INEDERLAND Het gaat niet in twee jaar BOUWT OP éMÊÊÊÊêt Stadswoning gister en morgen Utrecht zegt ir. J. A. Ringers Wij deden veel, doch moeten meer doen! zonder plannen NIET JAMMEREN, NIET KLAGEN, NIET KANKEREN Recapitulatie HOE GROOT DEf I SCHADE WAS -1 Weg valse traditie, eenheidscomfort, salon-complex! en hoe het herstel vordert DE WONINGTOESTAND IN NEDERLAND Zaterdag 17 Mei 1947 3 "C*x-minister Ir. J. A. Ringers be hoort beslist niet tot het type geïntervieuwden. dat eigener bewe ging slechts schaarse en vage op merkingen maakt. Integendeel: ik ben nauwelijks de deur van zijn werkkamer binnen of de snelle, geestige cn sarcastische zinnen, die tezamen zijn spreekwijze uitmaken, rollen me reeds tegemoet. „Ja, U komt voor de wederop bouw. Daarin is tegenwoordig ook al een mode. namelijk om te zeg gen. dat het zo slecht gaat. Weet U, die mensen kunnen niet rekenen." „LI bedoelt de gemiddelde Ne derlander?" „Ja, ook. maar de autoriteiten doen even hard mee. Alsof een land, verwoest als het onze. in twee jaar zou zijn op te bouwen. Vroe ger zeiden we: het gaat, als we maar aanpakken. Nu voor je: het staat er slecht vorr." „Maar is het met de wederop bouw toch ook niet zo gegaan als men gedacht had?" „Inderdaad. Men heeft m.i. na de bevrijding nagelaten alles op de op bouw te zetten. Ik heb steeds ge propageerd: denk nu maar hoofd zakelijk aan huizen en fabrieken. Maar dat is dan bar oncultureel en onsociaal. Ik geloof, dat het ook sociaal de grootste wijsheid is. We beginnen nu zelfs met vordering van woonruimte. U zult eens zien hoe de productie inzakt als de men sen op nog groter schaal bij elkaar moeten gaan intrekken. Ja, er wa ren vele plannen, die liefst allemaal tegelijk moesten worden uitgevoerd. Zo verdween het geld. Als LI wilt weten waaraan, moet L' de begro ting maar eens bekijken." „Maar wij hadden allen gedacht, het na de oorlog beter te krijgen," zeg ik lichtelijk onnadenkend. Ir. Ringers stuift op. INSPANNING A H, daar hebben we dat ook weer. Beter krijgen! Accoord: maar dan toch pas nadat we met inspanning van alle krachten heb ben hersteld wat we vóór 1940 be zaten. Dat doen we niet: we begin nen met gejammer. Ga eens naar Engeland, België, Frankrijk of Duitsland, zc zijn er niet half zo ver als wij. Maar wij kankeren. Bezoek eens een stad. die oorlogsschade heeft. Na vijf minu ten heeft men U verteld, dat dit nu de zwaarst getro.'fen plaats in Ne derland is. Ik ken er zo 400! Ik kom bij een mevrouw in een noodwo- T_ÏQE staat 't na twee jaar? Hoe A J ver is Nederland gevorderd in zijn streven naar herstel en ver nieuwing", hoe zijn de zichtbare en tastbare resultaten \an de opbouw? Er werd en wordt nog steeds naar hartelust gemopperd. De verwijten gericht aan het adres van de rege ring, rijksbureaux en alle mogelijke andere instanties zijn niet van de lucht. Wij hebben ook zo'n haast en het apparaat werkt stroef. Niemand zal ontkennen, dat er fouten ge maakt zijn maar niemand zal durven beweren, dat Hit grootse werk zonder fouten-tnaken tot stand kan worden gebracht. De mopperaars hebben gelijk en onge lijk beide. Voor alles is echter nodig de inspanning en de toewijding van diezelfde mopperaars, waartoe wij allen op onze beurt behoren. T N dit nummer blijkt iets van de inspanning gedurende twee ja ren. Wij kunnen er eerbied voor hebben, ook voor dat wat zij heeft opgeleverd. Het is een menselijke neiging om datgene wat bereikt