Vreeswijk wendt de steven BOEK VAN WALCHERENS REDDING mislukte cocktail Oud - Franse Panorama behangsels m Vaartse Rijn mag geen ,,dood water" worden Christelijke Superioriteit KABINETSWISSELING? van documentatie, reportage en roman Zaterdag 31 Mei 1947 A AN de Zuidelijke grens van de 1 provincie Utrecht, daar. waar het Rijnwater door een drietal slui zen het land inkolkt, ligt aan de voet van dc Lekdijk het nijvere plaatsje Vreeswijk. Omkneld door de kanaalarmen van de eens zo drukke vaarweg Amsterdam-Ruhr- gebied is deze. thans meer dan 3000 zielen tellende gemeente uitge groeid tot c en voorhaven van Utrecht. De bewoners specialiseer den zich op scheepvaartgebied, bouwden scheepswerven, openden winkels in scheepsvictualiën, terwijl menige middenstander een dikke boterham verdiende aan de schip pers, die tijdens het schutten in dc sluizen, in het dorp de proviand op deden. Maar de wolken kwamen voor de zon toen het AmsterdamRijnka naal werd voltooid en in 1938 de Beatrixsluizcn open gingen. Het in 1373 door de stad Utrecht gegra- van kanaal, dc Oude Keulschcvaart, was reeds overbodig geworden, toen de Vaartschc Rijn als verleng stuk van het Merwcdekanaal werd geopend. Dit op zijn beurt verloor zijn betekenis voor een belangrijk gedeelte na dc opening van de machtige Bcatrix-slüizen. Uit de kolken verdwenen dc lange rijen schepen en de schippers voeren practisch zonder lasten door dc nieuwe sluizen ver buiten Vrees wijk de Lek op cn af. Dit was een gevoelige klap voor de inwoners, die zich grotendeels op de scheepvaart hadden toege legd. Het levendige plaatsje was van belangrijk tussenstation ge degradeerd tot aanloophaventjc. Zelfs de stad Utrecht vergat dat Vreeswijk vele eeuwen van belang was geweest, doordat het vers grachtwater spuide. Des avonds klommen de bewo ners op dc dijk, schaarden zich rond de ..Peperbus een typisch uitzien de peilschaal cn keken met treurige ogen naar de verre sluizen, waaruit gestaag de slepen stroomopwaarts voeren... Het roer moet om De neringdoende bevolking werd noodlijdend. De omzet verminderde en velen moesten dc zaak aan dc kant doen. Anderen overwogen de bouw van een winkelwijk rondom I de Beatrixsluizcn, doch gezien de i korte tijd van schutten bleek dit plan niet doelmatig te zijn. Enkelen wisten hun handel te redden door een motorboot aan te schaffen en als „parlevinker" hun waren „aan j de schipper' te brengen. De Rege- ring werd om bijstand gevraagd, maar het bleef b\i enkele vage be loften. Men begreep totn. dat het roer moest v orden omgegooid en dat I het plaatsje industriën tot zich i moest trekken. Dc oprlog verijdelde I echter de plannen en hoewel Vrees- I wijk alleen zijn Katholieke kerk j zag opgeofferd aan oorlogsgeweld, heeft het dorp toch schade geleden. doordat de nieuwe plannen wegens materiaalschaarste werden gestag neerd. j HP IENTALLEN jaren geleden A vormde het zandwinningsbe- j drijf een van de hoofdbronnen van j bestaan Tien a twaalf procent van j dc bevolking was erbij betrokken. I Maar de voortschrijdende mcchani- j sering heeft de kleine houten scheepjes en het handbaggeren verdrongen, terwijl dc Rijkswater- j staat de zandwinning ging contin- genteren, omdat dc bedding van de ïivier t<- laag zou komen te liggen. De schippers moesten toen in de I Waal gaan baggeren. Voor velen was dit een te grote opgave: zij verdwenen of gingen met hun schip over naar de grote maatschappijen. Andere bestaansmiddelen vorm- Een kijkje op de Beatrixsluizcn die I voor het land een aanwinst voor Vreeswijk de Knockout beteekenden. een industriecentrum te