Passieve godsdienstigheid
Een Parachuteavontuur
I ONS VERHAAL
I
Nooit van inijn leven zou
ik hel weer doen. sprak hij, pein
zend in het vuui starende. Het
heeft me te ve.cl aangegrepen.
En langzaam bracht zijn tril
lende hand de sigaret naar
lippen.
Hoe kwam je er ook
's hemelsnaam toe? vroeg ik.
De prijs van 10.000 mark
kwam mij aanlokkelijk voor. Ik
had al heel wat menschen met
ecu parachute omlaag
komen en iets heel gevaarlijks
scheen het me niet toe. Boven
dien was mijn engagement als
trapèzewerker bij circus Schu
mann geëindigd. Drie honderd
maal heb ik daar al in den cir
cus-nok gezweefd en steeds ben
ik er goed afgekomen. Ook dit
maal dacht ik, dat inijn gesternte
me niet in den steek zou laten.'
Voor die tienduizend mark zou
ik drie dingen doen: een tour de
force aan het onderstel van de
vliegmachine, een aan den vleu
gel en den parachutesprong.
Kort en goed, ik deed het.
De dag der demonstratie op
het Türkheimerveld brak
Het zag er zwart van de
schen. Zelden zijn op één dag
zooveel loopings, lonneaux en
vrilles gedraaid als op dien be-
wusten Augustusdag. Het ge
zicht dier duizenden deed me
onaangenaam aan. Ik kon het
idee niet van me afzetten, dat al
die menschen waren gekomen
om mij mijn nek te zien breken.
Een waarschuwend gevoel van
een naderend onheil bekroop
mij. Rillingen liepen mij over den
rug, mijn handen waren klam.
Nooil te voren, zelfs niet voor
het meesl gevaarlijke Irapèze-
werk heb ik me zoo neerslachtig,
ja laat ik eerlijk zeggen, angstig
gevoeld. Toen ik een lucifer naar
mijn sigaret bracht, bemerkte ik,
dat mijn vingers (rilden."
Zijn stem daalde, toen hij
volgde:
Sindsdien hebben ze nooit
opgehouden te trillen. Nooit is
mijn kalmte weergekeerd.
Vlak naast me stond Maxa,
wiens L.V.C. tweedekker mij
omhoog zou voeren.
Om half vier trok ik mijn pak
aan. een bruine nauwsluitende
combination.
Nu moet u hel springen mei
de parachute niet als iets heel
gevaarlijks voorstellen. T<
Garnerin in 1797 te Parijs de
eersle sprong deed, waren" de
apparalen vrij wat onbetroir
baarder dan thans. Er zijn heel
wat soorlen in gebruik; hel meest
bekende is wel het Heinicke-
apparaal, dat vrij algemeen ii
Duilschland hekend is. Het mijne
was een Holhein-paracliute, die
zeer veel overeenkomst met het
Heinicke vsteem vertoont.
II» I scherm en de I nnveu wor-
oen in een knapzak geborgen,
die aan den gordel wordt vast
gemaakt. De opgevouwen pa-
achule in den knapzak is bovcn-
ien aan bet vliegtoestel verbon
en met een kabeltje. Nadat de
parachute overhoord is, trekt
dit kabeltje eerst den knapzak
open. vervolgens de parachute
er uit. Ilangl nu de parachutist
met zijn volle gewicht aan het
scherm, dan scheurt liet kabeltje
zich vanzelf los en het apparaat
zweeft vrij weg.
Begrijpt ge wat ik bedoel?
Ik knikte.
Laat ik dan verder vertel
len. Het zenuwachtige voorge
voel bekroop me weer, toen ik
voor de fotografen poseerde. Ik
geloof dat ik danig bleek zag,
althans Maxa klopte me op den
schouder en vroeg:
Ben je wat zenuwachtig?
Ik poogde te glimlachen, maar
het ging me niel goed af. Non-
chalant knipte ik het eind
mijn sigaret weg en droeg de
parachute in de machine.
Hel was vier uur. De vlieger
zat reeds achter zijn stuurrad en
liet zijn Benzinotor al vast wat
draaien om hem op temperatuur
te krijgen. Ik kroop onder de
machine, óp het iandingschassi;
Mijn beenen sloeg ik vlak bij het
olie-stootkussen om de as en met
beide handen hield ik de spijlen
die het wiel met den romp
binden, vast.
