De boot was acht meter lang en het weer was slecht OM TWEE UUR IN DE NACHT WERD ER GEBELD Toen ik de vlag uit de lappenkist haalde Naar zo'n stad moet men heimwee krijgen Hollandse jongen als spion in Engelse dienst Bij de grote baas op Zandbergen Evacuatie „Ik ga er uit", riep mijn broer, „de Canadezen komen Over brillantine, sigaretten en zuurkool Er was weer een toekomst 4 Zaterdag .3 Mei 1947. Stil zullen de versterven schimmen Uit namentoze graven klimmci Om langs de levenden te gaan. P een avond in Juni 1941. als de jongens van ..Zandbergen" juist hun slaapkamers hebben be trokken en hun directeur nog eens de ronde «oei door zijn kleine repu bliek. slentert een jongeman de tuin in Hij komt op „de grote baas" af en vraagt naar de heer Mulock Hou wer Deze is niet erg toeschietelijk. In die tijd immers, was iedere vreemde een vijand en de grote baas moet niet veel van onbekende snoeshanen hebben Hij heeft de handen vol met zijn eigen jongens. Maar dan zegt de onbekende en zijn stem is dringend:. ..Ik kom met een boodschap van Cees Sisselaar". ^nISSELAAR is een van de weini- gen. waarvan Mulock Houwer weet, dat ze wèl betrouwbaar zijn. Dan zitten ze samen in het prive- kantoor. Mulock Houwer luistert, de late gast praat. Hij maakt zich bekend. Hij heet Schrage, maar die naam moet zijn gastheer maar meteen weer vergeten Hij moet hem maar Visser noemen. Kees Visser. Visser heeft een verzoek: Hij moet onderdak hebben in Amersfoort. Er is gevaar aan verbonden. En nu is zijn vraag. Heeft Mulock Houwer een bed voor hem? Ja Mulock Houwer hééft een bed voor hem en fourage ook. als dat nodig is. Hij zal piet de enige ongeregelde gast zijn Zaïylbergen wemelde toen al van de onderdui kers. Nachtelijk gesprek Tot laat in de nacht zitten ze dan samen in het sanctum sanctorum van de grote baas. pe jonge Vaandrig Wiek Schrage vertelt. hoe hij in 1940 naar Engeland ontkwam. Van daaruit wilde hij vechten hoè dat zou gaan wist hij nog niet maar hij moest en zou de strijd tegen de gehate onderdrukker voortzetten. De ontvangst aan de overkant was nu niet bepaald wat je noemt harte lijk geweest. De Engelsen onder schatten geenszins het gevaar van een vijfde colonne en iedere Enge landvaarder werd eerst aan een in tens en vaak dagenlang verhoor on derworpen. Wiek Schrage ook. Maar toen hij tot in hart en nieren beproefd was. werd hij bij de En gelse geheime dienst geplaatst, de zogenaamde Intelligence Service Daar is hij opgeleid en getraind voor het werk, waaraan hij zich nu hier in het vaderland zal wijden. Van Hamels lot Hij moet de taak voortzetten van de jonge luitenant-ter-zee Van Ha mel, Deze van Hamel heeft hier het radiografische contact met Engeland gelegd) maar toen hij de 1*4e Octo ber 1D40 naar Engeland wilde ver trekken is dit mislukt De afspraak was. dat een Engels watervlieg tuig hem mét enkele andere officie ren óp een van de Friese meren zou oppikken Maar door de ontijdige zware mist kon het vliegtuig niet landen. De.igroep werd aangehouden door „plichtsgetrouwe" Nederland se politie en die wist godbetert niets beters te doen dan de man nen aan de Duitsers over te geven! Twee maanden geleden is Van Hamel door een krijgsraad ter dood veroordeeld en gisterende' stem van de jonge Wiek Schrage verraadt zijn ontroering.gisteren is het vonnis op de Larense hei voltrok ken Waaruit zijn werk precies bestaat kan en mag Wiek Schrage niet ver tellen. Mulock Houwer moet daar ook niet naar vragen. Maar behalve een bed en eén hap eten kan deze hem nog i*ts anders verschaffen Hij heeft gehoord, dat „de grote baas" nogal eens tussen de wielen zit. Ja dat komt uit, Mulock Hou wer is vèak op pad wegens gezins verzorging. Prachtig. Dan moet hij voortaan eens nauwkeurig