stichten. Het ligt in de bedoeling een aantal inhammen te graven, zodat elke fa briek via de kanalen bereikbaar is. Reeds is er een meubelfabriekje gevestigd. De voorwaarden voor de stichting van een industrieel cen trum ziin uitermate gunstig, omdat het dorp goed bereikbaar is via de grote rivieren, terwijl een grote verkeersweg de verbinding Noord- Zuid onderhoudt, al werd de vaste brug in 1945 verwoest. Men hoopt echter dat cle herstelwerkzaamhe den spoedig vorderen cn eind 1948 voltooid zullen zijn al wordt er ge mompeld. dat het nog wel eens lan ger zou kunnen duren. De overheid dicne echter te beseffen, dat dc pontonbrug (balybrug) niet voldoet te meer daar de Lek een drukke vaart heeft en bij ijsgang zelfs we kenlang niet te overbruggen is. Terwijl dit terloops opgemerkt het aardige oude stadje Vianen aan cle andere kant van de Lek door het zware, dag en nacht cloor daverende verkeer, veel last en na deel ondervindt. Met de aantrekking van de indu strie moet de bouw van gemeente- woningen gelijke tred houden. Daar toe zijn ccn tweetal wijken gepro jecteerd tussen de Vaartsche Rijn en dc derde kring van het Fort. Tijdschriften Twee dichterlijke persoonlijkheden Apollo bevat het slot van de beschouwingen van T. V. Tousaint van Bocrlaere over de Vlaamse lite ratuur tijdens dc bezetting. Hu wijst op hel merkwaardige fett. „dat luist dc stroming Claes-en-Timmer- mans, zo aan dc vaderlandse grond gehecht, aan de doh>sklok en aan de dorpskerk verknocht, zich zodra de nazi vei scheen, bereid heeft getoond allesbehalve in het verzet te gaan staan, maar de gelegenheid te wil len gebruiken om op commcrcieel- eerlijke wijze grof geld te verdienen, en ook om een grotere literaire machtspositie te oogsten", terwijl hun landslieden, object van hun li teraire liefde, werden geknecht, ge marteld, vermoord. Alleen onder de schrijvers die, om het kort te zeg gen. niet nationaal voelden, steeds internationaal of universeel zochten te begrijpen cn te realiseren, heeft men dc strijdbare verzetsmensen gevonden. Op een enkele uitzonde ring na stonden de nazi-vrienden, cle nieuwe-orde-propagandisten met het woord, rechts; dc weerstand, in het literaire milieu, links en zelfs uiterst-links." Dc Duitscis eisten geen aanslui ting bij kultuurkamcr of wat ook. De uitgevers gaven onbelemmerd werk uit van welke schrijver ook - doch op eigen risico, en op poene van sanctie en boete, mocht het uit gegeven werk soms dcutschfeind- lich zijn. of indien dc auteur een verstoken" vrijmetselaar of com munist was. die niet tot inkeer was gekomen. Tousaint van Boclaere geeft een uitvoerige inventarisatie van het werk van de afgelopen ia- ren en besluit met het noemen van: Julien Kuypers, Johan Daisne. Hu- bert Lampoyen Piet van Aken. ..Zij maken het. dat hot Vlaamse aan deel in de Nederlandse literatuur veel-omvattender, krachtiger, ge biedender wordt". Bij kostelijke te keningetjes vertelt prol. Fr. van Thienen over boeken van Osbcrt Lancaster over stijlkennis, inder daad „kunsthistorie met een glim lach". Van dr. Johanna Gockoop de Jongh r is er een artikel over Jan Schouten, glazenier van Delft. P)R J. C Brandt Corstius. com- 7 mentator en kenner van het werk van Herman Gorter draagt in De Nieuwe Stem een artikel bjj over Henriëtte Roland Holst en Herman Gorter, twee grote dichter lijke persoonlijkheden, die bij al het vanzelfsprekend overeenkomstige als t'jdgenoot en socialist, in leven en kunst vrijwel nimmer hetzelfde nastreven. Een grondige vergelij king wijst meer verschil aan dan overeenkomst. „Is dc dichteres niet de fundamenteel