Vreeswijk wendt de steven
BOEK VAN WALCHERENS
REDDING mislukte cocktail
Oud - Franse Panorama
behangsels
m
Vaartse Rijn mag geen
,,dood water" worden
Christelijke
Superioriteit
KABINETSWISSELING?
van documentatie,
reportage en roman
Zaterdag 31 Mei 1947
A AN de Zuidelijke grens van de
1 provincie Utrecht, daar. waar
het Rijnwater door een drietal slui
zen het land inkolkt, ligt aan de
voet van dc Lekdijk het nijvere
plaatsje Vreeswijk. Omkneld door
de kanaalarmen van de eens zo
drukke vaarweg Amsterdam-Ruhr-
gebied is deze. thans meer dan 3000
zielen tellende gemeente uitge
groeid tot c en voorhaven van
Utrecht. De bewoners specialiseer
den zich op scheepvaartgebied,
bouwden scheepswerven, openden
winkels in scheepsvictualiën, terwijl
menige middenstander een dikke
boterham verdiende aan de schip
pers, die tijdens het schutten in dc
sluizen, in het dorp de proviand op
deden.
Maar de wolken kwamen voor de
zon toen het AmsterdamRijnka
naal werd voltooid en in 1938 de
Beatrixsluizcn open gingen. Het in
1373 door de stad Utrecht gegra-
van kanaal, dc Oude Keulschcvaart,
was reeds overbodig geworden,
toen de Vaartschc Rijn als verleng
stuk van het Merwcdekanaal werd
geopend. Dit op zijn beurt verloor
zijn betekenis voor een belangrijk
gedeelte na dc opening van de
machtige Bcatrix-slüizen. Uit de
kolken verdwenen dc lange rijen
schepen en de schippers voeren
practisch zonder lasten door dc
nieuwe sluizen ver buiten Vrees
wijk de Lek op cn af.
Dit was een gevoelige klap voor
de inwoners, die zich grotendeels
op de scheepvaart hadden toege
legd. Het levendige plaatsje was
van belangrijk tussenstation ge
degradeerd tot aanloophaventjc.
Zelfs de stad Utrecht vergat dat
Vreeswijk vele eeuwen van belang
was geweest, doordat het vers
grachtwater spuide.
Des avonds klommen de bewo
ners op dc dijk, schaarden zich rond
de ..Peperbus een typisch uitzien
de peilschaal cn keken met treurige
ogen naar de verre sluizen, waaruit
gestaag de slepen stroomopwaarts
voeren...
Het roer moet om
De neringdoende bevolking werd
noodlijdend. De omzet verminderde
en velen moesten dc zaak aan dc
kant doen. Anderen overwogen de
bouw van een winkelwijk rondom
I de Beatrixsluizcn, doch gezien de
i korte tijd van schutten bleek dit
plan niet doelmatig te zijn. Enkelen
wisten hun handel te redden door
een motorboot aan te schaffen en
als „parlevinker" hun waren „aan
j de schipper' te brengen. De Rege-
ring werd om bijstand gevraagd,
maar het bleef b\i enkele vage be
loften.
Men begreep totn. dat het roer
moest v orden omgegooid en dat
I het plaatsje industriën tot zich
i moest trekken. Dc oprlog verijdelde
I echter de plannen en hoewel Vrees-
I wijk alleen zijn Katholieke kerk
j zag opgeofferd aan oorlogsgeweld,
heeft het dorp toch schade geleden.
doordat de nieuwe plannen wegens
materiaalschaarste werden gestag
neerd.
j HP IENTALLEN jaren geleden
A vormde het zandwinningsbe-
j drijf een van de hoofdbronnen van
j bestaan Tien a twaalf procent van
j dc bevolking was erbij betrokken.
I Maar de voortschrijdende mcchani-
j sering heeft de kleine houten
scheepjes en het handbaggeren
verdrongen, terwijl dc Rijkswater-
j staat de zandwinning ging contin-
genteren, omdat dc bedding van de
ïivier t<- laag zou komen te liggen.
De schippers moesten toen in de
I Waal gaan baggeren. Voor velen
was dit een te grote opgave: zij
verdwenen of gingen met hun schip
over naar de grote maatschappijen.
Andere bestaansmiddelen vorm-
Een kijkje op de Beatrixsluizcn die I
voor het land een aanwinst voor
Vreeswijk de Knockout
beteekenden.
een industriecentrum te stichten.
