Ons kerstmaal DIERENLEVEN in de winter Met geringe middelen kunt u uw huis met de feestdagen gezellig maken Konijn in de pot Kerstbomen Dinsdag 21 December 1948 a Een Amerikaans kerstverhaal door O'Henry EEN dollar cn zeven en tachtig cent. Dat was alles. En zestig cent daarvan in pennies. Pennies brachten geluk aan. Tot driemaal toe telde Delia het geld. Eén dol lar zeven en tachtig. En de vol gende dag zou het Kerstmis zijn. Er was eigenlijk niets anders meer 'te doen dan op de kleine af getakelde divan neer te vallen en te huilen. En Delia deed het. Hetgeen alweer bewijst dat het leven bestaat uit snikken, mokken en lachen terwijl 't snikken meest al domineert. Terwijl de huisvrouw bezig was van de eerste acte naar de tweede over te gaan, kon onderhand de woning bekeken worden. Een flatje van 8 dollar per week. In de vestibule cen brievenbus waarin nooit 'n brief kwam en een electrische bel waar nooit iemand een vinger op legde. Dan was er een kaartje op de deur, waarop stond: „James Dillingham jr." De letters waren al een beetje afge bladderd. Maar als Mr. James Dil lingham ia zijn flatje, arriveerde, werd hij hartelijk omhelsd door mevrouw James Dillingham, reeds voorgesteld als Delia. En dat is toch allemaal erg mooi. DELLA hield op met huilen en begon haar wanger te poede ren. Ze stond bij het raam en keek naar een grijze kat, die buiten wandelde. Morgen zou het Kerst mis zijn en ze had maar 1 dollar 87 om voor Jim een cadeautje te kopen. Maandenlang had ze iedere penny gespaard met dit resultaat. Van twintig dollar in de week doe je niet veel. Alle uitgaven waren groter geweest dan ze gedacht had. En dat zijn ze altijd. Maar 1 dollar 87 om voor Jim wat te kopen, voor haar Jim. Zo vaak had ze gedacht wat ze alle maal voor hem zou willen kopen. Iets heel moois én heel zeldzaams, iets wat het waard was om door Jim bezeten te worden. Tussen de beide ramen in de ka mer hing een penantspiegel. Mis schien heeft U wel eens een pe nantspiegel in een 8-dollar-flat ge zien? Een zeer slank persoon kan met veel moeite een volledig beeld van zijn persoon krijgen. Delia, die heel slank en lenig was, verstond die kunst zeer goed. Plotseling sprong ze weg van het raam en stond voor de spiegel. Haar ogen schitterden, maar haar gezicht had alle kleur verloren. Snel maakte ze haar haren los en liet ze in hun volle lengte val len. De beide Dillinghams hadden twee dingen waar ze heel trots op waren. Het ene was Jim's gouden horloge, dat nog van zijn vader geweest was. Het andere was Del la's haar. Als een bruine waterval viel het om haar heen. Het reikte tot haar knieën. Toen draaide ze het weer op en stak het vast, vlug en- nerveus. Toen stond ze een ogenblik stil en een traan viel p het versleten rode karpet. Dan deed ze haar oude bruine jasje aan en zette de oude bruine hoed op. Met de vreemde schittering nog in haar ogen, vloog ze de deur uit en snelde de trappen af naar de straat. Ze stond stil bij een uithangbord: „Madame Sofronie, Haarleveran- cier". Delia snelde naar binnen. Madame was heel groot en heel wit. „Wilt U mijn haar kópen?" vroeg Delia. „Ik koop haar", zei Madame. „Zet Uw hoed eens af dan kan ik kijken." De bruine waterval viel neer. „Twintig dollar" zei Madame, terwijl ze een keurende hand door de massa liet glijden. /- „Geef het me maar vlug", zei Delia. DE volgende twee uur liep ze op rozen, winkel in, winkel Uit, op zoek naar iets moois voor Jim. Eindelijk vond ze iets. Dat kon alleen voor Jim gemaakt zijn. Het was