Katholiek Nieuws- en Advertentieblad voor Amersfoort en Omstreken. DE EEMBODE Kantoor: Langegracht 13, Amersfoort - Telefoon No. 314. -it**- *1 Dinsdag 25 Mei 1915. - No. 16. - 29e |aargang. Dit blad verschijnt eiken Dinsdag- en Vrijdagavond en wordt uitgegeven door de ftljjft If flSft Advertentieprijsvan één tot vijf regels veertig cent. Elke regel meer zeven en een Vereeniging De Eetnbode te Amersfoort. Prijs per drie maanden zestig cent. halve cent. Reclames: tien cent per regel. Advertentién in het redactioneel Afzonderlijke nummers drie cent. Abonnementen kunnen eiken dag ingaan, doch op- iwfl fflrh gedeelte vijftien cent per regel. Billijke tarieven bij geregeld adve-teeren. Alle zegging van abonnement moet geschieden vóór den aanvang van een nieuw kwartaal. mededeelingen en advertentiön in te zenden vóór twaalf uur op den dag van verschijnen. Zedenleer der Theosofen. I ii liet pas gesloten w lde Vereeniging Geloof en Weten schap te Amersfoort, besprak de Eerw. Adviseur dier vereeniging in eenige verhandelingen de Theosofie, een dwaal leer waarvoor tegenwoordig - ook in Amersfoort en omgeving nog al propaganda wordt gemaakt. I)e verslagen dier verhandelingen, in ons Katholiek orgaan opgenomen, brachten het in kleinen kring bespro kene verder, en gaven xo<> meerderen een beteren kijk op de verwarde Theo sofische dwaalleer. Kr werd ons gevraagd hoe 't staat met ile zedenleer der Theosofen. Kn naar aanleiding daarvan willen wc deze eens nader beschouwen. De Theosofie heeft zeker ook een zedenleer en van haren aanvang af men veel ethische olidcrwerpcu v ill hare leerstellingen. Xedekuiulige lessen en voorschriften vinden wij in theosofische geschriften en voordrachten, in meerdere oi min dere mate naar gelang dei aard van schrijvers en sprekers. Men kan uit die geschriften een aar dige bloemlezing verzamelen van wel lcn en spreuken en gcdichlcn van zuiver ethisch gehalte. Reeds zijn eenige bundel- van der gelijke verzamelingen in den tiundci. I-lenige Theosofen-bonden hebben met meer nadruk en als met voorliefde, de zedenleer voorop gesteld en anderen meer op den achtergrond gesteld ol gemaskeerd. Op de algemeens verbroedering aller inetisclicii. de algemeene b.-langlooze mciisclieiiliefdc, de verbetering en de volmaaktheid van /.icluell wordt in die boeken sterk aangedrongen. 't U niet te loochenen er leeft in velen theosofen een eerlijk geloot aan liet zedelijk goede, aan de deugd, en een eerlijk streven naar deugd. Dr. Wilhelm Oehl verzekert, dat hij een duizendtal aanhangers der theoso fie uit verschillende landen heelt loeren kennen, die niet alleen voor uitbreiding hunner leer naar buiten werkzaam zijn maar ook aan zellloutcriug arbeiden. Onthouding van vleeschpijzcn. van al cohol en ander zingenot is bij hen geen zeldzaamheid. Onderling hulpbetoon wordt trouw beoefend bij hen. Men kan theosofen leeren kennen met werkelijk treffend liefwaardige ei genschappen, met een ijver en cene begeestering voor al wat edel en goed is, die de onverschilligheid vlinder zijn eigen schoone kleuren met ziet. als de jasmijn die de weldadige geur harer eigen bloemen niet ruikt, zoo is de waarlijk deugdzame menscli voor zijne omgeviag. Maar lioeveleri laten zich bedriegen door dergelijke bloempjes in de wildernis. /.ccr dikwijls heeft een schromelijke verwarring van denkbeelden plaats. Kr is iets goeds in de statuten der vereenigiug, er is iets goeds en edel» in de leden der vereeniging. dus: die vereeniging niet af te keuren, zoo wordt vaak geredeneerd. Kn dat is gladweg verkeerd, licdenken wij wel, dat in de theosofie ook mcnschcn aan liet woord zijn, en gelijk wij onder de vele woorden van een krankzinnige uitdrukkingen van ver heven wijsheid ontmoeten, gelijk wjj