Jan en Katrijn maken ruziecn en lachen erom! 4 VONDSTEN UIT DE TIJD VAN ROMEINEN EN BATAVEN 3 een goed gerecht Velcn onder en 't is ving klaar Protest tegen Zarah Leander OP BEZOEK IN DE POPPENKAST 7" Volgende week weer een puzzle De wraak van Serbans broer Opgravingen bij Vechten Nieuwe sporen van een groot aantal vestingen ontdekt OP de Peutingerkaart. een Romeinse reiskaart uit de tweede eeuw, die op oudere romeinse bronnen teruggaat en die de route van Nijmegen naar Leiden weergeeft, komt op de Zuidelijke Rijnoever de nederzetting Fletio voor Reeds lang heeft men dit voor Vechten gehouden. Inderdaad was al sinds 1600 bekend dat de Romeinen hier gevestigd waren en sinds 1829 zijn er bij Vechten opgravingen ver richt om naar bijzonderheden te speuren. Ook nu wordt op de z.g. Burgheuvel een uitgebreid wetenschappelijk onderzoek ingesteld. Er moest een gedeelte van de heuvel worden geëgaliseerd en dank zij de grote medewerking van de N V. Grontmij te Zwolle, de dienst voor landbouwherstel en de D.U.W.. alsmede de vergunning van de minister van Defensie, konden deze werkzaamheden worden gecom bineerd met een wetenschappelijk onderzoek, dat geschiedt na over leg met dr. W. C Braat, die hier het laatst opgravingen heeft gedaan, en dat onder leiding staat van prof. dr A. E. van Giffen uit Groningen. Onderzoeki ngen sinds 1829 Het op te graven terrein heeft een lengte van 140, een breedte van 30 en een hoogte van 3 m. en het is niet onmogelijk, dat de oppervlakte nog belangrijk zal worden vergroot. Op deze wijze hoopt men de resultaten van vroegere onderzoekingen aan te vullen en aanmerkelijk uit te brei den. Laten wij daarom eerst eens na gaan wat er in vroeger jaren gevon den werd en welke feiten er reeds bekend zijn. In 1829 hadden er op initiatief van de bekende historicus J. Schelte- ma al vrij grote onderzoekingen plaats, die in 1330 werden stopgezet. Het materiaal daarover kwam later, in 1848, in het bezit van het Prov Utr Genootschap Men is bij de onderzoekingen uitgegaan van drie berichten uit de oudheid In de eer ste plaats waren er gegevens uit het reisboek van Antoninus, uit het eind van de 4e eeuw waar Trajectum wordt vermeld dat in verband werd gebracht met Utrecht. Dan was er de reeds genoemde Peutingerkaart en ten derde spreekt Beda in zijn kro niek van Wiltenburg waarmee Utrecht bedoeld zou zijn Bij Vech ten ligt echter nog een stuk land dat die naam draagt In de jaren 1867—1870 werden bij de aanleg van het fort Vechten, al lerlei ontdekkingen gedaan Het be heer over .,de oudheden" werd op gedragen aan de genieofficier Mar- cella. die er een oppervlakkig over zicht van gaf. Men vond een oude Rijnloop. die onder het fort doorgaat, een brug erover, altaarstukken, in scripties. waarbij o a. schippers uit Tongeren worden genoemd en op een der stenen de naam Fectio. die voor een betere schrijfwijze van Fletio wordt gehouden Al deze vondsten wezen naar het begin van onze jaartelling en men dacht in dit verband aan de tochten van Germanieus en Drnsus. In 1892 was het de bekende Utrechtse archivaris Abr. S. Muller die met een subsidie van het P T' G. I het onderzoek opnieuw te hand nam Zijn bevindingen werden neergelegd in de verslagen van het PUG van 1893. Op het nu nog hoge deel van de Burgheuvel h^eft hij een kruis vormige sleuf gegraven en daarbij de Riinlnop teruggevonden die lanas de noordkant van het terrein loopt, enige aanlegsteigers en een schip Dr. J. H Holwerda heeft "in 1914 achtereenvolgens 1920 en 1921 gegra ven en dr A E Remouchamps heeft het werk van 1922—1927 voortgezet Dr Holwerda meent de sporen van drie castella te hebben gevonden. Het laatste (een stenen) dateert hij uit het laatst