KONINKLIJKE GEBOORTE MISTE JOURNALISTEN-INVASIE Feestvreugde laaide op wekenlange spanning na „Meester,., de vla Berichtgeving der kranten was in 1880 zeer nuchter Vreugde in de klas bij geboorte van Prinses Juliana Alleen Beets schoot uit zijn slof Prinses Juliana kreeg kostbare cadeaux Geen speculatie op sensatie Toen Margriet gedoopt werd ER Februari 1947 3 Met dankbren lach op Hou straks, 't vriendU) k wezen naar aller wensch en hoop Getond van 't kraambed opgerezen De liefste Moeder u ten doop! Gelijk haar, druk. o Koningsspruit, Naar lijf en ziel haar wezen uit! Camouflage Erkend dient, dat de dichter zijn teleurstelling, dat het maar een dochter is meesterlijk heeft weten te verbergen, ook al fluistert ons een booze geest wellicht in, dat het nog veel meesterlijker is, hoe Beets zijn gebrek aan pof zie achter hoofdlet ters en uitroepteckens heeft doeD schuilgaan. De redactie komt in haar wel komstwoord aan de jongehorene an ders dan Beets wel op die teleurstel ling terug: „De koning en de ko ningin en met hen de natie, ze hadden nog liever een Prins zien geboren worden. Maar dat heeft zoo niet mogen zijn." In ditzelfde blad van 1 Septem ber vinden wij onder Binnenland nog een tweederde kolom over het heug lijk gebeuren, waarin wij het offi- cieele communiqué van de gebouitc de namen van -de. baby en een stuk je over de feestvreugde in Den Haag vinden, terwijl onder Stads nieuws nog een kwart kolom aan hetzelfde onderwerp wordt gewijd. Nóg niet uit! WIJ zijn no«r even blijven blade ren, omjat wjj het gevoel had den: hiermee is het toch niet uit, ver- P 25 Maart 1S80 liet Koning Willem III het Nederlandsche volk door zijn vertegenwoordiger officieel mededeeling doen van de te verwachten blijde gebeurtenis. Dit bericht staat in de krant van den volgenden dag in de zoo karakteristieke stijl dier dagen. „Het heeft Zijne Majesteit den Koning behaagd, den Raad van Ministers te machtigen, de blijde tijding ter algemeene kennis te brengen, DAT HARE MAJESTEIT ONZE GEËERBIEDIGDE KONINGIN ZICH IN GEZEGENDEN STAAT BEVINDT". AAN haar vreugde over deze tij ding en die vreugde moet heel groot zijn geweest in die dagen, toen door vorschillende sterfgeval len in de Koninklijke familie de toe komst van den dynastie op het spel stond geeft de redactie uiting in een kort stukje van 27 regels, ruim gedrukt om de aandacht ervoor te vragen. En op 30 Maart geeft Neer- lands dichter bij uitnemendheid, Nicolaas Beets, vermaard ingezetene van Utrecht, zijn altijd gevoelig hart lucht in de volgende strophen: 26 MAART 1S80 Nu spreidt de Hoop haar schoonste stralen, En doet een zochten rozengloed Op een lief kinderhoofdje dalen, Dat ze in 't verschiet aanschouwen doet. Wat spruitje zal ons de Almacht geven, Om op te wassen bij den troon? Der Moederliefde zij 't om 't even: De Koningin verlangt, een zoon. I Des moog de Hemel zich ontfermen, Dat Zij vol vreugd, na korte smart, Een Prins legge in haars Koninjs armen. Een Kind drukke aan haar Moederhart. die een naar den maatstaf dier da gen poëtische, in onze oogen nauwe lijks kiesche parafraze zijn van den wensch. die Beets heeft, dat aan het Oranje-huis een nieuwe stamhouder zal worden geboren. Geen reportages DE volgende maanden van ver wachting vinden we niets, of zoo goed als niets meer in de krant over de blijde gebeurtenis. Ook in Augus tus niet, niet in de laatste week van die maand. Geen speciale reportage, geen samenstroomen van journalis ten in Den Haag, geen loeren op ie dere bijzonderheid, geen volgen van iederen stap van den dokter, niets, niets, niets! Zelfs het nummer van 31 Augustus