parelen ontmoeten onder de ruwe stee- tien en schelpen in de zee, zoo vinden wij onder alle godsdiensten en bij alle vereenigingcn en bij alle mcnschcn iel» goeds. Iiiu- slecht ook die vereenigingcn Niemand is geheel en al slecht op irde. Altijd wordt de Christelijke zeden leer afgewezen en gehoond als min derwaardig, verouderd, waarin slechts luer en daar een greintje goeds voor komt. De theosofische Ethica spreekt zich- lvc ontelbare malen tegen, daar toch ieder thcusool met „zijne waarheid' ook zijne zedenleer wil naleven cn na leven moet. Verward en vol tegenstrijdigheid zijn hun stelsels van Ethica. iilavatsky. om een voorbeeld te noemen - verwerpt het gebed, als volstrekt zinloos, nutteloos en vol bij- gciooviglieidde tegenwoordige ver eerders van Illavatsky zijn onuitputte lijk in hun ijver om dc waarde en den zegen des gebed» aan te prijzen I Maar dergelijke punten in eenige on derdeden hunner Ethica kon men laten passecren. indien lcn minste dc grondge dachten onaangevochten konden blijven. Maar ook die zijn meestal onhoud baar Het uitgangspunt dezer valsche dcnleer i» de mensclielijke wil is s grootendccls Uoudliisme j li,open i den laatsten tijd met een Christelijk moet ii kusje besprengd. i kunnen Groeien cr ettelijke tarwe-aren op ilci kkcr van het Boudllisine. dit belet ntz at hel onkruid r-r legio biijtt, Men zij voorzichtig in zijn o ardee over dc zedenleer der ihcusoue, /ij heeft hare lichtzijden, maar eci donkere schaduw daartegenover. Dc Ethica der theosofie lijdt m algemeen een vage onduidelijkheid, aar grillige dweperij en gebrek aan systeem zij heelt elementen van onderling! tegenspraak, eenige gevaarlijke dwahn gen in hare grondregels cn kom dikwijls de inecst bedenkelijke zw akhc den in liet gi 'i louteringsweg geheel door- herhaalde ri-ncarnaties. luj inden vallen om goddelijk te Met deze fundamenteele grondstelling is eigenlijk de gelieelc zedenleer om gezet In naumrphiïosolie en veroordeeld. De bij theosofen gebruikelijke bena tiling „zonde" beteeken; geheel iets an ders dan het begrip zonde van de 'luisterren. Zonde is volgens dc theosofen niet de vrjjwilligc welbewuste overtreding van Gods wil en wet. maar een heel vaag bewustzijn van zwakheid, van feil- in g« Dienvolgens ii iu aanmerken als „eene negatie", van het goed recht der Reformatie. eene bevoorrechting van dc K. K. Kerk boven alle kerken in Nederland" zou zich wreken in cene verscherping der godsdienstige tegenstellingen in ons volk. Dc godsdienstige belangen der Katholieken, de ondervinding heeft het geleerd, kunnen in 't algemeen ten minste in het moederland dank zij de geringe aanraking tusschen den Staal cn de kerkgenootschappen ten onzent, ook zonder zoodanig gezant schap vrijwel naar bchooren worden behartigd. Alleen d.m moet hel ge zantschap worden hersteld, wanneer men begrijpt, dat dc internationale positie van den l'aus als Hoofd der Katholieke Kerk van zoodanigen aard is. dat het voor ons volk in zijn ge heel een nadeel zoude zijn, indien men hem daarin niet volledig erkende". Dc Vrijzinnige Arnhemsche Couranl gaf t n den Paus. grootcn invloed diens zeer afzonderlijke vrij. Dc mensch moet eens der. voorbereiding van den vrede als 1 gewezen positie zal niemand kunnen loochenen. Is het daarom niet een levensbelang voor Nederland om daar, in het Yaticaan, tijdelijk zijn eigen missie te hebben - „En wanneer uit die tijdelijke een bestendige missie voortkwam r \Yat zou, eventueel, daar tegen zijnHeb ben niet andere, dok l'rotestantsche natiën, haar vertegenwoordigers bij den Paus ls. ja of neen, het hoofd der Koomsch-Katholieke Kerk, al is de wereldlijke macht niet meer de ijnc. een souverein. die in alle landen der wereld een machtigen invloed l.jhce ,-oring. ook als