van de 2de eeuw. in 240 zou dan het verval zijn begon nen. het eerste uit de tijd van Augus tus. Het oudste ligt onmiddellijk op de oude Rijnoever, het jongste op de heuvel, de zgn. ..Burg". Dr. Remounchamps vond in het stenen castellum eenzelfde hoofd kwartier als men later ook in Utrecht op het Domplein heeft aan getroffen en daarnaast nog een ge bouw. dat hij voor het comman dantsgebouw hield. Dr. Holwerda meende, dat het oudste castellum met drie zijden aansloot op de Rijn. Bij de opgravingen in 1931/32 en 36 37. onder leiding van dr. Braat werd dit bevestigd. Hij vond boven dien een uitgestrekte aanlegplaats, die hij uit het jaar 16 dateerde en die om haar grootte in verband werd gebracht met de vloot van Germani eus. die in genoemd jaar door de Vecht, via het Flevomeer. de Wad den en de Ecms naar Westfalen zou zijn gevaren Wat thans aan het licht kwam Het onderzoek. dat thans wordt ingesteld heeft reeds uit gewezen. dat er op deze plaats een groter aantal vestingen heeft gelegen. In ieder geval meer dan drie. Overal vindt men in de bodem paalgaten terug en doorlopende grondsporen die op bebouwingen TUINKALENDER ZATERDAG 12 JULI. Wan- neer men voor het volgend jaar voor de tuin, balken of huiskamer Geraniums (Pelargonium) en Fuch sia's wil kweken, dan kunnen deze zeer goed in Juli of Augustus wor den gestektAls stekken worden kor (ledige, gezonde scheuten geno men, die onder een zg. oog of knoop of onder een paar ideren worden afgesnedenDe onderste bladeren worden lot op de stompjes van hun steeltjes weggesneden. Men steekt de stekken i, een bloempot met goede, zandige aarde of vochtig scherp zand. en plaatst ze in het licht op de vensterbank, doch met in de felle zon. De aar wordt nor maal vochtig gehouden. Nadat de stekken r4oed zijn beuorteld, wordt iedere stek in een bloempotje met goede aarde over ge,,la t. In deze stekpotjes blijven ze de gehele win ter. Omstreeks Maart worden ze daarna in de b.kendj geranium pot ten overgeplant. S. L. AL VAKER is het ons opgeval len, dat de mode ons dit jaar wei- H «i nig nieuws brengt. Heeft U al walvisvlees gegeten? Nee? dan moet LI het beslist proberen, want het is een goed gerecht, een welkome aan vulling van ons vleesrantsoen, en een belangrijke aanwinst voor onze provisiekast. Geen vizioenen van spuitende monsters over Zuidelijke IJszee, geen enkele herinnering aan levertraan die ons het genoegen zou bederven, maar een zuiver vleesgerecht met een aparte smaak. En voor de bereiding kan men om te bakken Laat het brood in het zich heel gemakkelijk maken, ruim koud water even weken, daar- Zie hier: na goed droog uitknijpen. Kneed 1. Zet het blik ongeopend in een dit flink door met gehakte peter- pan met kokend water en laat het selie en wat fijne noot. vervolgens geheel 10 minuten flink koken, het walvisvlees er met een vork Daarna het blik openen en de in- doorwerken. Maak van dit mengsel houd uitstorten op een schaal. kleine ronde pLtte ballen, 5 bij 2. Stort de inhoud uit liet blik in 1 cm. Haal zc even door wat be- een pan, giet cr \ijf eetlepels water schuit of fijn paneermeel, bak ze of bouillon bij en laat dit op ccn aan weerskanten mooi bruin van matig vuur warm worden. Vooral kleur. Geef er ius van een jus- niet te veel roeren. 