Bonten en Blauwkrasjes bevolken
de duivenpaleizen
Herman Gorter woonde vier jaar
in de Korte Bergstraat
Vierhonderd Amersfoorters turen
Zondags in de lucht
ZIJ overleggen met elkaar wat
het beste is voor de vogels. Be
spreken met ernstige gezichten de
voedselpositie, mopperen op de
schaarste en duurte van het voed
sel, maar blijven toch optimistisch,
om dat er n u weer gevlogen kan
women. Een goede duivenhouder is
verzot op zijn vogels. Hij bouwt als
de middelen er zijn een „duiven-
paleis", houdt de hokken hagelwit,
reinigt regelmatig de grond en de
zitjes, kortom is 's morgens vroeg
en 's avonds laat in de weer om het
zijn vogels naar de zin te maken.
Diepvries eieren
Onvergankelijke „Mei" werd niet
in Amersfoort geschreven
Waarom?
trden nu geregeerd
ncoupé uit
tot ministerie
Groote piekerde over kortschrift
in Amersfoorts garnizoen
UCJ!
Zaterdag 5 Juni 1948
5
Gretig pikken de duiven naar het voer,
dat de „baas" op het witte zand
strooit
Archifoto
Duivenhouden vereist
vakkennis
Als de dag van gisteren her
inner ik mij nog, hoe ik
voor mijn oudere broer mijn
korte beentjes misbruikte om
naar de duivenklok te rennen.
Wel had hij zich met moeite een
koppel postduiven verworven,
maar voor een klok kreeg hij
beslist de centjes niet bij elkaar.
Mijn broer was een geboren
duivenhouder. Als hij om te be
ginnen zijn eerste duifjes uit
Kaapstad had moeten halen,
dan zou hij geen ogenblik heb
ben geaarzeld. Duiven houden,
dat zit je in het bloed. Het heeft
geen zin een hok te timmeren,
een duivenpaartje er in te zetten
en dan maar af te wachten of
de lieve vogels bereid zijn je bij
wedvluchten de prijzen te ver
schaffen. Als het zo gemakkelijk
ging, dan waren er wel meer
duivenhouders dan de ruim 400
die Amersfoort nu telt. Zo een
voudig is het niet. Duiven hou
den vereist vakkennis. Het is
wel zo dat men al doende leert,
maar als de liefhebberij er niet
is, dan mislukt het. Breng de
duiven dan maar naar de markt
en maak er een goed prijsje
voor. De rasechte duivenhouder
organiseert zich. Hij wordt lid
van „De Reisduif" van „De Or
donnans" van „De Zaterdag
vliegers" of welke vereniging
dan ook.
beetje tegen mijn broer op. Hij
had zijn zaken best voor el
kaar. In het gewichtige boek
was precies pa te gaan met
welke duiven hij had geteeld,
de ringnummers en de kleu
ren stonden er in vermeld.
Nee. ik moet zeggen, het was
piekfijn voor elkaar. Zo goed voor
elkaar zult U het bij iedere echte
duivenhouder vinden. Dat hoort bij
het „vak". Want is het geen vak
manschap, als een duif hoog uit de
lucht op 't hok aftuimelt, en de be
zitter er van kan zeggen: „knap ge
daan bonte, schrijf maar vast op
broer, daar komt no. 178543 bin
nen". Ik schreef en als broerlief na
veel gerammel met het voerbusje
en „kom dan, kom dan" zijn lieve
duif had binnen geloodst zette ik
me al schrap om als een Olympi
sche hardloper naar de klok te ren
nen. „Lopen dan joh", schreeuwde
m'n broer dan, „je mag ook een
stuk van de taart". Ja hij had het
goed voor elkaar en wist stellig,
dat hij met de wedvluchten in de
prijzen zou zitten en een taart be
machtigen. Had die bonte het ver
leden jaar niet uitstekend gedaan,
en die blauwkras, was die niet met
de eerste prijs uit de klok geko
men? De jongen van deze duiven
moesten het wel goed doen. En ze
deden het, want mijn broer wist
hoe hij de vogels moest voeren en
verzorgen om hun uithoudingsver
mogen te bevorderen.