een platina horlogeket ting eenvoudig en voornaam van uitvoering kortom een ketting het Horloge waardig. Hij kostte 21 dollar en ze haastte zich met de overgeschoten 87 cent huiswaarts. Met die ketting aan zijn horloge, kon Jim in ieder gezelschap nieuwsgierig zijn hoe laat het was. Hü gebruikte nu cen leren koord inplaats van een ketting. Thuisgekomen stak ze direct het gas aan en trachtte met een krul- tang en veel handigheid de door de edelmoedigheid van de liefde aan gerichte schade te herstellen. Binnen het half uur was haar hoofd overdekt met kleine liggende krulletjes, die Jiaar wonderlijk veel op een kleine schooljongen deden lijken. Ze bekeek haar spiegelbeeld critisch. „Als Jim me maar niet ver moordt", zei ze tegen zichzelf. „Hij zal zeggen dat ik op een koovmeis- je van Coney Island lijk. Maar wat had ik anders moeten doen met één dollar en zeven en tachtig cent?" Om zeven uur was de koffie klaar en stond de braadpan achter op de kachel en was de ko >1 gaar. JIM was nooit laat. Delia zat met de ketting in haar hand op een hoek van de tafel vlak bij de deur. Toen hoorde ze de buitendeur gaan en ze werd een beetje wit. Ze had de gewoonte om in zichzelf kleine zwijgende gebeden op te zeggen over de kléinste alledaagse dingen. Nu fluisterde ze: „Alstublieft God, laat hij me nog aardig vinden." De deur ging open en Jim stapte bin nen. Hij keek ernstig. Arme kerel hij was pas twee en twintig en reeds drukten de zorgen voor een gezin op zijn schouders. Hij had een nieuwe overjas nodig en hij had geen handschoenen. Zijn ogen waren op Delia gericht, er was een uitdrukking in, die zij niet begreep. Het was geen boos heid en geen verrassing, geen schrik en geen van de gevoelens, die ze verwacht had. Hij staarde maar naar haar. Delia sprong van de tafel en ging voor hem staan. „Jim lieveling", riep ze uit. „Kijk niet zo naar me. Ik heb mijn haar af laten knippen en ik heb het verkocht want ik kon het niet verdragen, dat jij geen cadeautje zou hebben met Kerstmis. Het groeit wel weer aan je vindt het niet erg, is 't wel? Mijn haar groeit verschrikkelijk snel. Zeg dan „Vro lijk Kerstfeest" Jim cn laten we gelukkig zijn. Je hebt geen idee wat voor een prachtig geschenk ik voor je heb." „Je hebt je haar afgeknipt?" zei Jim moeilijk. „Afgeknipt en verkocht", zei r»ella. „Je vindt het niet zo goed staan is 't wel?" Jim keek de kamer rond! „Je zegt, dat je haar eraf is", zei hij. „Je hoeft het niet te zoeken," zei Delia. „Het is verkocht. Ik zei het je toch. Het is Kerstavond jongen. Wees een beetje aardig tegen me, ik deed 't toch voor jou. Zal ik de kool opscheppen, Jim?" Jim scheen uit zijn trance te ont waken. Hij omarmde zijn Delia. Acht dollars in de wepk of een mil- lioen in een jaar wat is het ver schil. JIM haalde een pakje uit de bin nenzak van zijn jas en wierp 't op de tafel. „Wees niet kwaad op me Dell" zei hij, „pak dit uit en je zult weten waarom ik zo raar deed." Vlugge vingers maakten het pa pier los. Dan volgde een vreugde kreet en toen kwamen de tranen en waren alle troostende krachten van de heer des huizes dringend noodzakelijk. Want daar lagen de Kammen het stel kammen dat Delia vele weken voor de ramen van een eta lage op Broadway aanbeden had. Prachtige kammen met juwelen randen. Het waren ontzettend dure kammen, dat wist ze en er was droefheid in haar hart. Nu waren ze van haar, maar de dikke haar- tressen, die ermee getooid moesten worden, waren verdwenen. Maar ze drukte ze aan haar borst en keek eindelijk