Katholiek Nieuws- en Advertentieblad No. 2. Zaterdag 14 April 1906. Twintigste Jaargang DE EEMBODE voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren, Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist. Verschijnt eiken ZATERDAG. Abonnementsprijs par drie maanden Franco per post10,40. Afzonderlijke nummersf 0,05. Bureau Br eedestraat 18, Amersfoort. Uitgave van de Vereeniging De Eembode. Frijn der Adrertentitni Van 1 tot 6 regelst0.30 Voor iederen regel meer(0.05 CorrespondenliSn e„ Dit nummer bestaat uit Twee Bladen. Eerste Blad. PASCHEN. De natuur ontwaakt uit haar winter slaap. Struiken en boomen vertoonen weer leven in de zwellende knóppenen ontspruitende bladertjes. De grijz; bodem Terwisselt van kleedhij herleeft in groenende spruitjes en in de eerstelingen der bloemen. De vogelen tieren en bou wen hun nesten en zingen met lofliederen, elk op zjjne wijze, de schoone lente in. t Is het ontwaken uit den slaap, 't herleven uit den dood! Hjj „Wien de aarde behoort en hare gansche volheid," wilde Zijne Verrjjzcnis doen samenvallen met de verjeugdiging der natuur. Volgens Zijn beslei moest de natuur zijn het beeld Zijner opstan ding uit den dood, 't symbool Zijner hferljjke Verrijzenis. De blijde lente in de natuur moest 't Paaschfeest verhoogen, ■amenstemmen met het jubelend alleluja, waarmede de lente in de bovennatuur lijke orde wordt aangekondigd. Om 't raenschdom uit den doodslaap der zonde tot het nieuwe leven op te wekken, wordt van Hem, den voor tnensch geworden God, gevorderd 't offer Zjjns levensdoor Z|jn dood moest Hij onzen dood vernietigen. „Qui mortem nostram moriendo destruxit" Hij moest volgens 't heerlijk zinnebeeld door Hem xelf geteekend, de graankorrel worden, die in den schoot der aarde wegstervend, ontkiemt tot een verhoogd vruchtbaar leven. Maar daartoe moest de oorzaak van den dood worden weggenomen, n.l. de zonde. De Apostel immers noemt de zonde de oorzaak„door de zonde is de dood in de wereld gekomen. De dood is de soldy der zonde." Daarom heeft Hij zich beladen met onze zonden, om ze uit te boeten in Zijn lijden en sterven. Wjj z|jn Hem gevol;d in den H- tijd van de vasten op Zijn bloedigen weg des lijdens, gevolgd tot op den kruin van Calvariê, waar Hij aan het kruis onzen schuldbrief heeft vernietigd, Hij in Zijn dood als 't Lam Gods de zonden der wereld heeft weggenomen. Daar, waar de zonde ophoudt, wijkt de dood, begint het leven. H|j is gestorven, de Overwinnaar van zonde en dood, en opent voor ons het Rijk des levens. Hijzelf, „het Licht der wereld" zal de zon zyn, die met haar koesterende stralen hel leven zal wekken, Hij, die de bronnen zal doen springen der levende wateren, die den bodem zullen drenken tot honderd voudige vruchtbaarheid, 't Kruis zal voor ons immer z|jn de boom des levens en de Gekruiste deszelfs vrucht. Zegt Zijn onfeil baar woord niet, dat Hij het Leven der wereld isbetuigt Hy niet, dat die Hem eet, door Hem zal leven, die Hem als spijze nuttigt, 't ee jwig leven bezit en zal worden opgewekt ten jongsten dage Zoo werd Hij door zyn dood ons leven en door Zjjne Verrijzenis onze opstanding. volgelingen. Voor hen heeft de dood al zijn verschrikkingen afgelegd. „Kostbaar is in 't oog des Heeren de dood des recht vaardigen." 