Zijn geroep over de taart drong
vaag tot mij door, want zo snel als
mijn korte benen konden gaan,
rende ik naar de man-met-de-klok.
Uren van spanning waren daar
aan vooraf gegaan. Zouden ze het
redden de vogels uit Marbahan Ci-
ney of Mons vandaan?
Op reis
Zouden ze het redden? Zo den
ken ook iedere week opnieuw de
Amersfoortse postduivenhouders,
die gezamenlijk ongeveer 15000
duiven bezitten. Ze bespreken de
kansen. Wat een drukte op Vrij
dagavond bij het inkorven voor de
reis. Ik heb weer een deel van mijn
jeugd beleefd, toen ik daar in het
pakhuis aan de Van Bemmelstraat
tussen de duivenhouders stond. Het
was er een wirwar van klanken.
Maar boven alles uit klonk het
driftig gekoer van de doffers, die
in een grote mand werden verza-
Nee maarmoet je kijken wat een
slagpennen, als die niet in de prijzen
zit...
Archifoto)
Met deze zorg houdt de liefheb
berij nog niet op. De echte liefheb
ber observeert gedurende de win
ter zijn duiven. Volgt de ontwikke
ling van de eerste jaars, die in de
vluchten voor jonge duiven goede
tijden maakten. Hij stelt zijn hele ENHOF te Delft is in verband met
I van Munster een tentoonstelling ge-
les Juliana, na bijwoning van de her-
meld. Er was ditmaal grote be
langstelling voor de wedvlucht
naar St. Quentin.
„De Reisduif" is in haar jubi-
leumweken. Vijfentwintig jaar or
ganiseert deze vereniging al wed
vluchten. Nu viel er een fiets te
winnen. De beste vliegers werden
voor de dag gehaald. Uit alle rich
tingen kwamen de mannen met dc
duivenkorven toestromen.
De bakker was zo achter zijn
oven weggelopen, hij had zijn wit
te jasje nog aan. Liever dubbel ge
bakken brood, dan zijn duiven niet
mee. Wat zou de man Zondag in
hemelsnaam moeten beginnen. Een
zomerse Zondag zonder de span
ning van duiven die uit Belgie of
Frankrijk verwacht .worden, is
geen Zondag! Een beetje bekijken
kan de duivenhouder het wel. „Zo
laat gelost," zegt de radio. Mooi,
dan kunnen de vogels ongeveer om
twaalf uur binnen zijn. Maar reeds
ver voor twaalven tuurt en man in
de lucht, rammelt met zijn busje,,
laat zijn koffie koud worden en is
niet bij zijn hok weg te slaan.
Daar is ic
Plotseling tuimelt een duif hoog
uit de lucht. „Heb ik 't niet gezegd
Evert, het is de bonte" een moord-
vliegertje. „Kom dan_Jbeestje, kom
dan" en de duif moe van de verre
reis, laat zich niet lang lokken met
het voerbusje. Zij wringt zich door
de klep en als de dringers vallen
is even later de gummiring van
haar pootje verwijderd. „Vlug de
klok er mee in", zegt de duiven
houder, die zijn "bonte nog eens
over de kop streelt.
Zo gaat het in de tijd van de
wedvluchten iedere Zondag in
ruim vierhonderd Amersfoortse
woningen waar soms in eenvoudige
hokken, soms in duivenpaleizen de
sierlijke vogels symbool van de
vrede de bezitters veel verpo
zing en vreugde bieden.
Nieuwe vinding van
Amerikaans geleerde
Dr. Socrates Kaloyereas, een
geleerde aan de universiteit
van Louisiana (Baton Rouge),
heeft een methode uitgevonden
om eieren te bevriezen,
zonder de schaal te breken.
Men kan de bevroren eieren
wekenlang in half-vaste toe
stand bewaren. Ze blijven vol
komen vers en smakelijk.
Diepvries eieren behouden
zelfs hun vruchtbaarheid en
kunnen na volledige ontdooi
ing worden uitgebroed.
