.Enkele reis 1946 Het eerste volle Sportbeoefening nam in 1946 groote vlucht A* De wereld sprak recht Een eerste stap in Indonesië! Resultaten niet evenredig HUIBERT VET vk/jllfc. ONZE SPOORBRUGGEN WERDEN HERSTELD In de havens werd het weer vol U.S.A. boden atoom geheim aan Hier werkte men aan den vrede Mijnen boekten records OUDEJAARSBIJLAGE Dinsdag 31 December 1946 LS we, gewoonte getrouw, bij het scheiden van het oude jaar, ons nederzetten om een blik terug te werpen op het afgeloopen Sportjaar, dan moeten wij tot de minder aangename ontdekking komen dat 1946 weinig schokkends op sportgebied heeft voortgebracht. Slechts kunnen wij constateeren dat duizen den en nog eens duizenden zich op de verschillende takken van sport hebben geworpen, doch dat de resultaten helaas niet even redig zijn aan de geweldige vlucht van de sportbeoefening, of schoon dit laatste op zich zelf wel een verheugend verschijnsel is. Toch zijn er -wel enkele lichte puntjes te bespeuren en wel speciaal in <ie landelijke sport. Allereerst springt dan in het oog de fraaie prestatie van onze wielrenners, die, met Derksen en Peters aan het hoofd, er voor zorgden dat Neder lands goede naam in den vreemde onaangetast bleef. Derksen. de sympathieke Amsterdammer, wist na een enerveerenden strijd met den Franschman Senfftleben op het wereldkampioenschap voor profs beslag te leggen. Weliswaar ging dit ten koste van Arie van Vliet, doch Gerard Peters zorgde er voor dat nog een tweede weréldkam pioenschap naar Nederland ging, n.L in de achtervolging voor be roepsrenners. Opk op het Ned. kampioenschap legde hij beslag door Gerrit Schulte te onttronen. Nog eenige andere wereldtitels werden met de rood-wit-blauwe vlag omhangen. Hiervoor zorgde in hoofdzaak Nel van Vliet, zoodat thans vijf zwemtitels in Nederland- sche handen zijn. Nederlandsche dames deden ook nog op ander ter rein van zich spreken. Het was in de eerste plaats onze athlete Fanny Blankers-Koen die op de AAA-kam- pioenschappen in Engeland onver slaanbaar bleek en tevens op onge veer alle Nederlandsche dames kampioenschappen wist beslag te leggen. Ook onze heeren-athleten kwamen over het Kanaal goed te voorschijn, zoodat niet minder dan vijf Engelsche kampioenschappen, n.l. discuswerpen, speerwerpen, ko- gelstooten en polsstokhoog in ons bezit kwamen. Binnen onze grenzen waren de successen minder groot en van daverende athletiekgebeurtenis- sen kunnen we helaas geen melding maken. Alleen Wim Slijkhuis was in goede conditie en zijn naam be- heerschte dan ook de meeste athle- tiekevenementen. Een geheel andere tak van sport vroeg eveneens op intémationaal gebied de aandacht, n.l. het scha ken. Op het wereldschaaktournooi te Groningen bond onze kampioen Max Euwe den strijd aan met 's werelds grootste schaakmeesters. Het heeft niet veel gescheeld of Euwe was als eerste uit het Staun- tontournooi te voorschijn getreden Een grove blunder deed hem even Jan Derksen "behaalde in Zurich het wereldkampioenschap voor profes sionals. wel als tweede eindigen, achter den Russischen grootmeester Botwinnik, die momenteel in grootschen vorm is. Met groote belangstelling ziet dan ook geheel schaaklievend Ne derland uit naar den kamp om den wereldtitel, welke door het over lijden van dr. Aljechin in Maart van dit jaar. vacant is geworden en in 1947 zal worden uitgevochten. Nog een grootmeester van for maat. dr. Tartakower, deed van zich spreken doqr het Hasting- tournooi te winnen. Hier moest Euwe den derden prijs deelen met Steiner en Denker. Onze schaatsrijders kregen dit jaar weer vólop gelegenheid van deze zoo bij uitstek