letten op troepen-onderdelen. Vooral de ligging is van belang en de wisse ling. Het begint al te schemeren als de mannen gaan slapen. Sinds die avond is Kees Visser ge regeld op Zandbergen Soms zien ze hem een week lang niet en dan wordt de grote baas onrustig Hij js van de zwijgzame, betrouwbare jon gen gaan houden. Er worden er zo veel gepakt En de Duitsers, kennen geen genade zeker niet voor: een officier-spion. Contact verbroken Maar het contact met Engeland wordt niet hersteld. En dat zit de jonge Schrage dwars. Want hij heeft dag en nacht gewerkt en hij beschikt over een boekdeel gegevehs. Over het vliegkamp Soesterberg. Over de 'mogelijkheid om in de streek om Achterveld te parachuteren. Over de militaire situatie om en bij Amersfoort. Hij heeft de situatie- kaarten betreffende vijandelijke ob jecten. spoorwegverbindingen en verdedigingswerken. Over een half jaar hebben deze actuele inlichtin gen j»een waarde meer. Er is nog een andere reden* waar om hij weg wil. Men heeft hem in Engeland geboden, om onder geen enkele voorwaarde contact te zoe ken met zijn familie. En hij heeft zich daar stipt aan gehouden. Maar Een ivaar verhaal uit de bezettingstijd door dr. J. B. Drewes en G. DreweS'Brinkmap hij is bang, dat hij, nu hij zo lang hier is, wel eens een oom of een tante tegen zou kunnen komen. Het gevaar is lang niet denkbeeldig. Want onlangs stond hij in Amster dam op de tram en opeens zag hij zijn broer lopen. En impulsief sprong hij toen van lijn 2. want hij had zijn broer, aan wie hij erg ge hecht was. al in een goed jaar niet meer gezien. Ja,- hij vergat zijn in structies uit Engeland en wilde juist met uitgestoken hand op zijn broer toelopen, toen hij tot bezinhing kwam. Dat was verboden Toen had hij zich maar gauw af gewend en was tussen de mensen verdwenen. Er is. helaas nóg een reden, waar om Schrage wil eclipseren.- Een van zijn contacten gedraagt zich. op zijn dachtst uitgedrukt, wonderlijk. Deze. een zekere H.. lanceert in de groep allerlei fantastische verhalen, die bij nader onderzoek van a tot z gelogen blijken. H. wordt door de groep ge wantrouwd en hij weet veel over Schrage. Aan boord Nee, Schrage moet weg. Desnoods per boot. En zo gebeurt het ook. Op Woensdag 13 November 1941 neemt hy afscheid van Zandbergen. Hij is niet alleen. Eén zekere Staung gaat mee. Bij Petten ligt een acht meter lange boot, die verstopt was geweest en nu. zee-waardig is ge maakt. Een open boot. met zeil afge dekt. Staring is kapitein en stuur man en machinist, want Wiek Schrage kan spionneren en uit een vliegtuig omlaag springen, maar hij is geen navigator. Maar 'met Gods hulp hopèn ze de overkant te berei ken. •'Er is voedsel aan bpord. Er is een kompas. En vooral: er is een koffertje met waardevol materiaal. Ze hebben het koffertje met stenen bezwaard. Dreigt er onafwendbaar onraad, dan gaat het overboord.... Zonder veel drukte, net zoals hij gekomen was. vertrekt Schrage op die vochtige nevelige dag in Novem ber. De afspraak was. dat de Flit spuit. die niet vanuit Nederland werkt, zoals men indertijd geloofde, maar vanuit Engeland, door een van haar voor niet-ingewijden onbegrij pelijke slagzinnen de behouden aankomst zou melden. Die slagzin was: „Het bier in Engeland smaakt lekket". Maar de Flitspuit zond deze zin nooit uit. Wiek Schrage is gestart vanaf de Hondsbossche Zeewering Het weer was beestachtig slecht. De boot was acht meter lang Men heeft nooit meer iets van de twee Engelandvaarders vernomen. Zij trokken evenals de Malbrough uit. het Franse liedje ten oorlog en keerden niet.... Hun vrienden, hun ouders, „de grote baas", hebben te vergeefs op hen gewacht Zo als overal, in ons land, ja m alle landen, waar de Duitse tyran zijn plompe laarzen