omdat voor hen geeni
De blos verdween weer van haar
gelaat, toen zij een inan hoorde
binnenlaten, wiens slepende stem
en afgemeten stap haar, tot haar
verdriet, zoowel bekend waren.
Goeden avond! zeide hij met
een gemaakte buiging. Lang, wel
gebouwd. naar de laatste mode ge
kleed. was het een flink man. met
een gelaat, dat schoon zou geweest
zijn zonder de onaangename uit
drukking, welke liet ontsierde.
Is hij te sproken? Ha jn. ik z!e
zijn licht daarbinnen. He- spijt mij.
dat ik hem in zijn werk zal moeten
Maar al te wel begreep zij het
smalende, dat er voor haar in deze
woorden lag. Zij wist het. hoe de
vroegere vriendschap van dezen
man in haat veranderd was, toen
zij haar keuze op Gilbert Har ley
had laten vallen. Hij heeft het zeer
druk. antwoordde zij eenvoudig.
- Natuurlijk! Hij zette zich neder
en begon noten te kraken bij
scheen altijd en eeuwig noten ie
kraken, meende zij. Hm. zou ik
mogen vragen, luie het met het
vroote tooncelstuk staat?
Geen antwoord. Dien morgen was
hij voor de derde maal terugge
komen gewc'gerd. Zij deed alsoi
zij naaide, tot haar toestand haar
ondragelijk werd, en opstaande
klopte zij aan de deur van de bin
nenkamer, waar haar echtgenoot
meer uren doorbracht dan haar lief
was. Geen antwoord. Zij aarzelde
zoo'n s'oornis tad Hartley's
peinzende uitdrukking weieens in
die van een boozen geest veranderd
en daarna trad ze op de tecnen
binnen, weinig vermoedend, dat haar
bezoeker met een grooten stap de
deur genaderd was, waaraan hij nu
met het oor stond 'e luisteren.
Gilbert, lieve, schrik niet! fluis
terde zij angstig. Hij is weer hier,
die akelige Mr. Waring! Wat zal
Hoe. hij was niet met koortsige
haast aan 't schrijven? Zijn hoofd
was voorover gevallen; zou hij sla
pen? Toen zij hem aanraakte, keek
hij wezenloos op, met zulke wijde
oogen dat zij er voor terugdeinsde.
Haar onbegrensde liefde voor haar
man was een weinig getemperd ge
worden door haar vrees voor zijn
ongestadig humeur.
s 'was in de herberg.
Gilbert, doe liet niet! Onbewust
was zij op de knieën gevallen. O,
geef liet op, het zal u dooden. Ik zal
.verken! L'cve man!
Wat nu? Ik was aan 't droo-
men ik had zoo'n schoone inge
ving, en gij nu komt gij mij sto
ren! zeide hij, terwijl hij hare ar
men terugstiet. Als ik dezen keer
den knoop van het stuk niet ont
houd. zal ik er krankzinnig van
worden! Schoon, zij was zoo
schoon! Toe, ga nu heen!
Hij vond zijne pen en begon te
schrijven. Vol ontzag, bevreesd
s'ond zij daar, in tweestrijd, of ze
heen zou gaan of wel hem het kost
bare manuscript ontrukken. Einde
lijk sloop ze de kamer uit en vatte
post voor de deur.
Mijn echtgenoot kan u van
avond niet ontvangen! O! Waring
was bezig zijn no'enschelpen een
voor een in liet vuur te gooien. Zeer
goed Mari Mevrouw!
Hij stak zijne hand uit, trok ze
terug en ging naar de deur. Daar
keerde hij zich om. en voegde er
op zachton. bitteren toon bij: Neen,
ik ben niet jaloerschMaar te moe
ten zien, dat gij in weerwil van alle
raadgevingen in weerwil van be
tere partijen, uw lot verbonden licht
nan een man die droomt, en nim
mer. nimmer iets ten uitvoer breng'.
Mijn hemel!
De liefde rechtvaardigde mijne
keuze, antwoordde zij op vasten
toon. Hij zal slagen. Wij hebben Mr.
Wuring's sympathie met noodig!
Neen! Maar mijn geld wel
hé! Dit halve huis werd gemeubi
leerd met de honderd gulden welke
iiij bij mij kalmpjes 'er leen vroeg
- - natuurlijk vóór ik met den stand
van zaken bekend was. Sympathie
beteekent medelijden daar gij ze
niet noodig tabt, naar ge zegt, zal
ik het rommeltje hier laten ver
knopen!