werj uit het oog tp verliezen en zich blind te staren op dat, wat nog gedaan moet worden. Laat men de ogen richten over de grenzen en zien wat daar is verrichtHet kan tot troost strekken zij het. da* het volgens sommigen een schrale troost is. Denk dan aan: Walcheren, Wierin- gen, de Spoorwegen, enz. bruggen en havens. Hoe stond 't er mee in Mei 1943? Vergelijking niet de stand van vandaag leidt tot de gevolg trekking: hier is wat groots er- richt. De woningbouw. Elders wordt Pr meer van verteld. Het is een schijn baar onoplosbaar probleem. Er is ;n zes jaren practisch niet gebouwd en wat er dit jaar kan worden verricht is nog niet voldoende oin de natuur lijke bevolkingsaanwas op te van gen. Gebrek aan geld, aan mate riaal. aan geschoolde arbeiders, dat zijn de remmende factoren en wat er aan te doen? Export, rationalisa tie, scholing OF het ons gelukken zal de ex port op te voeren, en daardoor de invoer te verhogen, draait feite lijk de gehele oplossing van het op- bouwprobleem. Meer export wil zeg gen: meer productie, daarom meer toegew ijde arbeid. Dat ons volk zich bewust worde dat liet werken moet, niet in de eer ste plaats voor de generatie van nu, maar voor die van morgen. Werken moeten we in het geloof aan een betere toekomst, dan kun nen we onbaatzuchtig werken voor onze eigen kinderen en voor de kinderen van onze landgenoten. ning lief huisje, goed gemeubi leerd cn vraag, hoe vindt U het hier nu? Antwoord: veel te klein, ik wilde dat ik mijn oude huis aan de Markt zat. Ik zeg dan: zal ik U eens een nieuwtje vertellen? Er is oorlog geweest!" „Maar de reacties van het publiek zijn toch wel begrijpelijk, temeer aangezien men dc indruk krijgt, dat alles niet zo snel gaat." „Natuurlijk. Er zijn tegenslagen geweest. In het begin enorme trans portmoeilijkheden cn daarna kregen we het arbeidsprobleem. De Ne derlandse bouwvakarbeider is cr niet aan gewend buiten zijn woon plaats te werken. Maar goed be schouwd kon ik er toch niets aan doen, dat juist die streken werden verwoert. waar geen arbeiders be schikbaar waren. Dat betekende kampen, natuurlijk niet ideaal. Daarna het vraagstuk: hoe moeten al deze mensen naar huis en wan neer? Bovendien hadden we niet genoeg vakmensen. En om alles tc vervolmaken liep het met de mate riaalpositie mis." 'T GROTE TEKORT T_T OE is het tekort aan bouw- ^-materialen eigenlijk ont staan?" „Rusland en de Baltische staten vielen voor hout uit. Zweden moet nu zo ongeveer de hele wereld voorzien. Reken maar uit wat wij zullen krijgen. En nu gaan we op Borneo en Suriname kappen, maar het duurt wel een paar jaar voor zo'n exploitatie loopt. En wat het staal betreft, hadden we gemeend, dat Amerika na de oorlog grote werkloosheid zou hebben cn heel dankbaar zou zijn voor onze orders. Het liep wel iets anders. Deson- Dr. ir. .1. A. RINGERS: „We zijn er nog niet". danks zijn wij nog voor getrokken boven andere landen, omdat we op specificatie bestelden". „Alles komt er dus eigenlijk op neer, dat we tc grote resultaten ver wachten op te korte termijn?" „Zo is het. Maar ik vind, dat er soms toch nog slecht gewerkt wordt. We denken dat we er al zijn cn gaan b.v. praten over een 40- urige werkweek. We1 ja! Als we in het tempo doorgaan van nu, zijn we over 20 jaar uit de woningnood". Ir. Ringers ziet mijn ontstelde ge zicht cn zegt: „Och, het zal wel meevallen, want eigenlijk zijn we niet zulke lammelingen geloof ik misschien