Dr. Kaloyereas, die aan Griekse,
Britse en Amerikaanse universitei
ten promoveerde, heeft gedurende
2y2 jaar te Baton Rouge (USA)
gewerkt. Ongeveer een jaar lang
legde hij zich op het conserveren
van eieren toé.
Hoe weet hij nu te voorkómen
dat het ijs binnen in het bevroren
ci de schaal doet breken?
Hij geeft de volgende eenvoudige
verklaring:
Verdamp voldoende vocht uit het
ei, opdat het in de schaal kan uit
zetten. Bevriezing 15 k 20 graden
Fahrenheit (7 tot 9 graden Celsius
onder nul) tot een half-vaste toe
stand.
Hij heeft 2000 eieren laten be- j
vriezen en deze gedurende 13
maanden bewaard. Alle eieren ble
ven goed van smaak.
ER blijken in onze stad nog vele mensen te wonen die er vast van
overtuigd zijn, dat Herman Gorter inderdaad door de heerlijke
schoonheid van een stralend voorjaar in het oude Amersfoort werd ge
ïnspireerd tot het schrijven van z\jn beroemd geworden gedicht „Mei".
Nog kort geleden konden wij in het Meinummer van de Beljaard erva
ren, hoe taai de legende reeds is, die bij ons in Amersfoort sinds enkele
luttele tientallen iaren rond de „Mei" werd geweven. Een legende, die
nu eenmaal wil, dat Herman Gorter aan de Zuidsingcl woonde („Mijn
huis was op den stadsmuur opgebouwden dat hier in dit oude
stadje, langs de watergracht, het zo door en door Hollandse gedicht
zijn ontstaan en geboorte vond.
„Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
„Ik wil dat dit lied klinkt, als het gefluit dat Ik vaak hoorde ln een
zomernacht in een oud stadje, langs ae watergracht."
Dichter trouwde in
onze stad zijn
jeugdliefde
MEI", dat is die onvergelijke
lijke en (naar een uitdruk
king van Anthonie Donker) onge
ëvenaarde verukking ener jeugd,
en in de literatuur over „Mei"
wordt Herman Gorter's schepping
in één adem met de Vlaamse Rijm
snoer en Tijdkrans genoemd als de
breedste hymne aan de natuur, het
grootste en meest-elementaire feest
der zinnen, dat de Europese mens
zich in de 19e eeuw nog heeft weten
te bereiden.
Dat in de stad, waar Herman
Gorter van 1890 tot het midden van
1893 leefde, zich de „Mei"-legende
kon ontwikkelen, is wel tekenend
voor de tijd waarin on voor de
mensen waartussen Gorter leefde.
Veel langer dan een eeuw geleden
wees men in het park Monceau in
Parijs elkaar met diepe eerbied op
de jonge Victor Hugo, de van God
begenadigde dichter, maar hier in
Holland, in Amersfoort, moet men
in 1948 nog monnikenwerk verrich
ten om het huis terug te vinden
waar eens de „centrale figuur van
de culturele en literaire vernieu
wing" der Tachtiger jaren heeft
gewoond.
Haast onbekend, buiten de kleine
kring rond de Nieuwe Gids, in zijn
beste jeugdjaren, is Herman Gorter
in de afgelopen halve eeuw gaande
weg geworden tot een figuur van
nationale betekenis en is het besef
gemeengoed geworden dat de „Mei"
behoort tot de klassieke kernschat
van onze literatuur. In menige ge
meente wordt in een straatnaam de
herinnering verlevendigd aan deze
hoeder-bij-uitstek van 't kostelijk
ste goed, dat 'n Volk bezit, dat het
pas tot een bewuste natie maakt:
de taal.
In de enige stad, waar Gorter
als leraar en jong dichter vier
vruchtbare jaren doorbracht en
waar hij trouwde zoekt men te
vergeefs naar een Herman
Gorterlaan. Wèl heeft men in
Amersfoort de namen vereeu
wigd van b.v. de. brave berijm
de bedelbrievenschrijver Tol
lens, de hypersentimentcle
Rhijnvls Feith en de patriot-
l
t
duivenbezit te boek.