O dat zult dat kunt gij niet
doen! Zij liep naar hem toe en
greep zijn arm. Ik wist het niet. Ik
wil niet smecken; alleen zeg ik ti
- als gij wist hoe hij gezwoegd en
gewerkt heeft!.... Ik kan u iets
gewichtigs mededeelcii. Heb nog
oen tijdje geduldco zijn stuk
zal aangenomen worden. Ja! Van
avond heeft hij de intrige van het
stuk gevonden het prachtige
denkhceld, waarnaar lüj maanden
lang gezocht heeft.
Zoo, heeft hij de intrige ge
vonden? Hij staarde haar ongeloo-
vig aan en scheen te aarzelen.
Ba! dat is immers het stuk
waarover de gcheele wereld zou
spreken? Ik zal nog eens terugko
men, de volgende week, en dan
Hij ging weg zonder zijn zinsnede
ie voleinden.
Als versuft zat Marion nog uren
lang te wachten. Eindelijk kwam
Gilbert wankelend uit zijne kamer,
met de eene hand tegen liet voor
hoofd en met een doodsbleek ge
laat, doch inet oogen, waarin ecu
onnatuurlijke gloed schitterde. Haar
bleeke, wanhopige trekken trokken
zelfs zijne aandacht niet.
Het is voltooid! hijgde hij met
een snik.
Ik kwam om u wakker te maken.
Mien zegt dat ieder mensch ten min
ste eenmaal in zijn leven tot iets
grootsch, iets geniaals in staat is.
Luister naar hetgeen ik u ga voor
lezenMaar de kamer schijnt
wel Marion, ik ik
Het manuscript viel op den grond.
Zij zag wat hem deerde en sprong
naar hem toe. Hij verloor het be
wustzijn en zakte naast zijn dier
baar tooneelstuk ineen.
II.
Twaalf uur la'er bevond hij zich
in eene ijlende koorts. En het groote
stuk! Het lag vergeten op zijn les
senaar. Weken zouden voorbijgaan,
had de trouwhartige dokter gezegd,
vóór zijne gezondheid terug zou
keeren als hij ze ten mins'e nog
ooit terugkreeg. En dat wilde zeg
gen, dat de meubelen één voor één
zouden moeten verdwijnen maar
wat beteekende dat? Dag en nacht
zat zij wakende en biddende over
hem' heengebogen. Hij tad ge'obd
en gezwoegd! O kreeg hij zijne ge
zondheid maar terug! Dan zou hij
werken en zwoegen!
In de eerste opgewondenheid
ducht zij niet meer aan Waring en
zijne laatste bedekte bedreiging;
doch precies acht dagen na zijn vo-
r.g bezoek, deelde liet dienst meis
je haar mede, da! die lieer en een
Joodschc vriend" in de huiskamer
zaten te wachten. Verschrikt en
wanhopig ging zij naar de deur.
Hij is ziek, zeide zij op deernis-
vollen toon. Hij ijlt en zal misschien
nooit meer herstellen.
Daar hebt ge het al! zeide
War ng. Heb ik liet u niet gezegd?
Afgesproken werk! Mijn vriend hier
verlangt zijn geld of iets anders
wat evenveel waard is. Daar is hel
schuldbewijs. Ik zal hier blijven tot
ik uw echtgenoot zie.
Marion slaagde er in: Blijf dan
maar hier! door de keel te krijgen.
Daarna liep zij terug naar 't slaap
vertrek, waarvan zij de deur achter
zich sloot.
Zij zijn weg, mevrouw, klonk
het door het sleutelgat. Ze bleven
nog ecu tijdje tegen elkaar mom
pelen, waarna zfij zich plotseling
s il hielden. Ik denk, dat zij ver
schrokken waren want zij slopen
bijna als dieven naar buiten.
Marion sclioof haar stoel een wei
nig op zijde om Gilbert's woesten
bl k niet meer te zien, en vond een
oogenblik verlichting in een stroom
van tranen. Wanneer wanneer
zou de zon door de wolken breken?