Hollandsche wintersport te profiteeren. Ver schillende kampioenschappen kon den worden verreden, waarbij Key- zer landskampioen op de lange baan werd en Buyen en Langendijk triomphen vierden in Davos en Cha- monix. In Zeist werden in het begin van dit jaar de provinciale kam-1 pioenschappen verreden. Van de andere sporten qamen de handballers eveneens het interna tionale contact op, doch met weinig succes._ Zoowel in de Denen als in de Zwitsers moesten de onzen hun meerderen erkennen. Voor de wan delaars was de vierdaagsche het hoogtepunt van het seizoen, dat zich demonstreerde in een record aantal inschrijvingen van over de vierdui zend. terwijl de gymnasten in het Bondsvredesfeest van het KNGV te Arnhem op tweeden Pinksterdag hun verknochtheid aan hun sport en vaderland konden demonstreeren. Het spreekt vanzelf, dat de meest populaire sport, voetbal, de groot ste belangstelling opeischte. Jam mer evenwel is dit de minst succes rijke geworden. Het begon anders veelbelovend. In Januari werd de training van de Ned. Elftal Club, na zes jaren onderbreking, wederom hervat en op 10 Maart boekte men reeds hef .eerste succes. Het Neder- landsch elftal overwon met 62 de Luxemburgers. Toch waren, on danks deze zege, de verwachtingen ten opzichte van den strijd tegen België niet hoog gespannen. Doch een met vurig élan geladen Neder landsche ploeg wist een ruimschoots verdiende 63 overwinning op onze Zuidelijke buren te behalen! Doch de nog allen versch in het ge heugen liggende 82 nederlaag tegen de grootmeesters in de voet balkunst in Huddersfield zette een domper op alle voorgaande succes sen en bewees tevens dat ons spel nog steeds niet het peil van onze gloriejaren heeft kunnen bereiken. Trouwens, dit blijkt ook uit de re sultaten van de thans nog ii\.vollen omvang draaiende competitie. Clubs welke voor den aanvang als out siders stonden geclassificeerd, din gen nu mee om den hoogsten zetel in hun afdeeling, hierdoor in staat gesteld door het sterk dalende spelpeil, waarbij het niet in de eer ste plaats op techniek aankomt. Als wij nu aan het einde van het sportjaar 1946 de balans moeten op maken, kunnen wij helaas hierover niet de loftrompet steken. Hoewel wij met onze behaalde zeven wereld titels in het internationale milieu een ltmg niet slechte plaats inne men. moeten wij toch erkennen dat de successen van onze Nederland sche sportbeoefenaars onder het normale zijn gebleven. Laat dit een aansporing zyn om te zorgen dat 1947 Nederland wederom die plaats op de internationale sportladder zal innemen waar het gezien het ver leden zeker recht op heeft. T7 R was iels niet in orde met dc klok. Wanneer het deur tje openzwaaide en de koekoek de u'.'en aftelde, huiverde het oude ni3nnetje voor den open haard en kroop wat dieper in zijn stoel. „Nok zes maal...." mompelde hij in zn baard en keek met \agen angst in zijn o.ogen naar de klok. Up groteske wijze spie gelde zich de koekoek in de ver wijde pupillen van het mannetje. De romp van den vogel scheen geheel verschrompeld en het ge wicht van den enormen snavel nauwelijks te kunnen dragen. Teen klonk de laatste roep van den vogel. Na eenig gegons in liet uurwerk verdween hij, als met tegenzin, achterwaarts naar binnen en het deurtje sloot zich met een klap, die in de stilte de lievigheid van et>n pistoolschot had. Het mannetje in den stoel zuchtte verlicht en 6taarde weer in liet uur, bewegingloos. Er verliepen uren. Met ijzeren regelmaat schreeuwde de vogel de kamer in. liet oude mannetje bewoog zich nauwelijks en volg de slechts met de oogen het bui gende mechaniekje. DE twaalfde roep klonk