kunnen we zelfs wel wat meer dan een ander maar we hebben vijf jaar lang een slecht voorbeeH gehad. En laat ik er bij zeggen: bij minister Neher is de wederopbouw in goede handen, hij denkt over dit onderwerp even fris als helder.'" Al pratende heeft Ir. Ringers me naar zijn voordeur gebracht. Met een humoristische blik kijkt hij me aan en zegt ten afscheid: „Maak het niet te gek in de krant, want ik ben een loslippig mens geworden nu ik v eer vrij man ben." Waarvan acte. Feiten en cijfers na tuee jaar wederopbouw (Van een bijzondere medewerker) pj*TI is de laatste honderd jaai veel veranderd in onze wo ning. Bedstee, alcoof en pothuis zijn verdwenen. De ponip maakte plaats voor de waterleiding. Gas en electrisch licht zijn een onmis bare outillage geworden. En wel dra zullen ook centrale verwar ming en warmwatervoorziening daartoe behoren. Maar de woning zelf werd niet aangepast aan deze en andere eisen van woonhescha- ving. In strijd met de veranderde technische mogelijkheden hand haafde zich een cliché-woning met de onerniijdeliike suite, de on- practische keuken en het kabinet, heter bekend onder de naam piipe- laat je. De afmetingen van alle vertrek ken in het gros onzer stadswonin gen kan men van te voren al oor spellen als men de minimum voorschriften der plaatselijke bouwverordening kent. De bouw cn exploitatie van deze woningen was meestal in handen van zake lijk geleide bedrijven N oor zover daar ethische en aesthetische over- wegingeij aanwezig waren, wer den deze door de concurrentie- dwang wel geëlimineerd. Ontwerp en uitvoering kwam veelal in han den van aannemers zonder vol doende scholing. Waar dat voor geschreven was, werd alleen de gevel door een architect ontwor pen. Het waren dan ook meer de ongezonde verhoudingen in de houwwereld en het gebrek aan originaliteit dan de traditie, die onze eenheidswoning creëerden, waarin de minimumeisen tevens als maximum fungeerden. Zo niet langer T~Ae gebreken van deze woning behoeven wii haast niet meer te noempn. Slecht verlichte, onge zellige. kamers, die in verhouding tot de breedte veel te diep zijn. In de keuken staat meestal de goot steen in de hoek, wat voor de pomp zin had, maar nu niet meer nodig is. Voor ruimtebesparing is de glazenkast soms nog hoven de aanrecht geplaatst. liet aantal kasten en stopcontacten is streng gerantsoeneerd. Was- en droogge- iegenhpid, bergplaats voor fietsen en kinderwagens zijn er niet. Dat Het is alleszins nuttig thans, nu ons vaderland bijna twee jaar bevrijd is, een summier over zicht te geven van hetgeen in deze twee jaren op het gebied van het materiele herstel is verricht. Niet om ons zelf, als volk, op de schouders te klop pen en te zeggen, dat wij het zo goed hebben ge daan. Daarvoo.- zijn wij te vaak te kort geschoten en te zwak gebleken. Maar wel is het vastleggen van het geheel der feiten wenselijk, omdat wij dik wijls de neiging hebben te veel te zien naar die punten, waarop wij nog faalden cn te weinig oog hebben voor die daden, welke :,15 grootse prestaties in de annalen van onze na-oor- logse herstel-arbeid geboekstaafd zouden mogen worden. Indien dit werd nagelaten, zouden wij wel heel erg tekort doen aan de waar dering van de toewijding en dc energie van de tallozen, "die aan deze wederopbouwarbcid hebben gewerkt, hetzij geestelijk, hetzij met de kracht hunner handen. Om een billijk oordcel te vor men over dc materiële wederop bouw