Katholiek Nieuws= en Advertentieblad
No. 9.
Zaterdag 30 Mei 1908.
Twee en twintigste Jaargang.
DE EEMBODE
voor Amersfoort, Apeldoorn, Baarn, Barneveld, Blaricum, Bussum, Driebergen, Eemnes, Harderwijk, Hilversum, Hoogland, Laren,
Leusden, Naarden, Nijkerk, Soest, Stoutenburg, Veenendaal en Zeist.
Verschijnt eiken ZATERDAG.
Franco per postf 0.40
Afzonderlijke nummersf 0.05
Bureau: Langegracht 13, Amersfoort.
Uitgave van de Vereeniging De Eembode.
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
EERSTE BLAD.
Steun voor werkloozen
Zonder dat er publiciteit van be-
tcckcnis aan gegeven was, vergaderde
24 April l.l. liet werkloozen-comité
onder voorzitterschap van den heer
J. Buys, in welke bijeenkomst be
sloten werd om de nog 7 zieke werk
loozen tot I Mei steun te geven en
na dien tijd geen uitkeeringen meer
te doen. Daarna ging men over tot
ontbinding van het comité en werden
7 personen gekozen, die een permanent
bestuur zouden vormen en het beheer
hebben over de nog in kas zijnde
gelden, hetwelk een bedrag is van
ruim f 1800.
De uitkomst dezer vergadering, die
nog wel geleid werd door den voor
zitter van het Dagelijksch Bestuur van
het Comité, beantwoordde bij eenig
nadenken vermoedelijk niet aan het
beoogde doel, althans ze werd een
voudig onwettig verklaard. Een nieuwe
vergadering werd uitgeschreven en op
de agenda vermeld:
„Voorstel van het Dagelijksch Bestuur
om de besluiten, genomen in de ver
gadering, jl. Vrijdag gehouden onwettig
te verklaren, primo: omdat het ont
breken van de punten van behandeling
op liet convocatiebiljet aanleiding kan
zijn geweesl, dat betrekkelijk weinigen
ter vergadering aanwezig waren; se-
cundo: omdat, geheel te goeder trouw
enkele vakvereenigingen vertegenwoor
digers naar die vergadering hadden
gezonden, die nog niet als lid van het
Comité door de vergadering waren
toegelaten, waardoor de stemmingen als
onwettig moeten worden beschouwd."
En zoo'n vergadering werd gehouden
en besluiten daarin genomen onder
leiding van den voorzitter van het
Comité, terwijl men nader eerst tot
bevinding kwam, dat ze onwettig was.
Maar er stond nog een voorstel van
het Dagelijksch Bestuur op de agenda
der tweede vergadering en wel om
liet tegenwoordige Dagelijksch Bestuur,
bestaande uit de hecren: Cj. J. Buys,
J. VV. Middelburg, R. G. Kijkens, L. A.
baron Van Ittersum, H. Noorman, D.
Gerritsen en den sociaal-democraat
van Wijland, permanent te verklaren,
welk bestuur het overgebleven geld
zal beheeren en te zijner tijd in het
belang der werkloozen handelend zal
optreden.
liet Dagelijksch Besluur op die wijze
permanent te laten verklaren, zal bij
nader overwegen ook veel aannemelijker
hebben geschenen, dan door 7 personen
een permanent bestuur te laten fabri-
ceeren. Van dien kant beschouwd kon
de onwettig-verklaring der eerste ver
gadering door het Dagelijksch Bestuur
genoegzaam verklaard worden.
Met het feit echter voor oogen, dal
ongeveer f1800 in kas overbleef, staat
men hier voor 't geval, dat óf er is
veel harder geroepen over werkloos
heid dan in werkelijkheid bestond, óf
bij de uitkeering van geldclijken steun
is ten koste van den behoeftigen werk
man een reservekapitaal gevormd, om
dan liet Dagelijksch Bestuur permanent
te doen verklaren tot verdere beschik
king over dit kapitaal voor het aan
gewezen doel.
Het zal wel tot de zeldzaamheden
behooren, dat bij ondersteuning van
werkeloozen zoo'n vertooning werd
opgevoerd.
Maar het zonderlingst is wel, oin 't
zachtste woord te gebruiken, wat reeds
bij den aanvang dezer werkloozen-
historie is geschied. In stede van te
'handelen, zooals in andere plaatsen
des lands geschiedde, waar comité's
zich vormden en zonder veel vertoon
het werk ter hand namen, moesten
hier eerst drie vergaderingen worden
gehouden, waarin de socialisten een
toon aansloegen, of zij alleen te bevelen
hadden. Den liefdeloozcn eiscli durfden
zij stellen, dat een braaf, oppassend
werkman, die niet bij een vakvereeniging
was aangesloten, geen ondersteuning
mocht genieten, terwijl hij, aangesloten
zijnde bij een sociaal-democratische
of anarchistische vereeniging, de mail
zou zijn, die in dagen van werkloosheid
steun verdient.