3. Laat een koekepan met een stukje boter of v;t goed vet wor den. Strooi er een flink laagje be schuit of paneermeel in. Leg hierin de helft van de inhoud van ec-n blik, bestrooi dit weer met een flink herinneren zich nog wel de drape ries van vroeger, de lage taille, de schouderloze avondjapon. die vroeger in de mo de waren, zij zijn alle weer up to date. Maar wie had kunnen dro men, dat de cri noline weer van zolder gehaald zou worden, bekeken, gekeurd en goed bevonden? Inder daad is dit ge beurd. en is het niet te verwonde ren. dat het Enge land is die deze dracht weer inge voerd heeft: het land met de tra dities. Maar denkt u zich even in: Mijnheer en Me vrouw gaan naar de Opera. De al lernieuwste Slu- debaker 1947 staat voor de deur te wachten. Echtge noot wil echtge- Leaendo: A-B vondsten, genieoff. Morcelle (1867 e v) o Proefsleuven en \ondsten (o.a. schuit en kaden) opgravingen S. Muller (1892—94). I-III Rom. vestingen Dr Holwerda (1914 en 1920/1921) en Dr. Braat (1931/32 - 36/37). I' Praetoricum en commandantswoning Dr Remouchamps (1923/27). IV nieuwe opgravingen Dr van Giffen (1946/47). OP HET BINNENHOF TE DEN HAAG heeft luitenant-generaal Mr. H. J. Kruis de Engelse luitenant-ge neraal Gordon MacKeady begiftigd met de versierselen behorende bij de benoeming tot Groot-officier in de Orde van Oranje Nassau, hem toegekend voor zijn verdiensten bij de bevrijding van ons land. (Ingezoi den mededeling duiden, of plaatsen waar eertijds grachten hebben gelopen. Duidelnk ziet men o.a. in het thans bereikte opgravingsvlak de noord-oostelij ke hoek van de stenen-vesting Scherp tekenen zich de laatste spo ren af van de vestingmuur en bijbe horende gracht' öe eerste in de vorm van een ruim één meter brede band van heipaalgaten, de laatste in die van een circa drie meter brede grauwzwarte zoom van vulaarde. Ook de beide torens van de ooste lijke hoofdpoort, de porta primi- palis dextra. zijn zonder meer herkenbaar. In de reeds door Braat opgespoorde oostelijke be grenzing van hc-t oudste castellum vond men de aanduiding van een toren. Het in de gracht van dit oud ste verdedigingswerk uitgegraven aardewerk, o.a. een fraaie terra si- gillata kelk. moet uit de tijd van Tiberius afkomstig zijn. wat over eenkomt met het jaartal 16, waarin men reeds eerder de aanlegplaatsen had gedateerd. Dit aardewerk is in gevoerd uit Italië, later kwam het uit Z O. Gallië. daarna uit Midden- Gallië en nog later uit de Midden- Rijnstreek. Daartussen door vindt men ook inheems aardewerk met streepbandversiering om de halsba sis. Ook de aanwezigheid van huis dieren kon worden geconstateerd en evenals overal elders, waar de Ro meinen hebben gewoond, treft men ook hier veel oesterschelpen aan. Te midden van houtresten. vermoedelijk afkomstig van een regelmatig recht hoekig gebouwtje met zadeldak, dat waarschijnlijk door brand werd ver nield. vond men fraai gekleurde speelschijven en een gave benen dobbelsteen. Daarom noemt men dit de oude romeinse taveerne. In het profiel van ,,De Berg" zijn duidelijk twee brandlagen waar te nemen, die moeten dateren van vóór 69 of 70. de jaren van de opstand der Bataven. Men denkt hier le doen te hebben met brandresten uit het jaar 47. toen Claudius ziin troepen terug trok Dat zou ook kloppen met over- eenkomstige vondsten in Utrecht. Men vond voorts het profiel van vroegere wegen, een put uit de tijd van Claudius en paalgaatjes van de fur dering van het stenen castellum. met de sporen van een twee-poortige toren. De sporen der verschillende Castella doorsnijden elkaar. Ook ontdekte men standsporen van oude graanpakhuizen en laadplaatsen aan de Rijn, die op die plaatsen al 5 m. diep is. Naast de opsporing van nadere, aanvullende bijzonderheden omtrent het vroeger gevondene, is thans wel het voornaamste doel van bet onder zoek het vaststellen van aard. volgorde en tijd der verschillende vestingen, haar verband met de overeenkomstige elders (Utrecht, Valkenburg. Voorburg, Nijmegen, e. a en ten slotte haar plaats in het grote historisch gebeuren op de ach tergrond. blokje bij, verse aardappelen worteltjes. WALVISCROQUETTEN 3 flinke eetlepers walvisvlees, 1/2 d.l. (9 eetlepels) water, 15 gr. bloem of bakmeel, wat gehakte laagje bes huit en laat het geheel peterselie, 1 augurk (zuur) fijn ge- note helpen" met zachtjes bakken. Koekepan met een hakt, 2 eetlepels bloem of bakmeel, instappen. maar deksel afdekken. 