MEUBELEN flijwielbandan Fa .L. A. A. v.HAMEHSVELQ Motorbandin DE EEMBODE KATHOLIEK NIEUWSBLAD VOOR AMERSFOORT EN OMSTREKEN VRIJDAG 27 AUG. 1920 34ste JAAROANO No. 43. Kantoor i Langegracht 38, Amersfoort DB ERMBODE verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. ABONNEMENTEN kunnen elke weck In gaan. doch opzegging van abdnnement moet {cschleden voor den aanvang van een nieuw wartaal. Prijs per drie maanden 10.90 Bulten de gemeente Amersfoort f0.95. Afzonderlijke nummers 10 ct. o ADVERTENT1ÉN 25 cent per regel. Billijke tarieven voor handel en nijverheid bij geregeld advcrtccrcn. Arbeid is geen schande, wie je dddrom ook inaar één oogenblik scheef aankijkt, kan je vriend niet zijn. Hmersfoort ingenomen (1543). Door T. PLUIM. Wij schrijven 1543. De machtige Keizer Karei V, in wiens rijk de zon niet onder gaat, heeft reeds bijna al de Nederlanden in zijn bezit ge kregen alleen Gelderland verzet zich nog tegen hem onder aanvoering van den stoutmoedigen Hertog Willem. De Keizer is thans in oorlog met Frankrijk en heeft daarom een groot deel van het leger uit deze streken teruggetrokken, vooral langs de grenzen van Gelder, nl. uit 't Hertogdom Gulik. Deze onvoorzichtigheid zal den in gezetenen duur te staan komen. De ondernemende Geldcrsche Hertog, im mers ziet thans de kans schoon om zijn slag te slaan, nl. de landen van den Keizer te gaan plunderen. Ziju oog valt op het naburige Utrecht, dat van de Veluwe uit gemakkelijk te bereiken is. Amersfoort zal dus den eersten stoot hebben te doorstaan. Als veldheer, belast met dezen plun dertocht, kiest de Hertog niemand min der dan den beruchten Maarten van Rossum, wiens lijfspreuk was: «Branden en blaken is hel Magnificat van den oorloge. Reeds vroeger hadden deze streken aan den lijve ondervonden, welk een aartsplunderaar deze Maarten was cn hoe hij voor niets, zelfs niet voor de gewijde plaatsen terugdeinsde, om zijn hebzucht te voldoen. In 't begin van Juli 1543 naderde deze gevreesde veldheer met 25 ven dels voetknechten en 1200 ruiters deze streken. Schrik cn verslagenheid maakte zich van Amersfoort meester, want de bezetting der stad was op last van den Keizer naar Nijkerk getrokken om dize plaats aan den Hertog van Gelder te helpen ontnemen. De sluwe Maarten had dus het oogenblik van aanval uit stekend gekozen. Reeds zag men van den toren, hoe in de onmiddellijke nabijheid Leusden en Soest geplunderd werden ook hel Mannenklooster in de Birkt had ver schrikkelijk van den aartsgcwcldenaar te lijdenzijn soldaten plunderden het, jaagden al de monniken weg cn namen alles als buit mede. Maar de Amersfoorters gaven den moed nog niet verlorenvlug richtte men een soort burgerwacht op, die de verdediging op zich nam. In den vio.-gen morgen van den 4 Juli, tusschen 5 en 6 uur, opende Maarten van Rossum het vuur op de stad. Tegen zijn ver wachting in vond hij haar niet weerloos, want de burgers weerden zich manlijk, zoodat hij wel begreep, dat hij de vesle niet gemakkelijk zou kunnen bemach tigen. Hij stond daarom op 9 Juli, 's morgens tusschen 2 en 3 uur toe, dat de stad zich bij verdrag overgaf en dus zich niet aan zijn genade ol on genade behoefde te onderwerpen. Dat was alzoo de schoone vrucht van de manhaftigheid der Burgerij. Van Rossum beloofde, dat de stad vrij zou zijn, van eenige schatting, alleen 1000 gulden zou zij betalen om zijn soldaten te beloonen. Dit aanbod werd natuurlijk gaarne door de stad aanvaard, Doch, helaas I op het woord van dezen aartsplunderaar viel niet te rekenen: nauwelijks was hij