met omfloerste ogen en een lachje naar Jim en ze zei: „Mijn haar groeit erg hard. Jim." Toen sprong ze op, pakte de ket ting en hield hem voor Jims ogen. Het prachtige, kostbare metaal schitterde in een vreemde betove ring. „Is ie niet mooi Jim. Ik heb de hele stad afgezocht om er zo één te vinden. Je zult nu wel honderd maal per dag op je horloge kijken. Geef het eens. Ik wil zien hoe het staat." In plaats van te gehoorzamen, ging Jim op de divan zitten, leun de zijn hoofd in de handen en be gon te glimlachen. „Dell", zei hij, „laten we onze Kerstcadeautjes wegleggen en ze nog een beetje bewaren. Ze zijn te aardig om di rect te gebruiken. Ik verkocht het horloge om jouw kammen te ko pen. Schep nu de kool maar op." 1"^ E Magiërs waren wijze man- nen wonderlijk wijs zij brachten geschenken naar het Kind in de kribbe. Zij verstonden de kunst van Kerstgeschenken geven. Hier is verhaald de geschiedenis van twee dwaze kinderen in een flatje die de grootste schatten van hun huis offerden. Maar allen die geschenken geven als zij, zijn toch de wijstcn. Van allen die geschen ken geven en ontvangen zijn zij de wijsten. Overal zijn zij de wijsten. Zij zijn de Magiërs. DE laatste dagen van December behoren tot de gezelligste in het gezinsleven. Bij het binnen treden van het huis komt de geur van dennegroen de bezoeker tege moet. Als hij zijn jas aan de kap stok hangt ontvangt de gastvrouw hem met een kus: dan ontdekt hij dat boven zijn hoofd aan de lamp een takje mistletoe is opgehangen Boven de schilderijtjes is een takje hulst gestoken en langs de spiegel hangen zilveren draden naar beneden. Juist met geringe middelen kunt u het huis tijdens deze feestdagen 7.0 gezellig maken; met wat sparre- groen- dat de voorkeur verdient beven dennegroen daar de naalden minder snel uitvallen een takje hulst en, als het kan een echte Kerstboom. Kaarsen zijn er geluk kig weer te krijgen, evenals crêpe- papier en gekleurde servetten en lopers. Tafelversiering GEDURENDE de Kerstdagen staat het leuk de tafel met een wit laken te bedekken, waarop een Kerststukje is geplaatst. Voor de maaltijden zijn er verschillende manieren van versiering aangewe zen. Bij het ontbijt gebruikt men een Kerstloper met bijbehorende servetjes, terwijl voor het dinertje een soort verdeling in vakken van de tafel plaats vindt, door middel van rode linten, die over tafel worden gespannen, zó, dat de bor den en schalen er net tussenin pas sen. Op de kruising van de linten steekt men met een speld een Gelukkig gezin, dat de lust en de gelegenheid had voor de kerstdagen één of meer konijnen vet te mes ten. Wat zal het weer heerlijk rui ken in de keuken, de avond voor Kerstmis. Ach ja, de Vlaamse Reus 't was een knaap van een beest gaf minder vlees dan verwacht werd. Maar men heeft daarover immers zijn licht al opgestoken bij een vakman, die de Groot Chin chilla, de Groot Zilver en de Blau we en Witte Wener als betere kerst- kenijnen aanprees. En het is toch al belist, dat er volgend jrar één van die soorten in het hok zal hui zen! Negen pond na een half jaar mesten! Intussen wordt van de Reus toch danig geschranst. Want dat van die Chinchilla en zo is toch maar toekomstmuziek, de heerlijk gebraden bout smakelijke werkelijkheid. In heel veel gezin nen is het tótaal anders. Daar blijft de braadpan dit jaar ongebruikt op het rek staan, omdat wie van de poelier afhankelijk is er bekaaid af komt. „We krijgen haast geen wild aangevoerd", kregen we bij de onze te horen: „Het merste