5 eetlepels water, wat fijne beschuit wacht even: eerst Meer gevor "erden in de kunst of paneermeel, vet of olie om te moet de crinoline van de walvisvlees-in-blik-bereiding bakken. Maak met een vork het gekanteld worden kunnen eens de volgende recepten walvisvlees fijn, kook van bloem en anders kan Me- proberen: water ccn dik sausje, roer hierdoor XTALVISRAGOUT gehakte peterselie cn de fijn ge- hakte augurK. oeg walvisvlces en 1 blik valvirvlees. 1 dikke prei. 2 saus bij elkaar, stort het uit op een uien (grote) of 4 klein, 2 eetle- schotel om het koud en stijf te pels (afgestreken) bloem of bak- laten worden. Maak er croquettcu meel, 2 eetlepels azijn, 20 gram vet van, haal zc even door een klont- of boter. 1 i 11te. water, gehakte pe- vrij mengsel van bloem en water, tersehe. Doe het vet m een pan en wikkel ze daarna door beschuit of laat de biocm hierop mooi bruin paneermeel en bak ze mooi bruin worden (st eds roeren). Snijd de van kleur. vrouw niet instap pen. Dat lijkt even ridicuul, een prachtig gestroom lijnde wagen en de hoepelrok, maar het staat toch stijlvol. prei aan smalle reepjes en hak de ui zeer fijn, fruit deze even in ccn klein stukje boter of vet goudbruin :n voeg dit bij het gebruinde meel Maak van dit menghel met het wa ter en de a/ijn een klontvrij meng sel. roer hier', ij de inhoud van het blik, breng alles aan dc kook en laat dit enkele ogenblikken zachtjes doorstoven. Eventueel nog wat peper cn zout, wat gehakte peterse lie. Geef er verse aardappelen en sla met komkommer bij. WALV1SGEHAKT 1'2 blik walvisvlees. 4 dikke sneedjes oud brood zonder korst, een weinig fijne nootmuscaat, wat gehakte peterselie, fijne beschuit of paneermeel, een stukje boter of vet dwars, dat maakt t e breed. Ook het lijfje is niet geslaagd, behalve Zullen we ze hier ook weer krij- (ie rehouderafwerking. die heel gen? Dan raden wij u aan een aar- goed is en d? wisjes op de rok en diger japon te maken dan deze op aan dc hal-:, die er een echt ouder- het plaatje. Neen. nooit een streep wets model an maken. De Oostenrijkse Vereniging in Stockholm heeft bij het Oostenrijkse gezantschap aldaar protest aange- tekent. dat de Zweedse filmster Za rah Leander in de herfst van dit jaar in Wenen voor de film zal spe len. wegens de nauwe betrekkingen, welke zij vroeger met het Reichspro- paganda-ministerie heeft onderhou den. Bij haar terugkeer in Zweden in 1943 verbood men daar haar optre den en de films waarin zij speelde. T rr a i i krabbeltjes li iBabbeltjes T-T R was eens een groot schoolfeest in M. De jongens deden onder lei- -L' ding van hun gymnastiekondcrwijzer prachtige oefeningen. De meis jes zongen een bloemcncantate en dansten enige volksdansen, 't Was eenvoudig een reuzenfeest. Verder was er nog een sneltekenaar en een poppenkast. Jan Klaassen en Katrijn beleefden de gekste avonturen, waarom iedereen van groot tot klein moest lachen al had je nu nog zo'n vervelende bui. Een neefje uit M Lange heeft zich een gelachen om die dwaze Jan Klaas sen. 