De eerste zonnes'raal kwam op "t
einde van drie bange weken. Hart
ley kon buiten gevaar, wat het
iichaan
n betreft liet slaapvertrek
I op en neer stappen. Tot hare orn-
I steltnnis zag zij ecliter spoedig, dat
hij niet meer dan een levende auto
maat was. Zes weken verliepen, en
i er was nog geen toeken, dat de ge-
lie'mzimiige sufheid verdwijnen zou.
E'i 'oen hij op zekeren dag weer
naar beneden ging, was liet alleen,
j 0111 daar urenlang met starren Wik
voor ziels uit te zitten staren. Kerst-
m's nadeide. het geliefde, blijde
Kers'feest!
Het is allervreemdst, zei de
I dok ter eens. Kon ik maar een m'd-
I del bedenken, om hem uit zijn dor
heid te doen ontwaken!
O. de schouwburg een too-
".celstuk, antwoordde zij half werk
tuigelijk.
Breng er hem dan heen! Waclr
I eens, ik heb gezien, dat men mor
genavond in de Jolity voor den eer
sten keer een nieuw en naar men
zegt. wonderlijk drama opvoert,
.luist, zoo iets heeft hij noodig!
Gilbert die er zich geen oogen-
b!:k over scheen te bekommeren,
waar he' geld vandaan kwam, stem
de met doffen blik toe. en den vol
genden dag Kerstavond za
ten b-iden in een der stalles van de
Jol'ty. Indien dit mislukteHet
stuk ving aan. maar Marion zelve
s niet gekomen om zich 'e ver
maken. Met de hand van haar echt
genoot in de hare, zat ze hem steels-
gewijze gade te slaan en met span
ning te wachten op een toeken van
tortigkecrend bewustzijn. Te ver-
geels! Gedurende het eerste eu 't
tweede bedrijf bleef de uitdrukking
op zijn gelaat zoo goed als WC2
ioos; doch toen een daverend ap
plaus in de zaal opging, scheen hij
een weinig getroffen, alsof hij zicli
vaag den een of anderen ijdclen
droom herinnerde. Plotseling ech
ter had Marion het wel uit kunnen
schreeuwen. Zijn magere vingers
hadden gebeefd en nu, in liet mid
den van het laatste bedrijf, om
klemde hij de tare krampachtig. Het
licht in de zaal was getemperd,
maar zij zag duidelijk zijn oogen
wijd opengesperd. Spoedig echter
ontzonk haar weder de moed; zij
las in zijn oogen een onbeschrijfe-
lijkcn angst en bij beefde, alsof hij
de koorts had. Blij. dat ieders aan
dacht op het tooneel gevestigd was,
fluisterde zij hem smeekend toe:
Lieve blijf kalm! Het stuk is bijna
Nooit zou zij zijn gelaat verge
ten, zooals zij het zag, toen Hij zicli
langzaam naar haar toekeerde.
Mijn intrige mijn stuk! kwam
liet hortend uit de keel. Gij gij
heb! ze het beste, wat ik bezat,
mijn ziel, laten stelen!
III.
storm van toejuichingen los, welke
van Gilbert een wild dier schenen
te maken.
Leugenaar! gilde hij. Ik zal
liet bedrog door de zaal rondbazui
nen. Hoe kwaaint gij aan het stuk?
-r- De auteur! de auteur!
schreeuwde het publiek. Het was 'n
kritiek oogenblik; de directeur was
radeloos.
De „auteur", die Marion's wijd-
opengesperde, smeekende oogen op
zich gevestigd zag, aarzelde. Plot
seling sprak hij gejaagd:
Er is in 't geheel geen bedrog
gepleegd! Ik kocht liet manuscript
onafgewerkt van een man, die be
weert liet geschreven te liebben.
Daar steekt niets laakbaars in.
De naam van dien man?
Ik ik kan hem u niet geven.
Zooeven was hij hier. Bewijs, dat
hij het gestolen heeft, en ik ben
bereid eerlijk
Het geroep om den auteur werd
luider en dringender, toen Marion
plotseling iets bemerkte, dat haar
een kleine gil deed geven. Zij wees
naar een lwopje notenschalen in
du loge.
Hij is hier geweest Gilbert
zie eens Waring! Hij kwam dien
dag om zijn geld, uit boosaardig
heid stal hij de papieren, denkend,
dat gij er toch nooit iets van weten
zoudt! Ontkent dat, zoo gij kunt!
eindigde zij naar adem hijgend, ter-
Onzin lieve! Het is veilig Gil
bert! Gilbert!