Een zeldzame kalmte was
mij gekomen. Ik veegde mijn
klamme handen aan mijn leeren
buis af. Eensklaps werden alle
grassprietjes als bij tooverslag
neergedrukt. Een sterke lucht
druk deed me het hoofd omwen
den. Het wiegen en schokken
van het chassis zeiden
wc over het veld taxieden. Dan
houdt de veerende beweging op.
We zijn in de lucht. De duizend
koppige menigte schuift onder
me door; daar beneden wordt
gewuifd en gewezen.
Naast me draait het landings-
wiel nog langzaam door. Nu
slaat hel stil. Ik zie op de gui
band een paar grassprietjes, die
wapperen en fladderen. Eén
waail er af. We maken 'n bocht,
inel hel wiel waarbij ik zit, heel
in de diepte. Dat is voor mij het
bewijs dat ik kan beginnen.
Voorzichtig grijp ik de as, met
één knie er over schuif ik
het midden. De as schudt en trilt
door de explosies van den motor,
die daverden loeit.
Ik gooi mijn been van de
laai mijn lichaam voorzichtig
zakken. De wind buigt het naar
chteren. Nu hang ik geheel
rcolil. Ik spreid mijn beenen een
paar maal van elkaar en klap
weer dicht. Even laat ik een hand
los. Dan schuif ik weer langz:
in dc richting van hel wiel
klim op den rechtervleugel.
We beschrijven herhaaldelijk
31 als de winddruk wat!
minder hevig is, draai ik me
achtersivoren en steek inijn voe
ten door twee ijzeren ringen.
Zacht buig ik 'l bovenlichaam
achterover, mijn hand laat de
spanning los en ik hang vrij.
De adem wordt me afgesneden.
d en hikkend poog ik
lucht te krijgen. Nog e<
seconden. Ik breid m'n
uil, een paar maal. Dan wil ik
me oprichten. Het gaat niet..De
winddruk is te sterk. Maxa m'
derl gas. Weer probeer ik het
nu kan ik me langs mijn eigen
beenen omhoog trekken. Ik
maak ze los en schuif over den
vleugel naar het schuitje.
We stijgen, ondertussehen bindt
Maxa's mécam den zak met liet
valscherm aan mijn gordel.
Het kabeltje, waarover ik
even sprak, maakt hij aan den
rand vast. Nog steeds klimmen
we. Doodmoe zit ik op 't bankjt
te hijgen. Onbestemd warrelen
beneden de groene weilanden,
doorsneden met de donkere
slooten. Geheel op zij "het Türk
heimerveld met zijn dichte drom
men bloeddorstigen.
Op 1200 Meter beduidt Maxa
me r.iet een handbeweging, dat
ik springen moet. Ik durf niel.
Eensklaps schiet het me door 'I
brein: zou ik een flauwte voor
wenden?
Dan verman ik me. Wat
blamage, de meest bekende ai
baat, die niet durft! Ik sta
knijp de oogen dicht, struikel
over den rand en val. Ik krijg
opeens het beklemmende gevoel,
dat het scherm weigert. De ge
dachte van een halve seconde!
Maar dan voel ik het uit den
knapzak schuren, een klap van
het linnen dat zich spreidt
dan een veerende ruk aan den
gordel. Het is me, alsof ik
een groote veer hang. Telkens
springt mijn lichaam op en gaat
heen en weer als een slinger van
een klok. Dan eerst durf ik de
oogen openen. Heel boven mij
ontwaar ik hel witte baldakijn,
dat statig heen en weer schom
mel!. En heel hoog de L.V.G.
groote kringen beschrijvend.
Ik zie Maxa wuiven en ik heb
nog kracht den groet met een
handbeweging Ie beantwoorden.
Ik daal slingerend met een
snelheid van vier meter in dc
seconde, schuin omlaag. Het zijn
twaalf honderd meter, waarvoor
ik dus vijf minuten noodig heb.
Weer sla ik de oogen op naar
de witte wiegende baldakijn.
Groote God, wat is dat! Hel
angstzweet slaal me uil. Hel i*
alsof iemand mijn keel dicht
knijpt. Ik ben verloren. Het is
mijn dood.