rept met geen woord over de spanning, waarin zoowel de Ko ninklijke familie als het volk moeten hebben verkeerd. Maar dan het blad van 1 Septem ber 18S0. Uiterlijk ondorscheidt het zich in niets van zijn voorgangers: grauw rijen zich ook ditmaal de 5 kolommen drukinkt over de mono tone vier pagina's waaruit het be staat, geen opschrift vraagt aan dacht, poogt ook maar iets uit te drukken. Gelukkig is Nicolaas Beets er weer, om de opening van pag één 'n bijzonder cachet te geven: hoort hoe hij de gevoelens der verheugde Utrechters vertolkt. 31 AUGUSTUS 1880 Laat Oost. en West de blijmaar hooren, Die Kroon en Volk vervult met vreugd. DEN KONING IS EEN EIND GEBOREN, EEN DOCHTER, DIE ZL1N HART VERHEUGT, Wees welkom, welkom, Konings kind! Vóór Uw geboorte reeds bemind God doe Zijn zegen nederdalen Op 't wiegje waar ge in nederligt, Bcwake uw sluimrend ademhalen En 't blosje op uw jonq gezichtl Bloei, groei voorspoedig, Vorsten- lootj Elk wenscht U schoon te zien en groot. moedelijk. 'Inderdaad. Donderdag 2 September brengt de krant ons nog het eeu en ander: het bulletin o\er den gezondheidstoestand van Moeder en Kind en wat varia over de feestelijkheden in verschillende steden. Het bulletin, dat gunstig luidt, heeft met zijn laatsten zin ongewild veronderstellen wij be paald oen comisch effect: H.MDE KONINGIN heeft rede lijk wel geslapen; zij bevindt zich !n bevredigenden toestandm Do jonggeborene is zeer rustig." En wat die feestviering betreft, wij zouden er den indruk uit kun nen krijgen, dat ons volk toen wel zeer militaristisch was (o onvolpre zen schutterij dier dagen!), want er wordt maar over twee dingen ge schreven: over parades en over concerten en de laatste worden zon der uitzondering bijna gegeven door een militair muziekcorps. Over de festiviteiten te Utrecht zelf heeft het blad 21, zegge en schrijve een en twintig, regels, te weten 5 over de parade, die aan den gang was er. de 16 overige over het concert, dat 's avonds op het Lucas Bolwerk zou lp R ires eenseen tijd, dat de kranten geen pakkende koppen hadden, dat het nieuws in den meest nuclitercn vorm werd opgediend, dat het speculeeren op de sensatie nog niet bestond, althans laten wij ons voorzichtig uit drukken op een geheel andere wijze geschiedde dan tegenwoordig. Wij werden ons de enorme verandering, die zich in den geest van krant en lezend publiek beide want de ver andering is van twee kanten gekomen heeft voltrokken, in de laatste 50 jaar nog weer eens heel duidelijk bewust, toen wij met het oog op de blijde gebeurtenis in Soestdijk en onder de versclie indrukken van hoe deze tegenwoordig door de pers wordt behandeld zaten te bladeren in de oude nummers van het Utrechtsch Provinciaal en Stedelijk Dag blad, die zich netjes aan eengerijd op het Gemeente-archief van Utrecht bevinden. Voor ons ligt de jaargang ISSO, want het is onze bedoe ling, om na te gaan, welke weerslag de geboorte van het Prinsesje, dat nu al ruim 48 jaren onze Koningin is, in dit vanouds deftige Utrechtsche blad heeft gevonden. worden cejreven door de muziek van de schutterij. Onder de varia van de feestelijk heden te Den Haap troffen wij pal onder elkaar de vnlpende twee be richtje die de arpelooze lezer als één peheel leest en omdat zij in deze combinatie zijn oppenomen bepaald heel vreemd aandoen. „Op speciaal verlangen van Z.M iten Koning heelt de lieer Hoek, dia HM. bij de bevalling had ter zijde gestaan, na afloop ten paleize het diner gebruikt. De heer Guitliams, eigenaar van het Hótel Café du Commerce, ont haalde de bezoekers Van zijn eta blissement eergisteravond on