EEMBODE. tieblad No. 39. Zaterdag 23 December 1905. Negentiende Jaargang. DE EEMBODE BIJVOEGSEL. Zaterdag 16 December 1905. Ds kleine bewaker van De Mameiukken hadden zich onder worpen. Deze beroemde ruiterij, die den naam had wan onoverwinnelijk te zijn, had, evenals de infanterie van den grooten Frederik, zjjn Valmy gehad. Haar roem verdween in de zon der pyramiden en onder den vlammenden blik van dengene, dien de Arabieren met eerbiedigen schrik .sultan Kéber" (sultan van het vuur) noemden. Bonaparte was door de „poort der overwinningen", „Bal-el-nasrals over winnaar Kairo binnengerukt. Clieik El Bekri, afstammeling van den profeet, had hem een prachtig Arabisch paard aan geboden met den jongen slaaf, die het fiere dier bjj den toom hield. Ondanks de Oostersche zijde van zijn karakter en smaken, schatte Napoleon de menschen hooger dan de paarden; zjjn arendsblik ging snel van den volbloed naar het kind der woestijn. De knaap was een schoon specimen van zijn ras, gebruind voorhoofd, witte tanden en flikkerende oogen als twee zwarte dia manten. Zijne zenuwachtige hand speelde met een rijk ingelegden dolk. Onbeweeg lijk bleef hij staan voor den schitterenden staf, die den opperbevelhebber omringde. Uw naam? vroeg deze laatste kortaf. Roustan. Waar is uw vader? Bij Allah! Hoe is hjj gestorven? Als een dappere! Goed! zeide Napoleon, voldaan over die kortbondigheid. De cheik heeft u aan mjj gegeven. Hoe vindt gij uw nieuwen meester? Klein, antwoordde de jeugdige knaap, met een minachtenden blik de kleine gestalte van den overwinnaar der pyramiden metend. De meer oprechte dan vleiende meening, die de meesten der Oostelingen deelden, deed de generaals Kléber en Dumas, twee kolossen, de een blond de ander zwart, luid lachen. Bonaparte glimlachte eveneens. Gij zoudt liever een meester hebben als dezen? 't Is de vraag, of zij u zouden willen Ik niet, protesteerde de reus uit den Elzas, die Moor staat mij niet aan, ik zou noch mijn leven, noch mijn beurs gaarne aan zijnen dolk toevertrouwen. Ik, verklaarde de generaal, dien de Oostenrijkers den bijnaam van .Schwartz-Teufel" (zwarte duivel) ge geven hadden, ik vrees dien snaak niet, maar ik ben bang voor krampen in den buik, en die Moor zou in staat zjjn mij te vergiftigen. Hij is de zoon van een soldaat en niet van een moordenaar! merkte Napoleon koel op. Overigens, wat ge schreven is, is geschreven! zooals de Arabieren zeggen, en het staat geschreven, dat gij in mijn dienst zult bl(jven,Roustan. Het kind had dit gesprek aangehoord, zonder dat een spier op zjjn bronzen gelaat vertrok, maar bij de laatste woorden van den opperbevelhebber flik kerden zjjn oogen en ernstig herhaalde hij - Het stond geschreven! Toen Roustan de vaderlijke hut, waar zijn vader nooit meer zou terugkeeren, verliet, was hjj vast besloten, Bonaparte te dooden. Dorstend naar wraak, opgezweept door de vlammende redevoeringen, die later tegen generaal Kléber den arnt van Salimon zouden wapenen, had hij ge zworen de bevrijder van het Oosten te .orden en Napoleon, den schrik van zijn land, die als een soort .Malek Rek" (Richard Leeuwenhart) werd voorgesteld, het staal in de borst te stooten. Hjj wilde zijn leven met de stoïcjjnsche gelatenheid van den dweeper opofferen, hij bad slechts één gedachte, één doel: tot den opperbevelhebber door te dringen en hem in het hart te treffen, al was hij ook omringd door bewakers, zoo talrijk als de zandkorrels der Sahara, al bad hij de kracht