Ik vond het altijd een bij
zonder moment als mijn broer
met zijn stam boek voor de dag
kwam. Een beetje gewichtig
deed hij natuurlijk wel. Ik was
tenslotte zijn kleine broer en
een mens vindt het toch altijd
prettig als ze tegen hem opzien.
Eerlijk, ik zag werkelijk een
De mens heeft zo zijn eigen
aardigheden of noem het lief
hebberijen. Er zijn er die geluk
kig zijn als ze een halve cent
beuren. Een halve cent of een
cent met een gaatje, die bren
gen geluk aan. Een ander doet
een knieval voor lucifersmer
ken. Hij leurt al weken naar
een bijzonder plaatje. Het is
stellig zo, dat deze ogenschijn
lijk onbelangrijke zaken in het
leven van de mens toch een
diepere betekenis hebben.
Waarom voelt iemand zich tot
duiven aangetrokken. Is het om
de sierlijke bouw van de vogel?
Wekt de prestatie van de post
duif, die kilometers aflegt om
haar hok weer te bereiken, de
lust op om zulke vogels te be
zitten? Laten we ons er niet in
verdiepen. Men spaart halve
centen om aan een begeerte te
voldoen. Men houdt duiven om
dat het zo gezellig is, die trip
pelende en koerende vogels in
hagelwitte hokken
k aan deze tentoonstelling gebracht.
f over de slag om s-Hertogenbosch,
's. Rechts van de Prinses Minister-
ïr. Beel
verzameld, dank zij de
bemoeiingen van de
militaire deskundigen
van het „signal corps",
n taak als Het gevolg van de
de Ameri- president is samenge-
geenszins steld uit meer dan 60
•ang. Tru- Amerikaanse en bui-
Ift in het tenlandse journalisten,
g, waar hij d*e i*1 hun eigen cabi-
:r een ka- nes in »het persrij-
badkamer, tuig" werken,
vee andere Aan de tussenhalten
lor mevr. zullen de zaken zich
mej. Mar- voordoen als volgt:
in, die de De massa is reeds in
gedurende het station samenge-
ergezellen. stroomd, de locale au-
r nog een toriteiten stijgen in de
gen parti- trein, de luidsprekers
mer. worden onmiddellijk
mbtenaren aangekoppeld, waarna
e Huis, de een der persoonlijkhe-
de naaste den de president
j van de „voorstelt" en het
zetten het staatshoofd een toe-
ig. Het se- spraak houdt: acht mi-
li het der- nuten hoogstens, waar-
j onderge- na de trein zich weder
e daarop- in beweging zet.
on is het In de grote steden
de rond- zal de president zijn
ring: daar rede uitspreken op een
ie meest centraal punt van de
imiddelen stad.
staat, zulks in antwoord op de stichting
van de Westduitse staat die de Weste
lijke mogendheden overwegen
Een andere dan deze verzoenings
gezinde toon spreekt uit een verklaring
die radio-Moskou de wereld Inzond over
de affaire-Tassoyef. de Russische gene
raal, die onlangs uit de Britse zone naar
Engeland is gebracht. Volgens radio-
Moskou en ook de Russische bladen
publiceren er lange verslagen over is
Tassoyef, die thans weer in de Sovjet
zone terug is. „ontvoerd" door de Britse
en Amerikaanse autoriteiten en in Lon
den zou hij mishandeld zijn toen hij
had geweigerd pen anti-Russische poli
tieke verklaring te tekenen, waarin h(j
om asyl ln Engeland verzocht.
Een woordvoerder van het Foreign
Office heeft de juistheid van deze
Sovjet-berichten met klem ontkend.
„D-DAY" HERDACHT
Ook op zijn Russisch
Met redevoeringen van Frankrijk's
president Vincent Auriol, van Sir
Oliver Harvey, de Britse ambassa
deur in Frankrijk, en generaal Va
nier, de Canadese ambassadeur zijn
Zaterdag in Arronianches en Port
en-Bessin, Normandië, herdenkings
plechtigheden gehouden ter gelegen
heid van het feit dat in deze streek
op 6 Juni 1944 geallieerde troepen
voet op continentale bodem zetten.