wordt uit gevoerd. En wat er is wordt bijna niet door het publiek gekocht. Pe perduur, meneer! Wat zegt U van zes, zeven gulden voor een wild Wmiin? Dat is nog niks vergeleken bij de prijzen voor de tamme ko nijnen. Die moeten toch al gauw een vijf en twintig gulden opbren gen. In de oorlog waren er veel mensen die zelf een kerstkonijn gingen fokken. Dat is heel wat minder geworden maar U moet r.iet geloven dat ze nu een bout panklaar kopen! Veel te kostbaar. En dan t<? denken dat je vroeger jaren om deze tijd je étalage vol had liggen en de bestellingen bijna niet te verwerken waren, 't Is toch jammer, want kerstbout is een goed en smakelijk eten en boven dien, 't is een traditie. Enfin, die moeten mijn klanten maar opber gen bij de. andere verlangens die nog niet vervuld kunnen worden." PEN der boeiendste en merk- waardigste zoogdieren, die ik in de avond- en ochtendschemering nogal eens ontmoet, is de egel. Het is een echt nachtdier, dat je ook wel eens op een donkere dag tegen komt, maar dat er gewoonlijk pas in de duisternis op uittrekt. Over dag gaat de egel schuil in romme lige hopen dor blad, in warrige be schuttende ruigte en optassingen van allerlei planten. In dit leger is hij veilig, omdat de bedekking hem onttrekt aan de blikken zijner vijanden. Bovendien is zijn lichaam behoorlijk gepantserd, zodat hij een tweeledig middel tot verweer en bescherming bezit. 's Winters kruist de egel niet al te dikwijls ons pad, omdat hij deze voedselarme tijd gewoonlijk slapen de doorbrengt, goed schuil gaande in dichte bladophopingen en derge lijke. De slaapperiode van de egel strekt zich meest uit van Novem ber tot Maart, de maanden derhal ve, in welke sneeuwval en vorst voor de egel zeer grote onaange naamheden en gevaren zouden medebrengen. Aan de andere kant ondervindt de egel heel snel de invloed van zachter weersgesteldheden, zodat hij ook in vorstloze winters zfo'n slaap wel onderbreekt en er op uit trekt. De natuurvrienden, die wat gelukkig zijn, slaan hem in deze tijd dan ook wel eens gade. Een aantal jaren geleden nam ik er des winters ook een bij mij in de buurt waar. Hij vertoonde zich zelfs over dag en rolde zich op tot een bitse bol de kenmerkende verweer houding toen wy hem naderden. Wij namen hem op, droegen hem naar huis en gaven hem daar een plaatsje in een kistje met hout krullen. Dadelijk werkte hij zich daaronder, doch nauwelijks hadden wij de kamer, die een voor de egel gezellige donkere hoek had, verla ten, of ons vermakelijk stekcljasje klom uit zijn slaap- en schuilplaats en repte zich naar het schoteltje melk, dat wjj voor hem hadden klaargezet en dat hij met een kos- telyke gretigheid leegdronk Hy vertoonde ook verder haast niet de geringste schuwheid meer, nam tenslotte zelfs de wormen uit onze hand aan en verborg niet r.teer elk ogenblik zijn fijne, spitse, donker leren snuitje en zyn mooie glanzen de ogen achter de doornige haag van zijn puntige huidpennen. Maar zelfs wanneer een sneeuw laag de wereld dekt, komen som mige individuen om onverklaarbare redenen voor de dag. Daar zijn ver scheidene gevallen van bekend en door RINKE TOLMAN EN Kerstboom hadden we altijd, zover ik me herinneren kan. 