brood ies met muisjes." Du sublime au ridiculeniet waar lezer? Als een nachtkaars HET nummer van 3 September brengt onder algemeen nieuws nog alleen maar het bewuste bulle tin; het Stadsnieuws bevat nog één kolom verslag van de Utrechtsche feestelijkheden, dat overigens niets om het lijf heeft. En dan ja het is vreemd, maar waar. dan is het bijna uit. Van 40 September vinden we nog met moeite af en toe een kwart kolomme tje. een nagekomen bericht over de festiviteiten, een verhaaltje over de- aangifte van de baby bij den Bur gerlijken stand, over de doopjurk en over de min, „een flinke gezonde, prachtige boerin uit Voorburg". Met dit laatste verhaal voelen wij voor het eerst even contact met de berichtgeving van onzen eigen tijd, zij het dan ook, dat wij ons meteen realiseoren, wat de moderne journa list van zoo'n bericht zou hebber gemaakt. En als ons dan op 7 Sep tember nog de adressen van geluk- wensch van de beide Kamers der Staten-Generaal ter kennis zijn ge bracht, volgt daarop het laatste bul letin. „Men telegrafeert ons uit 'sHage, dat H.M. de Koningin en de jonge Ptinses wel blijvener zal daarom geen nader bulletyn worden uit ge geven" Disoretie HEEL anders dan tegenwoordig, lezer! Maar laten wij nu eens eerlijk zijn en ons afvragen, of er in deze eenvoudige, niet opgeschroef de, discrete wijze van behandelen van deze blijde gebeurtenis in het Koninklijk Huis ook niet wat zit, waar wij pers en lezerspubliek van dit oogenblik wat van zouden kunnen en moeten leeren? Prinses Margriet werd in 1613 op den verjaardag van prins Hern- hard (29 Juni) in de St. An drews Church aan de Welling- tonstraat te Ot tawa gedoopt. Dr. W infield Burqgraaff, Ne- derlandsch vloot- predikant te New York ver richtte de plech tigheid. Als pe ten waren be noemd koningin Man/ van Enge land, graaf van Athlone, presi dent. Roosevelt, de ongenoemde weduwe van een Nederlander, die voor ons vader land den helden dood icas gestor ven en de gchee- le Nederlandsche, koopvaardijvloot- -1—vs zijn momenten in het leven van een volk, waarop de leden ervan niet meer als vreemden achteloos aan elkaar voorbijgaan, dagen waarop iedereen een beetje familie is van iedereen, dagen waar op men op zijn minst bevriend is met den man of vrouw, die toevallig in de omgeving is. Zoo was het ook dien laatsten Aprildag van 1909, toen de hoop en verwachting niet (jdel waren gebleken en een blijde jubel lossloeg uit een volk, dat oogenschijnljjk zoo gesloten en mis schien zelfs stug ljjkt. De spanning had lang geduurd en sinds de Koningin op 22 December van het jaar 1908 door tusschen- komst van den Raad van Ministers had medegedeeld, dat voor het Ko ninklijk Huis gezinsvermeerdcrin; te wachten stond, had men zich angstig afgevraagd of ditmaal de hoop niet zou worden teleurgesteld. Maar gelukkig van dag tot dag, LI ET was stil in de vijfde klas. L J tenminste zoo stil als in de gegeven omstandigheden mogelijk was. De rekenboekjes lagen open op de banken, schriften er naast. Hoofden op de linkerhand ge steund. pen of potlood schrijvens- klaar in de andere, peinsden de kinderen over de puzzles, die pae- dagogen bedenken om meisjes cn jongetjes van 11 jaar te peeën. Meneer liep tusschen de banken door, kijkend naar het werk, nu en dan een aanmoedigend klopje op een gebogen schoudertje uit. deelend of wel een heel groot lij kende wijsvinger neerzettend op het papier bij een domheid, die een van het stel bezig was te be gaan. Meneer was streng en had voor beeldige orde, maar vandaag was er onrust voelbaar, die niet sa menhing met het werk. noch niet de moeilijkheid van de