Ons kerstmaal
DIERENLEVEN in de winter
Met geringe middelen kunt u uw huis
met de feestdagen gezellig maken
Konijn in de pot
Kerstbomen
Dinsdag 21 December 1948
a
Een Amerikaans kerstverhaal door O'Henry
EEN dollar cn zeven en tachtig
cent. Dat was alles. En zestig
cent daarvan in pennies. Pennies
brachten geluk aan. Tot driemaal
toe telde Delia het geld. Eén dol
lar zeven en tachtig. En de vol
gende dag zou het Kerstmis zijn.
Er was eigenlijk niets anders
meer 'te doen dan op de kleine af
getakelde divan neer te vallen en
te huilen. En Delia deed het.
Hetgeen alweer bewijst dat het
leven bestaat uit snikken, mokken
en lachen terwijl 't snikken meest
al domineert.
Terwijl de huisvrouw bezig was
van de eerste acte naar de tweede
over te gaan, kon onderhand de
woning bekeken worden.
Een flatje van 8 dollar per week.
In de vestibule cen brievenbus
waarin nooit 'n brief kwam en een
electrische bel waar nooit iemand
een vinger op legde. Dan was er
een kaartje op de deur, waarop
stond: „James Dillingham jr." De
letters waren al een beetje afge
bladderd. Maar als Mr. James Dil
lingham ia zijn flatje, arriveerde,
werd hij hartelijk omhelsd door
mevrouw James Dillingham, reeds
voorgesteld als Delia. En dat is
toch allemaal erg mooi.
DELLA hield op met huilen en
begon haar wanger te poede
ren. Ze stond bij het raam en keek
naar een grijze kat, die buiten
wandelde. Morgen zou het Kerst
mis zijn en ze had maar 1 dollar
87 om voor Jim een cadeautje te
kopen. Maandenlang had ze iedere
penny gespaard met dit resultaat.
Van twintig dollar in de week doe
je niet veel. Alle uitgaven waren
groter geweest dan ze gedacht had.
En dat zijn ze altijd.
Maar 1 dollar 87 om voor Jim
wat te kopen, voor haar Jim. Zo
vaak had ze gedacht wat ze alle
maal voor hem zou willen kopen.
Iets heel moois én heel zeldzaams,
iets wat het waard was om door
Jim bezeten te worden.
Tussen de beide ramen in de ka
mer hing een penantspiegel. Mis
schien heeft U wel eens een pe
nantspiegel in een 8-dollar-flat ge
zien? Een zeer slank persoon kan
met veel moeite een volledig beeld
van zijn persoon krijgen. Delia, die
heel slank en lenig was, verstond
die kunst zeer goed.
Plotseling sprong ze weg van het
raam en stond voor de spiegel.
Haar ogen schitterden, maar haar
gezicht had alle kleur verloren.
Snel maakte ze haar haren los
en liet ze in hun volle lengte val
len. De beide Dillinghams hadden
twee dingen waar ze heel trots op
waren. Het ene was Jim's gouden
horloge, dat nog van zijn vader
geweest was. Het andere was Del
la's haar. Als een bruine waterval
viel het om haar heen. Het reikte
tot haar knieën. Toen draaide ze
het weer op en stak het vast, vlug
en- nerveus. Toen stond ze een
ogenblik stil en een traan viel p
het versleten rode karpet. Dan
deed ze haar oude bruine jasje aan
en zette de oude bruine hoed op.
Met de vreemde schittering nog in
haar ogen, vloog ze de deur uit en
snelde de trappen af naar de straat.
Ze stond stil bij een uithangbord:
„Madame Sofronie, Haarleveran-
cier". Delia snelde naar binnen.
Madame was heel groot en heel
wit.
„Wilt U mijn haar kópen?" vroeg
Delia.
„Ik koop haar", zei Madame.
„Zet Uw hoed eens af dan kan ik
kijken."
De bruine waterval viel neer.
„Twintig dollar" zei Madame,
terwijl ze een keurende hand door
de massa liet glijden. /-
„Geef het me maar vlug", zei
Delia.
DE volgende twee uur liep ze
op rozen, winkel in, winkel
Uit, op zoek naar iets moois voor
Jim. Eindelijk vond ze iets. Dat
kon alleen voor Jim gemaakt zijn.
