweeglijk in zjjn stoelzjjn gedachten versmolten in allerhande melodiefin, de doorleefde emoties joelden en zongen io zjjn hoofd-, hjj greep viool en strjjk- stok en onder den drang der bezieling begon bjj een fantastische melodie, waarin hjj do gevoelens en gewaarwordingen zjjns levens in een rjjkdom van klanken vertolkte. Opeens meende Zacharias een oik te hooren in de naburige kamermaar neen, het was

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1901 | | pagina 7