als een bêvrijdingskreet. De vo gel liep met piepende scharnie ren naar het uiteinde van het plankje en vloog naar beneden op tafel. De handen van het mannetje frommelden zenuwach tig wat aan z'n jasje en pas na eenigen tijd vormden zijn lippen moeilijk een zin. „Ik vvist dat dit zou gebeuren..." De vogel sprong op den grond, de ijzeren pootjes tikten vreemd op de planken. „Jij bent om!" zei hij. „Kom Nu kwam er beweging in bet oude mannetje, hij ging wat rechter zitten en schudde ener giek het hoofd, zoodat zijn baard been en weer wapperde. „Nee!" zei het. „Ik doe het niet! Versta je? Niet!" De vogel hikte van verbazing en raakte zoó in de war, dat ie eerst vijftien maai achter elkaar „Koekoek" zei. Toen maakte hij een kleine pauze om diep adem te halen en barstte lo^: „Maar U kunt toch Jiiet Uier blijven, dat is nog nóóit gebeurden bo vendien bent U al vier minuten dood!" De oogen van het man netje werden donker. Toen ech ter stond hij met een berustend Oudejaarsverhaal van gebaar op en baalde uit een kast een versleten jas en wat oude papieren. „Misschien heb ik ze nog noodig..." zei hij en keek den vogel vragend aan. Deze echter schudde nijdig met den kop en siste: „Schiet toch een beetje op! We hebben nog maar drie minuten!" Hij sloeg de bou ten, met goud en blauw beschil derde vleugeltjes uit en vloog op den schouder van bet mannetje, dat snel kleiner begon te worden, steeds kleiner, totdat liet r,e grootte van het vogeltje had. „Kom nuzei de koekoek ongeduldig, „klim op mijn rug, wo moeten weg Nog aarzelde het_mannetje. In d' verte klonken naderende voet stappen. „De nieuwe bewoner zei de vogel en snorrend vlogen beiden het raam uit. LT ET oude mannetje boog zich - voorover en schreeuwde iets. ruaar de wind scheurde de zin nen in flarden. De vogel riep iels onverstaanbaars terug en wees met z'n snavel in dc rich ting van een groote. zwarte wolk en de oude knikte, dat hij liet begrepen had. Eindelijk bereikten ze een uit- looper van de wolk eri met een prachtigen boog landde de koe koek op het uiterste puntje. „Dit is de eerste rustplaats", zei hij. „Laten we even gaan zit ten." Hjj keek voorzichtig over het randje naar beneden Heel in de verte waren de verlichte cijfers van een electrische klok nauw zichtbaar. Het was half één. „Tijd om de instructies te le zen" mompelde de vogel en be gon. onder de belangstellende blikken van het oude mannetje, zijn linkerpoot los te schroeven. Hij nam den poot in z'n snavel cn na eenig schudden viel een dun, opgerold velletje papier voor de voeten van het mannetje Dat bukte zich om het op te ra pen. maar bleef in de beweging steken toen de koekoek met van schrik overslaande stem protes teerde. „Afblijven!" schreeuwde hij, „dit is een schrijven van den Groot-Koekoek en strikt vertrou welijk!" Hij streek met nerveuze bewegingen het papier glad, knikte tijdens het lezen herhaal de malen instemmend met den kop en zei eindelijk: „Juist!' Daarna verzonk hij in een diep-* zinnig peinzen. „Zou ik misschien ch vroeg het mannetje. „Jazeker!" zei de vogel. „U mag een vvqnsch doen. Misschien v ilt U "beneden oog eens rond kijken...,?" Hij reikte het man netje den poot over. Het oudje zocht een zacht plekje van de wolk op en legde zich neer. Hij zette den poot aan zijn rechter oog en tuurde er doorheen naar beneden, liet eerste wat hij zag, waren de buizen van een groote stad en toen hij nauwkeuriger, toekeek, 23g hij overal, op de hoeken van straten en stegen, mannen cn vrouwen staan, die Jlemaal hetzelfde woord voor zich heen prevelden. Het mannetje draaide zich ver baasd naar den vogel. Hij wees