De vierde verjaardag van D-day is
ook door de Russische pers in Ber
lijn herdacht. De Tagliche Rund
schau betoogde in een herdenkings
artikel o.a. dat de Westelijke geal
lieerden Duitsland waren binnenge
trokken om te voorkomen dat dit
land „democratisch" zou worden. De
invasie „was niet nodig geweest, om
dat het Russische leger de oorlog al
had beslist", schrijft het blad.
Critiek op kleding
van prins Philip
„Men's Wear", het tijdschrift
van de Britse kleermakers, sprak
Zaterdag zijn misnoegen uit over
de wijze waarop de hertog van
Edinburgh, de echtgenoot van
prinses Elizabeth, zich kleedt.
Niemand vraagt, dat hij een
wandelende modepop wordt,
schreef het tijdschrift, waarna
het het advies geeft, dat prins
Philip zal luisteren naar de ad
viezen van de beste Britse kleer
makers.
Het vonnis van het blad over
een van de costuums van de her
tog was:
Een goed gemaakte costuum,
dat verknoeid wordt door een
slecht geknoopte das en een
slecht zittende schouder.
U V l/l ïïuïïïp
(Van onze Haagse redacteur) 1
„Nog nooit hebben vreemde
lingen, die uit een land werden
uitgeleid, zoveel rechtswaarbor
gen gehad, als de Duitsers, die
naar aanleiding van het mis
bruik, dat zij tijdens de bezetting
van de Nederlandse gastvrijheid
hebben gemaakt, naar Duitsland
worden teruggezonden."
Dit zeide Zaterdagmorgen de mi
nister van Justitie, mr. van Maar-
seveen, tijdens een persconferentie,;
waarin hij dit onderdeel van het'
vreemdelingenbeleid der regering
verdedigde, tegen de opvallend
scherpe actie, welke van katholieke j
zijde in deze weken is ontketend ten
gunste van deze Duitsers,
Het mag een merkwaardige ge
beurtenis worden genoemd, dat de
„minister van barmhartigheid", zo
als men mr. van Maarseveen nogal
eens schertsend noemt, zich moest
te weer stellen tegen zijn geestver
wanten, die de barmhartigheid naar
zijn oordeel thans toch wel wat te
ver willen doordrijven.
„Men moet zich bjj het betrach
ten der barmhartigheid niet door
sentimenten, doch uitsluitend door
verstandelijke overwegingen laten
leiden," zeide de minister, die zich
op dit stuk blijkbaar misverstaan
achtte.
Het aantal Duitsers, dat
thans uit ons land wordt ver
wijderd. is bepaald niet over
dreven groot te noemen. Men
kan dit aantal, naar het oordeel
van de minister, schatten op
ongeveer 10% van alle Duitsers
die hier waren. Géén Duitser,
die wordt uitgewezen, die met J
op zeer goede gronden verwij
derd wordt. Ter verzekering
daarvan zijn aan de betrokken
diensten nauwkeurige instruc
ties gegeven.
Al deze Duitsers zijn sedert be
gin 1946 tenminste één keer ver
hoord en de vele vragen welke hun
worden gesteld, omvatten altijd de
vijf volgende: of zjj lid van natio-
naal-socialïstische organisaties zijn
geweest: of zij deel uitmaakten van
de Duitse bezettende overheid: of
zij hun kinderen lid van de Hitler-
jugend hebben laten worden; of zij
die kinderen naar Duitse scholen
hebben gezonden en tenslotte welk
verweer zij hebben aan te voeren.
Uiteraard wordt daarbij vrijwel al
tijd aangevoerd, dat zij onder
dwang handelden. Doch wat dat be
treft hebben de politie-autoriteiten
geleerd voorzichtig te zijn.
„Het is nu eenmaal de ge-
woontg van mensen in deze po- c
KET ONVOLPREZEN HAVIK
par-excellcnce Borger, maar
men heeft er nog niet de tijd
gevonden om een plaats in te
ruimen voor de geestelijke va
der van de „Mei" (één der heel
groten, een der zeldzamen, zegt
de Winkler Prins) van welk
gedicht de Amersfoortse over
levering wil, dat het binnen
onze wallen zijn conceptie
vond.