de mensch volstrekt I Isevolkingsminderheid heeft, die Katho- Invoar Zuidvruchten. De Tweede Kamer heelt het wets ontwerp tot vrijstelling van invoer recht van sinaasappelen, mandarijnen, :itroenen afgehandeld ook bana- zijn vrijgesteld. Uitvoer verboden. iindvlcesch is ver- Di- oten is alger iccl heelt de ;ing liet nog Wij i onge mige m-C'hrisli zeker t be schaming zijn. Maar men zie hierin niet te veel le aanbeveling. In „Die Lïbenswcishcit der Hindus uit dé schriften van een Brahmaa: bijeengebracht en door Jacob Smilz u 'l Duitsch uitgegeven zijn zeker vei - tellingen die .Ie beste Katholiek ka onderschrijven, vooral als ze builen nu: leerstellig verbaud genomen worden. De beeldspraak is ook dikwijls lend, ik Als de lisheid vat» de ihco- I ot ecu ordelijk gc- lercldom vallende bewe id gebracht, overal en altijd eenige alzoudcrlijke brokstukken, eenige uit tillen, doeleinden en idealen zonder -rb.ind of in phant.istischc algemeen- en SOlied fundament is plaats oorzaak i:in die samenhangende Iccrin- gen. Daarbij komen dc grilligste kuren ;ie wetten en ieeringen aan treffen. althans in zooverre er vaste •li Ieeringen zijn. Zoo steunt dc onthouding van vleesch als voedsel slechts daarop, dat vlceschvocdiiig de luwheid, wreedheid, valsclihcid enz. der lieren op den mensch overbrengt oor dierenbescherming is de volgende redehet dier is den mensch zeer ia verwant, zijn broeder: wij allen wa ren eens dieren iu vroegere bc-iicha- l'.eri groot" gebrek dm'övèial'lc voor schijn tr.-edl in de theosofische zeden leer. is de verbazingwekkende onrecht vaardigheid tegenover de Ethica van het Christendom. bij hen „zonde", iaaroü) veranderen cn verhaspelen •iok alle met zonde samenkomende .tanden en begrippen zooals berouw boetvaardigheid, verlossing, reinheid. Al die woorden hebben bij hen een mdcrc beteekenis. Eli zoo is de veeltijds misleidende, leclils schijnbare, overeenkomst der hcosolisclie moraal met de Christelijke cdcnleer een groote vcrvalsching van begrippen, en niets minder. Van een objectieve, door God vast gestelde, zedenleer is geen spraak in ai daarom blijve iedt4 Christen verre hun leer. Nederlandse)! Gezantschap bij den Paus. De Katholiek.- Staatsraad Professor Stiuijokcn schreef aan 't slot van een artikel over het gezantschap bij den Binnenlandsclie Berichten. den. om den Kallioliekei genoegen te doe „gunst", die een deel besluiten schap bij het niet geselde- in Nederland Zoodanige bei niet onverstandig om zich buiren ofiicieele banden met dien groo- n moreelen invloed te houden ..De werkelijkheid is. dat in het Ya ticaan eene groote macht zetelt, al draagt dc houder daarvan geen wereld lijke kroon. Dat mogen vele Protes- onaangenaam vinden. het feit, dat die macht bestaat, verandert -t door. Vandaar, dat wc ook de toekomst eene missie van Nederland bij den Paus te Konie niet verkeerd doch in tegendeel geweiischt vinden". Weermacht. Hel wetsontwerp, tot uitbreiding van de landsverdediging zal alleen inhou den. dat te beginnen met de lichting 1917 de vrijstelling wegens broeder- Jienst zal worden afgeschaft. liet contingent, thans bedragende 23.000 man zal dan met pl.m. 17.000 den uitgebreid. Mond- en klauwzeer. rider liet vee van den veehouder J. J. Wenneken te Wateringen is moiul- uitgebroken. Een 7-tal dit- besmet waren, zijn alge- •li op hel erf begraven, dc i runderen zijn naar hei abat- .otterdam vervoerd. De uitvoer boden. Voor den uitvoer van nuchteren kal veren wordt tijdelijk ontheffing van het uitvoerverbod verleend. Wolvordering. Gemeld wordt, dat niet alleen de scheerwol, doch ook alie blootwol over het gehecie land door het legerbestuur is gevorderd. Onder de gevorderde wol. welke thans niet meer verhandeld mag worden, is echter niet begrepen die, welke reeds bij dc fabrikanten voorradig is. om in hunne fabrieken te worden verwerkt. 