met z'n vinger naar beneden en vroeg: „Wat zeggen die men sehen De vogel nam den poot over en richtte hem op de groote stad. Langen tijd tuurde hij ingespan nen; eindelijk zuchtte hij ver licht en zei: „Ik weet het' 'Ze roepen „Amerikanen. Amerika nen!" De oude man krabde zich eens op z'n hoofd en haalde z'n schuu- ders op. „Wa's daar nou au?" ond ie cn vroeg aan den vogel: „Zullen we verder gaan? Ik krijg het kopd Hij klom weer op den rug van den vogel cn verder vlogen ze, over dorpen en stéden en na vele uren vliegen liet dc vogel zich neer op een zwart geblakerde ruïne, lie eens een huis geweest moest zijn. Er naast was echtei reeds een nieuw gebouwd en door de geheele stad klonk hel gehamer en het gezang van de werklieden. De vogel 'cn dc man vlogen vorder, overal bouwden de men s'chcn, ze ploegden en zaaiden op kort te voren nog overstroomden grond. J_i ET werd weep nacht en het s landschap onder hen werd leoger en leegor Eindelijk bereik ten ze een rotsachtige!) berg met boven in, vlak bij den top een wijde opening Toen ze vlak bij kwamen zagen ze, dat er. met stijve passen, een oude koekoek VVV heen en weer paradeerde. Om zijn hals hing een groot bord met „Anno Domini" er op ge schilderd. „Dit is de Opper-Koekoek!" fluisterde de vogel.. Hp maakte een diepe buiging en zei: „Ne gentienhonderd zes en veertig verzoekt binnengelaten te wor den, hij brengt goed nieuws!" Het gezicht van den ouden koekoek verhelderde. „Einde lijk!"' fluisterde hij, maar toen kéék lui weer streng en zei sta tig: „U kunt binnengaan, U bent zeventien minuten te laat!" In den berg was een enorme ruimte. Langs de wanden zaten honderden oude mannetjes, en kelen alleen, anderen weer in groepen. Toen negentienhonderd ze«s en ..veertig binnen kwam, verstomden de gesprekken en al lo blikken waren vol Spanning op. den lnatkonier gericht. „Het i«; niet waar!" schreeuwde negentienhonderd negen en der tig. negentienhonderd veertien schrok even wakker en murmel de zachtjes voor zich heen: „Es... is'nichtw w Uit een donkeren boek kwa men tachtig mannetjes in zes^ tien- en zeventiendê-eeuwsche kleedij naar voren. Ze -stelden zich in een halven cirkel op. de bassen links en rechts cn de te noren in het midden „Wij zijn de tachtigjarige oorlog!" zongen ze, maar het klonk een beetje valsch. Van alle kanten klonken protesten. „Jullie zijn niet meer noodig!" schreeuwden dc oude mannetjes. ..Negentienhonderd zes cn veertig brengt geen oor log. llij brengt den vrede!" Het lied van dep tachtigjarigen oor log eindigde met eten schrjllen dissonant en mopperend trokken de tachtig mannetjes zich weer tci ug in hun donkeren hoek. Ook negentienhonderd negen en dertic was stil geworden en zwaaide alleen zoo nu en dan nog met zijn vuist in dc lucht. Negentien honderd zes en veer tig vertelde van den wil tot vre- yie en van den opbouw. Toen hij Klaar was. knikten de mannetjes verheugd en ze riepen: „Hoe-a! Hoera' Hoera!" en ze wapperden mot hun baarden. De Opper-Koekoek stak zijn opgewekte hoofd naar binnen en riep waarschuwend: „De tijrl is om', beeren, we gaan rusten!" V«m buitendrongen klokgelui Cii muziek de grot binnen. Negentien honderd zes eQ veertig glimlachte stil voor zich lieen en zocht ecu plaatsje vlak bn den ingang, met vast ver trouwen op het nieuwe jaar. (Links de conferentie van de vier ministers van buitenlandsche zaken en hun adviseurs; rechts de Veiligheidsraad) (Bcrnhard Baruch, de ontwerper van de Amerikaansche atoom-voorstellen in gesprek met Trygve Lie, den secretaris generaal der U.N.O.)

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1946 | | pagina 6