de poort binnen, of hij verklaarde, met het vastgestelde bedrag niet tevreden te zijnhij eischte van de Burgers, dat zij al hun geld en zilverwerk op brachten. Ja, hij nam zelfs den vrou wen de ringen af en andere klein- nooden. De gewijde kerksieraden werden niet ontzien, terwijl het soldaten volk ontzettend te keer ging. De stad moest nu den valschaard 80.000 rijders van 24 stuivers het stuk opbrengen. Zelfs de kloosters werden niet gespaard. Zoo leest men in de «Chronyk van St. Aagten» die de Nonnen bijgehouden hebben«Ons convent werd (voor de 80.000 gulden oorlogsschatting) ttn eer ste op 2000 gulden gezet, 't welk wij niet hadden. Wij brachten ons goud, zilver en kelken bijeen en verkochten eenig land en lijfrenten zeer goedkoop. Men dreigde ons conventgoed te ver- koopen, indien wij 't geld niet opbrach ten. Wij mochten geen klok luiden om Missen te doen, maar alleen met ge sloten deuren en in voortdurende on rust, daar wij niet wisten, of wij leven of sterven zouden. Voigens de be rekening van onzen rentmeester Wouter Claassen hadden wij wel drie en half duizend gulden schade (voor tijden een ontzettend bedrag). Wij m teu ruiters en voetvolk, wel tot 1700 toe, eten geven. De Prior van Windes- heim, die bij ons gekomen was, kon uit de stad niet komen, maar hielp ons getrouw alles regelen, hoewel zij hem de blanke sabels op de borst zetten hierdoor (dus door de voeding van de 1700 soldaten) geraakte onze voorraad levensmiddelen uitgeput. Om den hon gersnood te ontgaan kregen onze Zusters door het smeeken van goede vrinden verlof van Van Rossum om bij haar kennissen buiteu de stad een tijd lang te gaan wonenlater kwamen zij allen Maar met de 80.000 gulden was Maarten van Ros<um nog niet tevreden zijn hebzucht eischte oog meer. Even wel, al het geld eri zilver uit de stad was reeds in zijn handenhoe dus nog meer machtig te worden Hij dwong nu de stadsregeering twee schuldbe kentenissen te schrijven, waarbij men hem later «onvcrdragelijke sommen* moest uitbetalen. Spoedig vernam hij, dat de Prins van Oranje iu opdracht van den Keiler met een groote krijgsmacht naar Utrecht was getrokken om deze stad tegen de te verwachten aauvulltn van Van Rossum te beschermen. Onze geweldenaar voel de zich door de nabijheid van dia krijgs macht zeker niet meer op zijn gemak elk geval durlde hij niet verder Utrecht inrukken en zoo trok hij met het grootste deel zijner soldaten naar Brabant, waar hij de omstreken van Den Bosch ging plunderen. In Amers foort liet hij een bezetting achter van slechts 3 vendels onder bevel van Meindert Uytten HAm. MAar hij vcrgAt om vele van de rijkste burgers mee te nemen en wel nis gijzelaars >or de geteekende schuldbekentenissen. Gelukkig zullen die burgers later wel terug zijn gekeerd, want spoedig wns het rijk van Maarten van Rossum uit. Immers op 7 Sept. moest zijn meester, de Hertog van Gelder, zich aan den machtigen Keizer Knrel V onderwerpen te Venloo, waar de Keizer lijn leger tent had, knielde Hertog Willem voor Karei V neer en legde, naar het ge bruik dier tijden, het hoofd in den schoot van den Keizer: een teeken v^o vol ledige onderwerping. Gelder werd dus nu, evenals alle andere Nederlandsche gewesten, een deel van Kareis gebied. Onder de bepalingen komt o.a. voor: Amersfoort zal terstond worden over gegeven. En zoo werd de stad weer van den vijand bevrijd. Op 30 Sept. dec d de Prins van Oranje tijn intocht in Amersfoort om in naam des Keizers de hulde in ontvangst te en. Maar een groote teleurstelling de Eemstad wachten Karei V