Het ligt in de bedoeling een aantal
inhammen te graven, zodat elke fa
briek via de kanalen bereikbaar is.
Reeds is er een meubelfabriekje
gevestigd. De voorwaarden voor de
stichting van een industrieel cen
trum ziin uitermate gunstig, omdat
het dorp goed bereikbaar is via de
grote rivieren, terwijl een grote
verkeersweg de verbinding Noord-
Zuid onderhoudt, al werd de vaste
brug in 1945 verwoest. Men hoopt
echter dat cle herstelwerkzaamhe
den spoedig vorderen cn eind 1948
voltooid zullen zijn al wordt er ge
mompeld. dat het nog wel eens lan
ger zou kunnen duren. De overheid
dicne echter te beseffen, dat dc
pontonbrug (balybrug) niet voldoet
te meer daar de Lek een drukke
vaart heeft en bij ijsgang zelfs we
kenlang niet te overbruggen is.
Terwijl dit terloops opgemerkt
het aardige oude stadje Vianen
aan cle andere kant van de Lek
door het zware, dag en nacht cloor
daverende verkeer, veel last en na
deel ondervindt.
Met de aantrekking van de indu
strie moet de bouw van gemeente-
woningen gelijke tred houden. Daar
toe zijn ccn tweetal wijken gepro
jecteerd tussen de Vaartsche Rijn en
dc derde kring van het Fort.
Tijdschriften
Twee dichterlijke
persoonlijkheden
Apollo bevat het slot van de
beschouwingen van T. V. Tousaint
van Bocrlaere over de Vlaamse lite
ratuur tijdens dc bezetting. Hu wijst
op hel merkwaardige fett. „dat
luist dc stroming Claes-en-Timmer-
mans, zo aan dc vaderlandse grond
gehecht, aan de doh>sklok en aan de
dorpskerk verknocht, zich zodra de
nazi vei scheen, bereid heeft getoond
allesbehalve in het verzet te gaan
staan, maar de gelegenheid te wil
len gebruiken om op commcrcieel-
eerlijke wijze grof geld te verdienen,
en ook om een grotere literaire
machtspositie te oogsten", terwijl
hun landslieden, object van hun li
teraire liefde, werden geknecht, ge
marteld, vermoord. Alleen onder de
schrijvers die, om het kort te zeg
gen. niet nationaal voelden, steeds
internationaal of universeel zochten
te begrijpen cn te realiseren, heeft
men dc strijdbare verzetsmensen
gevonden. Op een enkele uitzonde
ring na stonden de nazi-vrienden, cle
nieuwe-orde-propagandisten met
het woord, rechts; dc weerstand, in
het literaire milieu, links en zelfs
uiterst-links."
Dc Duitscis eisten geen aanslui
ting bij kultuurkamcr of wat ook.
De uitgevers gaven onbelemmerd
werk uit van welke schrijver ook -
doch op eigen risico, en op poene
van sanctie en boete, mocht het uit
gegeven werk soms dcutschfeind-
lich zijn. of indien dc auteur een
verstoken" vrijmetselaar of com
munist was. die niet tot inkeer was
gekomen. Tousaint van Boclaere
geeft een uitvoerige inventarisatie
van het werk van de afgelopen ia-
ren en besluit met het noemen van:
Julien Kuypers, Johan Daisne. Hu-
bert Lampoyen Piet van Aken. ..Zij
maken het. dat hot Vlaamse aan
deel in de Nederlandse literatuur
veel-omvattender, krachtiger, ge
biedender wordt". Bij kostelijke te
keningetjes vertelt prol. Fr. van
Thienen over boeken van Osbcrt
Lancaster over stijlkennis, inder
daad „kunsthistorie met een glim
lach". Van dr. Johanna Gockoop
de Jongh r is er een artikel over
Jan Schouten, glazenier van Delft.