van den .Leeuw der woestijn", wiens naam hjj droeg! Op dit oogenblik was hjj zelf de eenige bewaker van Napoleon. Hij was alleen met dien kleinen, blee- ken Corsicaan, wiens gestalte nauweljjks zoo groot was als de zijne en wiens schreden de wereld deden beven. Waarlijk, de taak was al te gemakkelijk en de tegenstander scheen hem niet waardig, en hij ondervond iets van de ontgoocheling des jagers, die een bloed dorstig wild zwijn achtervolgt en zich eensklaps tegenover een konjjn bevindt. Watwas dat de overwinnaar der pyra miden! de „Sultan Kéber", wiens drei gend beeld spookte in de droomen der kameeldrijvers! In zijn boernoes gerold, liggend dwars voor de deur, zag het kind der woestjjn den man, die de halve wereld had doen beven. Bonaparte sliep, zich geheel aan hem toevertrouwend. En dit vertrouwen ver lamde den arm van den moordenaar. En toch hjj had gezworen Hjj schaamde zich over zjjn zwakheid, hjj schudde met geweld de loomheid af, die zjjn wil beheerschte, hij stond gedruischloos op en langzaam het oog op den slaper gericht, naderde bij het veldbed. Bonaparte sliep nog steeds. Den adem inhoudend, den dolk in de hand, boog Roustan zich over het hoofd van den modernen Cesar. Plotseling stond hjj verschrikt stil De wenkbrauwen bewogen zich: Bona parte zag hem aan! Hjj zag hem aan met dien doordrin genden blik van den oorlogsgod, met dien blik, die de koningen moest doen beven, den dood doen terugdeinzen. En Roustan deinsde terug Tevergeefs trachtte hjj die dwaze, on zinnige, hersenschimmige vrees te over winnen, die hem deed beven, hem, den sterke en gewapende, voor een zwakken, Het was onweerstaanbaar I Ondanks vich zelf sloeg hg de oogen neer, zijn arm viel slap langs het lijf; de dolk, dien hij krampachtig tusschen zijn vingers klemde, wondde hem zonder dat hjj het bemerkte en eenige bloed druppels vielen op 't laken van het bed. Hebt gij u gewond? vroeg Bona parte koel. Met zijn eigen zakdoek verbond hjj de hand van het kind, dat onbewegelijk en stom bleef, daarna gaf hjj hem een teeken om heen te gaan. Ga naar bed en droom niet meer zoo akelig, zeide hij. En zich vervolgens omkeerend, ging hjj weer slapen. Gehoorzamend als een automaat, was Roustan naar zjjn legerstede terugge keerd, maar hjj kon den slaap niet vatten. Vreeseljjke visioenen verschenen voor zjjn geesthjj vroeg zich af, welke vree seljjke marteling men hem wel zou doen ljjden. Zou hij gespietst, gefusilleerd of ont hoofd worden? Hjj dacht er evenmin aan, Bonaparte te voet te vallen als om zich door de vlucht aan de straf te onttrekken. De Corsicaan was in zjjn oogen eens klaps een wondermensch geworden, tegen wien niet te strijden viel en hjj dacht er niet aan zich aan die reusachtige hand te onttrekken, evenmin als de musch aan de klauwen van den valk tracht te ontkomen. En gelaten mompelde hij: Het stond geschreven! Bjj het aanbreken van den dag spoed den zich Kléber en Dumas, gedreven door een angstig voorgevoel, naar den opperbevelhebber. Verontschuldig ons, generaal, wjj waren ongerust door uw vermetel ver trouwen in dien jeugdigen snaak Dank, mijnheeren, zeide Napoleon, maar de dolk, die mij moet dooden is nog niet gesmeeden die van den armen Roustan heeft alleen hem zelf pijn gedaan. Hij klemde het wapen zoo vast in zijn hand, om mjjn deur te ver dedigen, terwijl ik sliep, dat hjj zich in de vingers gesneden heeft. Roustan, die zwjjgend in een hoek zat, zeide niets, maar toen hij zich alleen bevond, trad hij