't Was nooit een grote, hij stond op een tafeltje. Maar vól was-ie wel, mooi vol, geen lange spriet met hier en daar een tak, die meer wou lijken dan-ie werkelijk was. Vijf cent zakgeld kregen we, mijn twee zusjes en ik, de jongste. Door gaans werd op Zaterdag uitbetaald, als vader zijn ontvangsten telde. Was de stroom van dubbeltjes, plak ken en centen tot nette rolletjes in gedamd, dan kregen we ieder een stuiver, die op slag werd omgezet in een nogablok of een reep... be halve wanneer het tegen Kerstmis liep. Dan legden we botje bij botje en spaarden voor een slinger, een nieuwe piek met engelenhaar of een be..sneeuw"de bal. Wonderlijk eensgezind waren we in die dagen. Dat blauwe glazen vo geltje met zijn zilveren staart zagen wij als in een droomgezicht op zijn spiraalpootjes in ónze boom sidderen onder het zachte licht van een oranje kaarsje. En we kochten het. als we uit school kwamenzo maarzonder meningsverschil. Thuis borgen we het veilig weg in een schoenendoos, waar, tussen de watten, onze schatten glinsterden... een molentje met papieren wieken, een gouden trompetje, een rood tin kelend belletje Zy^R waren andere Kerstbomen. Maar als de onze was opge tuigd. dan bleek dat de mooiste. De nichtjes, waar ze het thuis béter hadden, versierden elk jaar een op vouwbare boom, die van de zolder werd gehaald en, afgestoft, een elec- trisch kaarsensnoer te torsen kreeg. Bij m'n vriendje stond een pracht stuk op een voet, die tevens speel doos was. Als zijn vader aan een palletje morrelde, dan begon het gevaarte langzaam te draaien en toonde zijn ganse glimmende weel de onder een beverig „Stille Nacht"- getinkel. Op mij maakte het geen indruk, we hadden een eigen boom. Later waren er Kerstbomen fn een restaurant, als koude stille Getuige bij het haastig wegslikken van een ..Kerst-speciaal", waar na de huurkamer-met-gashaardje wachttein een soldatencantine naast de sjoelbak ...bij een meisje thuis... en, pasgetrouwd, een boompje met imitatie-opsmuk en surrogaat-kaarsjes, die eigenlijk roekeloos verspild werden, omdat er men slaagde er zelf3 enkele keren in dit gebeuren fotografisch vast to leggen. De bewuste egel groef in de sneeuwlaag cen gehele gang, hetzy om voedsel te zoeken, hetzij om andere redenen. \A7aT de vleermuizen betreft, mag als bekend worden ver ondersteld, dat deze zich in 't na jaar terugtrekken in holten, gewel ven, groeven e.d. Vermaarde collec tieve slaapplaatsen vormen b.v. de Zuid-Limburgse mergelgroeven. Wanneer zij hier in lethargische toestand hangen, is de ademhaling haast niet meer vast te stellen. Tij dens hun winterslaap treedt bij onze vliegende zoogdieren cen oo- Eekhoorntje, een van de mooiste dieren in het bos. Ieder kent het leuke beestje, dat zich vaak in de lanen en tuinen der mensen waagt, maar pijlsnel kan vluchten als het gevaar vreest. Dan schiet het om hoog tegen een boom, maar gluurt even later weer nieuwsgierig om de hoek. Vooral in de winter is het 'n prachtig gezicht, de roodbruine eekhoorn met zijn grandioze staart op het felle wit van de sneeuw. toch een pitje moest zijn, als 's nachts de baby huilde. [~)IT jaar hebben we weer een Kerstboom een kleintje, maar mooi vol. Ik kocht hem met de jongens samen. Met z'n drieën zagen we toe hoe de knecht hem ruw van overtollige takken ontdeed en aan het kruis sloeg. We droegen hem behoedzaam naar huis, onze boom, de eeuwig groene. Daar staat hij nu. mooier dan welke andere. In zxjn takken glinsteren een blauw vogeltje met zilveren staart, een gouden trompetje, een molentje met papieren wieken, die wel een beetje gekreukt zijn, maar dat kan ook niet anders, de doos stond al jaren bij Oma op zolder. „De piek heb ik niet meer voor je", zei ze me, „die heeft je oudste zuster al gehaald." Ik geloof, dat de jongens er voor aan het sparen zijn. Mijn