P)R J. C Brandt Corstius. com-
7 mentator en kenner van het
werk van Herman Gorter draagt in
De Nieuwe Stem een artikel
bjj over Henriëtte Roland Holst en
Herman Gorter, twee grote dichter
lijke persoonlijkheden, die bij al het
vanzelfsprekend overeenkomstige
als t'jdgenoot en socialist, in leven
en kunst vrijwel nimmer hetzelfde
nastreven. Een grondige vergelij
king wijst meer verschil aan dan
overeenkomst. „Is dc dichteres niet
de fundamenteel gespletene van we
zen. dc dichter naar do z\p\ uit één
stuk? Henrietta Roland Holst lijdt
onder de hachelijkheid van het le
ven, van dood en geboorte: zij kent
smart van dc kentering, de pijn van
do strijd, het verraad aan eigen
diepste wezen. Herman Gorter is
één in zijn en willen, hij leeft in
het geluk van oen rovolutionnaire
periode, hn kukt in het volle, ver
blindende licht en de schaduw is
achter hem. Haar geest is elec-
trisch-svnthetisch, verlangt naar
wat verbindt; de zijne absoluut dog
matisch. splijtend waar het nodig
blijkt. De dichteres droomt van de
toekomst en zoekt in het heden
vrede cn harmonie. Gorter beleeft
de toekomst cn zoekt de klaarheid,
het heldere, strakke, en prijst de
strijd."
Conflicten
De overheid zal hard moeten mee
werken om Vreeswijk over het dode
punt heen te helpen. -Maar juist
dezer dagen bleek, hoe weinig het
college van Rijksbcmiddclaars reke
ning hield met de eisen der bewo
ners. Er is nl. een regeling, betref
fende collectieve arbeidscontracten,
die voorschrijft, dat het loon in
plattelandsgemeenten lager moet
zijn, dan in de stad. Dc Vreeswijkers
lopen nu weg uit hun plaatselijke
fabrieken en gaan naar Utrecht,
waar de fabrieken speciale busdien
sten inleggen om de arbeiders naar
zich toe te trekken. Om dit te voor
komen, betaalden diverse bedrijven
toch hogere lonen, maar werden by
een controle oj> de bon gezet, het-
Voor de Zondag
TT" AN het u soms ook zo irritc
-E\ ren, dat christelijke mensen zo
diep doordrongen kunnen zijn van
het besef, dat een ander een stuk
minder is dan hijzelf?
Heel wat buitenkerkelijke men
sen worden daar eenvoudig kwaad
om. Dat kan ik me best begrijpen,
en eerlijk gezegd: ik heb er ook
nog al eens last van. Want wanneer
we eenmaal op dat vlak zijn, is het
verschil tussen meer en minder, zui
ver en minder zuiver, diep cn min
der diep altijd weer aanwezig. Kort
geleden nog werd ik bij een ster-
ende geroepen, cn kreeg ik, nadat
ik met de familie gebeden had, een
\aderhjk vermaan van een toeval
lig aanwezig familie-lid, die me pre
cies wist te vertellen, wat er in dat
gebed dogmatisch ontbroken had.
Jammer, dat deze vriend wel heel
erg van de gereformeerde vaderen
verwijderd was.
Nu valt het me op, dat Petrus in
Handelingen 3 het zijn volksgeno
ten zo rustig vertelt, en dat daar
het meerderheidsgevoel ten enen
male ontbreekt Hij zegt het en ver
wijt het hun, dat zij voor Pilatus
de Messias hebben verloochend,
Hem, die de rechtvaardige was, in
de dood gejaagd hebben, gekozen
hebben voor de ander, die een
moordenaar was Maar tot twéto
maat toe gebruikt hij daarbij het
woord erloochenen", dat hij
eigenlijk best had kunnen vermij
den. Het is letterlijk heizelfde
woord, dat in Lucas 22 gebruikt
wordt van.... de verloochening van
Jezus door Petrus. Op de zelfde
dag, dat de Joden nepen voor Pila
tus: kruist Hem, heeft heel in de
vroegte Petrus tot drie keer toe, en
onder vloekwoorden betuigd, dat
hij met die Nar ui ener niets van
doen wenste te hebben.
Niet het meerwaardiglieidsgevoel
drijft Petrus, om anderen zijn in
zichten op te dringen. Maar de ont
dekking: die mensen zijn niet
slechter, eigenlijk beter dón ik!
Want zii wisten niet, wat zij deden,
cn van Petrus kon dut met gezegd
worden. Maar als dat zo is, en Pe
trus zó heerlijk vergiffenis heeft
gekregen, dan is er i oor die ande
ren toch minstens dezelfde kans.
Pinksteren is het feest van dc
zending: de boodschap der Kerk
gaat de wereld in. Het meest-wan-
hopige geval is met wanhopig, om
dat het gebleken is in de kring der
kerk ze/re. Wie zichzelve kent en
genade heeft ontvangen, wanhoopt
nooit meer aan een ander mens.