'De wol zal door gemachtigden van het legerbestuur in ontvangst worden genomen en kan zoolang bij de eige naren in opslag blijven. Weer valsche zilverbons. De nieuwe zilverbons van f 2,50 blij ken ook al weer vervalscht te kun nen worden. Bij een onzer groote geld-instituten te Amsterdam zijn twee valsche zilverbons ontvangen. Wanneer men de valsche niet verge lijkt met de echte, dan valt het niet gauw op. dat men nagemaakte zilverbons heeft. Zij hebben ook c watermerk in vet er in gewerkt. V gelijkt men de valsche echter wel n de echte, dan blijkt dadelijk, dat de randversiering en de letters van lichter blauwe kleur zijn. dan op de echte. Ook is de afdruk lang niet zoo scherp, doch zelfs eenigszins vlekkerig. Aigem Bond v. R. K. Kiesverenigingen. Het Bestuur heeft benoemd tot leden der Commissie, die in opdracht heeft onderzoek in te stellen naar de werking van de bij de Leeningwet 2914 opgelegde belastingen en. indien venredigen druk mocht blijken, of anderen hoofde nadeel te vreezen voorstellen te doen, hoe tot een :r rechtvaardige of betere verdeeling der lasten te komen, de heeren Mr. Kooien, lid van de Tweede Ka- er. voorzitterE. Korstmann te Rij- burg, hooglecraarH. W. D. Helle brekers te Rotterdam, industrieel; G. A. H. Kluytmans te Utrecht, W. C. A. Pastoors te Ginneken Joh. H. Schoen makers te Geertruidenberg, onder-voor zitter Bossche Diocesane HanzeL. baron van Voorst te Twelto, onder voorzitter v. d. Ned. Boerenbond. lasting naar het inkomen worde pro gressie toegepast. „De aflossing van geldlceningen worde geregeld in verband met den duur en het belang van de zaken, irvoor geleend wordt. Ondernemingen of inrichtingen van openbaar belang, welke een monopo listisch karakter dragen, dienen bij voorkeur van gemeentewege te worden geëxploiteerd. „Elk gemeentebedrijf worde afzon derlijk en op commercieele wijze be heerd. Maar daarnaast streve men naar amenwerking van de bedrijven en diensten ter voorkoming van onnoodige „Het maken van winst mag niet op den voorgrond staan. Dat de bedrijven e bijdrage betalen voor hun aandeel de algemeene kosten van beheer voor het gebruik van den ondergrond of den openbaren weg is te billijken. „De gemeente verzekere zich. waar noodig. den eigendom van de gronden, die vermoedelijk in de toekomst voor stadsuitbreiding noodig zullen zijn. De wenschelijkheid van de inrichting van een grondbedrijf worde overwogen. De gemeente geve hare gronden bij voor keur slechts in erfpacht uit en over- wege de voorziening in daaruit voort vloeiende credietbehoeften," Wanneer komt er eens een Katholiek gemeenteprogramma De Liberale Unie n gemeenteprogramma op, o geven bij stelde leiding raadsleden. Over financiën en bedrijveu vinden wij daarin o.a. liet volgende „Aan directe belastingen is de keur le geven boven indirecte. „Bij de heffing van een directe be- Uit het Buitenland. Italië ten oorlog Pinkstermaandag begon het tusschen Oostenrijk-Hongarije, bijgestaan door zijn Duitschen bondgenoot, en 't vecht lustig en hebzuchtig Italië. De Italiaansche mededeeling luidt ,Op 4 Mei 1.L is mededeeling gedaan tan dc Oostenrijksche regeering van de ernstige motieven waarom Italië, ver trouwend op zijn goed recht, het bonds- •erdrag met Oostenrijk-Hongarije, dat ras geschonden, voor nietig en voor aan zender effect verklaarde en zijn volle vrijheid van handelen hernam. In verband daarmede zou de regee ring vast besloten met alle middelen, waarover zij beschikt te arbeiden voor de Italiaansche rechten en belangen in haar plicht tekort schieten als zij niet tegenover elke tegenwoordige of toe komstige bedreiging de maatregelen i, die de gebeurtenissen