Mijn eigen woordenhijgde hij.
zonder op haar an'woorden acht te
geven. Laat mij gaan. ik ben be
stolen, bestolen! Ik zal het door de
straten van Londen uitschreeuwen!
Daarna staarde zij naar het too
neel en deed zij haar best om he:
stuk te volgen, maar hij wilde met
alle geweld weg; hij zou 'n scene
maken. Hem nog steeds bij de hand
houdende, volgde zij hem duarom
naar buiten in de gang onder heel j
wat gemompel van de andere
schouwburgbezoekers. Naar huis?
Neen, vóór zij het tam beletten kon,
had hij een bediende op den schou
der geklopt.
--De direc'eur dadelijk! hijgde
hij woest, toen een daverend applaus i
het antwoord van den man over
stemde.
De directeur zit in gindschc
loge. Wien moet ik aandienen!
G'lbert Hartley den schrij
ver van dit s'tik! Zij volgden hem
door kronkelende gangen tot aan I
de deur van een Inge. Twee heeren j
wilden lachend naar buiten komen. I
toen de doodshlceke man en de diep
lied roeide vrouw tam den weg ver
sperden.
Nog niet! Zeg mij, riep Gil- 1
bert. wie zicli de schrijver van dit
snik durft noemen0
Wel, zei de een. op koelen I
toon, ik ben de au eiir. is er iets j
net in orde?
Gij! Hartley zag er. toen hij
zijn armen bevend uitstak, uit, als- j
of hij uit het graf opgestaan ware. j
Kom hier, kijk mii in de oogen. Ik
sell reef liet bijna woordelijk zoo
als liet opgevoerd is. Indien mijn
manuscript weg is, hebt gij het ge
stolen.
Het stuk liep teil einde: liet pu
bliek. dat we'nig vermoedde, welk
drama in een der loges afgespeeld
\verd. wachtte in ademlonze span
ning op de on'knooping van 't stuk.
Plotseling barstte in de zaal een
wijl zij den inau strak in de oo
staarde.
Mevrouw, het is zoo. Een ge
voel van spijt onderdrukkend, greep
hij Hartley's hand. Mijnheer, mijn
eer staat op liet spel. Gij moet i
mij als mijn compagnon, op het
tooneel komen, maar ik beloof i
twee derde van de opbrengst.
De bezoekers van den scliouw-
burg rezen verbaasd van hun plaat
sen op, toen hei gordijn ten laatste
omhoog ging. Twee mannen ston
den bij het voetlicht te buigen en
de voorste van deze was Gilbert
Hartley. Geen van beiden scheen
den moed of de kracht te hebben,
een woord tot het publiek te spre
ken, dat niets van de zaak begreep,
en ecrsi den volgenden dag uit den
droom geholpen werd, toen de v
nootschap tusscheri twee schrijvers
openlijk bekend gemaakt werd. Het
stuk zelf had een ongehoord suc
ces eu dat was genoeg.
Genoeg ja! Toen later op den
dag ook de Kerstklokken luidden,
sloop Marion achter haar echtgenoot
de trap op en zette hein een kra
van hulst op het moede- hoofd.
Bekroond lieve, fluisterde
zij. bekroond op Kers'avond!
Eu Waring? Wel, zij lieten hem
eenvoudig met vrede. Gilbert Hart-
Icy is ttans een gevierd schrijver,
wiens roem nog dagelijks grooter
wordt, zoodat het hem heel gemak
kelijk valt barmhartigheid te bewij
zen aan den man. die eens trachtte
hem te benadeelen.
Een kerstgeschenk.
Den ganschen dag hecrschte er
een geheimzinnige drukte in de wo
ning van den koopman Winter;
Moeder had taar handen vol om
liet jonge volkje in toom te houden,
want ieder van de zes kleine meis
jes verging van ongeduld, nieuws
gierigheid en geheimzinnigheid. In
haar eigen kamertje naaide Trude,
het oudste dochtertje van 't talrijk
gezin, de laats'e steken aan een
prachtig sofakusscn, dat zij, de
veertienjarige, heel alleen en niet
zonder trots en tot groote tevreden-
lieid van zich zelf, geborduurd had;
zij had zelfs van haar spaarpennin
gen alles, wa; voor dit zijden kus
sen noodig was, bekostigd en het
had dan ook een groot gat in lvaar
geldtasch gemaakt. Maar voor va
der en moeder was immers geen of
fer te groot, zeide zij zoo pas te
gen zich zelf, toen zij met goed
keurenden blik het schoone kussen
bezag. De jongere zusjes kwamen
telkens met baar kleine zorgen en
aangelegenheden bij Trude: voor
Licsje moest ze steken oprapen van
de kous, die de kleine dreumes nog
voor van avond af moest breien,
en aan Marietjes stofdoeken moest
nog een lus gezet worden.