Er was aanleiding
Dat deze overlevering kon ont
staan en post vatten bij vele onzer
stadgenoten, is zeer begrijpelijk.
Gorter had in onze stad ruimschoots
de inspiratie voor zijn „Mei" kun
nen vinden. In deze dagen nog ligt
de wonderschone Zuidsingel met
haar tere tooi van zachjgroengebla-
derde oude lindebomen te spiegelen
in het rimpelloze water van de stil
le middeleeuwse vestinggracht. En
het is. als houdt Moeder Amers
foort haar meest-kostbare schatten
van Hollands stedeschoon gevlijd
in de zachte ronding van haar
bloemomkranste arm van Zuidelij
ke buitensingels.
Ga eens in deze zon-overgoten
Meidagen langs de Langegracht cn
verlustig U, dichtbij de „Ketelaers-
brugge" tussen Muurhuizen en
Breestraat, in het uitzicht op het
onvolprezen Havik. Schaam U eens
niet en zet U neer langs de walle-
kant, recht tegenover het Havik en
laat terwijl Uw benen bengelen bo
ven het Langegrachtwater, Uw
blikken liefkozend gaan door de
halvemaansboog der hoge stenen
brug tot zij de waterspiegel raken.
Maar niet alleen het Havik en onze
Amersfoortse binnensingels konden
Gorter de inspiratie tot de „Mei"
hebben gegeven. In de zeldzame
weken, waarin onze buitensingels
met genoegzaam helder beekwater
zijn gevuld, spreekt duidelijk tot de
dichterlijke verbeelding de over
vloeiende weelde van *t steeds wis
selende kleuren- en lijnenspel van
Plantsoen en waterpartijen. Dat de
legende over het ontstaan van Gor
ters „Mei" kon blijven voortleven
in de gedachten van drie geslachten
Amersfoorters danken wij niet in
HERMAN GORTER
de laatste plaats aan onze buitenste
grachtengordel, waar in zeldzaam
harmonische samenwerking van
water en land, van fantasie en wer
kelijkheid, van stadsgeschiedenis en
hedendaags leven een geheel werd
verkregen, dat zozeer tot het poë
tisch gevoel spreekt. Zwerf langs
dc Beek bij de Wljersstraat, waar
zich de bomengroepen van het oude
kerkhof spiegelen in het traag stro
mende water. Verwijl een poosje in
de afschuwelijke kippenrèn onder
langs Amicitia en geniet van de
helaas weinige dartele eenden en
van de aanblik der laatste grote bo
men welke de naam gaven aan het
Beukenlaantje. Ofwel zit eens op de
leuning van het bruggetje bij de
Kleine Nachtegaalstraat, vlak naast
het huisje waar een halve eeuw ge
leden de socialistische dichter Dirk
Troelstra woonde. Steeds weer on
dergaan wij er bewust of onbe
wust in meerdere of mindere
mate de weldadige invloed van de
schoonheid langs de waterkant, zo
typisch voor een oude stad in de
lage landen
Drie jaar eerder
Met dit alles cn nog meer
voor ogen, is het te begrijpen
dat wij Amersfoorters, in de
mening verkeerden dat Gorter's
„Mei" uit ons midden geboren
werd. De geschiedenis echter
houdt geen rekening met deze
ongefundeerde mening, en deze
geschiedenis houdt ons onver
biddelijk voor ogen, dat het be
gin van „Mei" werd geschreven
bijna drie jaren vóór Gorter
tot leraar op het Amersfoortse
gymnasium werd benoemd.
Herman Gorter die als zoon
van de letterkundige Simon Gorter
op 26 November 1864 te Wormer-
veer werd geboren duikt voor
het eerst in de Amersfoortse stads-
historie op, v/anneer de plaatselijke
kranten berichten, dat in de Raads
vergadering van 11 December 1889
met 9 stemmen van de 13 (4 op de
heer R. Jesse te Leiden) de heer
Dr. H. Gorter, doctor in de Klassie
ke Letteren te Amsterdam is be
noemd tot leraar in de oude talen
aan het Gymnasium te Amersfoort.