's Avonds in bed lag hij nog te te schudden van de lach. Maar aan alles komt een eind, Gerard kreeg s'aan. draaide zirh pens om en wilde Gerard de gaan slapen. Maar dat ging niet zo vlot hoor, want hij dacht nog steeds aan Jan Klaassen. Bruidspaar onder de bijl In Ossendrecht werd een bruids paar aan de ingang van het stad huis opgewacht door een aantal stoere kerels, gewapend met bij len en zagen Bet drama liep minder bloedig af dan het aan vankelijk leek. De bij/en en de zagen moesten slechts dienst doen om het bruidspaar de nodi ge eer te bewijzen. De bruide gom was namelijk employé i^an een Bergen op Zoomse houthan del. De vorige week kreeg ik van Gerard een briefje, waarin hij vroeg of er lang geleden een echte Jan Klaassen heeft geleefd. Tot m\jn spijt wist ik maar een griezelig beetje van Klaas Jansen (ach, wat ben ik toch een domoor, ik bedoel natuurlijk Jan Klaassen) af. Nu is dat anders, want ik ben kort gele den bij Jan Klaassen en Katrijn op dc theevisite geweest. Geloven jul lie dat niet? Nou het is toch heus waar hoor, luister maar eens. Zaterdagmorgen wandelde ik door de stad om het huis van Jan en Katrijntje op te snorren. Eerst was ik naar het stadhuis geweest om naar het adres van de familie Klaassen te vragen. Een ambtenaar „Hoe zijn juili».- in de poppenkast verzeild geraakt?" Katrijn vertelt WAS op een mooie zomerse A dag," begon Katrijn te ver tellen. ..toen Jan en ik elkaar voor het eerst tegenkwamen. Ik zei: „Dag puntje puntje puntje" en Jan zei: „Dag stippeltje stippeltje stip peltje, hoe heet jij eigenlijk". Ka trijntje Pieters heb ik toen gezegd en hij zei Jan Klaassen. We zijn toen „Je moet niet zo zitten te ,,t o e - n e n", viel Jan Klaassen haar in de rede. blij, dat hij nu ook eens iets op Katrijntje kon "aanmerken. „Hou je mond nu eens dicht vrouw, ik zal wel verder vertellen." „Mij best hoor, dan ga ik een lek ker bakje thee inschenken, want m'n tong is zo droog geworden als een lap leer." Ze stond op en ging alles voor de thee klaar maken. „Nou dan," ging J. K. verder; „we gingen trouwen en begonnen een weverij, maar ja er viel niet veel te verdienen. Katrijn moest zo nu en dan eens een nieuwe hoed hebben, een jurkje, een tasje, een ditje en een datje. In ieder geval kon bruintje dat niet trekken, ziet K. ik zie niks." Met zijn Zondagse hoed, een krom me neus en een brede grijns om zijn lippen, ging Jan Klaassen naar de fotograaf. Staat hij er niet voordelig op? Een hintorisch verhaal) door J. A. AGES Serban wist. wat er hem boven het hoofd hing, dat zijn zaaltje nu gevuld was met „deskundi gen", maar deze kleine Roemeense dictator trad ons tegemoet met een vastberadenheid, die ons moest to nen, dat hij zich zelfs door geen Toscanini's cn Menuhins zou laten intimideren. Had hij enkele dagen geleden niet zijn viool neergelegd, toen een petroleumkoning en een Amerikaanse generaal te luid spra ken in zijn bar? Serban, gevreesd door impressario's en hoteldirecteu ren, bewierookt door het publiek, speelde ter kennismaking een ra zende Roemeense czardas. Mét zijn orkest: de piano, bestuurd door de broer van Serban, een cymbaal. een clarinet en een bas. De twee laatste instrumenten waren in het bezit van de enige Hollanders, die terstond een Mengelbergs verbod kregen om verder te spelen. Serban keek on heilspellend, maar wij wisten hem te kalmeren, door hem in het oor te fluisteren, dat het gediskwalificeer de tweetal het goed beluisteren van het spel van de grote Serban stoor de. Mengelberg ging echter te ver. toen hij de gevonniste clarinettist nog een afscheidssolo afperste. Wij konden het evenwicht alleen her stellen door de wrede dirigent te dwingen zelf een solo op de bas te geven: het ging hem gelukkig ook miserabel af. Toen kwam Geza binnen met me vrouw Frid; zij hadden hun zoon tje naar het hotelbed gebracht en daardoor de eliminatie van Serbans achterhoede gemist. Geza is Hon gaar van geboorte. En in Hongarije is 't 'n misdrijf om naast 'n cymbaal 'n piano in 't spel te betrekken. Ge za protesteerde dan ook terstond te gen de aanwezigheid van de