En niettegenstaande in de drie ver
gaderingen het optreden der sociaal
democraten verbluffend was, werd toch
na de laatste vergadering een der leiders
van de sociaal-democratische partij,
G. van Wijland, in liet Dagelijksch
Bestuur van het comité opgenomen
en mede aan hem opgedragen te onder
zoeken, wie eigenlijk voor ondersteu
ning in aanmerking behoorden te komen.
Hiermede kreeg het allen schijn of het
in hoofdzaak hier te doen ware, de
sociaal-democratische partij ter wille
te zijn.
En dat geschiedde, na openlijk be
wezen te hebben in voornoemde ver
gaderingen, dat hij ten aanzien van
steun voor werkloozen, met zeer partij
dige ideeën is behept, waardoor hij
mede de eene vergadering na de andere
in de war stuurde, en dat, niettegen
staande zoovele werkloozen reeds naar
ondersteuning zaten te snakken, deze
toen weken moesten wachten op de
dingen, die komen zouden. En toch
werd deze sociaal-democraat tot lid
van het Dagelijksch Bestuur benoemd,
terwijl van organisaties van anti-liberale
richting geen enkel lid iu dat Bestuur
werd opgenomen.
Hoe de sociaal-democraat G. van
Wijland zich kweet van zijn taak. werd
door ingezonden stukken in de „Amers-
foortsche Courant" zoo in het licht
gesteld, dat het een zeer zonderlinge
indruk moest maken, toen ook hem
nader lof werd gebracht voor zijn
ijveren, in zake steun aan werkloozen.
Maar nog meer verwondering moest
het wekken, dat deze sociaal-democraat
nu zijn rol als lid van het permanent
verklaard Dagelijksch Bestuur zal
mogen voortzetten.
Nu is het een openbaar geheim, dat
de sociaal-democratische partij bij de
jongste herstemming voor den gemeente
raad in district I zich.zeer verdienstelijk
heeft gemaakt jegens de vrijzinnig-
democratische partij, en dat zij zulks
in de toekomst wel weder zal doen.
Vervolgens weet men ook, dat men
van vrijzinnig-democratische zijde, en
vooral van die der sociaal-democra
tische, bij verkiezingen veel belovend
is. Zal nu aldus zij gevraagd
het gevormde ondersteuningsfonds voor
werkloozen, ook niet als reclame-
middel dienst moeten doen voor de
sociaal-democratische partij, maar even
zeer van die zijde en die van vrijzinnig-
democratische als reclame-middel wor
den aangewend om kiezers naar de
stembus te lokken, door deze b.v.
voor te houden: „Als je gaat stemmen,
dan kom je bij werkloosheid voor
ondersteuning het eerst in aanmerking?''
Deze vraag echter moge ieder voor
zich beantwoorden, maar een feit is
het, dat het in het fonds aanwezige
bedrag door ingezetenen van alle ge
zindten is gestort, terwijl het permanent
verklaarde Dagelijksch Bestuur al zeer
partijdig is saamgesteld. Zoolang dus
niet minstens een paar werklieden,
aangesloten zijnde bij anti-liberale or
ganisaties. in dat Besluur worden opge
nomen, zoolang zal het en niet
ten onrechte beschouwd worden
als een partijding van een zeer beden
kelijk soort.
BUITENLAND.
italië.
In de basiliek van St. Pieter Ie Rome
had Zondagmorgen de plechtigheid
plaats van de zaligverklaring der ge
lukzalige Madeleine Sophie Barat. Bij
die gelegenheid was de basiliek zeer
prachtig versierd. Tal van kardinalen,
bisschoppen en de Fransche pelgrims
Ie Rome woonden de plechtigheid bij.
Mgr. Amette droeg de H. Mis op,
waarna het „Te Deum" werd aange
heven.
Zondagavond begaf de Paus zich
naar de St. Pieter, om de nieuwe
zalige te gaan vereeren.
De audiëntie van ruim twee duizend
Fransche pelgrims bij Z. H, den Paus
is in de gegeven droeve omstandig
heden, waarin de Kerk van Frankrijk
verkeert, zeer indrukwekkend geweest.