Omdat hij zich de minste van allen
weet.' Ds.CM.VANENDT.
Tien junr ouder, muur even actief"
een connuic up ut; uun gvtvi, «ei- 1 j 1 1
dlgm-d' gcwekT1 vcrontwaar- Letterkundige richt Ji, lijnen
De Prins Hendriklaan te 1 'reeswijk,
waaraan de luister ontnomen werd,
toen in de oorlog de bomen moes
ten worden geveld.
den de scheepswerven, die vooral
na dc capitulatie een actief aan
deel leverden in het repareren van
beschoten sehe^-n; verder enige
motoren-rcparaneinrichtingcn.
Voorts is er een kalkzandsteen
fabriek met ccn iaarj>roductie van
30 millipen stenen, terwijl het dorp
ten slotte ccn tweetal sleepdiensten
ccn aantal handelaren in oliën,
sleepagenten en scheepsbevrachters
rijk is.
Vorming van
industrie-centrum
Qm de werkloosheid van Vrees-
wijk op te vangen zal nu wor
den getracht aan de Vaartse Rijn
Als een dergelijk standpunt blijft
gehandhaafd, zal Vreeswijk er nooit
i in slagen tot nieuwe bloei te komen.
Vermelden wc tot slot dat het
dorp een unicum in de lande heeft,
in de vorm van haar School voor
Schipperskinderen, die in kortere
tijd dc lagere school-leerstof door-
j worstelen.
Memento vivere
Vreeswijk heeft moeilijke tijden
doorgemaakt en staat nog voor een
betrekkelijk duistere toekomst. Des
avonds drommen dc mannen naar
j de dijk en strekken zich uit op het
talud. Met opeengeklemde lippen
i staren zij naar dc Rijnaken, die
langzaam voorbijglijden voorbij
Als dc zon is verzonken in de kim,
kruipen zij achter een glas bier,
onder het met zilver behangen vaan
del van de zangvereniging Euterpe
j en vertellen elkaar over vroeger,
I toen de beurtschippers nog hun stui-
I vers lieten rollen. Hun stem stokt,
i als uit de verte, de scheepsroep uit
de stoomfluit komt overwaaien
Die roep klinkt te ver, uit het
nieuwe kanaal, dat Vreeswijk de
harteklop ontnam.
Maar nog is de hoop niet ver-
loren.
i Dc Vreeswijkers zijn een energiek
j en nijver volk, niet sentimenteel
i eerder wat ruig en nuchter. Zij
laten zich niet in een hoek drukken.
J En mocht het dan zijn dat hun schip
aan lager wal is geraakt en op het
zand zit, ze zullen het wel weer los-
slepen. Want schippers zijn 't
I goede schippers
A. DEN DOOLAARD
„Het verjaagde water".
Uitg Em. Querido's U.M.
Amsterdam 1947.
WIJ leven tegenwoordig zó snel,
dat in minder dan drie ïaar de
j tragedie van Walcheren al bijna uit
I onze herinnering is weggewist
voor zover wij tenminste daarbij
j zelf niet rechtstreeks betrokken
zyn geweest. Natuurlijk zjjn wij
even geschrokken, toen dit eiland
terwille van dc bevrijding aan de
zee moest worden prijsgegeven,
vooral omdat velen cr aan twijfel
den of het mogelijk zou blijken het
later opnieuw aan de golven te ont
rukken Maar toen onze Waterstaat
de zaak ter hand nam. voelden wij
ons alweer gerustgesteld. Uiteraard
zou het moeite kosten de vier ge-
prof. ar. W. A. P. Smit
Tentoonstelling bij
Rath en Doodeheefver
ET huidige geslacht is het ver-
x 1 geten, maar er zijn tilden ge
weest, dat onze voorouders van hun
wanden schilderijen maakten. De
tentoonstelling van Franse wand
tapijten is cr ons aan komen her
inneren. hoe do paleizen cn kathe
dralen in het Zuiden met gobelins
werden versierd, die in dc loop der
•eeuwen ook steeds meer (hoewei
artistiek gesproken: ten onrechte)
hot karakter kregen van schilde
rijen.