pianist: Serbans broer. Dit werd gevaarlijk. Deze mensen kenden Serban niet. Daarom trachtte ik de situatie te redden door om een piano-solo te roepen. Dit werd door de gasten verkeerd opgevat; zij meenden, dat Frid voor het voetlicht gevorderd werd en ondersteunden mijn voor stel met gejuich. Geza deed het en Serban was een ogenblik zo over rompeld. dat hij deze slag incas seerde. Op het gezicht van zijn broer heb ik niet meer kunnen let ten: Geza zat al op zijn plaats en speelde een eigen compositie voor zijn zoontje: een slaap-mars en hij deed daarbij nog iets van Bartok. Serban had zich inmiddels meester lijk hersteld en bood nu gracieus als een goed verliezer zijn viool Sam Swaap aan. die met dichte ogen de „Zigeunerweisen" van Sarasate speelde. Toen greep Mengelberg weer in. óf met kwaadaardigheid öf met een verzoeningspoging, door van Serban een aria van Bach te eisen. De Roemeen nam zijn viool en zijn hand trilde even, toen hij inzette. Het was een gemeen voor stel, want niemand wist of Serban zoals zovele van zijn wonderlijk muzikale rasgenoten ooit iets van Bach gelezen had. Maar Serban speelde en toen zijn aria verklonk bleef het applaus even uit, omdat ieder zijn geheugen afzocht, wat hij wel gespeeld had. Maar het stond vast, dat hij toch minstens zo dicht bij Bach geweest was als het War- saw-concerto bij Rachmaninoff. Toen nep Mengelberg met overtuiging: „Quel Maestro!" en de verdiende beloning volgde. Maar de spanning was er, bleef en steeg en ik begon me onbehaaglijk te gevoelen, want dit samenzijn moest gezellig blijven. En het is ook goed afgelopen, maar niemand heeft ook maar iets bijgedragen om mij behulpzaam te zijn bij mijn jongle ren met de stemmingen, sentimen ten en spanningen. Want tactloos bleven onze gasten. Nadat eerst ieder, die iets te bla zen of te strijken had met Serbans instrumenten, was uitgeraasd, ont dekte men plotseling de cymbaal. waarmee niemand onzer overweg wist. Toen werd de cymbalist ge vorderd als solist. Serbans orkest was alzo tot één instrument gedeci meerd. De cymbalist bleek uit het oude hout gesneden; hij was een stille Hongaar, met een brede, prachtige kop en grijzende haren Hij kende de sensatie niet van het alleen in een stille zaal spelen, met alle ogen en oren op hem gericht. Hij had de spanningen tussen ziin meester, de maestro en de gasten gevoeld en hij wist ook. dat hier musici uit de grote wereld waren, die voor hem. simpele cymbalist, voor altijd gesloten zou zijn. De Hongaar speelde en wij waren geroerd. Het was prachtig. Wij wer den stil en schreeuwde niet meer. wij noemden in aarzelend Hongaars een naam van een lied of een dans. die wij ons herinnerden. En hij speelde en voelde zich vreemd en licht, omdat hij deze mensen ont roeren 'kon. De oude man kromde de rug en boog zich dieper over zijn' instrument; zijn knokige vin gers bewogen zich steeds zekerder over de snaren. Hij speelde het lied van de Honderd Kaarsen en van de Witte Rozen en al die andere mooie volksliederen van het Hongaarse land. en wist van geen ophouden meer en wij kondèn blijven luiste ren. Totdat hij de handen even liet rusten en de broer van Serban zijn kans waarnam. Wij waren hem bij kans vergeten; maar nu zat hij er eensklaps, voor zijn luxueus piano- tje. En hij speelde en speelde en na tuurlijk ook Boogie-Woogie, Boogie- Woogie van voren naar achteren, van achter naar voren, totdat wij er Boogie en Woogie van werden Maar ook hij werd moe en toen ver telde Mengelberg hem, dat hij eens flink toonladders moest oefenen, tien uur per dag. Dan zou hij een groot man worden. Dat was niet eerlijk, want de jonge Serban had werkelijk zijn best gedaan en als je van Boogie-Woogie