vrouw vertelde, dat de oudste er een gezien had, toen hij uit school kwam een mooie met engelenhaar. A.P.B merkelijke temperatuurdaling in. Gelukkig £aan zij de winter niet onvoorbereid in: voordat de rust periode begint, hebben zij in hun lichaam een flink vetquantum ver zameld, waarop zij, dank zij de om standigheid, dat de werking van hun organen buitengewoon is ver minderd, maanden lang.kunnen te ren. Overigens dienen wy er op te wijzen, dat. wanneer de dieren in 't voorjaar hun schuilhoeken weer gaan verlaten, zij ongeveer twintig procent lichter zijn geworden. Dat het „gezelligheidsinstinct" bij de vleermuizen sterk ontwikkeld is, komt niet alleen tot uiting in het feit. dat sommige soorten er een collectieve kraamkamer op na houden, maar tevens In de omstan digheid, dat zy, gelijk genoteerd, holten betrekken om er ongeveer een half jaar lang de voedsel schaarste uit de weg te gaan. Interessant is ook de wijze, waar op de hamster er zich 's winters doorheen weet te slaan. Genoemd knaagdier bewoont voornamelijk de vruchtbare gebieden van Zuid-Lim burg en is in 't bezit van wangzak ken, die cen bijzondere rol spelen. Deze worden namelijk volgestopt met voedsel. Vooral cultuurvoort- brengselcn in de vorm van peul vruchten, aardappelen en granen zijn van zijn ga<nng. Wanneer de wangzakken gevuld zijn, gaat hij naar huis om de inhoud ervan te deponeren in zijn diep in de grond aangelegde woning. Bovendien houdt het knaagdier een, volgens sommigen af en toe onderbroken, winterslaap. Wanneer de hamster in de prille lente wak ker wordt, begeeft hy zich naar zijn provisiekast om de voorraden, in zomer en vroege herfst met ijver verzameld, aan te spreken. Als het rantsoen ver bruikt is, is het inmiddels April geworden en be staan er boven gronds weer be- hoorlyke kansen om aan de kost te komen. E) by an- dere dieren kunnen hamster- neigingen wor den vastgesteld. De Engelsen spreken in dit verband wel van de „burying ha- bit", de begraaf- gewoonte. Vooral kan men dit op merken bij eek hoorns. Iy 4 dit verband is het aardig erop te wijzen, dat inder tijd W. Beach Thomas in The Spectator mel ding maakte van eekhoorns, die in Wimbledon met grote «ver noten wegstopten in de tuinbodem. Veelal kwamen de eekhoorns na een dag of vier, vyf terug om de noten op te graven en te consume ren. Men kreeg hierbij echter de indruk, dat de dieren zich wel het terrein in 't algemeen herinnerden, waar zij hun voorraden hadden ver borgen, maar dat zy dit toch cen timeter voor centimeter moesten exploreren om tenslotte aan de be geerde noten te komen. Tevens werd opgemerkt, dat de eekhoorns bij hun graafwerk ook nog de er varing opdeden, dat er in de grond bollen van tulpen en druifhyacin- th :i zaten, die by tientallen werden vernietigd. Twee verschillende ge woonten konden overigens worden vastgesteld: het begraven, her en der, van afzonderiyke noten, be stemd om binnen een week tyds te worden opgepeuzeld, en het aan leggen van een uitgebreider winter voorraad in een holle boom of op een soortgelijke plaats. Daar de Engelse winters dikwijls heel zacht zyn tout comme chez nous worden de noodrantsoenen dikwijls niet aangesproken en gewoonweg vergeten, omdat in open winters eekhoorns heel gemakkelijk op nor male wyze hun kostje kunnen op halen. takje groen, of men zet er een kandelaar neer. Men kan voor de gasten een klein cadeautje, ver pakt in een Kerstpapiertje als ver rassing bij het bord leggen. Als snoepje n& het eten worden na tuurlijk Kerstklokken