't Is de overgang tot een beter, eeuwig gelukzalig leven. Meer nogvoor hen heeft de dood opgehouden dood te zijn. Hun sterren is in den Heer ontslapen, hun dood wordt slaap genoemd, hun graf laatste rustplaats geheeten, Jesus zelfisons daarin voorgegaan. Bij den dood van Jairus' dochter sprak Hij tot de omstan ders „Zij is niet dood maar slaapt". Bij den dood van Lazarus zeide Hij tot Zijne Apostelen: „Onze vriend Lazarus slaapt." Welk een zoete tioost ook voor de be droefden, wanneer zjj het lijk der hun zoo dierbareafgestervenen grafwaarts volgen. Zij zien wel is waar het lichaam afdalen in de opgedolven aarde, maar om daar de komst dei Heeren af te wachten. Zij slapen daar, om eenmaal te ontwaken, zij rusten daar, om eenmaal te worden gewekt tot het gelukzalig eeuwig leven. Met wonden en bloed overdekt werd Hij van het kruis genomen en nedergelegd in het graf. Maar dit graf zal verheerlijkt worden, geschieden zal Zjjn woord: „ten derden dag zal ik verrijzen". De vroege morgen van denderden dagisaangebroken, het Paaschfeest der vervulling is daar. De ziel des Dooden stijgt uit 't voorgeborchte der hel opwaarts, vereenigt zich met haar lichaam in de grafstede en de Doode wordt levend, verheft zich, werpt de windsels en lijkwaden af, dringt door de steenen ge welven heen en vertoont zich zegevierend in goddelijke glorie aan de ontstelde wachters als de opstanding. En het jubel lied begint, dat zich door de eeuwen zal voortzetten„Resurrexit sicut dixitHij verrezen, gelijk Hij gezegd heeft. AllelujaDe Eersteling onder de broeders verrezenwii, Zijne broeders zullen een maal verrijzen't Hoofd is opgestaan uit de dooden, wij. Zijne ledematen zullen Hem eenmaal volgenHij zal ons eenmaal volgens zijn onfeilbare belofte opwekken, eenmaal onze opstanding zijn. Gods gerechtigheid I O, mochten allen, die met Christus verrijzen, 't nieuwe leven voortzetten, daarin volharden, ten einde toe, 't voorbeeld volgend des Heeren, die naar 't woord des Apostels, eenmaal uit de dooden verrezen nimmer meer sterft. Dan zal ook voor hen het herwonnen leven in Christus eenmaal opbloeien in hel graf't vergankelijke zal de onvergankelijkheid, het sterfelijke de onsterfelijkheid aandoen en zij met Hem ingaan tot het eeuwige leven. BINNENLAND. Troostvolle waarheid v r Zijne w „Wij zullen wel allen verryzen," zegt de Apostel, „maar niel allen zullen ver anderd worden." Alleen de rechtvaardigen zullen deelen in de heerlijkheden van 's Heeren verrijzenis. Wij hebben het in onze macht onze opstanding uit de dooden glorievol te doen zijn. Jesus heelt in Zijne Kerk de bronnen der levende wateren voor ons geopend, waar uit wij het volle leven der genade kunnen scheppen, 't Leven derhalve der ziel, in 't doopsel ontvangen, kunnen wij onderhouden, krachtiger, overvloediger doen worden en langs den weg der onschuld opgaan lot eene heerlijke ver rijzenis. Hebben wl) hel leven, eenmaal ons ingestort, verloren door de zonde, dan vinden wij in 't Sacrament van boetvaardigheid de bron, om het leven te herwinnen, op te staan uit 't graf der zonde en langs den weg der boete ons eene luistervolle opstanding te be reiden. O mo hten allen, die in zonde leven, gedurende den Paaschtijd door eene oprechte en rouwmoedige beljjdenis hun zielen zuiveren, met Christus uit den dood opslaan lol het nieuwe leven De eerste minister in Engeland, Sir Henry Campbell Bannerman heelt aan een feestmaal ter eere van het nieuwe Kabinet