neerbonkte. tevergeefs gewacht werd op vrienden, mannen-, vaders en zo nen. Zij trokken ten oorlog en keer den niet. Gedreven door de drang naar lijfsbehoud gaan zij wet moede voeten langs vernielde huizen en geblakerd hout, het spoor der eindeloze stoeten. Gebogen onder 't saamgebundèld goed de zorgen\ast der zwaje jaren, gaan zij het slepend rhythms van de stoet, de schpifel pas van vele voetenparen. Maar, tegen het. koesterend moederlijf ligt stil in doeken weggedoken 'een gaOe Gods, het broze kind: het nieuwe leven is ontloken! (Tekening W. v. Dam) C. Frauenfelder Herinneringen van een onderduiker IK herinner me, dat op de 'mor gen van 17 April 1943. toen de kapper mijn haar knipte in de tuin achter ons huis, de buur- vrotiw over de schutting keek en ritp: „Hé duikelaar, heb je het laatste nieuws al gehoord? De luchtbescherming heeft op de to ren van Rarneveld het' róod-wit- biauw gezien en ze zeggen, dat. Barnevèid vrij is!" Mijn* kapper ïxnakte een gevaar lijke beweging met de tondeuse 'mi liet een volzin horen, waarin het .woord „alwaar" voorkwam. Ik lachte en Jceek naar de smette- doken. werden groter, werden van zilverwit geleidelijk aan zwart, dreigend zwart. Een zware rook wolk. nog een. nog een. dicht bij elkaar. Vier knallen., gerinkel van ruiten, dichtslaan van deuren. „Je wilde geen brillantine, he9" vroeg mijn kapper en ik zag zijn hoofd twee meter verder hoven de rand van een vervallen schuilkel der uitsteken, die ik een paar we ken tevoren had gegraven T K geloof niet, dot Barne\eld >>-*-vrij is en ik geloof voorlopig" ook niet. dat wij vrij zullen zijn. Ze zeggen nu al drie weken lang, rfat het elke dag kan gebeuren", zei mijn vriend Diets We waren in de tuin aan het zwikken, be haaglijk vooroyér liggend op het eras in de warme voorjaarszo^. Ik keek de rook van mijn eigen- bouw-sigoret na en zei: De officier-spion is niet gepakt, maar hij heeft pech Hij ligt name lijk met roodvonk.hp de zolder van de .garage der familie B in Den Dol- öer. Hij is te ziek om naar Engeland te seinen. Als hij zich, na een dag of tien weer een beetje fit voelt, geeft Engeland geen antwoord meer. Het contact is verbroken Dat is om dol van te worden. Het contact moet hersteld worden. Hij is nog lang niet beter, maar hij wil weer aan de slag En pm van zijn treiterende. zeurende. geniepige roodvonk 'af te komen"neemt hij. lysol baden. Onherkenbaar door een vreselijke vervelling. mager en af- stoteliik. staat hij dan op een avond in Augustus weer 'op de stoep van Zandbergen. En werpt zich weer op het werk. Niemand weet ondertussen, dat hij" hier in Amersfoort zit. Zijn vrien den. zijn ouders hebben de vaste overtuiging, dat hij ..aan de over kant" is. Hij is trouwens van plan. om. zodra hi| genoeg gegevens heeft, inderdaad terug te gaan Hoe. dat wegjt hy nog niet. Misschien kunnen ze hem op dezelfde plaats, waar ze hem.in Mei 1941 „uitgooiden" ten Noorden van Steen wijk weer op pikken. Dat zijn zorgen voor" later Eer^t moet hij contacten leggen. Het gelukt hem ij komt in verbinding met Jaap Roell. houtvester van de kroondomeinen m Apeldoorn la ter gefusilleerd met Kees Ver- maat. radiolelegrafist later gefu silleerd met Damrpe. handelsrei ziger later gefusilleerd. met During uit UcheVen. met de gebroe ders jfr.n Hat tem. allen gefusilleerd Het verhaal dreigt .eentonig te worden. loos blauwe hemel.' „Mooi weer voor vliegtuigen", zei de kapper, toen hij mijn blik volgde Hij zwaaide een pluk haai op de grond en vroeg: „Brillantine?" Ik wilde „neen" zeggen, maa- -r wks geen tijd en geen gelegen heid voor. Boven onze hoofden barstte de hel los. Het hlanw van Ue hemel was niet langer smette loos. Er verschenen kleine, paffe rige wolkjes, zwart en wit, groot en