van Nederland is het nodig zich opnieuw het rampzalige beeld voor ogen tc halen, dat Ne derland op die gelukkige dag der bevrijding in Mei 1945 bood. Een groot deel der bevolking aan de rand der lichamelijke uitputting levend; onze industrie beroofd van machines en grondstoffen; I10 deel van onze cultuurgrond onder water; tienduizenden huizen en bedrijfsgebouwen verwoest of be schadigd; het verkeersapparaat volkomen ontwricht, zonder weg verkeer, zonder treinverkeer; talloze bruggen ver nield, onze havens zwaar geteisterd, onze koop vaardijvloot gedecimeerd, duizenden binnenschepen tot zinken gebracht. Wij waren afgesneden van ons rijksgebied in het verre Oosten, onze welvaarts bronnen waren drooggelegd. \\7'j moesten in 1945 het herstel beginnen als het »V ware met onze blote handen, met verzwakte lichaamskracht en bijna zonder materieel en zonder materiaal. Wie zich dit beeld nog voor de geest weet te halen en voldoende fantasie bezit om be grip te hebben voor de tienduizenden moeilijkheden waarvoor wij stonden, zal, indien hij thans in Ne derland rondziet, moeten oordelen, dat er veel, ja zelfs heel veel is gedaan. Te weinig? Ongetwijfeld. Gemaakte fouten? Wij erkennen ze. Maar wie, rekening houdende met liet opgeroepen herinne ringsbeeld. het verwijt zou willen maken, dat er in Nederland niet of onvoldoende zou zijn gewerkt, die vindt de feiten tegenover Jch. De inundaties zijn alle ongedaan gemaakt en de drooggemaakte gronden leveren weer oogst; de havens zijn er zoverre hersteld, dat wij gaarne zou den zien, dat de reeds weer beschikbare outillage en faciliteiten dledig zouden worden gebruikt en er dus meer schepen met meer goederen zouden in- en uitvaren; de treinen rijden in steeds groter aantal, de K.L.M. vliegt naar de verste delen der wereld; herstelde bruggen spannen zich weer over de rivieren en op die rivieren varen duizenden schepen; industriële gebouwen zijn hersteld, 30U.OOO licht beschadigde woningen weer bewoonbaar ge maakt, 13.UÜU noodwoningen en noodboerderijen gebouwd, nieuwe huizen zijn in aanbouw en enige duizenden zijn gereed. Dat alles is geschied door een volk, dat zwaar geslagen was, in een land, dat door oorlog en bezetting diep verarmd is. Bij het vele dat gedaan is, is de woningbouw achtergebleven. Dat is op zichzelf niet zo verwon derlijk, omdat de toekomst van ons land vóór alles een hersteld verkeers-apparaat en een nieuwe cul tivering van onze bodem eiste. Dat werk is dikwijls geschied met materialen, welke aan de woning bouw werden onttrokken. Dat was hard, maar in de gegeven omstandigheden onvermijdelijk. Maar de regering heeft bepaald, dat thans de woningbouw voor rang moet hebben cn dat de be schikbaar komende materialen in de eerste plaats voor uitbreiding onzer huisvesting dienen te wor den gebruikt. De woning is in Nederland ge lukkig meer dan een schuilgele- genheid. Het is het omhulsel, waarbinnen het gezin leeft, waar in zich het gezinsleven kan ont wikkelen. Slechte woningtoestan den, samenwoningen zonder tal. verstikken dit gezinsleven, dat de basis en de kracht is van ons volksbestaan. MINISTER NEHER Wij hebben in de maanden, die achter ons liggen veel gedaan. Wij zullen in de tijd, die voor ons ligt, meer moeten doen, veel meer. A\aar wij moe ten daarbij begrip hebben voor de feitelijke om standigheden, die grenzen stellen aan onze werk- mogelijkheid. Wij zullen klaar en duidelijk moeten, beseffen, dat