sommen. Keer op keer werd er schichtig ge fluisterd door de twee, die op één bank zaten, clan wel werd er even contact tusschen twee banken ge zocht. Het was bepaald opvallend, zoo vaak als meneer sssst had ge zegd en nog opvallender eigenlijk als je er goed over nadacht, dat hij het zoo vaak had gezegd zon der dat er tot nu toe straf op ge. volgd was. Meneer kende de oorzaak van de onrust. Hij wist. dat zijn klas wachtte op hetzelfde, waar heel Nederland buiten de muren van het schoollokaal op zat te wach ten. hij wist. dat in de hoofdjes vóór hem de sommenpuzzles ver drongen werden door een vraag, die zich overal in het land aan de gedachten der menschen op drong: zal het vandaag ge beuren? Vandaag was 30 April 1909 en wat er te gebeuren stond was de geboorte van een kind. niet zoo maar een broertje of zusje van een kind uit de klas. neen het ging om h e t kipd van het land. Daar om was iedereen zoo in spanning, daarom werd er zoo vaak gefluis terd en daarom was meneer zoo geduldig, zoo karig met straf. Daar zat een jongetje Op de achterste rij van de klas heelcmaal op zijn eentje zat een jongen. Als cle hoofdonderwijzer de klas binnengekomen was zou hij vast met zijn strenge stem hebben geïnformeerd, wat hij had uitge voerd. dat hij daar op zijn eentje was neergezet. Maar dan zou het onfeilbare hoofd zich dezen keer toch eens lekker vergissen, want hij zat er niet voor straf. Integen deel, hij bezette een eereplaats. Want door het smalle hooge raam in den gangwand en een corres- pondeorend raam aan den ande ren kant van de gang kon hij van zij plaats net het bovenstuk van den Dom zien. Daarom was hJi daar neergezet door meneer, want als de vlag op den toren verscheen clan zou Utrecht weten, dat het zoover was. dat er een prins of prinsesje was geboren. En daar moest hij van meneer op letten- Hij voelde zich gewichtig. Ieder oogenblik keek hij naar dat piep kleine huisje op dien grooten to ren, waar de viae moest komen. Gek idee eigenlijk. Gewoonlijk kreeg je op ie kop als je maar even een anderen kant op keek en nu. nu moest je wel naar bui ten kijken. Zou meneer er ook wel eens over denken, hoe vreemd het heele geval eigenlijk was? Even ging zijn hoofd in haast onmerkbaar neenschudden heen en weer. Mal. dat ze aldoor om keken naar hem, vragend met hun oogen. Hij zou toch waarach tig wel zeggen als er iets was. Straks ging het meneer vervelen want die zag alles, had pik- oogen ook in zijn rug en dan moest hij weer naar zijn gewone plaats en dan zouden ze het in de klas niet dadelijk weten en dan... Vrij .of niet En dan... ja eigenlijk hine het van hem af, of ze al of niet vrij zouden krijgen- Stel je voor, dat hij eens niets liet merken, dan gingen de ramen niet op tijd open om naar de saluutschoten te luis teren. Of zou ie die toch hooren met de ramen dicht? Maar in ieder geval zouden ze de tel kwijt zijn. Stel je voor, dat z? niet zijn allen niet zouden weten, of het een prins of een prinses was! Hii moest er stil in zichzelf heel even van grinniken. Idioot eigenlijk, dat hij net voor dit baantje was uitgezocht- Bij hem thuis waren ze heelcmaal geen Oranjeklanten, hil zelf trou- wens ook niet. Als die baby gebo ren was dan deden ze natuurlijk allemaal Oranje op in dé klas. ze hadden het ai bij zich. Maar hij niet. Hii had het ook bij zich. maar hij zou het niet op doen, want hii voelde er niet3 voor. Of zou hij het toch maar doen als ze het allemaal deden. Dat was niet eerlijk, je moest, voor je meening durven uitkomen. Maar was het zijn meening? Tenslotte gunde hij die baby toch alle goeds en bo vendien had hij geen