en bonbons in wit en rood papier verpakt ge presenteerd. Een tafelstukje kan men ook zelf vervaardigen. Men gebruikt hier voor een platte schaal, die men met mos opvult. Hiertussen zet men wat witte en rode tulpjes, een paar sparretakjes en een of meer kaarsen liefst witte of rode en een Kerstmannetje. Een klein beetje „kunstmatige sneeuw" of goudpoeder erover en u hebt een keurig geheel. Een Kerstmannetje kunnen de kinderen zelf maken. Wellicht hebt u nog een paar lege cau-de-colog- neflesjes staan; die vormen, teza- Zo'n kerststukje kunt u heel een voudig zelf maken uit een paar dennetakjes, cen paar kcrstklokjes en een stukje rood lint. men met wat rood crêpcpaplcr, lijm, watten, een schaar en cen aardappel de attributen, die nodig zijn voor onze Kerstman. Het fles je wordt „aangekleed" met een rood jasje van crepepapicr, waar langs een rand watten is geplakt. Een paar armen vouwt men van krantenpapier, waarover eveneens rood papier wordt geplakt; men vouwt ze van voren tegen elkaar en steekt er bij wijze van kerst boom cen takje groen tussen. Het hoofd maakt U van cen aardappel. Voor het gezicht verwijdert men een stukje van de schil, en snijdt cr neus, mond cn ogen in uit. De muts van de Kerstman is weer een rood papiertje, met witte watten omzoomd. Kerstboom of -kroon? HET liefst heeft men met de kerstdagen de traditionele boom, getooid met flonkerende versierselen en flakkerende kaar sen. Maar hoe vaak gebeurt het thans niet, dat het gezin zich met één kamer moet behelpen, zodat cr voor zo'n sta-in-de-weg geen plaats is. Dat is heus niet erg; maak dan een kerstkroon, die u net als ïti Zweden van dennegroen maakt. Om een geraamte van ijzerdraad wordt een dikke rand groen aan gebracht, waaraan de versierselen worden opgehangen. Wat kaarsen erop, rode linten eraan, en u hebt een waardige plaatsvervanger voor de kerstboom. Men kan hem in de erker hangdn of om de lamp, bo ven de tafel. Natuurlijk worden takjes mist letoe bij de versiering niet verge ten! Deze hangt men op die plaat sen, waar de huisgenoten cn be zoekers vaak moeten passeren. Houd cr vooral rekening mee, dat het Kerstfeest juist het feest is van 't kaarslicht. Gebruik kaars verlichting bij alle maaltijden, en vier deze dagen temidden van uw huisgenoten in een stijlvol versierd „home". Kaarsen horen bij de feestmaaltijd. Haar zachte licht, weerspiegeld in de glazen, verhoogt de intieme sfeer van het samenzijn rond dc kerst tafel. Eerst een geurige groentesoep met verse groenten en wat bouillon van afgekookte benen. Sommige slagers leveren de bouillon ook direct klaar. Doe er veel stukjes groente in: peen, gehalveerde spruitjes, bloemkool, prei, slaboon- tjes, selderij, erwtjes cn een grote ui. Laat de groente in kleine blok jes gesneden eerst smoren in brui ne boter. Alleen de erwtjes mogen hier niet bij. Die worden er vlak voor het opdienen aan toegevoegd. Maak de soep naar smaak af met zout en een weinig peper. Nu iets, waarvoor men maanden heeft gespaard of opgefokt: een vet haantje, een lekkere eend of een mooi groot konijn. Het kan gebra den, gesmoord of gestoofd worden en het is werkelijk niet nodig er de traditionele appelmoes bij te geven. Rode kool, klaargemaakt met wat ui, appel, azijn cn kruidnagel smaakt er ook voortreffelijk bij. Konijn wordt het smakelijkst wanneer men het marineert. Snij het beestje aan stukken en laat het liefst 48 uur in een marinade van half azijn, half water staan, waar aan wat zout, peper, kruidnagels en laurierblaadjes