gespletene van we zen. dc dichter naar do z\p\ uit één stuk? Henrietta Roland Holst lijdt onder de hachelijkheid van het le ven, van dood en geboorte: zij kent smart van dc kentering, de pijn van do strijd, het verraad aan eigen diepste wezen. Herman Gorter is één in zijn en willen, hij leeft in het geluk van oen rovolutionnaire periode, hn kukt in het volle, ver blindende licht en de schaduw is achter hem. Haar geest is elec- trisch-svnthetisch, verlangt naar wat verbindt; de zijne absoluut dog matisch. splijtend waar het nodig blijkt. De dichteres droomt van de toekomst en zoekt in het heden vrede cn harmonie. Gorter beleeft de toekomst cn zoekt de klaarheid, het heldere, strakke, en prijst de strijd." Conflicten De overheid zal hard moeten mee werken om Vreeswijk over het dode punt heen te helpen. -Maar juist dezer dagen bleek, hoe weinig het college van Rijksbcmiddclaars reke ning hield met de eisen der bewo ners. Er is nl. een regeling, betref fende collectieve arbeidscontracten, die voorschrijft, dat het loon in plattelandsgemeenten lager moet zijn, dan in de stad. Dc Vreeswijkers lopen nu weg uit hun plaatselijke fabrieken en gaan naar Utrecht, waar de fabrieken speciale busdien sten inleggen om de arbeiders naar zich toe te trekken. Om dit te voor komen, betaalden diverse bedrijven toch hogere lonen, maar werden by een controle oj> de bon gezet, het- Voor de Zondag TT" AN het u soms ook zo irritc -E\ ren, dat christelijke mensen zo diep doordrongen kunnen zijn van het besef, dat een ander een stuk minder is dan hijzelf? Heel wat buitenkerkelijke men sen worden daar eenvoudig kwaad om. Dat kan ik me best begrijpen, en eerlijk gezegd: ik heb er ook nog al eens last van. Want wanneer we eenmaal op dat vlak zijn, is het verschil tussen meer en minder, zui ver en minder zuiver, diep cn min der diep altijd weer aanwezig. Kort geleden nog werd ik bij een ster- ende geroepen, cn kreeg ik, nadat ik met de familie gebeden had, een \aderhjk vermaan van een toeval lig aanwezig familie-lid, die me pre cies wist te vertellen, wat er in dat gebed dogmatisch ontbroken had. Jammer, dat deze vriend wel heel erg van de gereformeerde vaderen verwijderd was. Nu valt het me op, dat Petrus in Handelingen 3 het zijn volksgeno ten zo rustig vertelt, en dat daar het meerderheidsgevoel ten enen male ontbreekt Hij zegt het en ver wijt het hun, dat zij voor Pilatus de Messias hebben verloochend, Hem, die de rechtvaardige was, in de dood gejaagd hebben, gekozen hebben voor de ander, die een moordenaar was Maar tot twéto maat toe gebruikt hij daarbij het woord erloochenen", dat hij eigenlijk best had kunnen vermij den. Het is letterlijk heizelfde woord, dat in Lucas 22 gebruikt wordt van.... de verloochening van Jezus door Petrus. Op de zelfde dag, dat de Joden nepen voor Pila tus: kruist Hem, heeft heel in de vroegte Petrus tot drie keer toe, en onder vloekwoorden betuigd, dat hij met die Nar ui ener niets van doen wenste te hebben. Niet het meerwaardiglieidsgevoel drijft Petrus, om anderen zijn in zichten op te dringen. Maar de ont dekking: die mensen zijn niet slechter, eigenlijk beter dón ik! Want zii wisten niet, wat zij deden, cn van Petrus kon dut met gezegd worden. Maar als dat zo is, en Pe trus zó heerlijk vergiffenis heeft gekregen, dan is er i oor die ande ren toch minstens dezelfde kans. Pinksteren is het feest van dc zending: de boodschap der Kerk gaat de wereld in. Het meest-wan- hopige geval is met wanhopig, om dat het gebleken is in de kring der kerk ze/re. Wie zichzelve kent en genade heeft ontvangen, wanhoopt