een rede gehouden en sprak in verband met de geëindigde conferentie te AlgcsirasWij willen vrienden van allen zijn en wij hebben geen oorlog zuchtige bedoelingen bij onze betrekkin gen roet eenige mogendheid. Hy eindigde aldus: „Ik hoop, dat de tegenwoordige gunstige toestand, nu de moeilijkheid ten aanzien van Marokko is opgelost, tot een vermindering zal leiden van de ontzaglijke militaire uitgave, die op de natiën van Europa drukken. Ik hoop, dat Engeland bij het streven om deze ver mindering te verkrijgen niet zal dralen. Naar mijne meening zjjn wij het vooral, die hier een voorbeeld hunnen geven, zijn wij het, die aan de «pils kunnen gaan. Ik hoop dat wij, als deze plicht zich aan Engeland opdringt, er niet voor zullen terugdeinzen." In het schriftelijk ingediend antwoord op een vraag over de tweede Haagiche conferentie zei minister Bannerman, dat hy niet kon uitmaken, of het nuttig zou zjjn bepaalde voorstellen te doen omtrent beperking der bewapeningen, maar dal deze zaax door de Britsche regeering met de meest sympathieke belangstelling wordt gevolgd. In het Ligerhuis verklaarde Maandag de minister van Onderwjjs Birrell bij de in diening van de onderwijs-wet, dat na Januari 1908 geen subsidie uit de open bare kas gegeven zal woeden aan een lagere school, waarover de plaatselijke onderwijsautoriteit, hetzij graafschaps- o( gemeenteraad geen volledig toezicht oefent. Het ontwerp bepaalt even el, dat onder zekere voorwaarden speciaal gods dienstig onderwijs zal mogen worden ge geven in bijzondere scholen, onder beheer van de plaatselijke overheid, maar dat zulk onderwijs niet nSag worden gegeven op algemeene kosten. Niet alleen van katholieke, ook door de Anglikanen wordt in Engeland krachtig geprotesteerd legen dit onderwijs-ont- werp der liberale regeering, tegen de ontkerstening der school. Zoo hebben Maandagavond een groot aantal katho lieken in een bijeenkomst in hel Zuiden van Londen gehouden, een resolutie aangenomen waarin zij „hun verwonde ring uitspreken en hun verontwaardiging over het nieuwe wetsvoorstel op het openbaar onderwijs en alle katholieken uitnoodigen en vooral de lersche afge vaardigden om alle pogingen in het werk te stellen, dat de wet niét aan- genoraer wordt." De Oaservatore Romano heeft een decreet openbaar gemaakt van de con gregatie van den Index, waarbij een werk van Paul Viollet getiteld „De on feilbaarheid van den Paus en de Syllabus", op den index wordt geplaatst, bonevens twee werken van pater Laberthonnière, priester van de congregatie van het Oratorium. Hetzelfde decreet plaatst op den index den roman van Pogazzaro, getiteld „II Santo". Het decreet der Congregatie luidt woordelijk als volgt: „Niemand, van welken stand hij ook zjj, mag in de toekomst het veroordeelde boek in welke taal ook uitgeven, lezen of in bewaring hebben op straffe van de straffen, die in den Index der ver boden boeken gesteld zijn." De formule ndonec corrigatur", tot hel boek „ver beterd" wordt, bevindt zich niet in bet decreet, zoodat de veroordeeling een onvoorwaardelijke is. De veroordeeling van het jongste werk van Fogazzaro doet natuurlijk veel van zich spreken, niet alleen in Italië, maar ook in DuitschUnd, te meer, daar een katholiek Duitsch tijdschrift met de ver taling van dien roman bezig is. Italiö is weder door een nieuwe ont zettende ramp getroffen. Ditmaal