ont haar alle voorrechten. Dat was zeker hatd voor deze stad, die zich zoo dapper gedragen had, doch de Keizer behandelde haar als overwonnen vesting :n was dus alleszins in zijn recht. Op :ijn bevel werd dan ook de stads regeering, die steeds door dc Burgerij zelf was gekozen, op 10 Nov, afgezet en vervangen door een Bestuur, dat door 's Keizers lasthebber Mr. Hector ran Howier werd gekozen. Dat was vel een diepe vernedering I Langzamer hand echter gaf de Keizer weer vele van de ontnomen voorrechten terug. Ook stelde de Keizer io 1544 een nieuwe gemeentewet op. waarnaar voor taan de stad zou bestuurd worden. Eenige van die bepalingen zal ik in een voigend opstel geven. Baarn, Aug. 1920. BILL IJ K GOED M. VLEESCHHOUWER, Binnenland Ten aanzien van de vraebtprijsbe- rekening voor op de spoorwegen te vervoeren paarden, hitten en poney's. is een nieuwe regeling ingevoerd, waarbij aan vele ondervonden moeilijkhedc wordt tegemoet gekomen. Paarden, hitten, veulens, pooney' muildieren en ezels zullen nu gelijkelijk worden bevracht, onafhankelijk hoogte of ouderdom. Hierdoor is alle twijfel omtrent het toe te passeo tarief uitgesloten: verklaring b.v. van een veearts, zooals die vroeger betreffende den ouderdom kon geeischt worden in dubieuse ge vallen, is overbodig geworden. Tijdens het jaarfeest te Grijpskerk (Gron.) ontmoeten J. P. en P. S. elkaar in een herberg. Nadat zij iets gebruikt hadden ontstond, er een woordenwis seling en begaven zij zich naar buiten net het doel hun wraak te koelen en 'oorgoed af te rekenen, hetgeen bleek uit d-: woorden, welke P. uitschreeuwde: Ik zal je doodsteken». Het feit was reeds geschied toen persouen toescho ten. S. was in den hals gestoken en reeds overleden. In den Clarapolder(Z.) brandde ren graanhoop al ter waarde van f20 000. N.V. Centrale Crediet- en Landbouwbank AMER8F00RT, Kortagr. 0. Tal, Int 383 UTRECHT, Tal. Intarc. 460. SOEST, Van Waedestr. 206, Tal. Int. 6 SCHERPENZEEL, Tal. Intarc. 6. Talagramndraa „Credo". IiittirOn a imliiWe uiuiirtii nrfiilti ui in lidrl Safs Deposit Een 76-jarig inwoner van Raalte, dc heer v. d, K„ bracht dezer dagen per rijwiel een bezoek aan zijn zoon te Tiel. Hij legde den afstand van 103 K.M. af in 9'/] uur, de rusttijd daarin begrepen. Voor de uitdeeling van haring en wittebrood vanwege dc 3-Octobcrver- eeniglng ter gelegenheid van de her denking van I.eidens ontzet, hebben zich te Leiden 2300 mannen en vrouwen aangemeld. Schipper J. Kopp, van Rotterdam op reis met de sleepkaan „Garde Dieum". groot 1276 ton, geladen met bazalt van Mainz naar De Lemmer, was Vrij dagmorgen gesleept, door de sleepboot „Keulschevaart XI", van Amsterdam vertrokken. Tot Urk ging alles goed, hoewel de wiod, die Z.W. was, steeds aanwakkerde en de zee hoi stond. Halfweg UrkDe Lemmer liet echter de sleepboot, die tengevolge van het slingeren, veel water in de machine kamer had gekregen, de sleepkaan los en in den steek, en stoomde, zonder iets tegen den schipper te zeggen, De Lemmer. Omstreeks 8 uur in den avond liep deze boot met veel moeite onze haven binnen. Kepp was direct, nadat de boot hem had losgelaten, gaan ankeren, en had daar de zee steeds woester werd, naar alle xgden noodseinen gegeven, die echter niet opgemerkt schenen te worden. Om streeks 10 uur in den avond begon het schip zoo hevig te werken, dat K„ die het ergste vreesde, toen besloot met zijn huisgezin, bestaande uit vri en zeven kinderen, waarvan het jongste pas vier dagen oud, met zijn sleepboot de sleepkaan te verlaten. Deze sloep is echter niet