nooit meer aan een ander mens. Omdat hij zich de minste van allen weet.' Ds.CM.VANENDT. Tien junr ouder, muur even actief" een connuic up ut; uun gvtvi, «ei- 1 j 1 1 dlgm-d' gcwekT1 vcrontwaar- Letterkundige richt Ji, lijnen De Prins Hendriklaan te 1 'reeswijk, waaraan de luister ontnomen werd, toen in de oorlog de bomen moes ten worden geveld. den de scheepswerven, die vooral na dc capitulatie een actief aan deel leverden in het repareren van beschoten sehe^-n; verder enige motoren-rcparaneinrichtingcn. Voorts is er een kalkzandsteen fabriek met ccn iaarj>roductie van 30 millipen stenen, terwijl het dorp ten slotte ccn tweetal sleepdiensten ccn aantal handelaren in oliën, sleepagenten en scheepsbevrachters rijk is. Vorming van industrie-centrum Qm de werkloosheid van Vrees- wijk op te vangen zal nu wor den getracht aan de Vaartse Rijn Als een dergelijk standpunt blijft gehandhaafd, zal Vreeswijk er nooit i in slagen tot nieuwe bloei te komen. Vermelden wc tot slot dat het dorp een unicum in de lande heeft, in de vorm van haar School voor Schipperskinderen, die in kortere tijd dc lagere school-leerstof door- j worstelen. Memento vivere Vreeswijk heeft moeilijke tijden doorgemaakt en staat nog voor een betrekkelijk duistere toekomst. Des avonds drommen dc mannen naar j de dijk en strekken zich uit op het talud. Met opeengeklemde lippen i staren zij naar dc Rijnaken, die langzaam voorbijglijden voorbij Als dc zon is verzonken in de kim, kruipen zij achter een glas bier, onder het met zilver behangen vaan del van de zangvereniging Euterpe j en vertellen elkaar over vroeger, I toen de beurtschippers nog hun stui- I vers lieten rollen. Hun stem stokt, i als uit de verte, de scheepsroep uit de stoomfluit komt overwaaien Die roep klinkt te ver, uit het nieuwe kanaal, dat Vreeswijk de harteklop ontnam. Maar nog is de hoop niet ver- loren. i Dc Vreeswijkers zijn een energiek j en nijver volk, niet sentimenteel i eerder wat ruig en nuchter. Zij laten zich niet in een hoek drukken. J En mocht het dan zijn dat hun schip aan lager wal is geraakt en op het zand zit, ze zullen het wel weer los- slepen. Want schippers zijn 't I goede schippers A. DEN DOOLAARD „Het verjaagde water". Uitg Em. Querido's U.M. Amsterdam 1947. WIJ leven tegenwoordig zó snel, dat in minder dan drie ïaar de j tragedie van Walcheren al bijna uit I onze herinnering is weggewist voor zover wij tenminste daarbij j zelf niet rechtstreeks betrokken zyn geweest. Natuurlijk zjjn wij even geschrokken, toen dit eiland terwille van dc bevrijding aan de zee moest worden prijsgegeven, vooral omdat velen cr aan twijfel den of het mogelijk zou blijken het later opnieuw aan de golven te ont rukken Maar toen onze Waterstaat de zaak ter hand nam. voelden wij ons alweer gerustgesteld. Uiteraard zou het moeite kosten de vier ge- prof. ar. W. A. P. Smit Tentoonstelling bij Rath en Doodeheefver ET huidige geslacht is het ver- x 1 geten, maar er zijn tilden ge weest, dat onze voorouders van hun wanden schilderijen maakten. De tentoonstelling van Franse wand tapijten is cr ons aan komen her inneren. hoe do paleizen cn kathe dralen in het Zuiden met gobelins werden versierd, die in dc loop der •eeuwen ook steeds meer (hoewei artistiek gesproken: ten onrechte) hot karakter kregen van schilde rijen. Welnu, de papieren bekledingen hebben deze opvatting voor dc „bur gerwoningen" jaren achtereen ge volgd. althans in Frank ruk, en zo is er tussen 1795 en 1835, juist in de „roerige en riskante tijden" van revolutie en oorlog een vredige in dustrie gegroeid, waaraan kunste naar