Katholiek Nieuws= en Advertentieblad
No. 17.
Zaterdag 27 Juli 1907.
Een en twintigste Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren,
Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Franco per post
Afzonderlijke nummers
f 0,40
f 0,05
Bureau: Langegracht 13, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
I tot 6 regelsf 0.30
r iederen regel meerf 0.05
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
EERSTE BLAD.
De Paus en de Haagsche
Vredes=cbnferentie.
De „Gelderlander" bevatte dezer
dagen onder bovenstaand opschrift
bet volgende artikel. Wij vertrouwen,
dat ook onze lezers er gaarne kennis
van zullen nemen.
De „Uil Bias" van 17 Juni 1907,
een Combistisch blad, geeft de vol
gende, in een anti-clericnal orgaan
uiterst merkwaardige regels te lezen:
Eigenlijk gezegd is het bespottelijk,
bijna onwaarschijnlijk, den Heiligen
Stoel buitengesloten te zien van deze
Académie (Vredes-conferenlie). Staats
rechterlijk is de Paus een Vorst. De
waarborgenwet zelve erkent en beves
tigt bet vorstelijk karakter van den
Paus. liet van landswetten-vrije bezit
van liet valicaan. Frankrijk vooral Iteefi
na de Scheiding liet grootste belang
erbij, hard te roepen, dal de Paus een
vreemde vorst is, met wien het voor
het ongenblik geen gemeenschap wil
hebben, maar met wien men zich later
Doch voor de vertegenwoordiging
van den Paus zijn nog hougcre redenen,
uitvloeisels van een opvatting meci
onafhankelijk van de tegenwooidige
tijdsomstandigheden.
De vergaderde staatslieden kunnen
nog meer aaneengesloten in een kring
gaan zitten, zij kunnen elkander nade
ren, zóo, dat de knieën elkaar bijna
raken. Eu dan /.al er in liet midden
altijd een groote open ruimte zijn, een
wijde en breede opening, een opening,
ingenomen door een voetstuk en een
lichtpuntals de vertegenwoordiger
van den Paus er zijn plaatsgevonden
had. De geschiedenis, die wijsgeerige
belichting der feiten, eischte de tegen
woordigheid van dezen plaatsvervanger,
omdat tiet denkbeeld van vrede uit
een zuiver christelijke opvatting ont
staan is en onbekend was in het
heidendom.
Dat denkbeeld is voortgekomen uit
het eeuwig bemiddelend Broederschap,
de Kerk altijd (leenwijst
door hare leerstellingen.
Vóór Christus had niemand den
mcuschen gezegd „Vrede zij niet u
en voor vele millioenen mensehen is
de Paus de vertegenwoordiger van
dien Jezus voor een groot getal men
sehen is de Paus het werktuig Gods.
De heilige Paultis zegt, dat Jezus
Christus door zijn bloed en door zijn
kruis den vrede gebracht heeft over
alles, wat onder den hemel en op de
aarde is.
Hot Evangelie wordt genoemd liet
boek des vredes, omdat daarin geleerd
wordt de onderlinge uitoefening van
rechtvaardigheid en liefde.
Zeker, de Kerk, die zoo bewonderens
waardig haar goddelijke gestalte weet
te neigen tot liet zwakke inenschdom.
heeft niet zoo opeens het oorlogen
doen ophouden. Maar zij heeft lang
zamerhand, door geleidelijke wegen,
de volkeren opgevoerd naar dal denk
beeld.
Hel denkbeeld van rechtvaardigheid
bij den oorlog voor de oogen doen
zweven, staat gelijk met den degen
in de schcedc doen steken.
De engelachtige loeraar, de heilige
Thomas, heelt deze stelling als in staal
geëist, waar hij zegt
„Een oorlog kan rechtvaardig zijn.
maar opdat hij dat zij moeten er drie
voorwaarden vervuld zijn
lo. moet hij gevoerd worden door
het gezaghebbend bestuur;
2o. moet de oorzaak op gcicchiigheid
steunen, dit wil zeggen, dat zij, legen
wi. bij gevoerd woidt, liet verdiend
hebben
3o. moet de bedoeling van den vorst,
die hein voert rechtmatig zijn. zoudat
hij alleen liet algemeen welzijn voor
oogen heeft."