zin om op te vallen of uitleg te geven. Zouden ze met elkaar het Wilhelmus gaan zingen? Als hij flink was, moest hij dan eigenlijk blijven zitten. Maar kon dat wel en wat zouden ze dan weer zeggen? Oef. eigenlijk voelde hij zich ge grepen. meneer kon mooi praten met zijn eereplaats en zoo. Als er vandaag niets gebeurde, dan kon 9 9 9 9 hij morgen misschien ziek worden dan was hij Een tipje rood Wat was dat? Een tipje rood tegen het grijs van het dak? Ja, ja, de vlag. Hij sprong recht over eind in zijn bank... de vlag., cl e vlag!! De klas vloog uit de bank, dromde samen achter in het lo kaal. Meneer ook, die werd haast plat gedrukt tegen den muur. Daar wapperde de vlag! Een leven als een oordeel, je hoor de alle klassen door de wanden en cle zoldering heen. Toen de stem van meneer: „Op je plaats allemaal en mondie dicht, anders kunnen we de scho ten niet hooren... ramen open!" Daar dreunde het eerste schot al. „Tellen, jongens... twee. drie, vier... acht en veertig, negen en veertig... vijftig; één en \ijftig Prinses Een prinses. Toch even iets van een teleurstelling, bij de jongens vooral. Al die drukte voor een meisje! Maar reeds hoorde je uit de klas er naast het Wilhelmus. Nu zii ook. Recht op in de bank, daar zongen ze het al. Ons jonge tje nu weer op zijn eigen plaats, alle principieel© gepieker ten spijt even enthousiast als de an. deren. Wilhelmus van Nassouwe „Toch wel reusachtig leuk eigen lijk" Ben ick van Duijtschen bloet, „Zoo met elkaar te zingen" Den Vaderland ghetrouwe ..Het gaat nu veel beter dan in de les" Blijf ick tot in den doedt: „Zou er morgen ook nog vcij zijn?" Een Prince van Oraengien „Of zou er op school getracteerd worden?" Ben ick vrij onverveert „Net als toen met Michiel de Ruy- ter?" Den Coning van Hispaengien „Zouden ze nog een tweede cou plet zingen?" Heb ik altiidt gheëert- „De andere klas is al op de gang" Ne«n, meneer houdt een toe spraak. Wat hij zegt, zal wel goed zijn geweest, maar het dringt niet door tot de klas. die met. één oor luistert naar de geluiden van de gang en met het andere naar die van de straat achter de speel plaats, waar je'al hoort van „Leve de Willemien". Daar gaat meneer zijn arm om. hoog, alle armen de hoogte in: hoera, hoera, hoera! De deur open en naar buiten. THRASYBOULOS. van week op week en van maand op maand bleven de berichten gun stig en op 27 April leidde de Koningin zelfs nog persoonlijk een huiselijke godsdienstoefening. Voor 't paleis VOOR het paleis verdrongen zich talloozen, nieuwsgierig naar de laatste berichten. „Wie meet uit zoo schreef een ooggetuige op den 28sten April dat niet tc om schrijven geduld, waarmede honder den uur aan uur hebben staan turen naar het statige paleis. Die daar waren, weinigen eerst, velen later, honderden toen de lichten in het palcis werden ontstoken, en duizen den toen het nacht werd, ze vorm den een wonder-complete staalkaart van ons Nederlandsche volk. Er wa ren de zeer kleine en de kleine luyden, maar ook de deftige en zeer deftige dames en heeren, even ge duldig als hun minder rijke tjjdge- nooten. Men heeft al den tjjd. of men heeft geen tjjd, maar weggaan neen, dat durven ze niet..." Intusschen stroomden, niet alleen uit alle deelen van het land, maar overal uit de wereld waar Neder landers woonden of waar men bij zonder hartelijke betrekkingen met ons land onderhield, de geschenken naar het Haagsche palcis. Zoo zon den de vrouwen en meisjes uit Suri name een kindercouvert van Suri- naamsch goud, de Nederlanders te Johannesburg schonken een kom, een schotel en een lepel van zuiver goud, Zeeland zond een