klein. Paartus&en speelden een paar vliegtuigen een spelletje van Kat en muis. Plotseling kwam het geluid van gierende motoren en het staccato geroffel van -machi negeweren Boven alles uit klon ken de. machtige knallen van het luchtafweergescshut. Het sner pende. door merg en been drin gende; gieren van de motoren nam 1 toe. Twee, drie, vier vliegtuigen- „Maar. volgpn^ de radio wordt er in Hoevelaken gevookten en je kunt ze toch ook in de richting Hoogland horen schieten. Luister maar." We hoorden inderdaad het> dof fe geratel van mitrailleurs, nu en dan onderbroken door het venij nige geknal van tankgescbut. ^.De Moffen houden oefeningen. Dicht je, dat ze werkelijk al in Hoogland zijn? De radio, ja, die zegt het" antwoordde Diets sma lend. \,Maar die zegt ook. dat ze -jn de buitenwijken \an Amers foort zijn doorgedrongen". Dat vwa8 zo, de avond tevoren had ik me over dat bericht' ver baasd. „Merk jij er som« iets. vai)?" vroeg Diets. Ik moest toegeven, dat zulks niet het geval was. We draaiden nog een „sjekkie" uit de tabaksdoos van mijn vriend. HET was Mei geworden. Himm- ler had aan Engeland en Amevika de capitulatie aangebo den, maaj- er werd nog gevochten. De Duitsers schenen met de Wes terse geallieerden tegen de Rus sen te willeij vechten. Als onderduiker kon je" op straat -lopen zonder kans om op gepakt te worden. Rondom Amers foort was het rustig, eigenlijk te rustig. Er gebeurde niets. Af en toe, 's avonds of 's nachts hoorde je een .schot. Tot voor kort'werd er geschoten op de Lange Jan. Maar dat was nok afgelopen Een enkele keer vloog er een Typhoon boven de stad, maar de machines plachten te verdwijnen zonder iets te doen. Moeder zat krap met'het' eten. Dc zuurkool, die we uit een schip in de Eem „georganiseerd" had den, was op. Ik glimlach, als ik terugdenk aan dat schip. Het was lek ge maakt door de Duitsers, mis schien ook wel -door de Hollan ders. Daar vroeg je niet naar in rüe 4ijd, Er zaten torjnen met augurken, zuurkool, azijn-extract en zilver-uieen in. Typische Duitse kost. Iemand hakte met een qyl ue vaten kapot. De azijn stroom de ,er uit en de bodem van het schip stond blank van het kwa lijk riekende vocht. Vijftig man nen worstelden om emmers vol te krijgen met zuurkool. Augur ken en uitjes vond men overbo dige luxe. Honderden stonden langs de wal. bang voor de Duit sers of bang voor een nat pak, want het schip zonk langzaam maar ?eker. Toen er niets meer te halen viel, trokken stoeten man nen en vrouwen naar huis, em mers vol zuurkoql torsend. Vijf minuten-later verscheen een Duit se patrouille. Moeder wjst waaraan ik dacht. Ze kende het verhaal. -Opeens hoorden we het geluid van rade rende vliegtuigen. Het motoren'- geronk zwol aan. We renden naar buiten en toen... vliegtuigen, adembenemend laag vliegend. „Die brengen eten. Hoera!" schreeuwde iemand. We zwaaiden met zakdoeken, en met handdoe ken. Ik dacht, dat ik al een grote kerel Was met mijn achttien jaar, toen.^Maar de tranen schoten me in de ogen en ik schaamde me cr niet voor. Een Duitser joeg ons naar binnen. „Munitie voor de terroristen", schreeuwde hij. Nichte Fressen". HET was Zondag 6 Me!. In onze straat wapperden de vlaggen. De Duitsers, die er ingekwartierd waren, vroegeji wat de Oranje wimpels betekenden. - .Dat is het symbóo] van ons vorstenhuis", zei 'mijn broer, die voor het eerst van zijn leven ieta tegen een Duitser zei. „Is het waar, dat de terroristen banden om fle arm dragen?", vroeg de Duitser. - „Dat zeggen 2e", antwoordde mijn broer en hij keerde zich om. Je kon nooit weten. „Verfluchte Terróriste". hoorde h\j nog. Thuis praatten we over de schietpartij van Zaterdagmorgen op de Varkènsmarkt, die gevolgd was op het nieuws van de capi tulatie van de Duitse