haar dwin gen te nemen. De Koning verklaart zich in oorlogs toestand te bevinden met Oostenrijk- Hongarije." Hierop volgde een serie besluiten betreffende mobilisatie van land- oo zeemacht enz. Uit Berlijn kwam de volgende mededeeling in antwoord op de Itali aansche oorlogsverklaring „De Italiaansche regeering liet aan de Oostenrijk-Hongaarsche regeering verklaren, dat Italië zich in oorlogs toestand bevindt met Oostenrijk-Hon garije. „De Italiaansche regeering heelt door dezen gezochten aanval tegen de feuilleton. DE LIJFEIGENE Er ligt tusschen mijne domeinen een hofstede, die een onaangename on regelmatigheid daarin le weeg brengt. Alen zou.' bij het beschouwen van den toestand, kunnen meer.en dat men een aanval »P "lijnc landgoederen ge- waaud had.' „Men weel dat de leude van het slot Mello niet zoo gemakkelijk een onrecht verdraagt." Daarom juist verlang ik dat deze toestand veranderd worde; mijne eer laat niet toe te doen gelooven. dat liet mij aan macht gaat ontbreken. Ik ver lang dus die hofstede te bezitten." „Dat is gemakkelijkzij is klein, behoort aan iemand, die geen bescher ming heeft, en gij zijt sterk." „In weerwil van de macht cn dc krijgers, over wie ik te beschikken heb. wil ik'toch niet lichtzinnig hanJelen; voorzichligheidsmaatrcgclen cn beleid kunnen nooit schaden. Het landgoed van Hahriman is van leenroengcn oorsprong." ,Wat doet dit ter zake zijn meester iis 'immers niet iu staat hem le be- schermen." .Ongetwijfeld. Gedurende den oorlog had Hahriman zich in de gunst weten dringen van vorst Karloman. die hem onder zijn vrijwillige vasallen op nam cn schitterende beloften deed. Ongelukkig echter voor den trotschen en onvoorziehtigeri vrijen man. heeft de prins afstand van zijne macht ge daan hij is de Alpen overgetrokken en heeft het ordekleed aangenomen in het klooster le Mont-Cassitto. Pepijn, mijn meester, heeft thans alleen het bevel over liet lrankische rijk hi; minste, die zooveel diensten van mijn zwaard ontving, zal zich niet tegen mijne plannen verzetten." „Gij ziet het dus, er is geen enkele hinderpaal; gij kunt uwen gang gaan „Ik vrees niets, maar er moet nog een middel op gevonden worden." Odo dacht een oogenblik na daarop zijn tintelenden blik op Drogho i gend. zcide hij „Het is gemakkelijk, om Hahriman zijne hofstede te ontrukkenik ben zelfs van gevoelen, dat gij nog doen moet." „Wat wilt gij zeggeg „Gij zult wijs handelen, wanne, deze geheele familie tot uwe lijfeigenen „Hahriman is een vrije ntan krach tens zijne geboorte hij heeft het recht om de pleitgedingen op de nationale Meidagen bij te wonen hel is mij dus gcuorloofd hem tot lijfeigene maken." „Wanneer gij li van zijne hofstede meester wilt maken, dan moet gij hem tol den staat van lijfeigene brengen. Laat de zaak aan mij overik verzeker dat uw verlangen weldra zal vei „Wat zult gij dan doen „Wanneer gij cenig vertrouwt mij stelt, vraag mij dan niet meer. Het goed gevolg zal u weldra van het doel matige van mijn plan overtuigen." De leudc berustte hierin. „Ik stem in alles toe." zcide hij, „maar zorg dat gij slaagt," Daarop scheidden de twee boos wichten van elkander. Den volgenden nacht, toen op de hofstede alles in diepe rust was. werd er eene poort van hel slot Mello ge opend. cn kwamen een twintigtal man nen le voorschijn, die zwijgend als schimmen langs den muur stoopen naar het grindpad, dat naar de vallei voerde. Zij werden aangevoerd door Odo. Het was donkere maan en het bleeke licht der sterren kon nauwelijks door den Septembernevel heendringen, die de aarde overdekte. Deze mannen, door Itun opperhoofd geleid, trokken be hoedzaam voorwaarts en schenen vreczen dat het gedruisch hunner vo stappen dc echo's der vallei zouden wekken. Aan den oever van de beek