uit zijn schuilhoek, boog zich voor hem op Oostersche wijze en zeide eenvoudig: Sultan Kébir gjj zijt groot I En deze lof uit een mond van een kind der woestijn, vleide den O' 9rwijk, Hilversum, Hoogland, st. Prijs dar AdvnrtnntUui >t 6 regels eren regel meer t Piou lering, ildeck, kelde d1 van lie het orden chuld. s heel illende doen d zich latuur bond ie het idiger.. van de Kletste m zal. anti- i soci- iprako sident de de I had, eurde, >.n den hierop :hanel en uit vraag, ichcn, ouden irland i. Met voor •uding i, bad ilaats, allege landel amen. vaarin i tus- i staat beide gees telijke en economische ontwikkeling van de wereld ten krachtigste te ondersteunen. De Duitiche Keizer heeft te Brunswjjk eene vredelievende rede gehouden. Op de toespraak van den eersten burgemeester antwoordde de Keizer„Ik ben gelukkig, dat hef mjj mogeljjk geweest is tot dus ver voor het Duitsche rijk den vrede te bewaren, en het verheugt mjj, dat de atad Brunswjjk, die ik reeds eenmaal voor zestien jaren heb bezocht, onder de zegeningen van den vrede en onder de vegeering van den prins-regent zich verder ontwikkeld heeft. Het doet mjjn hart goed, dat juist in deze stad de liefde voor Keizer en rijk levendig ge bleven is." De Norddeutsche Allgem. Ztg. bevat het bericht, dat de Russische gezant, graaf Ostensacken aan den rjjkskancelier de hem door den Czaar van Rusland verleende Adreas-orde met briljanten heeft overhandigd. Nu men van hoogerhand in China het machtwoord „China voor de Chi- neezen" heeft doen hooren, heeft de bevolking te Shanghai zich alvast niet onbetuigd gelalen. De haat tegen de vreemdelingen is daar reeds tot uitbar sting gekomen. De ongeregeldheden zjjn door de politie, matrozen en vrjjwilligers onderdrukt. De aangerichte materieele schade heet slechts gering. Ongeveer twin tig Chineezen zjjn gedood; Europeanen werden niet gedoodwel werden ecnigen gewond. De rede, die de Czaar van Rusland gehouden heeft bjj de ontvangst van verschillende deputaties, heeft een goeden indruk gemaakt. De besliste verklaring, daarin afgelegd, dat het manifest van 30 Oct. geen .zaak is, die gewjjzigd kon worden, maar de oprechte uitdruk king was van zjjn onveranderljjken wil", heeft over het algemeen een gevoel van bevrediging gebracht. Na de schijnbaar weifelende en halfslachtige houding der regeering in de laatste tjjden is de ver klaring van den Czaar een besliste tegenspraak van bet gerucht, dat ver spreid werd, als zou de regeering weder een anderen weg opgaan. Verschillende bladen hebben dan ook over de rede hun voldoening uitgedrukt. De „Novoje Wremja" o.a. beschouwt de verklaring als een getuigen van dc regeeiing, die de revolutie moet overwinnen en daarbjj moet steunen op heel het land, dat naar vrede, orde en vrjjheid dorst. In een te Petersburg verschenen re- geerings-communiqué wordt gezegd: Onder de politieke partjjen treden vooral de groepen op den voorgrond, die ten doel hebben zich te verzetten dan sa dit bevinden, en wjj riepen lalde hoera! vaa lomier vreugde. Eo daarvoor hadden we ook wel red an. afgemat, om aof verder oodvrxoek U 'I aehefpe- ruim te rerriehtao. Daarom besloten «g ons aa weinig huieeigk ia te richten en wat alt nietes. 