troepen in Noord-west Holland. We vroegen ons af. wanneer de Engelsen zou den komen. Toen de avond viel vertrokken de Duitsers uit onze straat. Op het moment, dat 'ze wegreden, kwam mijn broer er aan rijden/Hij had een band van de BS. om de arm. Om twee uur in de nacht werd er gebeld. Iemand vroeg* naar mijn broer. Hij ging naar beneden en kwam even later weer boven." Ik ga weg", schreeuwde- hij. „Ze komen!" Drie uur later rookte Amers foort de eerste Engelse sigarettèn ui haalden wij de eerste Canade zen- binnen. CTEEK nog een Cadi op", zegt Diets. We zitten samen op een krib in een Amersfoortse kazerne. „Wat vérgeet een mejis toch veel in twee jaar", filosofeert hij. „D_rie jaar geleden zaten we naast elkaar in de schoolbapk, Twee jaar geleden waren we samen ondergedoken. Een jaar geleden w erkten w© samen- bij de krant. •Nu zijn we -allebei dienstplichtig soldaat en volgend jaar. „Vertel jij ergens in een cantine in de Oost, hoe eendrachtig we Iyer in Holland kunnen zijn. hoe goed we kunnen samenwerken voor'de wederopbouw van ons land „Dat heb ik ook wel eens ergens gelezen, ouwe jongen", zegt Diets en hij stopt z'jn Cadi-peukje in zijn tabaksdoos. Herinneringen van een huisvrouw I»K weet nóg heel goed wat ik tocm allemaal dacht. Heeft het eigen- \7ANPAAG is het twee jaar ge- leden, dat ik onze vlag uit de lappenkist te voorschijn haalde. Ik had haar daar in Mei 1940, na onze terugkeer uit Hoogwoud, toen alles verloren scheen, verstopt. Het was juist zulk een avond als deze: de berkeboompjes in onze laan glansden in het late zonlicht en in de tuin van mijn buurman jubelde de merel. Uit de keukpn l^wam de geur van gebakken spek. De zes moffen, die hun dagen ver deelden tussen 'hun kanon en mijn Duitse romans ze Waren- toen al veertien dagen bij ons ingekwar tierd hadden ergens een stuk varken gestolen en als ze niet lazen of schoten bakten (ze spek. Ik stond op mijn noodkachel rog gepap te koken en ik was tevreden, want die dag had IK het gevecht met de zenuwfik ook genaamd RUS gewonnen. Meestal was dit andersom en was het voor hem vic torie op "alle fronten. Want de rus kon geweldig goed saboteren. Als dat niet hielp Ontwikkelde hij zulke rookgordijnen, dat ik mij tenslotte hijgend en hoestend, óp van de ze nuwen, met roetzwarte handen uit de voeten maakte. Maar op de dag van de vlag dééd hij het. Hij fikte dat het een lieve lust was. De rog gepap was niet al te waterig en ik vond toen dat hij lekker rook. Toen werd er op straat geroepen dat Barneveld bevrijd was. En hoe ik er toe kwam, ik weet het niët. maar ik liet mijn Rus in de steek en ging naar boven, naar de zolder.' waar de lappenkist stond. Mijn rog gepap kon mij niets meer 'schelen. Ik haalde or^ze vlag te voorschijn en ontvouwde haar. En ik dacht aan de dag dat ik haar daar had weggebor- g%n. Heel lang stond ik er mee in mijn handen. Ik stond bij het open zolderraam en keek naar buiten. De, zon ging onder eu het torentje van Onze-Lieve-VroiTwe-tcr-Eem tcJ kende zich zo rank en fijn af te gen de paarlemoeren lucht. Uit dc tuinen achter on^huis steeg de krui dige voorjaarslucht op. Der Hans und der Willy und der Hermann zaten op de bank buiten en consu meerden hun varken. De Canadeezen zitten in Huizen! Ze rukken in snel tempo op naar Amsterdam! De Duitschers zetten de springladingen op scherp en gooien deslui- zen bij Amsterdam en IJmuiden open! Amsterdam loopt onder wtjfér! De toren van Amersfoort is weggeschoten ciat het front dichterbij Amersfoorter ging in ballingschap DEZE en honderd andere- ge ruchten drongen tOfde Amers foorters-in-ballingschap door. In November 1944 trokken zij noordwaarts, op de vlucht voor de Duitsers, die meedogenloos huishielden in Amersfoort. Met valse papieren