en ambachtsman beiden te pas kwamen. Schilders en grafici ont wierpen de taferelen, ontleend aan dc mythologie, dc historie, dc jacht, de oorlog, koningsfeesten en folklore, of wel zc gaven landschap pen weer, stadsgezichten, grote fi guren of anderszins. Deze panorama-behangsels zijn met dc hand gedrukt en elk ervan bestaat uit een mozaïek van losse vellen van klein formaat, op uiterst zorgvuldige en vakkundige wijze aan elkaar geplakt, zodat men er pas notie van krijgt, als men er met de neus vlak op staat. Gelukkig zijn er verzamelaars ge weest. die deze zo vergankelijke producten voor het nageslacht heb ben bewaard. Behangsels immers, die het langer dan een eeuw uithou den, zijn zeldzaam. Is het niet de slijtage, dan is 't wel het veranderd inzicht, de gewijzigde smaak, die zulke versieringen ten dode doemen. In Amerika, waarheen deze pa pieren wel werden uitgevoerd, moe ten er noe enkele voorname huizen zijn. welker wanden met panorama- behangsels zun bekleed. Een enkele verzamelaar echter heeft, zoals gezegd, zc aan dc „tand des tiids" weten tc ontrukken, en ook zijn nageslacht van dc waarde ervan weten te doordringen. Zo is de z.g. Carlhian-collectie, die al in 1810 gevormd werd. tot nu intact gebleven en André Carlhian, Place Vendómc, Parus, heeft, na eerst het Londense publiek ervan te hebben laten genieten, nu ook het Neder landse, meer speciaal Amsterdam, daartoe de gelegenheid geboden, waar de behangsels in de zalen van Rath en Doodeheefver, Prinsen gracht 730736 (niet ver van de Vijzelstraat) een tijdelijke, maar geriefelijke en suggestieve huisves ting hebben gekregen. Het is ver wonderlijk hoe goed deze behangels veelal bewaard zijn gebleven, hoe fris de kleuren nog zijn, en al blijft deze vorm van decoratie volgens moderne inzichten ook niet meer juist, zij geven een overtuigend beeld van de goede smaak en de ta lenten hunner makers. Tegenwoordig doen wij het an ders. Iedereen die zichzelf respec teert, zweert bij een blank effen papier. Dat blijft niet zo, want ook dit is mode. En misschien komen Rath cn Doodeheefver op het psy chologisch juiste moment, om 't pu bliek cr op attent tc maken: 't kón. 't kèn ook anders. Zo kan deze interessante tentoonstelling cr wel licht toe bijdragen, om, zoals de in leiding in de catalogus het uitdrukt: „bij ons. schroomvallige Nederlan ders. meer durf op te wekken voor dc wandbekledinsr van souvereine kunstenaarshand". C. A. S. vaarlijke dijkgaten te dichten, maar aan het uiteindelijk resultaat twij felde w(j toch eigenlijk geen ogen blik. En wij kregen gelijk: Walche ren wérd gered wij konden rus tig overgaan tot de orde van de dag. Dc werkelijkheid is echter heel wat minder eenvoudig geweest; de redding van Walcheren werd een heroïsche strijd met de zee, waar van de uitslag allerminst reeds bij voorbaat vaststond en die slechts op het nippertje gewonnen is. Daar om is het goed, dat Den Doolaard die als officieel verslaggever dit hardnekkige gevecht met het wa ter heeft bijgewoond het verloop daarvan in zijn nieuwe boek heeft uiteengezet en vastgelegd. Onder hot lezen daarvan raken wij telkens diep onder de indruk van het haast bovenmenselijke werk dat moest worden verricht van de schijn baar hopeloze onderneming die tóch tot een goed einde werd ge bracht. In zoverre kunnen wij niet an ders dan ons verheugen over de verschijning van dit boek. Anders wordt dit evenwel, zodra wij zien welke vorm Den Doolaard daarvoor gekozen heeft: die van de roman. Want van tweeën één: het gaat om een zuivere weergave van histori sche feiten of het gaat om een werk