wij leven in een land, dat een zware tol aan de oorlog heeft betaald en dat door en door arm is geworden. Een tijd, die van alle Nederlan ders eist: soberheid, volharding en bereidheid om eigen belang ondergeschikt te maken aan het alge mene volksbelang. Wij zullen niet al te veel moe ten vertrouwen op hulp uit het buitenland wij zullen vóór alles onze hoop moeten stellen op de eigen werkkracht, op eigen ononderbroken harde arbeid. Hetgeen wij voor onze wederopbouw nodig heb ben, zal ons niet geschonken worden. Wij zullen het met onze hoofden en handen maar ook met sterke harten moeten verdienen. DE MINISTER VAN WEDEROPBOUW EN VOLKSHUISVESTING er kleine en grote gezinnen ziin en mensen met en zonder salon-com plex. mocht niet hinderen. Zn moeten zich maar aan het een heidsmodel aanpassen. leder een landhuisje gaat niet. Aan één ding werd echter bii al dit. verval vast gehouden: de schiin-zelfstandigheid van de in lagen opgestapelde en in rijen aan eengeregen étages werd een heilig voorschrift. Maar wie toevallig twist-, hoorspel- of jifterbug-zieke buren heeft weet wel beter. Vrij is men slechts in een land huisje met een hectare tuin. Zo kan men echter geen steden bou wen. Voor Amsterdam alleen al zou bet gehele Rijnland gean nexeerd moeten worden En onze steden breiden zich toch al veel te veel uit ten koste van het om ringende natuurschoon. Hoe het wel moet Het inzicht begint echter baan te breken. Heeds voor de oor log ging men in Amsterdam over tot het scheppen van gemeen schappelijke voorzieningen. Het binnenterrein 'werd niet meer door schuttingen in hokjes ver deeld. Het tergend schouwspel voor de bovenhuisbewoner op bloe mentuin, kippenfokkerij, of vuil nisbelt beneden hem behoorde daarmee tot het. verleden. Ook van hem en zijn kroost was de tuin en het speelterrein. In de onderbouw van bet huizenblok zipi gemeen schappelijke bergplaatsen, speel ruimten en was- en drooginrich- tingen ondergebracht. In Rotterdam bouwde men twee volksflatgebouwen in hoogbouw eveneens met gemeenschappelijke voorzieningen. Noch over de berg plaats, noch over dc wasmachine ontstonden conflicten. De huis vrouwen, die eerst de Vrijdag als wasdag toegewezen kregen, wil den aan het eind van de maand niet eens veranderen. („Nota bene, wie wast er nu op Vrijdag?"). Alleen het ontbreken van een schoorsteenmantel in de centraal verwarmde woningen was voor velen een bezwaar. Maar die dra gers van pendules en vazen wer den dan wel door de bewoners zelf getimmerd of gemetseld. Ook niet gedifferentieerde bewoning werd rekening gehouden. Het aan tal slaapkamers der wroningen va rieerde. Het succes van de eerste pogin gen beeft tot nieuwe plannen ge leid. Zowel in Amsterdam als Rot terdam zijn nieuwe woongebouwen van dit type ontworpen. In een nieuwe flat in Amsterdam worden voor werkende echtparen desge wenst de woningen schoon gehou den en een „toko" op de parterre voorziet in de dagelijkse levensbe-. hoeften. Door toepassing op groter schaal van de flhtbouw zal er in een stad meer plaats komen voor recrea tieve doeleinden, wat vooral in het centrum hard nodig is. Daar zal het individuele huis als bouw-een- licid op de duur verdwijnen. Dit wil nog niet zeggen, dat de gehele stad uit louter torenhuizen moet bestaan. Dat zou een even karaklerloos en onoprecht doel zijn als de huidige étage-cultus. Juist een eerlijk bekennen van de in de bewoners levende uiteenloo- pende