Welnu, de papieren bekledingen
hebben deze opvatting voor dc „bur
gerwoningen" jaren achtereen ge
volgd. althans in Frank ruk, en zo
is er tussen 1795 en 1835, juist in
de „roerige en riskante tijden" van
revolutie en oorlog een vredige in
dustrie gegroeid, waaraan kunste
naar en ambachtsman beiden te pas
kwamen. Schilders en grafici ont
wierpen de taferelen, ontleend aan
dc mythologie, dc historie, dc jacht,
de oorlog, koningsfeesten en
folklore, of wel zc gaven landschap
pen weer, stadsgezichten, grote fi
guren of anderszins.
Deze panorama-behangsels zijn
met dc hand gedrukt en elk ervan
bestaat uit een mozaïek van losse
vellen van klein formaat, op uiterst
zorgvuldige en vakkundige wijze
aan elkaar geplakt, zodat men er
pas notie van krijgt, als men er met
de neus vlak op staat.
Gelukkig zijn er verzamelaars ge
weest. die deze zo vergankelijke
producten voor het nageslacht heb
ben bewaard. Behangsels immers,
die het langer dan een eeuw uithou
den, zijn zeldzaam. Is het niet de
slijtage, dan is 't wel het veranderd
inzicht, de gewijzigde smaak, die
zulke versieringen ten dode doemen.
In Amerika, waarheen deze pa
pieren wel werden uitgevoerd, moe
ten er noe enkele voorname huizen
zijn. welker wanden met panorama-
behangsels zun bekleed.
Een enkele verzamelaar echter
heeft, zoals gezegd, zc aan dc „tand
des tiids" weten tc ontrukken, en
ook zijn nageslacht van dc waarde
ervan weten te doordringen. Zo is
de z.g. Carlhian-collectie, die al in
1810 gevormd werd. tot nu intact
gebleven en André Carlhian, Place
Vendómc, Parus, heeft, na eerst het
Londense publiek ervan te hebben
laten genieten, nu ook het Neder
landse, meer speciaal Amsterdam,
daartoe de gelegenheid geboden,
waar de behangsels in de zalen van
Rath en Doodeheefver, Prinsen
gracht 730736 (niet ver van de
Vijzelstraat) een tijdelijke, maar
geriefelijke en suggestieve huisves
ting hebben gekregen. Het is ver
wonderlijk hoe goed deze behangels
veelal bewaard zijn gebleven, hoe
fris de kleuren nog zijn, en al blijft
deze vorm van decoratie volgens
moderne inzichten ook niet meer
juist, zij geven een overtuigend
beeld van de goede smaak en de ta
lenten hunner makers.
Tegenwoordig doen wij het an
ders. Iedereen die zichzelf respec
teert, zweert bij een blank effen
papier. Dat blijft niet zo, want ook
dit is mode. En misschien komen
Rath cn Doodeheefver op het psy
chologisch juiste moment, om 't pu
bliek cr op attent tc maken: 't
kón. 't kèn ook anders. Zo kan deze
interessante tentoonstelling cr wel
licht toe bijdragen, om, zoals de in
leiding in de catalogus het uitdrukt:
„bij ons. schroomvallige Nederlan
ders. meer durf op te wekken voor
dc wandbekledinsr van souvereine
kunstenaarshand". C. A. S.
vaarlijke dijkgaten te dichten, maar
aan het uiteindelijk resultaat twij
felde w(j toch eigenlijk geen ogen
blik. En wij kregen gelijk: Walche
ren wérd gered wij konden rus
tig overgaan tot de orde van de
dag.
Dc werkelijkheid is echter heel
wat minder eenvoudig geweest; de
redding van Walcheren werd een
heroïsche strijd met de zee, waar
van de uitslag allerminst reeds bij
voorbaat vaststond en die slechts
op het nippertje gewonnen is. Daar
om is het goed, dat Den Doolaard
die als officieel verslaggever dit
hardnekkige gevecht met het wa
ter heeft bijgewoond het verloop
daarvan in zijn nieuwe boek heeft
uiteengezet en vastgelegd. Onder
hot lezen daarvan raken wij telkens
diep onder de indruk van het haast
bovenmenselijke werk dat moest
worden verricht van de schijn
baar hopeloze onderneming die
tóch tot een goed einde werd ge
bracht.
In zoverre kunnen wij niet an
ders dan ons verheugen over de
verschijning van dit boek. Anders
wordt dit evenwel, zodra wij zien
welke vorm Den Doolaard daarvoor
gekozen heeft: die van de roman.