Een zevental bisschoppen gingen aan het
hoofd der pelgrims en Mgr. Amette,
aartsbisschop van Parijs hield een
toespraak, waarin de Paus geluk werd
gewenscht met zijn gouden-jubilè, uit
naam der Fransche geestelijkheid en
het Fransche volk, en getuigde, dat de
Fransche Katholieken zijn zeer onder
danige, zeer gehoorzame en zeer eer
biedige kinderen waren.
Deze woorden maakten merkbaar een
diepen indruk op den H. Vader, vooral
toen Mgr. Amette sprak van de be
slissing door den Paus genomen ten
opzichte van de „mutualités een be
slissing, die getuigt van de groote
zorg des Pausen om de goddelijke
constitutie der Kerk en haar essenti-
eele rechten te handhaven.
Pius X antwoordde met tranen in
de oogen met een toespraak, waarin
hij zijn dank uitsprak jegens de talrijke
pelgrims, die naar Rome hadden wil
len komen, hoewel de Paus tot zijn
persoonlijk leedwezen gedwongen was
geweest hun meermalen zoo zware
offers op te leggen. Dat is een getui
gen voor de zuiverheid van hun geloof
en van hun gehechtheid aan den H.
Vader, die wel die offers moest op
leggen om de eer van de Kerk te
handhaven, daar men haar tot slavin
wilde maken en losrukken van de bis
schoppen en dus ook van den Paus.
's Pausen grootste smart is hel, zoo
ging de H. Vader voort, niet zelf on
der de Franschen te kunnen wonen
om door Zijn voorbeeld te toonen, hoe
men alles moet lijden en verdragen
om het erfdeel van Christus onge
schonden te bewaren. Voorts dankte
de Paus de pelgrims voor hun betui
gingen van gehoorzaamheid, die hem
niet verwonderden, want hij kende de
gehechtheid van de Fransche Katho
lieken. Hij kende ook hun edelmoe
digheid en hij zou willen, dat de Fran
schen konden lezen in zijn geest en in
zijn hart om te zien hoezeer hij hen
bemint en hoezeer hij hun welzijn wil.
FEUILLETON.
Wedergevonden.
Op hetzelfde «ogenblik kwamen de
huppelende in den tuin. Beiden friseh en
gezond, waren zij toell opvallend verschillend
in hun uiterlijk. Lisa, de dochter van Wcst-
horn, was voor hare jaren hoog opgeschoten;
haar gelaat had een goedige uitdrukking,
uil de sclioone blauwe oogen straalden
de reinste goedheid en gelukzaligheid:
liet hoofd onigulfden blonde lokken, die. door
kuuslloo/e krullen op de schouders neer
hingen; hare kleeding was zooals ze bij
de kinderen van rijke Heden uil de sleden
voorkomt, en ook hare bewegingen en geheele
verschijning verrieden een beschaafde vor-
Naasl haar verscheen Kaalje als rein natuur
kind. Slank opgegroeid, als een jonge den,
was haar kleine lichaam vol levenskracht en
lieheiidigheid. die de balsemende, heerlijke
lucht van liet gebergte en het vroolijke rond
dartelen In Oods vrije natuur vcrleenen; haar
aangezicht, een weinig bruin en slechts door
een zwak rood gekleurd, was door de zon
hel bruine haar, dal sierlijk gcvlochlcn om
de slapen en den hals hing. De
oogen schitterden in eene wezenlijk schooncn
glans. Er lag in haar zoo veel blijde opge
wektheid, maarook tegelijk een zoo denkenden,
peinzenden ernst, dat men dadelijk den rijken,
beweeglijken geest, dii
ii I k i
l. Om
kleeding zijn mocht, toch zag zij er allerliefst
mede uit. De knust der opvoeding had blijk
baar weinig voor Kaatje gedaandes te rijke
lijker was zij echter daarvoor door de goe-
artelijk gegroet h.
oe gelukkig ik I
Ier, duizendmaal
linkere stad
„Daar
ir het betamelijke en wclvoc'j
p Lisa vroolijk, nadat zi
n Ie huis in d
ccr Westhor
Trniilmaiin. „mijn dochter is van
dezelfde meening als ik. II zuil ons niet zoo
spoedig kwijl raken. Wat bevalt u dan liter
zoo bijzonder, mijn lieve kind?" aldus wendde
hij zich met een iiinigcii blik van vaderlijke
liefde tot Lisa.
„Alles, alles bevalt mij. de bergen, de
hosschen. den hemel, en hel meeste bevalt
mij Kaalje. Vader, ik heb reeds vriendschap
niet haar gesloten."
„Dat is toch snel in zijn werk gegaan.
„Ja, Lisa!" zeide zij haar heel zacht in
het oor.