kwamen zij door djp gevaarlijke zone. een veilig heenkomen zoekend voor terreur, honger en moordend lood. Uitge put van ontberilfg berëikten, zij een stil Westfries dorpje, schar- rieden ««en schamelen inboedel bij elkaar en vonden een onderdak iu een oude schuur. Wat een» intens geluk je veilig te .weten, ver van de stad-der-tra- nen waar de Duitschers je zoch ten. Wat een voorrecht om niet tevergeefs naar brood te grijpen. Maar wat eén intens heimwee besloop o'n8 daf in dag uit naar de öude woonplaats. In ons ka mertje van twee vierkante meters bérekenden wij de kansen, gebo gen over een beduimelde -kaart. Hoe lang zou het nog duren? Als we uren in den omtrek de dorschmachines opzochten voor 'n zakje graan, of door het koude, mistige polderland zwierven op zoek naar aardappelen, dan ver toefden de gedachten in Amers foort. Tergend langzaam kwam de post door. Brieven werden twee, driemaal overgelezen, De spanning was dan voor een oogen- blik gebroken. O. zeker, we had den een leven uit duizenden. We gevoelden ons thuis bij de West- friezen. Het leve» was er goed. De stem over-zce Het heimwee bteef en werd met den dag sterker Het illegale „Pa rool" ging in het dorp van hand tot hand en verscholen op een enorme graanzolder luisterden we naar de stem-over-zee. De bevrij ding was nabij. Even meenden we Maar het was het gedreun van de kanonnen in den ongelijken strijd, die de Russen op Texel streden. En toen viel er plotseling een beklemmende stilte. De geallieer den-zaten vlak voor Amersfoort. Elk oogenblik kon de strijd weer ontbranden en dan... dan bleef er in onze stad geen steen meer op de andere. De spanning werd ondraaglijk Amersfoort was een ander en beter 'lot beschoren. De vuurmon den bleven zwijgen. De beklem ming viel weg De Duitschers slaakten den strijd. Jubelend ging de blijde 'mare door het land, van hoeve tot hoeve, van huis tot huis. Op de molenwieken werd#de drie kleur' gehèschen. Van de oude do~pstoren beierden de klokken. Vrij, eindelijk vrij! Op een vehikel met massieve tanden snelde Ik r»aar Amers foort. Overal waren nog de Duit schers, maar van hun tergende zelfverzekerdheid was niet vee* meer over. In allerlei voertuigen trokken zij in de richting Amster dam. De mannen lachten, waren ook zij gelukkig? Het weerzien van de stad en zijn jubelende burgers stemde mij beurtelings droevig en opgewekt. Droevig om het lot van de jonge kerels, die hun vrijheidsdrang met de dood bekochten, droevig pm de wonden, die hier en daar jn de stad waren geslagen. Ge schonden. maar toch nog als een massief bjok stond de Lieve Vrou- we-toren tegen de blauwe voor jaarshemel. Opgewekt gevoelde ik me door de laaiende feest vreugde, de vrijheidsroes waarin A'rnersfoorts burgers verkeerden. Nu zijn'we twee jaar verder. Geen heimwee meer naar Amers foort. We staan er middenin. Het oude Amersfoort vernieuwt zich. De toekomst van de stad is lich tend. Frisch lentegroen omzoomt de wegen. Hoejiet ook zij, in bal lingschap moej men naar zulk 'een stad wel heimwee krijgen. allemaal dacht. Heeft het eigen lijk wel zin het voor U op ,te schrij- ven? Het zijn dezelfde gedachten geweest, die elke man en stellig elke vrouw in onze straat, in onze stad en ïn ons land Had in die dagen. Het was bijna i oorbij. Alle angst' was voorbij. En alleen God wist, hoe wurgend die angst was geweest als er weer een razzia gehouden werd en je man niet thuis was of als er des avonds op eens met gie rende remmen een auto stil Hield voor je .huis en je man wèl thuis* vas. Voorbij waren de vernederin gen. Voorbij dc honger en de kou. Je zou veer rustig en diep en wel dadig kunnen slapen. Jc zou niet meer.bij het geringste geluid wak ker schrikken en rechtop in je bed. luisteren naar wat dat