groot en toen men met veel moeite daarin had plaats genomen, was zc diep beladen. Al roeieade, (de schipper had twee zoons van 17 jaai aan boord) is men toen op het Lem- sterhavenvuur aangestuurd, en het ge lukte omstreeks 2 uur in den morgen, na een bangen tocht, waarin allen steeds in doodsangst hadden verkeerd, daar de sloep telkens dreigde om te slaan of tc zinken, de Lemster haven te bereiken, waar allen liefderijk den opgenomen. Michclin Mosclcy Keflex Clipper Warwick Bates Dunlop Firestone Flak Goodrich Goodyacr UIT VOORRAAD LEVERBAAR. Filiaal: Utrechischeatraat 25. Toekomst. De geheele voorraad 2millioen kilogram, verbrandde. Het stroo 1* verzekerd voor 130.000 gulden. Hij was een stakkerd, de zeventig jarige zwerver, die doof was, bijna niet loopen kon en zoo goed als niets be greep van wat de president der recht bank of de rijksveldwachter hem vroeg. Maar toch waa hij een gevaarlijke stak kerd. In den nacht ging hg het trap portaal binnen van een huis in de Willemstraat te Amsterdam bewoond door vele gezinnen. Op een der onder ste treden der trap wierp hg uit een kannetje petroleum en stak de trap aan Gelukkig zag een agent in het niet ge sloten trapportaal een groote vlam. Met zgn jas bluschte hg het vuur. Was hg later gekomen, dan zou de brand ern stige gevolgen gehad kunnen hebben, immers de trap was de eenige uitgang van het huis en bovendien waa er naast een winkel, waar petroleum opgeslagen was. De oude zwerver had deze daad ge daan. om... onder dak te komen. Ge- woonlgk werpen dergelijke zwervers een ruit in. of stelen wat. Iemand, die, om onder dak te komen een dusdanig ern stig feit pleegt als beklaagde waarbg menschcrilcvens op spel «taan, kan niet normaal zgn. En terecht vroeg deolli cier van justitie toen de zwerver, d.e den indruk maakte niet goed bg het hoofd te zgn, een onderzoek naar den geestvermogen van den beklaagde. B) Aan de Ganges. »Wg moeten voorzichtig te werk gaan,» zei Kammamoerri. «Zeker treffen we Indiërs in de nabijheid van Reiman- gal aan, cn er is veel aan gelegen, dat zij ons niet ontdekken. Bemerken zij ons, dan zullen zij alarm maken en onze landing verhinderen.» «Wat zullen we dan doen?» «Hen misleiden.» «Hoe?» "Laat dat aan mg over. Wg komen er door. zonder gezien te worden.» De Maharat ging naar den oever, nam een groot aantal bamboeplaaten van reus achtige grootte en bedekte daarmede de boot, juist alsof de bamboes door den stroom werden meccgeslcept. «Het is duister,» zei hg, terwijl hij zich met Tremal-Naik en Darma dam onder ver- schooi. «De Indiërs zullen niet denken, dat daaronder twee personen cn wild dier verborgen zijn.» «Snel, Kammamoerri, stoot af,« zei Ttemal-Naik, die beefde van ongeduld. Gelooft ge, dat wij nog op tijd zullen komen «Ik denk van wel, meester I» ant woordde de Maharat, terwgl hij de boot midden in den stroom roeide. «Misschien hopen die duiveiskeiels, dat de moor denaar slaagde. Tremal-Naik legde zich neer op den boeg, naast den tijger, terwijl Kamma moerri op den achtersteven had p aats genomen, en met de roeispanen het bootje trachtte te besturen. Het onweer was aangegroeid tot een storm, de wind huilde vrccsetijk, Als ccn pijl uit den boog vloog het ranke bootje, gedreven door wind en strooming, vooruit en stiet voortdurend tegen de talrijke ei landjes en boomstammen. Kammamoer ri trachtte te vergeefs het vaartuig te besturen, terwijl Tremal-Naik den tijger trachtte gerust te stellen, die verschrikt door de verblindende bliksemstralen, het rollen van den donder en het loeien van den wind, woedend brulde en vn eene zgde van het bootje naar de andere de liep, op gevaar van het te rh kantelen. Tegen tien uur signaleerde Kammamoerri een groot vuur, dat on geveer driehonderd schreden voor deti boeg van den kano, aan d.