„Het goede kind!" bemerkte Trautmann
geroerd. „Het is wel de eerste maal, dat zulk
een vraag door een kind van haar ouderdom
tol haar gericht wordt. Mijn Kaatje is niet
als de andere meisjes in het dorpzij heeft
iets aparts, wat ieder van haar verwijderd
houdt. Niet als of zij trots en hoogmoedig
ware; God heeft haar daarvoor behoed,nie
mand kan deemoediger en bescheidener zijn.
Maar zeker heeft zij een bijzouderen geest,
die haar hel liefst haar eigen weg doet gaan.
Zoo is haar kindsheid zeer eenzaam geweest.
Daarom zal de vraag van uw dochtertje
licht gij mij lief? als een nooit gehoorde
een wezenlijk groot verzoek aan u. Kaatje
wil mij haar lievelingsplekje toonen, de weide,
waar de heerlijkste bloemen groeien, en de
hoogten, waar men de prachtigste uitzichten
heelt. Mag ik mee?"
Westllorii zag Traulaiaiin met vrageuden
blik aan.
„De kinderen /lillen toch niet verdwalen
„O, daarover hen ik zonder zorg. Kaatje
keilt herg en dal en is een verstandig meisje.
Wij kunnen de kinderen gerust aan zich
zeiven overlaten."
„Nu, gaat dan maar, zei de heer Westhorn,
en haastig, arm in arm, ontvluchtten de
meisjes.
Intusschen was het zeven uur geworden
en van he; torentje, dat boven op bet dak
van de school was aangebracht, weerklonk
ccn klokje, welks helle klank door de naaste
hoogten In ticnvoudigcu weerklank terug
gegeven werd.
„Mijn ambt roept," zeide Trautmann. „Dus
moet u mij verontschuldigen. Ziet u, hoe de
lammeren mijner weide van alle zijden nader
spoeden De herder mag dus niet op zich
laten wachten."
Werkelijk kwamen nu van rechts en li
loidc lu
luimde knapen en meisjes, meest barrevoets
en arm gekleed, doch rein en zedig, met
boeken en tijen onder den arm, en gingen,
iu het voorbijgaan vriendelijk groetend, in
liet sehoolvertrek. Spoedig hoorde incn nu
daaruit een gegons, hetwelk met het gesnor
van een bijenkorf veel oveieenkwam.
„Alvorens te beginnen, zullen wij toelt eerst
tiaar onze patiënte zien," zei Trautmai
„Wellicht is zij nu bereid haar dokter Ie oi
vangen, en een nieuw verband zal noodig zijn."
De mannen gingen binnen en werden door
mevrouw Westhorn met een vriendelijke
lach begroet. Zij had geen woorden genoeg,
om den goeden Trautmann voor zijn trouwe
hulp te bedanken. „Ik heb," zeide zij, „een heer
lijken nacht gehad en voel bijna geen pijn
meer. Kceds wilde ik beproeven op ten
zoo gemakkelijk en vrij ben ik te mo
Doch Trautmann, nadat hij den zieken voet
onderzocht en zijn tevredenheid daarover had
geuit, legde een nieuw verband en beval
nog eenigen tijd rust met den voet. „Nog is
de ontsteking niet geheel geweken, en ccn
ontijdige inspanning zou de zaak verergeren.
Morgen hoop ik u ccn kort uitstapje in de
vrije lucht te kunnen veroorloven." Daarna
ging hij heen, om, zooals hij reeds gezegd
had, zijne lammeren te weiden, en spoedig
verkondigde een godvruchtig, luid gebed van
uit liet sehoolvertrek, dat het vrome werk
reeds een aanvang genomen had.
Derde Hoopostuk.
Wij hebben onzen lezers in de voorvallen
en gesprekken in het vorige hoofdstuk een
inzicht ill het vriendelijk onschuldige leven
in de dorpsschool en in het warme, eerlijke
karakter van onzen vriend, den ouden, wak
keren Trautmann beproefd te geven.
Deze geest van stillen vrede en vroom
vertrouwen was het wel hoofdzakelijk, wat
de goede, rijke en voorname lieden uit de
stad zoo wonderbaar aan onzen ouden vriend
boeide en aan hen, die onder zijn dak enkele
stonden doorlceldcn.zoo genocgclijk en genot
rijk maakten. Een zoo groote rijkdom, bij
deze groote, uiterlijke armoede, zoo veel op
rechte gemoedsrust bij de behoeftige een
voudigheid en bescheidenheid des levens was
hun in de groote wereld, in de kringen, waarin
zij zich bewogen, nog niet voorgekomen,
en zij waren zelf braaf en verstandig genoeg,
om het te verstaan, en het lief te krijgen.