'Vg openden eo iuebttau de kajuiten es kooieo; daarop lagdea wjj de matrasses op des frond en brakes de provisiekamer vu 't eettip °Mp. Daarna richtten wg onzen dienst ia: oaK man san 'I stnnr, ds tweeds op dok, do b®°®des bg do trip, opdat h(j bg 't seraU Wans wakker kos worden os bgsUsd kon ver laten, soador twjjfel too gevolge der besmettelijke ziekte, waaraan ten slotte de gebeele bemanning was besweken. Andere was bet toch niet te verklsreo, dat t{) de halve lading niet geruild bedden tegen die kostbare ertikeleo, waarom de reis was ondernomen. Wg vonden bier ook een aantal vaatjes met ram, gerookt spek eo pokelvleeoeh, allemaal dlogeo, tie, naar ik later in groots rol speelden. hoorde, bg dezen handel Wg gingen na naar 't daar een groot aantal groots en kleine olituti- tandeo en eenige veten palmolie. Aan alle leden bevend kwam ik met Diion weer aan dek, verleide Watson, wat wg nog gevonden hadden, en ging zitten om te beqjfe- ren de waarde vaa dan bnlr, zooalz ik die UI vuurpijlen nadoen, zonden we die niet be antwoorden. Voor wg bet Kanaal bereikten, wei allee io orde, om 'l eoker uil te werpen. Het anker wa» klein en eerat na heel wat moeite, gelokte bet ons alles klaar te hebben. Mga plan was te Falmostb binnen te loopeo, wgl dat de naaste eo meeat geschikte haven wat. Daarheen wendde ik het schip; de wind was ona eebter tegen en we moesten nog eenige dagen in 't Kanaal vertoeven, voor wg elodeigk konden binneolcopen en 't anker uitwerpen. Hel verhaal, waarmede ik mg aanmeldde, vond geloot en de bevoegde overheid legde betlig op 't schip. Het duurde echter nog vier volle maanden, alvorens wg onze belooning kregen. De wazrde vu de lading verloop van zaken af le waehteo. Ik wei mgne moeder niel hehbeo ke zonder haar de reden er Van te noemen en dal waagde ik niet, en wel, om haar geen verdriet le berokkenen, eo ook, omdat zjj van mg zon verltngen, nazr de reedera van de .Mohikaan" te gaan en bon de volle waarheid seggen. Daartoe gevoelde ik mg, na alles, wst ik onder nomen hsd, niet In stut. Zwijgen en afwachten bleef due voor mg 't eenige wet Ik doeo kos. Ik werd eerst weer gerait, toen de „Mobikun" de Theems binnenliep. Hollint, de eerete siaoraiin, b»-* het echip haltwstrls geb «Lt ra niet kap. Seadder, die ten laatste eb ook zgn verdiend loon had ontvangen. Hfl was overleden, tengevolge ven een elag, bem door deo timmerman toegebracht, toen hij dozen bg 't vernemen van mgne rlnchl alt een bezetene had aangegrepen. Uit zelfverdediging hsd ds timmerman den kapitein een alag toegediend, waaraan h(j was geatorres. Tengevolge hiervan wee de timmerman In Adelaide voor 't gerecht gedagvaard, doch werd vrggesprokeo, zoo over tuigend was van alle kantan. vooral ook van de zgda der passeglera, het getuigenis ten zgnen gunste geweest. Toen ik dat allee vernomen bed, schreef ik aan Hollioa en Paterson, eo wg glngao gaza- menigk naar de readers, wien ik ellea meedeelde. Beide stuurlieden bevestigden onder nede de waarheid mgner woorden. Ik bood aan het verlies der boot te vergoeden; doch hiervan wilden de reeder» tot mgo groots verwondering niets weten. Zg zeiden mg, dat zg raede lang getwgfald hadden aan kapitein Scadders be kwaamheid voor 't vervollen van inlk e~a ver antwoordelijke betrekking, eo dat hnn besluit reed» vastgestaan bad, hem in 'l vervolg geen "zg n.men° handeld, en ten einde mg eonlgazias schadeloos te stellen voor bet aangedane onrecht, ward ik tot tweedon itanrmen benoemd. En zoo maakte ik du alt zoodanig de volgonda reis mol do .Mobikun" mede, terwgl Hoilioe kapitein en Patenou eerste «laarman er op werd. En zoo elodigdo dit zonderlioga avontuur in mgo leemaujlereB.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1905 | | pagina 5