-n oi brandde. Hij had nog niet uitgespro ken, toen de ramsinga driemaal in ver schillende tonen weerklonk. «Opgepast, meester 1» riep hij, terwijl Tiij nauwelijks zijn angst onderdrukken kon. «Ziet ge niemand?» vroeg Tremal- Naik, terwijl hij met de linkerhand den tijger vasthield en met de rechter eeti pistool vastklamde. -Neen, meester, maar zeer zeker werd vuur ontstoken, om te zien wie komt en gaat. Wees op uw hoede, de ramsinga heeft iets voorspeld.» De kano naderde snel het vuur. eenige bamboes verteerde, en de beide oevers helder verlichtte, «Meester, zie eens,» zei Kaïnmoerri plotseling. «StilteJ» lispelde Tremat-Naik, den tijger den muil dichthoudend». Twee Indiërs waren plotseling te voorschijn gesprongen uit hel bamboe. Zij droegen den lasso om het muldei cn een jje weer in de hand. Op hun borst kon men duidelijk de slang met het vrou wenhoofd onderscheiden. «Zie daar ginds riep een hunner. «Ziet ge 't?« »Ja,« antwoordde de ander. «Een bundel bamboestruiken, die door den stroom worden meegesleurd,» «Meent gc?» «En waarom niet?» «Ik vrees dat het Iets verbergt.» «Ik zie niets er onder.» «Zwijg. Ik geloof zeker een...- Een geknor te hooren wilt gc zeggen •Juist; zou «r een tijger onder steken «Loop heen «BedAard wat, Hoeha. De persoon, dien Mantschadi moest vermoorden, heeft 'n tijger.» «D»t wist ik niet. En meent ge, dat daaronder onzen man met zijn beest verscholen is »'t Kon mogelijk zijn. Die mcnsch is slim cn moedig. Spioneer inet een ge weerschot. Mik diep.» Kammamoerri en Tremal-Naik had den het gesprek zeer duidelijk gehoord; cn toen zij de beide Indiërs het geweer zagen aanleggen, wierpen zij 'i®*1 °P den bodem der kano. «Niet antwoorden, meester,» zei de Maharat, «and.rs zfn wij verloren.» Twee geweerkogels floten door de bamboes, De tijger maakte een sprong er\ brulde woedend. «Stil, Darma l« zei Tremal-Naik. terwijl hij het dier vast hield. «Dat de bliksemstraal der godin hem treffal» riep een der Indiërs. «Hij Is 'tl Geeft 't signaal, Hoehal Ah I de ellendeling I» Een lichtstraal trof de boot, vreeselijke slag en een knetteren van vlammen volgde. Tremal-Naik en Kammamoerri, die opgestaan waren, werden hevig tegen den grond geslingerd, tcrwjl de I" weer brulde, nog woedender dan de eerste maal. «Meester 1» riep Kamma moerri. «De bliksem I» Tremal-Naik, nog half verdoofd, werkte zich overeind. Een woedende kreet ontsnapte hem, «Verduiveld! Wij vctbtaniien I» Inder daad had hel bamboe, door den blik- sem getroffen, vuur gevat en stond in een oogenblik In lichte laaie. «Beweeg u niet, als uw leven u Hof is, Kamma moerri I» riep de slangenjager, Met een ruk lagen de bamboes in den vloed. Hij is 't!« riep een stem. Vuur I Hoehal». Twee schoten. Tre mal-Naik voelde de kogels om zijn hoofd fluiten, «Geef 't signaal, Hoeha.» «Wij zijn verloren, meester 1» riep de Maharat. «Beweeg u niet,» zei Tiemal-Naik. Houd den tijger.» Hij liep naar den achtcrzteven van 't schip en legde aan op den Indiër, die juist dc ramsinga aan de lippen bracht. Door den nimmer missenden kogel van den slangenjager in het hoofd getroffen, viel in de .tvier. Zijn kameraaad draalde een oogenblik en stortte zich toen in den Dschoenpci, woedend de ramsinga blazend. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eembode | 1920 | | pagina 1