geluid in do nacht te betekenen had Je gezin zou weer herenigd wor- de'n en de kinderen zouden eindelijk ondervinden hoe rijk en warm en veilig het normale gezinsleven was. De kinderen! Hoe krankzinnig moe-, ten zij onze wereld vinden. Ze, waren nog te klein om er veel van te begrijpen. Maar groot genoeg om te weten dat je altijd op je hoede moest zijn. Dat je iedereen die je niet héél goed kende moest wan trouwen. Dat ie altijd en overal op je woorden moest letten, piet alleen als je in de rij stond voor je portie koolraapsoep maar opk als je met je vriendjes onderduikertje of bom- bardementje speelde. Wij hadden ze geleerd, dat je, als je een behoorlijk mens wilde wor gden, eerlijk moest zijn. Liegen was slecht. Tegenover*ons moesten ze altijd waarheid spreken. Maar te- genovei de Duitsers mochten ze liegen, néc, moesten ze liegen. Dap was de leugen een deugd. En het was verbijsterend, hot goed en van zelfsprekend dit ze af ging. dit ge-- Ijeg. Bij een razzia, als ze jc juist' geholpen hadden Vaders schuilhok te camoufleren: Néc, Meneer, Pappie is er niet. Hij ia gaan spit ten. meneer. Bij een Huiszoeking naar radio's: Néé, Meneer Wij hebben nooit een radio gehad Dit alles moest weer anders wor den! Onze kinderen moesten wtjer leren, dat „ja" altijd „ja" was en ,;nee" altijd „nee". Ze moesten weer leren vertrou wen te hebben inr dc mensen. En wij, hun Vaders en Moeders moes ten ze dat bijbrengen. Door ons voorbeeld. Dat zou niet gemakke lijk zijn. Want wij 'waren allemaal zelf ontsnoord Maar wij. waren sa men gebleven. Ik had mijn man mogen behouden. Ik dacht aan de vele vrouwen d;e voortaan alleen zouden zijn. Die alleen het leven verder aan moesten en van dat leven iets -'.aeds moesten maken vpor de kinderen. Zoals ze dat samen van plan waren gejvecst. Wat een moed was daarvoor nodig. PVT alles ging door mij heen. toen ik daar zo met onze vlag alleen op zolder stond. Ik dacht ook aan he.' andere dingen. Zodra er weer gas was schopte ik die ellen dige no«dfik de'deur uit. Ik dacht aan de schoei.cn 'die ik voor de kin deren wilde kopen. Aa. het goede, gulle brood, dat ik ze 's morgens voor zou ietten. Er waren ook dwa ze geda-htcn. die ik eigenlijk maar piet móc' opschrijven. -Oyer fan tastische porties chqcola. waarop ik mijzelf en mijn man en de kindeken zou tracteren. Fn .hoe ik. zodra de PUEM eer stroom le\erdc in alle kamers van het huis de lampen aan zou steken.' En dan wilde ik naar buiten 'aan cn naar ons verlichte huis kijken. Ik wist dat het moeilijkste pog komen moest. Het geschut kwam al nader en nader en soms gierde er des nachts ee*-» „bevriende" granaat over het huis. Maar ik' beleefde al bij de naderende bevrijding. Mijn ge dachten hadden mij ajs het ware boven de zorgen, boven de nood, boven het wurgende leed van de laatste maanden uitgeheven. Dc stad was nog bezet. Maar ik zelf voelde mij bevrijd-bevrijd van de loden lost dezer rampspoedige jaren. Ik had de stem van de vrijheid ge hooid. Er was weer een toekomst. En ik wist nu pas, nu ik aan de lijve de verschrikkingen van de on vrijheid had ondergaan wat dit woord „vrvheid" inhield. "LXET wds helemaal^donker gewor- den. De merel zweeg. Der Her mann stond aan de trap te schreeu wen, of ik een koffiemolen voor ze had. Ze vilden Bohncnkaffee drin ken. Der l.ans moest een pan heb ben voor rasierwasser. Der Willy vertelde me, dat Duitsland binnen kort met een nieuw geheim wapen uit zou komen. Und in 14 Tagen ist schlusz. Sie werden sehen!" Met de vlag dicht tegen mij aan. ging ik de tj-ap af De noodfik was uit en de roggepap vtas verstijfd tot een bruine, muffe, klonterpudding. Maar het 'leven ging opnieuw pe- ginnen GREET DREWES

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 4