Want men moet den oorlog slechts
voeren om tul den vrede te komen
en een oorlog is ongeoorloofd, zelfs
al heeft de vorst, die den oorlog ver
klaart een gegronde reden daarvoor,
als die vorst geen rechtmatige bedoeling
daarbij heeft, als hij, bijvoorbeeld den
oorlog verklaart uit wraakzucht, ijver
zucht, hoogmoed.
Op den dag, waarop deze Hoofden
van Staat, rechtzinnig vergaderd, deze
leer zouden toepassen op den oorlog,
zouden de vrcdes-congrcssen gedanen
arbeid hebben.
Maar men zal zeggende Kerk is
den oorlog begonnen.
flier moet men onderzoeken of zij
den oorlog ontwijken kon en men
moet in alle geval erkennen, dat zij.
en wel het eerste, oorlog gevoerd
heeft voor een onstoffelijk voordeel.
Zij heeft brieven van adeldom gegeven
om den strijd te veredelen, waardoor
de ridders zich zouden wapenen alleen
voor een liooger denkbeeld, en hun
voorschriften van mcnschlievendheid
gevend als wetboek van eer.
Is het niet de menschheid voeren
tot de afschaffing van der. oorlog als
men in de harten doet doordringen
medelijden, eerbied voor den over
wonnene. onbaatzuchtigheid in den
heldenmoed
Is liet niet ijveren voor den vrede
als men den soldaat het plunderen
verbiedt, hem beveelt in liet overwon
nen land zicli te gedragen „als de
verzadigde vogel, die niet neerdaalt op
een plaats waar lichamelijk voedsel
hem ueerlokt V"
Evenals wij aan het christendom in
vredestijd een Staatsrecht te danken
hebben, zoo zijn wij liet ook in oorlogs
tijd een volkenrecht verschuldigd.
Eindelijk als de Kerk in haar Te
Deum den hemel bedankt voor een
behaalde overwinning, dan beschouwt
zij die als een weldaad Gods, waaruit
de vrede zal voortkomen.
De Keizer van Rusland kent de sym
bolische beteekeuis in de christelijke
overlevering van den palmtak, dien
hij voert. Hij wist dit alles en verlangde
de tegenwoordigheid van een hooge-
priesterlijk afgevaardigde, omdat 'de
gedachte der Christenheid over den
oorlog krachtig is als eikenhout, terwijl
die der aardsche machten is als slof
van vergane eiken, upgewarreld door
den wind.
Op zekeren dag zeide Lamoriciêre
l Pii
IX:
Niels op deze wereld is boven
uwe Heiligheid.
Het Pausdom, antwoordde deze
hierop, welks schoone trekken niet
verminkt zijn door liet gebroed der
omwentelingen. Dit Pausdom heeft dit
voor op de aardsche machten, dat zijn
gedachten van heden den toets kunnen
doorstaan met die van vroegere tijden
en dat het zich zeiven in den spiegel
van het verleden kan beschouwen
zonder zich gedeerd te zien. Het heeft
ook nog dit boven al het andere, dat
het, gevangen en zonder rijk, met be
langeloosheid spreekt over den oorlog.
De macht van een grijsaard, die
slechts een uud paleis, een wit kic-ed
en iniliioeuen zielen het zijne kan
noemen, die onttroonde macht maakt
hem tot natuurlijk scheidsrechter der
volkeren. Door onlangs plaats gehad
hebbende voorvallen kennen zij de
grootheid van die rol. Maar Frankrijk
is mindei gerechtigd dan eenig ander
om de herinnering aan een door haar
afgewezen scheidsgerecht te doen ver
dwijnen.