houdt was het prachtig. Maar iemand zei nog. dat je eerst kon piano-spelen, wanneer je het Warsaw-Concerto onder de knie had. lik heb het toen maar opgegeven. Gelukkig was er nog cognac en daarmee hebben wij ons toen maar beziggehouden. De broer van Serban heeft wraak genomen. Niet met een mes of met arsenicum maar met het wapen, dat hij verkoos: de piano. Ik had bij het afscheid nog en kele vriendelijke en verzoenend woorden tot Serban gesproken, die mij nog met trillende stem bezwoer een foto met handtekening gekre gen te hebben of een ander onder scheidingsteken. ik weet het niet meer. van Schuricht persoonlijk, of was het Heifetz? Ik zei er de vol gende avond nog eens over te ko men praten en dat heb ik ook ge daan. Wij waren met zijn vieren en toe vallig was er daar maar één bij, die de vorige avond niet bij Serban had doorgebracht. Serban begroette ons koeltjes, al spelende en toen zijn czardas uit was zweeg het hele orkest. Anders zet het meteen een nieuw lied in; dat gaat zo aan de lopende band. Maar nu bleef het zo lang stil, dat de mensen in de bar onrustig werden, de gesprekken staakten 'en zich naar het orkest omdraaiden. Daar leek het wel een wassen-beelden galerij. Serban had zijn viool op de piano neergelegd, zijn broer fixeerde voorovergebogen de toetsen en de cymbalist droomde voor zich uit. Toen gebeurde het. Het was stil. Er kwam langzaam beweging in de rug van Serbans broer en er klonk een machtig accoord uit het piano- tje Ik schrok: dat was Geza's eer ste accoord in het Warsaw-Concer to! Waarachtig hij speelde het. de broer van Serban Het klonk wat mager uit zijn kleine instrument, maar het was het. En met stijgende verbazing volgden wij zijn spel, hij had deze lange en lastige partij uit het hoofd geleerd. Hoe hij aan de partituur is gekomen weet ik nog niet; wij haddeh die via ambassade- liegtuig-ijlbode uit Londen laten komen. Hij zal er minstens een och tend aan besteed moeten hebben om er nog een te pakken te krijgen en toen restte hem slechts één middag om het concert in te studeren. Dit was een krachttoer. Toen zijn laatste noten verklon ken. was ieder er ook onder de in druk van. Tot een applaus kwam het niet, want geen seconde later volgde een slot-chorus: Boogie- Woogie. razender dan ooit! Dèt was de wraak van Serbans broer. met een perkament gezicht en ei Herv. i Katrijntje tegen mfc'; brilletie nam mij van het hoofd Vc- i..ri brilletje nam mij van het hoofd -No- de voeten op, tenminste voor zc*vr» hij over het loket myn voeten bekijken. Toen ik hem verteld o ik Jan en Katrijn Klaassen b 1 de, trok hij zijn wenkbrauwen ^,l hoog op, schudde mee war hoofd, sloot het loket en gii.^ ueel langzaam weer zitten. Daar stond ik nou zonder adres en achter het loket een mynheer, die dacht, dat ik ze zag vliegen. Bij dc bloemcnkoopman TOEN ik op straat kwam zag ik een heleboel mensen met bloe men lopen, 't Was bloemenmarkt vandaag. Dat bracht me op een idee: Ik zou voor Katrijn een bos bloemen meebrengen. Bij een bloe- menventer kocht ik een bosje Oost- Indische kers. „Nou juffrouw, nou mot je nog een groot bossie er bij neme. Alles bij mekaar voor 7 stuivers." zei de bloemenman. Maar ik wilde helemaal geen grote bos erbij hebben, want dat zou m het poppenhuis van Jan Klaassen en Katrijn niet passen. Dat vertelde ik de bloemenman, dan ook en gelukkig vond hij het niet gek. dat ik bij het echtpaar Klaassen op visite ging. „O juffie, dat zou me best lijken om bij die twee op sivite te goan. Ik mot altijd so lachen, as ik ze zie gek doen. Kaik vanuit dit kraampje kan ik hun huisie zien staan." „He- höe- wat", riep ik en keek dezelfde riehting uit als de bloe- menkoopman. Zonder de bloemen