Nog meer dan anders verheugden
ze zich op dezen Kerstavond, want
vandaag keerde Vader van 'n lang
durige reis naar huis terug; hij was
reeds vier weken voor zaken weg
geweest en kwam vandaag met den
i sneltrein uit Weeneii.
Boven, in de woonkamer, bcves-
i :'gdo Moeder de kaarsen in den
Kerstboom, met een gelukkig lach
je slechts een uur nog, om vier
•uir zou Vader weer in hun midden
-ijn! O, hoe heerlijk zouden ze dan
te zamen het Kerstfeest vieren! Zij
vierp nog een onderzoekenden blik
op liet tafeltje, waarop de geschen
ken lagen - 't was toch een aller
aardigst gezicht, al die mooie un
toch mi'tigc geschenkjes, waarn.je
zij haar kinderen verrassen wilae.
Vroeger was. weliswaar, het tafel
de rijker beladen geweest en ook
met meer luxe gerangschikt, maai
n de laatste jaren moesten zc zeer
j spaarzaam zijn, en waar liet kon,
zooveel mogelijk bezuinigen. Daar
had Mevrouw Win'er slag van, zui-
irg te zijn, zonder dat het gezin
Je gewone gezelligheid en vroegere
gemakken miste: 't koslte haar na-
uiirlijk niet weinig moeite en arbeid
doeli taar huis was haar wereld en
line meer zij daarvoor werkte, des
te liever was het haar. Och, zij wil
de immers alles doen om den goe
den man. den slag. die hem en de
zijnen getroffen had, te helpen dra
gen en zijn ruwen en arbeidsvollen
levensweg te verlichten niet den
zonneschijn van een gelukkig, te
vreden en gezellig tehuis: haar
beste man was dag en nacht voor
de zijnen in de weer. want hij kon
slechts met de grootste energie en
iiver het hongnoodige voor zijn ge
zin verdienen, sedert zijn boekhou
der op dien ongeluksdag met het
grootste deel van zijn vermogen er
van door was gegaan.
Hij had zich evenwel ferm ge
houden en goede vrienden hadden
hem bijgestaan, zoodat de zaak de
betalingen niet behoefde te staken,
doch hij moest weer van voren af
aan beginnen en dat was geen klei
nigheid geweest met zijn groot ge
zin. Doch op 't oogenblik hadden
zij weer vasten grond onder de voe
ten. de schulden waren afgelost en
de zaak ging weer voorui'.
Tegen den boekhouder, die haar
man zoo schandelijk bedrogen had,
koestorde Mevrouw Winter nog al
tijd een wrok in het hart, die de tijd
n et had kunnen uitwisscheh. Nog
altijd wcnschte zij vurig eenmaal
tegenover dezen bedrieger 'e zullen
slaan en hem rekenschap te vragen
van zijn laag gedrag. Men had
evenwel niet liet geringste spoot
van den verdwenene kunnen ont
dekken; doch Mevrouw Winter
voedde tocli jaar in jaar uit de hoop
dat men hem op een goeden dag
aan he' gerecht zou overgeven.
Vandaag wilde zij evenwel in het
geheel niet aan dit ongeluk denken,
zeide ze tot zichzelf, terwijl zij de
laatste verrassingen voor de klei
nen rangschikte; integendeel, zij
wilde slechts God danken, dat zij 'f
ongeluk te boven waren en nu te
vreden en gelukkig in de toekomst
konden blikken en vandaag op bi-
zondere wijze een vroolijk Kerst-
j feest konden vieren met den terug-
1 keerenden Vader.
De kinderen genoten van louter
opwinding zelfs niet van hun kopje
thee, ofschoon er versche theebe-
scluiitjes bij gepresenteerd werden
ter eerc van het komende feest;
J telkens zagen ze op de klok. Vader