Den 22e» Juli 1870 schreef Pius IX.
de Groote, twee brieven, die aan zijn
driekroon schitteren als edelsteenen
geslepen met de hand der liefde. Die.
welke bestemd was voor den koning
van Pruisen is minder bekendhij
luidt
„Pius IX aan Wilhelm I. Majesteit,
in de zwaarwichtige omstandigheden,
waarin wij ons bevinden, zal het u
wellicht vreemd toeschijnen een brief
van mij te ontvangenmaar, als
plaatsbekleeder op aarde van den God
I des vredes, kan ik niet nalaten u mijn
j bemiddeling aan te bieden. Het is mijn
wensch. dat de toebereidselen voor den
I oorlog gestaakt worden en dat het
onheil, dat er uit voortvloeit ais een
onwederstaanbaar gevolg, voorkomen
worde. Mijn bemiddeling is die van
een vorst, die, in zijn hoedanigheid
van koning, geen achterdocht kan in
boezemen wegens de geringheid van
zijn grondgebied, maar die toch ver
trouwen zal doen ontstaan door den
zedelijken en godsdienstige» invloed
van zijn persoon.
Dat God mijn wensclien vervulie
en dat Hij ook die verhoore. welke ik
koester voor Uwe Majesteit, met wie
ik wensch vereenigd te zijn door de
banden van dezelfde liefde."
Pins IX. Paus.
De opvolger van hein die dezen
brief schreef, Leo XIII, die met zijn
vlekkelooze hand de vloten van Spanje
en Amerika trachtte tegen te houden,
de stedehouder van den Vorst des
vredes, moest verduren, dat hij niet
uitgenoodigd werd op de eerste samen
komst te 's-Gravenhage. Maar een
gedachte kan liet bewustzijn van zijn
macht stijvende besluiten van de
verzamelde staatslieden zullen gelezen
worden door slechts weinig andere
staatslieden. Toen Hij, de Koning
zonder rijk, sprak over hetzelfde onder
werp. toen hij zijn rondgaand schrijven
zond aan zijne bisschoppen, had zijn
stem tweemaal honderd millioen hoor
ders en zijn stem klonk over die der
machthebbenden heen als een verbete
ring van liooger hand.
BUITENLAND.
Maandag ontving Z. H. de Paus
den Japanschen gezant te Weenen, den
lieer Oesjida. in een particuliere audiën
tie. De gezant bracht den Paus een
schrijven over van den Mikado, waardoor
hij als buitengewoon gezant bij den
H. Stoel is aangesteld.
In de basiliek van St. Jan van Late-
ranen heeft Maandag de overdracht
plaats gehad door den commandeur
Tadolini van het grafmonument, dat
de overblijfselen mnei bevatten van
wijlen Z. H. Leo XIII. Acht kardinalen.
O. a. Merry del Val. Rampolla en Ma-
thieu. en ongeveer 200 prelaten woon
den de plechtigheid bij.
Volgens een bericht uit Milaan, zal
koning Victor Emmanuel bet bezoek, dat
koning Eduard hem te Gaeta heeft
gebracht, in Engeland gaan beantwoor
den. Met hem zou een ltaliaansch smal
deel meegaan,
De regeering van Turkije heeft wat
nieuws bedacht om aan geld te komen.
In de volgende maand zal zij eene
verzameling postzegels verkoopen ten
bedrage van 17 millioen. De verzame
ling bevat zoowel postzegels, die thans
in gebruik zijn, als zeldzame exempla
ren. die voor liefhebbers hooge waarde
hebben. De opbrengst van den verkoop
2al dienst doen als basis voor een
fonds tot het bouwen van den nieuwen
spoorweg, die moet aangelegd worden
tusschen Damascus en Beiroet. Belang
stellende kenners moeten de verzame
ling reeds hebben bezichtigd.
Aan het bestaan van den keizer van
Korea, Ji Heijung, die sinds den oorlog
van Rusland en Japan slechts een
schijn-keizer was, is door Japan een
einde gemaakt. De aanleiding daartoe
was liet zenden van eene deputatie
naar de vredes-conferentie te 's-Graven
hage. Deze deputatie moest daarvoor
de vrijheid van het land opkomen.