kinderwa gen van ivoor met verzilverd gar nituur, Noord-Brabant een kinder kast van Cuba mahoniehout, enfin he£ aantal huldeblijken was te groot om het ook maar bij benadering op te sommen. Wachten De bljjde gebeurtenis liet op zich wachten, maar eindelyk dan toch werd de spanning verbroken op den dertigsten April des morgens om 6 uur 50 werd de Koningin een dochter geboren. De dag, die aanbrak was aan Oranje gewijd, men zong, juichte en danste. Een oranje rozet dragen was niet voldoende, men droeg hoe den van oranje, parapluies van oranje, men was oranje van binnen en van buiten. En naar het woord van een tijdgenoot klonken de volksliederen onophoudelijk voor de openbare gebouwen en in de cafés, waar meer gezongen werd dan ge dronken... In 1938 SOORTGELIJKE herinneringen bewaren wo aan den 31sten Januari 1938. Ook toen weer, die angstige stilte om den troon en ook toen eindelijk die ongekende vreug de om dat „Pand, met veel wen- schen van veel duysendcn verbeyd." (Vondel). Geruimen tijd reeds hadden dc ge dachten van de Nederlanders zich geconcentreerd om het witte paleis in Soestdijk, waar eerder twee zonen van koning Willem II en An na Paulowna waren geboren. Jour nalisten van de vaderlandsche cn van de wereldpers waren reeds dagen lang geconsigneerd en zjj hadden de wacht betrokken In het Badhotel te Baarn. De dagen wer den weken, het gemeentebestuur ontving de journalisten, dc V.V.V. bood hun een thee aan, maar het wachten werd zenuwsloópend, niet alleen voor de journalisten, auun vooral ook voor de fabrikanten van souvenirs, die er by het vervaardi gen van hun borden, bekers cn lepeltjes op hadden gerekend, dat do blijde gebeurtenis in Januari zou plaats hebben. Zouden al deze voor werpen waardeloos worden of zou toch nog de laatste dag uitkomst voor hen brengen? Tastbare spanning Inderdaad Zondagavond waren er teckenen, welke er op wezen dat do spanning toenam, zij was tastbaar der dan ooit tevoren. De aanwijzin gen werden sterker, uur na uur ver streek maar toen dp dag aanbralc was er nog geen verandering ge komen. Doch dan tusschen kwart over negen en half tien komt er be richt, dat het oogenblik gekomen ia om de batterijen de gereedstelling te doen innemen. Hoo lang zal het nog duren? Dan, enkele minuten voor tienen rinkelt weer de bel van dc paleis-lijn in het Badhotel. Het ia jhr. Dedel, die meedeelt dat er een prinses geboren is. Slechts enkele seconden en de heek* wereld van Oost tot West is van de heugelijke tjjding op de hoogte. Als het tien uur is luiden de kerk klokken in Soest reeds, de batterij in Baarn lost raeds om 9.55 saluut schoten, onbekenden schudden elkaar de hand en passeerende auto mobilisten bevestigen, als zij de driekleur tegenover het paleis ont waren, de nationale kleuren aan hun wagens. Herauten trekken door Baarn en het telefoonkantoor in het Badhotel staat in verbinding met alle hoeken der wereld. Feestvreugde Overal in het land laaide de feest- vreugde hoog op, een miezerige motregen kon de feestgangers niet deren. Do Amsterdamschc beurs werd oogenblikkeRjk versierd, 's middags werd er vuurwerk afge stoken, in Utrecht trokken studen ten en scholieren met muziek door de stad, voetzoekers knalden op het Domplein en honderden en nog eens honderden wachtten op het impo sante gelui der Domklokken. Zoo ging er door het gcheele land één uitbundige, éclatante feestvreugde en waar maar een draaiorgel was en er zjjn er vele in deze lage lan den deed het versierd zjjn plicht. En de menschhcid liet niet af te Juichen, te zingen cn te dansen!

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 3