heeft de Vesuvius een vreeselijke verwoesting aangericht. Reeds Zondag werd uit Napels bericht, dat de gloeiende lava op ver schillende plaatsen neerkwam, en de bewoners in allerjjl de vlucht hadden genomen. Geheele streken zjjn geheel verlaten. Duizenden vluchtelingen kwamen te Napels, zoodat alle beschikbare lokalen werden gerekwireerd. De militaire bevel hebber stelde 10.000 rations voedsel ter FEUILLETON. Een man een man, een woord een woord I 1] Op een zomernamiddag van bet jaar - 13110 reed Roger de Bru-yi terug naar sun kanteel My.lt lm In Walea, aan hel hootd van driehonderd krijgslieden. Achter bem ean kwam Henry de Valence, sjja schildknaap, die sjjn lane en sjjn schild droeg, waarop een gepant serde vuial op era rood veld en bet passende onderschrift: „Wal ik neem, behond ik." Zich bewegend door lanen en weiden met een onachtiaambeid, voortspruitende uit hel veilig gevoel van dicht bjj buis zjjn, reden de krjjgilieden voort onder luide scherts en harte lijke gelukweosehen, loen zjj de tinnen vso het kasteel in hel oog kregendaar toch wachtte menige kruik bnn dorilige kelen. En de gewonden, op bnn paarden gehouden door ruwe, maar hulpvaardige handen, richtten hun fletse oogen er been met opklereoden blik, Want het tebnis is dubbal welkom ne vijftig mijlen paardrjjdeoe met gapende wonden ea ver- j Hinkte ledematen. Eeo was er echter met een vreeseljjke hoofd wond, waaruit hel bloed op sjja bemodderd bals Sijpelde, die de lorenljes niet met gevoelens Vso blijdschap beschouwde. Atn Iedere >ijde reden drie mannen met de hand aan de wapens; vreesachtig keken zjj alsol Hl zelfs nn nog vreesden, dal hjj soa ontsnappen, •o Roger de Braeyi verhief sicli telkens self in t, wegtinkend achter den berg Mynyitd Ddo, rrgoot mei haar zacht licht de uitgestrekte ilaodeo, waar zyn v;e graasde en wierp lichtlijnen op de kronkelende rivier, waar de plaats den. De I ulkeo op den top rersten heuvel schitterden als een >oo, en de straleo, die recht op de weringen van zjjo kasteel vielen, ter- de kilheid der muren en baadden ze in haar eigen warmen gloed. Roger de Bro-yi glimlachte bitter bjj glimlachte niet zoozeer achter hem, ala eeo gevaogeae gebooden, zjjn doodevjjan.t road, GrufTydd Ap Conan. Het was een ongeluksdag geweest voor ben, die in do grensgewesten woonden, toen ridder Roger de Brneys Voor de diensten asn koning fcdwarJ II bewezen, tol zjjn deel gekregen had het kasteel Mydrim en al het land in den omtrek, dat hjj aan de bevolking van Wales kon ontnemen. Met een begeerigbeid, zonder voorbeeld zelfs in dien tjjd van geweld eo diefstal, was hjj aao bet ia bet bezit nemen ge gaan. Niets was hem heilig voor zjjo bend. Geen hoofdman twintig nijjlen io den omtrek durfde b!t land van zjjn vader zjjo eigeudom noemen. De zelen, waar Keltische barden eens hun heldendichten zongen, weerklonken nu van de drinkliederen der Normandische krijg»lieden. De zooen van hel laud vonden elecbts veiligheid te middon van bun ontoegankelijke heuvels. Toch was de taak vao Hoger de Bru»y«oiet zoo heel ge.nakkeljjk geweest. Van tjjd tot t«d hadden de Keltische krijgslieden m-t boog en wersples, hun bloot# horst in open gevecht gesteld tegen bel lederen huis ea het stslen «IgesneJeo of gedeelten van *y„ manschappen, die onbezorgd huiswaarts reden, eensklaps ml bnn droom van veiligheid opgeschrikt door