van dichterlijke verbeelding. Na tuurlijk zal in het laatste geval de auteur wel degelijk uitgaan van be paalde feiten en deze in z'n verhaal verwerken, maar hij zal zich aan A. DEN DOOLAARD hun historische realiteit niet gebon den achten; zijn verbeelding zal ze aanvullen en herscheppen naar zijn eigen visie. Zo schreef b.v. Home rus over dc strijd der Grieken om' Troje: de Trojaanse oorlog is er in derdaad geweest, maar voor een historische beschouwing daarvan kunnen wjj toch moeilijk van zijn Ilias uitgaan. Aan de andere kant is het ook mogelijk dat een auteur zich strikt houdt aan dc weergave van historisch vaststaande feiten, terwijl hij door de levendigheid van zijn betoog ons (hoewel uiteraard beïnvloed door zijn rangschikking en interpretatie) ten volle daarin doet meeleven; ik denk b.v. aan Huizinga's „Herfsttij der Middel eeuwen." Het zwakke nu van Den Doo laards boek is, dat hij tussen deze twee verschillende uitgangspunten niet heeft weten te kiezen cn zich hoeft tevreden gesteld met een compromis. Want enerzyds wil zijn werk .duidelijk documentair zijn anderzijds kiest hij de romanvorm waardoor hij ook de vrije verbeel ding inschakelt. Het gevolg is, dat wij nooit precies weten waaraan wij ons ten aanzien van de feiten te houden hebben. Realiteit of verbeelding? HET spreekt natuurlek vanzelf, dat de voornaamste daarvan (vrywel) onveranderd aan dc reali teit zjjn ontleend. Maar in hoeverre geldt dit ook voor de bijkomstige gebeurtenissen? Bovendien heeft Don Doolaard uiteraard niet alles wat hij vertelt, zelf meegemaakt. Hy moest dus afgaan op wat hem uit de eerste of tweede (of nog verdere?) hand werd meegedeeld, en op grond van deze misschien schaarse gegevens zich met behulp van intuïtie en verbeelding ccn voorstelling vormen van wat cr in derdaad was gebeurd. Kunnen wij op deze voorstelling aan? Waar spreken de feiten cn waar spreekt Den Doolaard zelf? Door dc keuze van de romanvorm ontneemt hij ons de mogelijkheid, hieromtrent als buitenstaanders ook maar enige zekerheid te hebben. Zo gaan wij dus twijfelen en aarzelen. Is de ca- ricaturale figuur van de grote aan nemer Berend Bonkelasr naar het leven getekend? Vermoedelijk slechts ten dele maar blijft dan onze eindindruk desondanks toch voldoende juist? De eerste preek die Ds. Heikes na de catastrophale inundatie houdt, zal wel teruggaan op een godsdienstoefening welke inderdaad heeft plaats gevonden maar Den Doolaard geeft deze preek nagenoeg woordelijk weer. In hoeverre had hij daartoe historisch het recht? En zo zouden wij kun nen voortgaan: waar houdt telkens de feitelijke realiteit op en krijgt de verbeelding vrij spel? Geen „roman" MAAR evenmin als het compro mis het documentaire element tot zijn recht liet komen, evenmin deed het dat de „roman". Wjj za gen reeds hoe de verbeelding de documentaire waarde van het boek vertroebelde: omgekeerd belem mert de noodzaak om een zo vol ledig mogelijk overzicht tc geven, de vrije vlucht der fantasie zowel als een bevredigende compositie van het boek. Feitelijk geeft Den Doolaard daaraan dan ook ten on rechte de naam „roman". Daaron der immers verstaan wij een uit voerig verhaal, dat een in zichzelf gesloten eenheid vormt en waarin dus bij alle verscheidenheid en alle analyse een sterk synthetisch ele ment niet mag ontbreken. Den Doolaards boek echter valt uiteen in een groot aantal afzonder- De overstroming van Walcheren was één der grootsle rampen, wel ke ons land tijdens de laatste oor logsjaren trof. Met man en macht hebben de Nederlandse arbeiders gewerkt om de gaten in de zeedijk te