Een meter !>ovcn mij, even
onder de metalen ring,
dc kabel waaraan ik hang. de
uiteinden der scberintoiiwen
ontmoet, zie ik een bosje vb
dal golft in den wind. Naast bel
bosje verschijnt een eindje ge
rafeld louw nog een, nog een.
kabel is aan hel breken. God zij
mijn arme ziel genadig! Steeds
grooter worden de eindjes lou'
Daar val ik! Neen.... bet is
de wind, die de parachute doet
Tingeren. Killend aanschouw ik
dc groene weiden, die heel lang-
schieroninerkzaain, op
stijgen.
k voel een krankzinnige angs;
mij opkomen. Ik klem de
kaken op elkaar om ze weer los
Ie doen en te schreeuwen. Ik gil,
ik brul, mijn keel doet pijn. Ik
bal de vuisten. Dan bid ik. Eens
klaps denk ik aan de nieuwe
schoenen, die ik gisteren koclil.
Ha, ha, ha, aan de schoenen,
mijn nieuwe schoenen. Welk een
dwaasheid om een dag voor zijn
dood een paar nieuwe schoenen
te koopen.
Ha, ha, ha!
Ik brul het. met lange uil
halen. Ik lach hoonend tegen den
kabel, die verder uitrafel! en nu
voor drie kwart stuk is. Ik wil
dansen, mijn eigen doodendans.
Mijn voelen bewegen zich in
regelmatige cadans.
Dood wil ik zijn, daar beneden
liggen met de knoken door hc:.
vleeseh stekend. Mijn mes voor
den duivel, om het touw zei
door te snijden. Ik kan niet bi
mijn zak komen door die leeren
combination.
Stuk trekken den kabel! 1!.
wil suizen door de lucht. Ik rul»,
ik maak sprongen. Ik bijt in den
kabel. Los wil ik, dood wil ik
En steeds verder scheurt het
Ik roep het, neen ik krijscli
hel: Dood, dood, dood!!!
Een gevoel alsof iets in mijn
hoofd springt en dan is hét, alsof
ik in watten weg zink.
Ik kom bij met een doodmoe
gevoel. Ik ruk aan de treklijn,
om de parachute van vorm te
doen veranderen en sneller te
dalen.
Vlak beneden me groeien hoo
rnen. De takken rijten mijn ge
zicht open. Zwak tracht ik ze te
grijpen. Tevergeefs. Nu komt/iel
weiland snel op me af. Ik bons
op den grond, het gelaat naar
beneden. Diep wroeten mijn
handen in de taaie modder. Een
mensclienmassa stormt op ine af.
Het witte baldakijn schrompel!
ineen en valt wapperend omlaag.
Nog even zie is de L.V.G. cir
kelen, in wijde kringen, een roof
vogel gelijk. Dan trekt ten twee
den male een mistgordijn voor
mijn oogen.
Twee dagen later kwam ik in
liet hospitaal bij. Een week lang
had ik ijlkoortsen, waarin ik
niet anders schreeuwde dan:
dood, dood, dood! M'n mes, m'n
mes!
Nu ben ik weer beter. Maar
's nachts in mijn slaap zie ik nog
sleeds het fladderende uitge
rafelde hennep en de breuk in
den kabel. En die zal ik zien lot
mijn laatste» nacht.
Zijn beverige handen namen
'n nieuwe sigaret uit mijn koker.
En de holle oogen van zijn vaal
gelaat staarden weer in 't knap
pende houtvuur van den haard,
waar de vlammetjes mei elkaar
stoeiden en dansten. C. S.
katholieke machten in onzen tijd voor
oogen houdt, dringt aich on» ittetceurig
de vraag op: Is dan t katholicisme on
zer dagen niet al te passief geworden?
Draagt het niet gedeeltelijk zelf schuld
aan zijn nederlaag? Een vernletigings-
oorkig der godloozen in Spanje, in Mexi
co en hl andere landen tegen de Ka
tholieke Kerk en tegen lederen gods
dienst zou ch onmogelijk zulke schrik
kelijke successen hebben kunnen berei
ken in Spanje alleen bijna 16000
prieslermoorden en meer dan 10.000 ver-
de geweldige krachten van 't katholi
cisme hun doelbewuste*. verstandiger
en krachtiger tegenstand geboden had
den. Men zegt. dat Moekou geenwins
staan bUjft bij rijn tot nu toe bereikte
resultaten: reeds zo-a t bevel gegeven
zijn. na de mislukte poging in Spanje
bet eerst Belgie te laten volgen, waar
dc linksehe partijen sterk zijn en veel
strijdlust toonec. Gehikt bet Moskou
ook niet, hier of in Spanje een eigen
lijken comraunlstischen slaat te stich
ten, reeds de '»urgeroorlog en de ver
nietigende godsdienstoorlog alleen mes
zljii verwoestingen en priestermoorden
1» voor loo pig voldoende als doel, om hei
tegenhouden? Van katholieke zijde xlcn
wij daartegen wel een vertwijfelde strijd
van enkelingen, een roemrijke bereid
willigheid lot 'l martelaarschap zelf In
•n wonderbaren heldenmoed, maar een
doortastende, voorkomende eensgezinde
afweer, een strategie van weerstand, een
afwerende krijgstactiek slechts bi zeer
geringe mate. Kerken, kloosters, scho
len. veteenigingen en kerkelijk bestour
arbeiden kalm verder, alsof niets bui
tengewoons bi aantocht was; no en dan
afweer vrijgemaakt, geen maatrege
getroffen, om xür beschikbare krach
nu vooral in het verdedigingswerk
plaatsen en deae verdediging volgens
Is er niet ergens een methodische
fout op den achtergrond te ontdekken,
die dc uiterlijke werkloosheid verklaart?