zangers, om allen geduod te wor. cn door een regeo van pillen uil bosch en ravjjn en den doodeljjken worp Van den spies, of zjj vi-len onder hel gewicht vso bnn paarden, welker kniejftes doorgesneden was, De eerste onder ifie hoofden was GrufTydd Ap Co- malais en het omliggende land bad ontooiuen. Het was een moeilijke strijd geweesl, wbdI al was de man een Kelt, toch was hfl geen onwetende barbsar. Hjj had aan Normandische hoven geleerd, was slim on dspper en bid in menig ernstig gevecht den uilslag IwQfslacbtig gemaakt. Roger bad echter i|jn woeste krügslieden verstrooid, eo niets ontziende, zyn landen se geveegd, toch luddeo de overlevenden op dan een donkeren nacht zyn vee wegge van vlak onder zyn kasteeluiuren ea de vuurgloed van zya hooimijten bewees, dat de overwonoe nog niet onscbsdeljjk gemaakt waren. Dit alles had bu aan de krygskansen kunnen schryven, maar toen hy tip een mot een spits vond etekin in zijn poort, met boodschap traan, waarin bem verwelen w an zyn ttschen hoofJman, al moest lip iedere grot iet Myny ld DJogebergle doen uitrooken en woud twintig my! tu het rond verbranden zwoer verder, dat hy ditmaal bel hlo'd t gevecht ospor de. Zy was het. dte, •phen Fitz Aylwm io oopeD, zoodat slechts Mo krygsmao, die beiefle. et ge va te grool tnrie van een een rust. Al was de helft der krygsliedeo edood en verachool Qrnflydd zich zelf om zijn ronden te verbioden, dan nog ging zy rond iet haar krygszaogen, waot zij kou ringen als .el heiligste was, wist zy steeds nieuwe krygs- ieden Ie brengen onder de gehavende banier. Meo zei, dat haar zang de manoen krankzinnig naakte. Roger de Brueys voerde g;en oorlog egen vrouwen, maar deze vrouw al was zy geschreeuw de mannen io hel heetst va gevecht Voerde. Neen, als by maar kans dan zon zy even goed als Gruflydd aan zyn borstwering hangen als een waarschuwend voorbeeld. Met dat doel verzamelde by zyn mannen, nd een boodschap naar Mortimer in Here ford en Filzhamoa in Glamorgan om de grena bewaken, voor het geval GruiTyJd daarheen .0 ontsnappeo, terwyl hy zeil het land afliep t zyn wykplaats in de bergen verbrandde. Hue goed hy zich Van zyo Ziak gekweten ibonden en bewaakt op dien zomermiddag lo an midden reed, Hoeveel hem dat gekoat had, wezen de onbereden paarden, want van de 380 mioneo, din een week te voren uitgerukt waren, keerdeo er slechts 30) terng en reien van d.-zen zonden hst htteeken vso spies en shgdbyl meenemen naar bet graf. Eén ding betreurde Roger de Brneys, oamelyk dat by niet de vrouw van Grnflydd meevoerde naar huis. Hoe zy aao de slachting ootsoapl was, wist by niet. Het laatste, wat hjj van haar zag, was dat zy, een slanke gestalte met lang baar, op een rots stond en baar verweeacbingen tegen Maar zelfs Roger de Brneys, die wel reden bad baar Ie haten, voelde in zyn binnensts een soort van bewondering voor den ontembaren geesl, dia zooveel gelet k op zyo eigen moed. Niet dat dll iets aao de aaak zon veranderd hebben, als zy in zyn handen gevallen ware. Hy zon haar ophangen naast haar man, geen duim lager, want sis by dspper was, dan was zy het ni'l minder. Hy had gevochten mat de strydbyl in de bind, tollat hy teo slotte geen man meer over had. Eiodeiyk had Simon La Fort hem met een byl, van achlar geworpen, ter neer geveld. (Wordt vtrvolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1906 | | pagina 1