dichten en Walcherens vruchtba re bodem weer droog te leggen. Tegen de achtergrond van deze stoere strijd tegen water cn getij speelt de roman, die .4. DEN DOOLAARD schreef. lijke fragmenten, die wel zijdelings met elkaar verband houden, maar toch nergens en werkelijke synthe se bereiken. Wij komen er achter eenvolgens in aanraking met een eindeloos aantal typen (met opzet kies ik dit woord, want zijn figuren worden veel meer als zodanig dan als werkelijk-levende mensen gete kend. wat wellicht samenhangt met Den Doolaards neiging om zijn be schrijving naar het humoristi.ich- caricaturale te chargeren); hoofd ingenieurs, ingenieurs, aannemers, opzichters, arbeiders, officieren, be woners van Walcheren. In het alge meen worden dezen inderdaad raak en boeiend geschetst, met vaak een onverwacht perspectief naar door ons niet vermoede achtergronden maar het geheel blijft toch een veelheid zonder voldoende samen hang. Bepaalde figuren aan wie aanvankelijk veel aandacht werd besteed (b.v. de zwaar getroffen Westkappelse boer Hengst), ver dwijnen plotseling weer voor goed uit het verhaal; en er komen an- anderen tc voorschijn (b.v. de kok Rens) die eigenlijk even goed ge mist hadden kunnen worden. Waarschijnlijk zullen wij hierbij niet zozeer aan een fout van Den Doolaard moeten denken als wel aan een bewuste, zij het ook mis lukte, opzet. Ik stel my voor, dat hij op deze manier een beeld heeft willen geven van hot chaotisch ka rakter van dit geweldige werk. De ze ganse reeks van closc-ups was bedoeld om ons de essentie van het geheel te doen aanvoelen, zonder dat nu ook ieder afzonderlijk beeld op zichzelf essentieel behoefde te zun. Er zijn inderdaad romans op dit principe gebouwd, zo b.v. be paalde delen uit de magistrale se rie van Jules Romains: Les hom mes de bonnc volontó.~Maar bij deze schrijver voelen wij achter de veel heid steeds de bindende „unanimis- tische" gedachte: Parijs, levend en werkend en zondigend in al deze verschillende figuren, die immer3 juist in hun verscheidenheid s a« men „Parijs" 'zun! Bij Den Doo laard zou de strijd met het water een dergelijke bindende gedachte- op-de-achtergrond hebben kunnen wezen: hier en daar is daarvan Iets merkbaar. In het algemeen echter kan dit unanimistisch experiment bij hem niet anders dan als volko men mislukt worden beschouwd. Reportage TL-T ET best laat het boek van Den 1 x Doolaard zich nog karakteri seren als: reportage als journa listieke vermenging dus van docu mentair verslag cn persoonlijke indruk; als een interessante verza meling gegevens, beschrijvingen, gesprekken, anecdoten en ondervin dingen. Zo opgevat laat het zich vlot en prettier lezen, ondanks de wat ruwe en gewild-populaire toon, ondanks een neiging tot langdra digheid en het ontbreken van alle werkelijke diepte. Maar waarom dan de pretentie van de romanvorm die slechts verwachtingen wekt welke worden teleurgesteld? Den Doolaard waagde zich hier aan een cocktail van documentatie, reportage en roman. De drie be standdelen lieten zich echter niet vermengen; vooral de roman bleek recalcitrant. En daarmee ging voor ons moderne proza weer eens een kans verloren! Het schijnt dat dit boek vertaald wordt of zal worden. In het buiten land zal het ongetwijfeld bewonde ring weten te wekken voor onze Waterstaat. Maar voor onze litera tuur '8 JuDi vertrekken de violist Jo Juila en zijn broer Arnold Juda (pianist) voor een tournee van drie maanden naar Indië onder auspi ciën d?r NI WIN. Op dezelfde datum vprtrekt ook het gezelschap Eddy Canzoni.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 3