Het gevolg van deze handelwijze
is, dat de keizer van Korea door
Japan gedwongen werd om af te treden,
om plaats te maken voor zijn zoon
FEUILLETON,
tiet hart van den anarchist.
tSlnIJ
3) Terwijl hij op adem zocht te komen,
gleed zijn tilik vol liefde over de hem zoo
bekende meubels. Hij nam een vaasje van
eene étagère naast hem.
Uw voorganger, sirc. zeide hij, had den
goeden smaak hier alles te talen zooals hel
was. Dil ding alleen is ei later bijgevoegd
en liet past niet bij de rest. Hij hield hel voor
Er volgde een dotfc knal, een weinig
rook en het vaasje vloog aan griiizcls. Ditmaal
ontstelde Breiiia. Hij zag den koning aan,
die lachend in een leuningstoel luid plaats
genomen.
- Uwe Majesteit is dus locli niet alleen?
riep hij
graaf Ferrcra nnboolsl
vuldig beraamd. Hel
ding u Ie dooden U
stierf. Mijn vader wai
sire. Nooit werd gro
- Ik wil dal loegc
Ik had het plat.
:hccn de juiste v«
plaatse, waar i
I. Uren
i gepleegd.
Ik heb in
- Dal li
r gij d
at ru
hier Ie bevelen luidt en ik lub ii witten b>
wijzen van niet. In Amerika leerde ik schie
ten en ik heb mij daarin geoefend, zooals gij
ziet, ik botloef slechts den voorvinger eveil
Ie vertrekken en u wacht liet lot van dat
porseleinen ding. Indien ik dal deed
Zou Uwe Majesteit worden toegejuicht
door heel de beschaafde wereld.
Dat weet ik. En gij kwaamt hier met
het doel mij Ie dooden
Ik kwam hier met een vast besluit. Ik
was liet, die aan de telefoon de slem van
den laalsleu lijil zijne zaak grondig onder
zocht. De begrippen van uw vader zouden
heden nit: anders worden beschouwd dan
radicale gevoelens; maar opdat tijdstip, toen
Farsala zich in zulk ccn gevaarlijken toestand
bevond, konden wij niet toelaten, dal men
al Ie vcrmclel optrad. Toch hadden Ferrera's
agenten ongelijk. Hel was barbaarsch uwe
zieke moeder van hier Ie verdrijven. Gij liadt
dus deze plaats lief?
- Met mijn gansclié liart en z'lel,antwoordde
hij, Ik hechtte aan al haar kunstschatten, aan
de boomgaarden, de wijnbergen, de tuinen,
aan alles en liet was mijn droom een groot
schilder te worden, zooals uiijii vader. Hij
had zijn vaderland lief, sire, zoo waar als
gij thans mijn teveil ui uwe liaudcti houdt.
Tol wal ik lieden beproeven wilde, werd ik
gedreven. Ik kou mijne oogen niet gelooven,
toen ik mijne moeder door de geweerkolven
der soldalen zag uitdrijven uit dit huis.
ofschoon zij stervend was. Die herinnering
maakt mij waanzinnig. Niel dat ik ooit de
gepleegd
- Gij wildet alleen mij naar hel leven
staan, nietwaar?
Ja. sire, gij moest sterven als uw vader.
Aan zijn dood ben ik echter onschuldig. Ik
verlangde op dat tijdstip zoozeer naar het
vaderland, dat ik verzocht liet te mogen
dienen; maar de politie zette mij de grenzen
over. Het was toeli ter wille van mijn kind,
dal ik het vroeg, van mijn kind, dal weg-
geboorlcplaats kan herstellen, zegt ze.
Wat er van mij zal worden, als zij is
heengegaan, weet ik niet. Dan zal niets mij
meer beteugelen.
Brcina's hoofd zonk op de borst. De koning
bleef hem aanstaren.