Gorter was zes jaren tevoren stu
dent geworden aan de Rijksuniver
siteit van Amsterdam on naar zijn
eigen zeggen in het voorjaar van
1886 begonnen met de opbouw van
de „Mei", Op 18 April 1887 nam het
schrijven een aanvang, kort vóór
zijn doctoraal examen op 3 Mei
1888 kreeg Gorter het eerste boek
van zijn grote gedicht gereed en in
het voorjaar van 1889 zag de vol
ledige „Mei" in de Nieuwe Gids het
licht. Een jaar later, op 23 Januari
1890 vestigde Gorter zich te Amers
foort, vergezeld van zijn moeder,
Niet lang na zijn aanstelling als
leraar trouwde Gorter met zijn
jeugdliefde („er is één die ik wèl
wenschte dat mijn stem bescheen
met meer dan lachen van haar
zachte oog de dechter van zUn
vriend Cnoop Koopman, met wie
hij reeds tijdens zijn studententijd
zich had verloofd. Op 25 Augustus
1890, als de herfst al is gestreken
over de hoge kastanjebomen voor
het nieuwe Gymnasium aan de
Westsingel, komt Gorter's vrouw in
het pasgebouwde huis op de Korto
Bergstraat, dat onze dichter bij zijn
intrede in Amersfoort had betrok
ken.
Postbode vertelde
Over de Amersfoortse periode
in het leven van Herman Gorter is
maar heel, heel weinig bekend ge-
bicven. Er leven in onze stad nog
maar een paar mensen, die zich do
levenslustige jonge dichter uit
diens Amersfoortse tijd kunnen her
inneren en het is louter toeval, dat
schrijver dezes in dit artikel kan
vastleggen waar Herman Gorter
cn zijn jonge vrouw precies hebben
gewoond. Want noch het bevol
kingsarchief noch tientallen adres
senlijsten waren in staat het ver
band te leggen tussen het verleden
van 1890 en het heden, en het was
meer geluk dan wijsheid dat ik, op
mijn speurtocht, met een oud-brie
venbesteller van tegen de tachtig
jaren aan de praat kwam, die mij
in herinnerHngsgedachten liet mee
genieten van de heerlijke bakjes
koffie, die hij 57 Jaren geleden bij
de vriendelijke jongo mevrouw
Gorter kreeg aangeboden wanneer
hij weer eens met een heel pak
brieven kwam aanbellen.
De Korte Bergstraat bestond in
die jaren nog nauwelijks. De huizen
aan de Noordzijde waren toen nog,
niet gebouwd: eerst in 1896 liet
aannemer Jan van de Berg de eer
ste vier villa's zetten, waarvan er
nu drie aaneen getrokken zijn door
de kliniek. Maar aan de zuidzij
stonden al bijna alle huizen die er
nu aanwezig zijn. Herman Gorter
woonde waar nu mevr. Van de Laar
woont, op nummer 22. Als buur
man had Gorter de Commissaris
van Politie P. J. Dammers. Het
perceel no. 18 was in Gorters tijd
nog niet opgetrokken, maar verder
waren alle huizen langs deze Zuid
kant van de Korte Bergstraat er
sinds enige jaren. Zo had onze dich
ter tot medc-straatbewoners o,a. de
luitenant van de huzaren Grond-
hout (no. 16), de vader en zoon
Richard, ambtenaren van do Hol-
landsche IJzeren, het hoofd van de
Rooms Katholieke jongensschool M.
van Lingen, de bekende onderwijze-
ressenfamilie dames Van Mill en
Duyster en de heer W. D. F. Meyer
(waar later de stationschef Scsse-
ler heeft gewoond op no. 8.)