zijn toegevoegd. Draai het vlees nu en dan om. Laat het tenslotte uitlekken, maar be waar de marinade. Wrijf de stukjes konijn met boter in en laat ze even aan alle kanten goed bruin wor den. Daarna zet U het deksel op de pan en braad het v*lees af. Het ko nijn is gaar, wanneer het vlees ge makkelijk loslaat. Blijf het gere-. geld bedruipen. Voeg er dan bij kleine beetjes tegelijk de marinade aan toe en laat het vlees daarin nastoven. Als Kersttoetje geve men zo mo gelijk een Kerstkrans, cake of een feesttaart. Is dat te kostbaar, neem dan een stevige griesmeelpudding met felrode bessensapsaus of maak van alle fruit, dat men kan krijgen, een fruitsalade. Kersttractaties Met de Kerstdagen komen vrien den en kennissen op bezoek; de kinderen komen over. Er moet dus telkens iets extra-lekkers worden opgediend. Voor het eerst sedert lange tijd zal het een Kerstmis vrijwel zonder bonnen worden, en er zijn ruimere mogelijkheden, juist op het gebied van snoeperij. Er wordt gefluisterd, dat er amande len zullen worden gerantsoeneerd voor de bakkers, zodat er weer Kerstkransen met echte spijs zul len zyn! Heerlijk vooruitzicht! Maar Een geurige groentesoep, rode kool met appelmoes, konijn en kerstkrans als toetje i r_3B toch zal er nog geen overvloed zijn en dus is het verstandig, zelf ook een cake te maken. Hebt U geen oventje of bakvorm" Dat is geen bezwaar. Het volgende recept is op een doodgewone petroleumpit in een gewone pan te bereiden. Vermeng een pond zelfrijzend bakmeel met vijf eetlepels suiker, een ei, wat zout cn een pakje vanillesuiker. Heeft U nog wat krenten overgespaard of wat ande re stukjes fruit: appel of sinaas appelschilletjes, heel fijn gesnip perd, draai die dan door het meng sel in een ruime kom. Voeg er zo veel melk aan toe, tot U een mooi dik beslag heeft. Laat dit even rijzen. Maak ondertussen de pan heet op het petroleumstel. Als hij goed warm is, vet men hem in met wat boter of margarine. Giet hierin het gerezen beslag en laat het op het stel staan tot het beslag boven op droog is. Nu moet de cake om gedraaid worden; doe haar over in een andere pan, vet eerst de war me pan opnieuw in en schud de cake ondersteboven terug in de warme pan. Wanneer de cake weer een poosje op het vuur gestaan heeft neemt men de breinaald- proef om te zien of zij gaar is: als de breinaald „schoon" terugkomt is de cake door en door gaar. Laat haar veór 't gebruik goed afkoelen. Ter ere van Kerstmis kunt U de cakeplakken smeren en met suiker bestrooien, maar nodig is het niet. Dit soort cake wordt het beste op een petroleumstel of -kachel be reid- Het moet een zacht vuurtje zijn, anders brandt zij aan. Kerstkransjes Kneed een zandtaartdeeg van 250 gram bloem, anderhalf ons boter, een ons basterdsuiker, een theelepel bakpoeder, een ei en wat geraspte citroen- of sinaasappel schil, bewaard van vorig jaar. Rol de deegbal uit op een met bloem bestoven tafel tot een vrij dunne lap. Steek er rondjes van met cen glas of servetring en dan met een kleinere ring nog weer eens rondje binnen in de cirkel; zo verkrijgt men de kransvorm. Leg de kransjes op een beboterd bakblik, bestrijk ze met een geklopt ei en bestrooi ze met kristalsuiker en zo mogelijk met fijn gesnipperde amandelen of andere stukjes noot. Bak ze dan gaar in een matig verwarmde oven. Als ze lichtbruin zien, na tien mi nuten ongeveer, de oven moet te voren op temperatuur gebracht worden, zijn ze klaar.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1948 | | pagina 5