wensen: een zinvolle afwis seling van hoge en lage bebou wing en van individuele en ge- meenschapswoningen, zal de stad weer stijl geven. TT r is op de gang van zaken bij de wederopbouw veel, en dikwijls gerechtvaardigde, critiek geuit. Dat heeft bij velen in het land de indruk gevestigd alsof er schier niets geschied is. Uit de brochure ..Feiten en cijfers omtrent twee jaar wederopbouw", die het ministerie van Weder opbouw en Volkshuisvesting uitgegeven heeft, blijkt toch wel het tegendeel. Licht beschadigd Weet U. dat er op 5 Mei 1945 388.299 woningen licht beschadicd waren? (bijna 18% van alle be schikbare woningen in ons land); dat oji 1 Januari 194? reeds 298.119 definitief of voorlopig her steld waren? (77% van het totaal) dat 32.832 boerderijen. 1029 kerken. 1824 scholen en 223 zie kenhuizen licht beschadigd wa ren, waarvan op 1 Jan. 1947 her steld: 26.261 boerdernen. 906 ker ken. 1530 scholen en 175 zieken huizen. Zwaar beschadigd Zwaar beschadigd waren 38.684 woningen. 5718 boerderijen, 705 kerken. 1354 scholen en 253 ziekenhuizen; daarvan ziin definitief of voorlopig hersteld: 22.305 wonin gen. 3898 boerderijen. 482 kerken, 1110 scholen en 205 ziekenhuizen. In de meest dringende ge vallen (oorlogsslachtoffers) werd na de bevrijding voorzien door de bouw van 13.000 noodwoningen en -boerderijen, verder rond 5000 noodstallen voor vee. Onder water WEET L* ook. dat op de bevrijdingsdag 206,000 H.A. cultuurgrond (9van bet spoorwegverkeer gepn sprake. Uitkomst, zij het voorlopig, brachten Bailey-bruggen. schipbruggen en pontveren. Nu is ongehinderd verkeer naar schier alle delen van het land weer mogelijk. Uit dit korte overzicht blijkt, dat heel veel werk is verricht, hoewel op vele gebieden de voort gang geen bevrediging schenkt. Wij denken bierbij vooral aan het bouwen van nieuwe woningen. De brochure vermeldt, dat. bet directe tekort geraamd wordt op 250.000 a 300.000 woningen, hetgeen bete kent dat 10% der Nederlandse be volking geen behoorlijk onderdak heeft. Deze ciifers liiken ons te op timistisch. Om de normale bevol kingsaanwas op te vangen ziin per jaar 45.000 woningen nodig, over zeven jaar berekend (in de oorlogsjaren is toch heel weinig gebouwd) rónd 300.000. Tel daarbij de ruim 82.000 totaal verwoeste woningen, de tvog v rij grote aan tallen niet of tijdelijk herstelde huizen en boerderijen, dan zou met recht kunnen worden be weerd. dat het aantal noodzake lijke huizen niet ver van de 400.000 verw ijderd is. WENS EN WERKELIJKHEID BIJ DE WEDEROPBOUW IN 1946 geraamde behoefte in 1946 -100 <Vo E23 ontvangen door wederopbouw in 1945 rem ontvangen door wederopbouw in 1946 in october vrijgegeven [TPCLT totaal) onder water stond?: dat daarvan eind December 1945 reeds 204.000 H.A. was droog gelegd? Het laatste deel van Wal cheren 12000 H.A.) Kwam in Fe bruari 1940 droog. Alleen daar werden 12.000 woningen min of meer beschadigd door het water, in de Wienngermeeipolder waren drio gehele dorpen en 450 boerde rijen verwoest. Rond 6000 mensen werden daardoor in deze polder dakloos, thans kunnen er reeds weer ruim 3000 wonen. Havenschade Tijdens de Septemberdagen 1941 bliezen de Duitsers de haven installaties van Amsterdam en Rotterdam oj) Dp schade in geld bedroeg: Amsterdam 19.2 mlllioen gulden. Rotterdam 140 millioen. In Rotterdam gi.igen verlo ren: 1.095.000 M3. olietanks. 186.000 M2. opslagruimte. 