Gij hebt eenmaal liet laad willen dienen,
zeide hij eindelijk langzaam, waarom zou dat
een droom geweest zijn Ik zal u bewijzen,
dat ik u vertrouw. Ziedaar!
En hij haalde zijn zakpistool ie voorschijn
en wierp hol Brcma toe. Het was niet wijs,
maar liet was prachtig en liet trof Brema
zoozeer, dat zijn oogen zich met tranen vulden.
Mijne dochter zeide mij, dat gij een goed
mcnscli waart, mompelde hij, zij waarschuwde
mij tol liet laatst toe.
Dat weet ik. Zij bevindt zich onder
mijn dak.
Kwam zij u verwittigen van het gevaar?
riep Brcma.
Ja, maar zij bond tevens mijne handen
tegenover u, door Ie zeggen, dat gij de beste
en edelste der mensehen waart; zij wilde niet,
dat gij een moordenaar zoudt worden, tk
was het, die u toen een valstrik spande. Uw
medeplichtigen liggen onder de tafel. Haal
ze er uit en snijdt hun koorden door.
Wacht! riep Brema op schorren loon.
Ik ben hier gekomen om u te dooden; ihans
hebt gij ons alle drie in uwe macht. Breng
mij niel in verzoeking I Op zijn voorhoofd
parelden zweetdroppels.
Maak ze los! gebood Rudolf, ik vrees
ze niet. Gij zult nooit veel uitrichten met
zulke armzalige werktuigen.
Hij stond daar in zijne volle lengte, een
toonbeeld van mannelijke set. jonheiden kracht,
de oogen flikkerende van vastberadenheid.
Brema bevrijdde zijne handlangers en de
koning van Farsala was ongewapend in hun
midden. Alle toorn verdween uit hel hart
Zend ■heil weg! riep Rudolf.
Dat behoefde hun niel eens gezegd te
worden. Zij verdwenen als vlcdcrmuizen in
den naclil en andermaal wendde de vorst
zicli lot Brema.
Beken maar, zeide hij met een gullen
glimlach, dal hel ii niet meer spijl, dal uwe
dochter mij waarschuwde.
Neen, ik ben er baar dankbaar voor!
riep de man. Uwe Majesteit heeft mij in alle
opzichten overwonnen. Nooit zal mijne hand
zich meer togen u verheffen, sire. Wil thans
mijn kind rocjicn en vergun ons heen te
gaan.
Ga liever zitten. Ik moet u spreken,
Brema. Farsala heeft mannen noodig zooals
gij. Indien gij den eed van getrouwheid af
wilt leggen, zal ik u een post in het leger
geven. Wal uwe dochter betreft, zij kan in
deze woning blijven.
Majesteit I stamelde de anarchist, wat
bedoelt gij?
Dat deze plaats u toebehoort. Zij werd
onrechtvaardig verbeurd verklaard en ik geef
haar u terug.
Brema bleef sprakeloos zitten. Groote tranen
rolden hem over hel gelaat.
Riekt gij niets? riep Rudolf eensklaps
uit. Lieve hemelt lk vergat de pijp, toen ik
dien doek over de ledepop wierp.
Op hetzelfde oogenblik snelde het jonge
meisje binnen.
Sire! riep zij, het atelier staal in brand....
Vader!
Ik ben hier in dienst van mijn koning,
sprak Brcma, gij hebt van nacht mijne ziel
gered, kind. Kom mede. Waar kan ik water
Geen minuut tater waren beide mannen
aan hel werk, het jonge meisje op een afstand
houdende. De koning had een tuinslang in
handen, de anarchist wierp emmers water op
het vuur. Na verloop van een half uur was
alles geblusclit.
Is Uwe Majesteit ongedeerd? vroeg
Enid beschroomd.
Ik heb zelfs geen brandwondje en her
inner mij geen gelukkiger avond. Treurspel
en klucht
Kluchten genoeg I riep een diepe bas
stem. Wat heeft dit hier Ie beduiden lk
ben anders al dankbaar u nog in leven te
vinden, sirel
Ferrerat riep Rudolf uit. Hoe zijt gij hier