Door Henriëtte Roland-Holst we
ten we, dat de Amersfoortse tijd
voor Gorter geen onverdeeld pret
tige is geweest en dat b.v. dc om
gang met zijn collega's hem een da
gelijkse kwelling werd. Het was
voor de dichter in Gorter een be
vrijding, toen hij vooral door de
hulp van Jan Vcth in staat was, het
leraarschap aan het Amersfoortse
gymnasium op te geven. Reeds op
15 Maart 1893 vraagt hij ontslag,
hetwelk hem in de Raadsvergade
ring van 30 Mei eervol wordt ver
leend: met ingang van 1 Septem
ber d.a.v. en zozeer voelt Gorter dit
als een bevrijding, dat hij al op 5
Juni 1893 uit Amersfoort wegtrekt,
het huis aan de Korte Bergstraat
nummer 169 (thans no. 22) ruimen
de voor de nieuwe bewoner, Jhr.
Mr. Sandberg, de griffier aan de
gemeente-secretarie van Amers
foort. P. S. TEELING
tjes gezet en de steno
ontwerper kreeg van
"ers uit bln-
HONDERDDUIZEN-
DEN landgenoten
hebben wel eens van
Stenografie gehoord en
tienduizenden hebben
in de loop der jaren op
school of vla een cur
sus het hunne opgesto
ken van de kennis van
het kortschrift. Dui
zenden in het Neder
landse taalgebied ge
bruiken dagelijks bij
hun werk op kantoor
of krant de stenogra-
fle-Groote, maar
slechts weinigen weten
dat dit bekende kort
schrift in Amersfoort
is uitgedacht.
Een halve eeuw ge
leden was de opleiding
van recruten minder
intensief dan met de
huidige internationale
militaire training het
fcval is. Voor de qol-
aten, die te Amers
foort in garnizoen la
gen, bleef er vroeger
een zee van vrije uren
over, een vrije tijd,
welke de luitenant-ad
judant A. W. Groote
tijdens zijn verblijf in
onze garnizoensstad in
1898 gebruikte voor
het uitwerken van een
kortschriftstelsel, dat
sindsdien de naam
draagt van Stenogra-
fie-Groote.
Deze week Juist een
halve eeuw geleden
gaf de ontwerper het
systeem aan de open
baarheid prijs.
BENNEN enige ja
ren had deze me
thode van snelschrift
reeds zulk een -grote
faam verkregen, dat
op 6 Juni 1908 het
tienjarig bestaan fees
telijk kon worden ge
vierd. Misschien her
innert een hele enkele
oude Amersfoorter zich
deze dag nog, want de
feestvergadering werd
gehouden in ae con
certzaal van café De
Arend, buiten de Siyk-
poort, daar waar nu
ongeveer het Juliana-
plein ligt. Dus: ln de
geboorteplaats van Ste-
nografie-Groote. Tij
dens dit feest werden
de heer en mevrouw
Groote danig in de
Amersfoortse blomme-
z\Jn vereerders
nen- en buitenland een
prachtig schrijfbureau
cadeau als souvenir
aan deze gedenkwaar
dige dag. Van zijn kant
wist A. W. Groote te
eren, hem die ere toe
kwam en we weten uit
de kranten van die da
gen, dat de Tweede Ka
merstenograaf Winem
Drecs van de familie
Groote by deze gele
genheid 'n zilveren her
inneringsmedaille ont
ving voqr het vele, dat
hy in hè» belang var*
het kortschrift-Oroote
gedaan had.
WIJ leven In onze
tyd van koorts
achtige haast veel te
snel voor tienjarig-be-
staantjes en glimlachen
misschien wat gering
schattend over die ou
we sokken van 1908
met hun Amersfoorts
herdenkingsfeest. En
vrywel zeker ls, dat
geen enkele lieve
Amersfoortse steno-ty-
Siste tydens haar ar-
ied vandaag eraan zal
hebben gedacht, dat
Steno-Groote alweer 40
jaar is geworden. Maar
misschien heeft dezer
dagen wèl onze minis
ter Drees zich tydens
een zeldzaam moment
van rust de 6e Juni
1908 te Amersfoort
herinnerd en met het
zilveren „blikkie" van
A. W. Groote ln de
hand. gezucht: ,Ja, Ja,
dat óók al weer 40
Jaar geleden!"
Peter van de Birkt