gekomen, die de domeinen van den leude van de hofstede scheidde, trok ken zij zonder aarzelen het water over naar de overzijde. Toen zij nu allen over waren, richtten zij op een gcgevi tecken van Odo zich naar de villa, die onder het geboomte verscholen lag. Aan den voet van de woning hielden zij stand en schaarden /ich rondom hun geleider. Nadat >do allen geteld en zich verzekerd had. dat niemand ontbrak, sprak hij op zachten toon eenige woorden, en terstond verlieten vier mannen dc bende, om post te gaan vatten twee plaatsten zich beide uiteinden van de villa, terwijl de twee anderen de wacht hielden bij de korenschuren de zestien overige man nen verspreidden zich rondom het huis en vormden een kring, zoodat zij ieder, die zou pogen te ontsnappen, bemach tigen konden. Nauwelijks waren deze maatregelen genomen, of de vlam steeg op uil al de hoeken, die door de vier mannen waren bezetweldra verrezen de roode vlammen snorrend tot op de daken, sloegen om dc muren cn hulden de geheele villa in walm en rook. Het geknetter van den brand e hitte die naar binnen drong, wekten de bewoners weldra uit den slaap. De bandieten bleven onbewegelijk en vol oplettendheid; hun afgrijslijk voorkomen, duidelijk zichtbaar door de vlammen, getuigde van het genoegen w: smaakten een helsche spotlach speelde om hunne lippen. Eensklaps klonk een hevig gegil door de villa, en cr snelde iemand naar buiten het was Hahriman. Toen hij zag, dat zijne woning 'le prooi der vlammen was, drong hij op naar binnen, cn na weinige minuten verscheen hij met zijn vader en vrouw en kinderen buiten. Intussclien hadden de soldalen hun kring nauwer aange sloten. en zij omringden zoo snel de bewoners der hofstede, dat deze den tijd niet hadden om zich te verdedigen. Hahriman verzette zich tegen dien raderlijken aanval, maar Odo gaf, der zich te gewaardigen naar hen luisteren, bevel lot den tocht naar slot Mello. De vrije man riep om hulp. hopend, dat de lijfeigenen uit de hut hem hooren zoudende booswicht ecliter. die hem gevangen genomen had, legde hem op strafte des doods het zwijgen op. „Ais gij nog een woord spreekt." zeidc hij, „dan zal ik u allen weder in de vlammen doen werpentracht niet te ontsnappen, want dan zal ik terstond doen ombrengen." De soldaten voerden nu de geva genen weg langs den oever der beek, die door de roode vlammen var brand verlicht werd. Odo maakte zich gereed om de beek te doorwaden, zeven mannen tot aan de tanden ge wapend, snel ais de bliksem op zijne bende vielen. Zij maakten zich eerst meester van Hahriman en zijn oudsten toen wilden zij den grijsaard en de overige leden der familie Hahriman aan de handen der soldaten ontrukken maar Odo, die den tijd had om tot zich zeiven te komen, was het gelukt zijn aanvallers af te weeren, wijl zij vreezende, dat Hahriman en zijn zoon weder in de handen der vijanden vallen zouden, het raadzaam achten om terug te gaan. Deze plotselinge tusschenkomst geschiedde door Deban en zijn zes wakkere zonen. Gewekt door de angst kreten van Hahriman op het oogenblik, dat hij door de bandieten aangegrepen werd, waren zij toegesneld om hun meester ter hulp te komen. Odo, ofschoon sterker in getal, ver volgde de lijfeigenen niet verderhij wilde geen strijd op leven en dood aangaan, waaraan al zijne manschappen moesten deelnemenhij vreesde ook dat liet gevolg van dezen strijd nood lottig zou zijn voor de plannen van zijn meesterer zou bloed gestroomd hebben, en de vluchtelingen zouden wellicht het gerucht van dezen gewa- penden aanval door het land versprei den. Hij haastte zich met de gevan genen. die hem waren overgebleven, den heuvel van hel slot te beklimmen. Wordt voortgezet.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1915 | | pagina 1