123 wal kranen, 35 drijvende kranen, 7.5 K M. kade voor zeeschepen en 5.9 K.M. kade voor binnenschepen; In Amsterdam: 242.000 M3. olietanks. 67.000 M2. opslagruimte. 264 walkronen, 23 drijvende kra nen, 8.1 K.M. kaden voor zeesche pen, 2.9 K.M. kaden voor binnen schepen en vier graanelevators. In totaal zijn ruim 3000 schepen van allerlei soorten en tonnages toi zinken gebracht. Verder vernield de sluis bij IJmuiden. de grootste ter wereld. Reeds in 1945 was via Rot terdam een ongehinderd zeevaart- verkeer mogelijk, terwijl Amster dam. toen in Juli 1946 de sluis bij IJniu' lcn hersteld was. weer de grootste zeeschepen kon ontvan gen. Het herstel in de havens vor dert wel, maar de vooroorlogse capaciteit is nog lang niet bereikt. Bruggen O LECHTS negen van de 0 vijftig voornaamste brug gen bleven gespaard. Naast ae droogleggingen zijn hier o.i. de belangrijkste prestaties verricht. In Mei 1945 was er van enig regelmatig weg- of ormscH woninoen 1 aantal inwoners] '_"ill"*n 1 '/Zón BESCHADIGD''/SS /ZZZ/Z/ZZZ/ZZy/. TOESTAND PEN 1000 WONINGEN OP 1 JANUARI 1047 UTRECHT is twee maal over zo wonderlijk gespaard gebleven, dat het in een wederopbouw num- mer maar weinig ruimte hoeft in te nemen. Waren in de oorlogsja ren wel een aantal huizen door bommen of een neergestort vlieg tuig vernield daartoe behoorden panden aan de Van Egmontkade en in de omgeving van de Bilt- straat de harde klappen 'n U trecht zijn eveneens pas gekomen in de herfst 011 winter van 1944 '45 toen spoorwegknooppunten nabij de stad en transporten met onder delen voor de \Ts die op het em placement stonden opgesteld, een dankbaar doelwit voor de gealli eerde luchtmacht. Bij dergelijke bombardementen werd een aantal huizen aan de Catharijnesingel bij de Spoorstraat, op de hoek van Catharijnesingel en Vleutcnseweg, op het Paardenveld en aan de Koe straat, terwijl het neerstorten van een brandend vliegtuig in de om geving van de Poortstraat onheil aanrichtte. Ook de ingang van de neurologische klinieken werd ver woest. Daarnaast ging een aantal wo ningen in vlammen op, omdat de Duitsers er bij wijze van strafge richt een handgranaat in wierpen of ontstond ernstige schade door ontploffing bij het vervoer van munitie (Erasmuslaan). Wij zouden deze korte samen vatting van de vernielingen in onze stad graag laten volgen door een opwekkender geluid, n.l. door iets te vertellen van de plannen die men koester ten aanzien van de wederopbouw. Maar is men in steden die voor een groot deel zjju verwoest wel geslaagd, in Utrecht met zijn incidentele schade mocht het niet gelukken: er bestaan bij de overheid blijkbaar geen plan nen om bij het herstel leiding te geven, wat dubbel te betreuren is omdat de verwoesting van de 8tad toch is ontstaan op enkele plaat sen die van vitaal belang zijn en men vraagt zich af of die leiding niet dubbel gewenst zou zijn nu er in onze stad nog altijd een grote behoefte is aan hotels, restaurants enz. Alles zal t.z.t worden beke ken in het kader van het uitbrei dingsplan, maar zover is men nog niet. Nu zijn er geen of weinig mate rialen om te bouwen, straks zijn die materialen er wel maar zijn er misschien geen plannen en dan zal naar wij vrezen en wellicht \oor jaren het Leidseveer niet de enige wonde plek zijn in een 6tad, die dankbaar heeft te zijn voor het feit slechts in zo geringe mate tol te hebben betaald aan de oorlogsverwoesting. j

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 3