Want van tweeën één: het gaat om
een zuivere weergave van histori
sche feiten of het gaat om een werk
van dichterlijke verbeelding. Na
tuurlijk zal in het laatste geval de
auteur wel degelijk uitgaan van be
paalde feiten en deze in z'n verhaal
verwerken, maar hij zal zich aan
A. DEN DOOLAARD
hun historische realiteit niet gebon
den achten; zijn verbeelding zal ze
aanvullen en herscheppen naar zijn
eigen visie. Zo schreef b.v. Home
rus over dc strijd der Grieken om'
Troje: de Trojaanse oorlog is er in
derdaad geweest, maar voor een
historische beschouwing daarvan
kunnen wjj toch moeilijk van zijn
Ilias uitgaan. Aan de andere kant
is het ook mogelijk dat een auteur
zich strikt houdt aan dc weergave
van historisch vaststaande feiten,
terwijl hij door de levendigheid van
zijn betoog ons (hoewel uiteraard
beïnvloed door zijn rangschikking
en interpretatie) ten volle daarin
doet meeleven; ik denk b.v. aan
Huizinga's „Herfsttij der Middel
eeuwen."
Het zwakke nu van Den Doo
laards boek is, dat hij tussen deze
twee verschillende uitgangspunten
niet heeft weten te kiezen cn zich
hoeft tevreden gesteld met een
compromis. Want enerzyds wil zijn
werk .duidelijk documentair zijn
anderzijds kiest hij de romanvorm
waardoor hij ook de vrije verbeel
ding inschakelt. Het gevolg is, dat
wij nooit precies weten waaraan
wij ons ten aanzien van de feiten
te houden hebben.
Realiteit of verbeelding?
HET spreekt natuurlek vanzelf,
dat de voornaamste daarvan
(vrywel) onveranderd aan dc reali
teit zjjn ontleend. Maar in hoeverre
geldt dit ook voor de bijkomstige
gebeurtenissen? Bovendien heeft
Don Doolaard uiteraard niet alles
wat hij vertelt, zelf meegemaakt.
Hy moest dus afgaan op wat hem
uit de eerste of tweede (of nog
verdere?) hand werd meegedeeld,
en op grond van deze misschien
schaarse gegevens zich met behulp
van intuïtie en verbeelding ccn
voorstelling vormen van wat cr in
derdaad was gebeurd. Kunnen wij
op deze voorstelling aan? Waar
spreken de feiten cn waar spreekt
Den Doolaard zelf? Door dc keuze
van de romanvorm ontneemt hij ons
de mogelijkheid, hieromtrent als
buitenstaanders ook maar enige
zekerheid te hebben. Zo gaan wij
dus twijfelen en aarzelen. Is de ca-
ricaturale figuur van de grote aan
nemer Berend Bonkelasr naar het
leven getekend? Vermoedelijk
slechts ten dele maar blijft dan
onze eindindruk desondanks toch
voldoende juist? De eerste preek
die Ds. Heikes na de catastrophale
inundatie houdt, zal wel teruggaan
op een godsdienstoefening welke
inderdaad heeft plaats gevonden
maar Den Doolaard geeft deze
preek nagenoeg woordelijk weer. In
hoeverre had hij daartoe historisch
het recht? En zo zouden wij kun
nen voortgaan: waar houdt telkens
de feitelijke realiteit op en krijgt de
verbeelding vrij spel?
Geen „roman"
MAAR evenmin als het compro
mis het documentaire element
tot zijn recht liet komen, evenmin
deed het dat de „roman". Wjj za
gen reeds hoe de verbeelding de
documentaire waarde van het boek
vertroebelde: omgekeerd belem
mert de noodzaak om een zo vol
ledig mogelijk overzicht tc geven,
de vrije vlucht der fantasie zowel
als een bevredigende compositie
van het boek. Feitelijk geeft Den
Doolaard daaraan dan ook ten on
rechte de naam „roman". Daaron
der immers verstaan wij een uit
voerig verhaal, dat een in zichzelf
gesloten eenheid vormt en waarin
dus bij alle verscheidenheid en alle
analyse een sterk synthetisch ele
ment niet mag ontbreken.