BU 't zien van 'I vreeselijk gevaar dur-
n zekere passiviteit v
KRIJGSHAFTIGE VROOMHEID
held bij vele katholieken. Velen schij
nen vroomheid gelijk te stellen met
zwakheid en nietsdoen. UK de katholie
ke leer van de noodzakelijkheid cn van
de. geweldige beteekenis der goddelijke
genade hebben vele katholieken de val-
sehe gevolgtrekking afgeleid, dat de
volstrekt niet
belangrijk is; men moet niet altijd i
mcnschclijkc en natuurlijke raiddeV
bedacht zijn. want gebed en vertrouw»
op de Voorrierdgheid ronden bijna
eenig belangrijke rijn. Zeker behoor»
gebed en
machtigste wal
dwaas rijn te rn
wille van ons g
ntng schenken
plan matig werken als o
ders.
Het oude, juiste grondbeginsel Immers
luidt: men moet worken, alsof alles
slechts van de mensehclijke werkdadig-
h«4d afhangt, en dan *an God 't resul
taat toeschrijven, alsof men self niets
had gedaan. Wanneer echter toonaange
vende persoonlijkheden in het heden-
Godge too vigor:
i Satansridders bijna
d aan de geloovigen
velen, zoo le dit een
waar vrij t.
ilc h tig hei
handigheid.
t geschoten ilbt in
dot de trekken der mannelijkheid, der
krijgshaftigheid al te teer daarin ver-
bloeken. Werkelijk Is 't voldoende, op
menige gebruikelijke devotievormen,
menige al te gevoelige preeken en asce
tische geschriften te letten, om de
waarheid van dit feit te erkennen. Velen
stellen zich onder christendom Iets
aoet-i<»ylUnrh voor, een stil terugtrekken
fn de van <ie wereld afgesloten oei. een
delen in een gelukstuintje voor te
zielen. Voor het sterke, strijdvaardige,
werkzame j-an 't christendom,
grootmoedigheid cn wereldverovering
voelen de leerlingen van dK soort vr
beid weinig.
Hangt niet bijvoorbeeld daarmee
dc opvallende vermindering van dc
zoo algemeenc vereering van dei
Joannes den Doopcr of van de ap
de waarschuwer van de machtigen
aarde, die teusiotte met zijn hoofd
zijn oprechtheid en zijn militanten
zichzelf, is verzonken zijn in God. is
gebed en oefening der innerlijke waar
den. Zonder twUfel. het is niet altijd
gemakkelijk, deze gerst der diepe inner
lijkheid met'den arbeid naar bulten,
roet den altijd op den vijand gerichlen
bhk. met den strijdlust der Godstrijders
te vercenigen. nederigheid en onderikt-
lügherd met de heilige trots der ridders
van Christus te verbinden.
Allen zijn ook niet op gelijke wljae
tot den strijd geschikt. Maar een een
zijdige. berustende, futkxwc, al le pas
sieve ascese strekt evenzeer tot schade,
omdat te ongeschikt en ondeugdelijk
maakt voor den strijd.
er ontmoeten wij k looste ronde rn©-
mingen of andere godsdienstige onder-
ogen voor boeten-kerkelijke pro pa-
en andere soort pawdvWril toont zich
e op het gebied van 't apostolaat
Onze a post o Use
komen, aL men tUn berde kracht
altijd slechts aan 1 goede van grit eren
geeft. Vooral wanneer dit goede van
gisteren in menig opricht gedeeltelijk
ook werkrbjk verouderd en heden niet
ln den tijd v
naissance was 't bijv. een geniale greep,
dat de orden zich op de humanistische
studies Wierpen en vooral scholen voor
de klaardekc vorming stichtten. Daar
door kregen zij dc ruKurcele leiding
ran Europa m de hand.