te betalen rende ik weg. Een minuut later zat ik tegenover Jan Klaassen en katrijn met een dik bloenoot op schoot en een stompje potlood in mijn hand. „In de tyd van Prins Willem III was ik trompetter aan het hof" be gon Jan Klaassen en streek daarbij eens langs zijn grote vierkante kin. „Maar mijn eh vrouw daar „Ho, ho, kereltje" viel Katrijn hem in de reden. Je hoeft niet zo rnin- achtend te doen, als je mij niet had gehad dan „Sssst, zoet nou maar m'n har tje", suste Jan Klaassen haar. Ik voelde mij wat verlegen by dit ruzietje en wist niet wat ik zeggen moest. Opeens had ik toch iets. „Mijnheer Jan Klaassen" zo be gon ik. maar Katryn viel mij weer in de reden. „Mijnheer, mijnheer, nou een mooie mijnheer is het. dat moet ik zeggen. Maar-eh wat wilde U eigen lijk vragen juffrouw Ik haalde eens diep adem en zei: „Kijk Jan Klaassen „Ik zie niks." „Och herzenloze pop." zei Katrijn wees boos. „Je moet eens leren iemand uit te laten praten." „Ja. daar heb je gelijk in vrouw. Je lykt wel een beetje op mij. Maar-eh, wat wilde U eigenlyk vra gen juffrouw? Vraag maar alles, Katryn en ik zy'n besloten niets meer te zeggen, voor het onze beurt is." Jrdegraaf uit 1 zo flauw doen. U a.l die doet ook al- fljd zo dwaaS. »ooruit Jan vertel verder." „Mag ik niet eens rustig van myn kopje thee met een Zondags koekje gënotteren." „Sufferd, waarom moet je dat nou vertellen van dat Zondagse koekje, je doet net of je nooit iets krijgt," zei Katryntje boos. „Let maar niet op hem, juffrouw. Je zou hem zo af en toe J. K. begon zyn thee te drinken en trok zich niets van Katrijns woede aan. Man!!! zit niet zo onbe hoorlijk te slobberen en dat nog wel met visite". Katrijntje was nog bo zer geworden en ik voelde mij maar matig op m'n gemak. Katryntje be gon van woede ook te slobberen en ik schoot met mijn neus in mijn zakdoek. Een foto van Jan JAN KLAASSEN moest er om la chen. Het was zo'n aanstekelijke lach van J. Kdat we het volgende ogenblik alle drie zaten te schud den van pleizier. „En wat gebeurde er verder Jan," vroeg ik „Katrijn en ik verzonnen een plan. We zoudeii een poppenkast beginnen. De poppen gaven we de namen van Jan Klaassen en Ka tryn. Toen Katryn erg boos op mij was schilderde ze myn neus rood en gaf me een bochel. Nou en die heb ik nu nog." „Dat is een hele geschiedenis, mijnheer en mevrouw Klaassen. Ik vond het heel erg mooi. Ik wilde U nog één ding vragen Jan Klaassen. Hebt U misschien een aardige foto van U voor mii?" Katrijn, pak het album eens, zei''jan Klaassen. Ijverig dribbelde Katrijn weg en kwam met het gevraagde terug. Jan zocht even en gaf mij een foto, waarop hy met een olijke glimlach naar het vogeltje van de fotograaf kijkt. „Ha, dat is nou net wat ik van je hebben moet J. K., dank je hoor." Ik keek op mijn horloge, en zag, dat het al bijna twaalf uur was. Over vijftien minuten zou de eerste middagvoorstelling beginnen. Haas tig nam ik afscheid van Jan Klaas sen en Katryn en bedankte hen hartelijk voor het heerlijke kopje thee en de foto. Nauwelijks was ik de deur uit of daar kwam de bloe- menkoopman aan. „Juffrouw," zei hij; „ik krijg nog vyftien cent van U. Voor 2 dubbel tjes meer een grote bos bloempies erbij. Even later rende ik met een grote bo3 bloemen gewapend naar de bus en haalde hem nog net op het nippertje. Rebus Veertien dagen heeft het gere gend van brieven met goeie oplos singen in de brievenbus. Drie lezertjes zijn er zonder nat pak afgekomen: Hans v. Duiven- boden uit B.Annie Baars uit V. en Jan Knynenburg uit W. De oplossing luidde: Het leven is een pyp kaneel, een ieder zuigt er aan en krijgt zijn deel. TANTE ANS.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1947 | | pagina 4