Den Doolaards boek echter valt
uiteen in een groot aantal afzonder-
De overstroming van Walcheren
was één der grootsle rampen, wel
ke ons land tijdens de laatste oor
logsjaren trof. Met man en macht
hebben de Nederlandse arbeiders
gewerkt om de gaten in de zeedijk
te dichten en Walcherens vruchtba
re bodem weer droog te leggen.
Tegen de achtergrond van deze
stoere strijd tegen water cn getij
speelt de roman, die .4. DEN
DOOLAARD schreef.
lijke fragmenten, die wel zijdelings
met elkaar verband houden, maar
toch nergens en werkelijke synthe
se bereiken. Wij komen er achter
eenvolgens in aanraking met een
eindeloos aantal typen (met opzet
kies ik dit woord, want zijn figuren
worden veel meer als zodanig dan
als werkelijk-levende mensen gete
kend. wat wellicht samenhangt met
Den Doolaards neiging om zijn be
schrijving naar het humoristi.ich-
caricaturale te chargeren); hoofd
ingenieurs, ingenieurs, aannemers,
opzichters, arbeiders, officieren, be
woners van Walcheren. In het alge
meen worden dezen inderdaad raak
en boeiend geschetst, met vaak een
onverwacht perspectief naar door
ons niet vermoede achtergronden
maar het geheel blijft toch een
veelheid zonder voldoende samen
hang. Bepaalde figuren aan wie
aanvankelijk veel aandacht werd
besteed (b.v. de zwaar getroffen
Westkappelse boer Hengst), ver
dwijnen plotseling weer voor goed
uit het verhaal; en er komen an-
anderen tc voorschijn (b.v. de kok
Rens) die eigenlijk even goed ge
mist hadden kunnen worden.
Waarschijnlijk zullen wij hierbij
niet zozeer aan een fout van Den
Doolaard moeten denken als wel
aan een bewuste, zij het ook mis
lukte, opzet. Ik stel my voor, dat
hij op deze manier een beeld heeft
willen geven van hot chaotisch ka
rakter van dit geweldige werk. De
ze ganse reeks van closc-ups was
bedoeld om ons de essentie van het
geheel te doen aanvoelen, zonder
dat nu ook ieder afzonderlijk beeld
op zichzelf essentieel behoefde te
zun. Er zijn inderdaad romans op
dit principe gebouwd, zo b.v. be
paalde delen uit de magistrale se
rie van Jules Romains: Les hom
mes de bonnc volontó.~Maar bij deze
schrijver voelen wij achter de veel
heid steeds de bindende „unanimis-
tische" gedachte: Parijs, levend en
werkend en zondigend in al deze
verschillende figuren, die immer3
juist in hun verscheidenheid s a«
men „Parijs" 'zun! Bij Den Doo
laard zou de strijd met het water
een dergelijke bindende gedachte-
op-de-achtergrond hebben kunnen
wezen: hier en daar is daarvan Iets
merkbaar. In het algemeen echter
kan dit unanimistisch experiment
bij hem niet anders dan als volko
men mislukt worden beschouwd.
Reportage
TL-T ET best laat het boek van Den
1 x Doolaard zich nog karakteri
seren als: reportage als journa
listieke vermenging dus van docu
mentair verslag cn persoonlijke
indruk; als een interessante verza
meling gegevens, beschrijvingen,
gesprekken, anecdoten en ondervin
dingen. Zo opgevat laat het zich
vlot en prettier lezen, ondanks de
wat ruwe en gewild-populaire toon,
ondanks een neiging tot langdra
digheid en het ontbreken van alle
werkelijke diepte. Maar waarom
dan de pretentie van de romanvorm
die slechts verwachtingen wekt
welke worden teleurgesteld?
Den Doolaard waagde zich hier
aan een cocktail van documentatie,
reportage en roman. De drie be
standdelen lieten zich echter niet
vermengen; vooral de roman bleek
recalcitrant. En daarmee ging voor
ons moderne proza weer eens een
kans verloren!
Het schijnt dat dit boek vertaald
wordt of zal worden. In het buiten
land zal het ongetwijfeld bewonde
ring weten te wekken voor onze
Waterstaat. Maar voor onze litera
tuur
'8 JuDi vertrekken de violist
Jo Juila en zijn broer Arnold Juda
(pianist) voor een tournee van drie
maanden naar Indië onder auspi
ciën d?r NI WIN.
Op dezelfde datum vprtrekt ook
het gezelschap Eddy Canzoni.