Toentertijd boteekende nu eenmaal
beschaving bijna T zelfde als la lijn en
grieksch rn waren humanistische «cho-
len gelijkwaardig met de opvoeding van
dc boete beschaafde wereld. Vandaag is
dot slechts voor een gering deel "t ge
val; onze geestelijke scholen cn dc hu-
inanieJtisehi vorming hebben weliswaar
ook heden nog hun beteekenis, maar
deze beteekenis is geenszins meer die
voortreffelijke, bijna uitsluitende aki
vroeger. Niettemin blijven we dikwijls.
eerbied voor 't overgeleverde, bij dit
lings- en opvoedingsprogran. dat 'n
beetje eenzijdig is, juist alsof t* reen
re en ten deele veel gewichtiger
en heden minstens even belangrijk
de alge-neene cuMuurrichting zijn
onze klassieke scholen. Evenzoo in
slechts voor ben preeken moeten, dU
ranzelf tot <ms komen, maar dat we o*
le eerste plaats diegenen nagaan moes
ten, die vanzelf niet meer komen. bHjft
meeste gevallen op papier. In wer
kelijkheid vermeerderen de godsdienst-
Jngen ki onze kerken en de maat-
kvoze. overmoedige en sucoesvo
vallen der tegenstanders, bij 't
dc angstwekkende verliezen
tendom in den nieuwen tij
één ding toch van d»
Iers leeren: meer innerlij
zelfbezinning op de dri
rhristendom v
r RANGHA S. J.
Wat 2*221
Nero niet heeft kunnen droomen
Het komt niel vaak voor, dat!
een voetbalwedstrijd, welke in
ruw spel ontaardt, ook inder
daad op tiaar ruwheid verslagen
wordt. In de meeste gevallen
leest men over een dusdanige
vertooning één technisch ver
slag. waarin de ruwheid enkel in
het slot, als naspijs, of in den
aanhef, als hors d'oeuvre, ons
wordt voorgeschoteld.
Dezer dagen echter lazen we
een verslag van den wedstrijd
II.B.S.K.D.O., waarbij dc eer
ste streed om het behoud van
liet eerste-klasserscliap, dc twee
rn» een mogelijke promotie
welk verslag nu eens hecle-
I aan tie ruwheid van het
spel gewijd was. Het spel zélf
werd voor een tweede verslag
bewaard!
moet dan ook erg geweest
zijn, zoowel in liet veld, als op
de tribunes. Verschillende malen
moesten de spelers gemasseerd
worden, omdat ze door over
dreven iiinpaiming kramp
kregen. Op alle mogelijke ma
nieren probeerden ze elkaar let
sel loc le brengen. En op tie
tribunes was 't een geschreeuw,
alsof de liet was losgebroken.
Men sprong op banken en werd
er weer afgesleurd. Men betoog
de met zwaaiende wandelslok-
ken en gebalde vuisten. Meisjes
en vrouwen werden hysterisch
lot huilens, snikkens en flauw-
vallens toe.
Op een kwaad oogenblik kreeg
de doelman van E.D.O. een trap
:tegen tiet hoofd en bleef liggen.
Een man rende toe, dwars over
hot veld lieen, en werd door con
troleurs weggesleurd. Op het
veld werd men handtastelijk. En
j op de tribunes dreigde men dat
j eveneens te worden. Een jonge
I kerel moest door t we» man vast
gehouden worden, anders was
ook hij het veld op gehold. „Zie
je dan niet," riep hij, „dat ze
mijn broer kapot schoppen!"
Dit gebeurde op Houtrust aan
de Sportlaan te Den Haag in liet
jaar 1939. Vrienden van het neu
trale voetbal beschouwen de.
clubs, waarlusschcn zich dit af
gespeeld heeft, als „chique
clubs", cn het publiek, dat er
huilend en jubelend en schreeu
wend naar gekeken heeft, als
„chique publiek"!
Ook Nero was „een chique
vent" in de oogen van zijn hof
houding! maar toch niel zóó
chique, dal léj zich dergelijke,
uitgelezen scuouwspelcu van
mensehclijke hartstocht en men
sehclijke onbenulligheid ooit zou
hebben kunnen voorstellen, ja
zelfs dröómen.
Hij liet menschen tegen wilde
beesten vechten, maar menschen
eerst tot wilde beesten maken en