Het was een platina horlogeket
ting eenvoudig en voornaam van
uitvoering kortom een ketting
het Horloge waardig. Hij kostte 21
dollar en ze haastte zich met de
overgeschoten 87 cent huiswaarts.
Met die ketting aan zijn horloge,
kon Jim in ieder gezelschap
nieuwsgierig zijn hoe laat het was.
Hü gebruikte nu cen leren koord
inplaats van een ketting.
Thuisgekomen stak ze direct het
gas aan en trachtte met een krul-
tang en veel handigheid de door de
edelmoedigheid van de liefde aan
gerichte schade te herstellen.
Binnen het half uur was haar
hoofd overdekt met kleine liggende
krulletjes, die Jiaar wonderlijk veel
op een kleine schooljongen deden
lijken. Ze bekeek haar spiegelbeeld
critisch.
„Als Jim me maar niet ver
moordt", zei ze tegen zichzelf. „Hij
zal zeggen dat ik op een koovmeis-
je van Coney Island lijk. Maar wat
had ik anders moeten doen met
één dollar en zeven en tachtig
cent?"
Om zeven uur was de koffie
klaar en stond de braadpan achter
op de kachel en was de ko >1 gaar.
JIM was nooit laat. Delia zat met
de ketting in haar hand op een
hoek van de tafel vlak bij de deur.
Toen hoorde ze de buitendeur gaan
en ze werd een beetje wit. Ze had
de gewoonte om in zichzelf kleine
zwijgende gebeden op te zeggen
over de kléinste alledaagse dingen.
Nu fluisterde ze: „Alstublieft God,
laat hij me nog aardig vinden." De
deur ging open en Jim stapte bin
nen. Hij keek ernstig. Arme kerel
hij was pas twee en twintig en
reeds drukten de zorgen voor een
gezin op zijn schouders. Hij had
een nieuwe overjas nodig en hij
had geen handschoenen.
Zijn ogen waren op Delia gericht,
er was een uitdrukking in, die zij
niet begreep. Het was geen boos
heid en geen verrassing, geen
schrik en geen van de gevoelens,
die ze verwacht had. Hij staarde
maar naar haar.
Delia sprong van de tafel en ging
voor hem staan.
„Jim lieveling", riep ze uit.
„Kijk niet zo naar me. Ik heb mijn
haar af laten knippen en ik heb
het verkocht want ik kon het niet
verdragen, dat jij geen cadeautje
zou hebben met Kerstmis. Het
groeit wel weer aan je vindt het
niet erg, is 't wel? Mijn haar groeit
verschrikkelijk snel. Zeg dan „Vro
lijk Kerstfeest" Jim cn laten we
gelukkig zijn. Je hebt geen idee
wat voor een prachtig geschenk ik
voor je heb."
„Je hebt je haar afgeknipt?" zei
Jim moeilijk.
„Afgeknipt en verkocht", zei
r»ella. „Je vindt het niet zo goed
staan is 't wel?"
Jim keek de kamer rond!
„Je zegt, dat je haar eraf is",
zei hij.
„Je hoeft het niet te zoeken," zei
Delia. „Het is verkocht. Ik zei het
je toch. Het is Kerstavond jongen.
Wees een beetje aardig tegen me,
ik deed 't toch voor jou. Zal ik de
kool opscheppen, Jim?"
Jim scheen uit zijn trance te ont
waken. Hij omarmde zijn Delia.
Acht dollars in de wepk of een mil-
lioen in een jaar wat is het ver
schil.
JIM haalde een pakje uit de bin
nenzak van zijn jas en wierp
't op de tafel. „Wees niet kwaad op
me Dell" zei hij, „pak dit uit en je
zult weten waarom ik zo raar
deed."
Vlugge vingers maakten het pa
pier los. Dan volgde een vreugde
kreet en toen kwamen de tranen
en waren alle troostende krachten
van de heer des huizes dringend
noodzakelijk.
Want daar lagen de Kammen
het stel kammen dat Delia vele
weken voor de ramen van een eta
lage op Broadway aanbeden had.
Prachtige kammen met juwelen
randen. Het waren ontzettend dure
kammen, dat wist ze en er was
droefheid in haar hart. Nu waren
ze van haar, maar de dikke haar-
tressen, die ermee getooid moesten
worden, waren verdwenen. Maar
ze drukte ze aan haar borst en
keek eindelijk met omfloerste ogen
en een lachje naar Jim en ze zei:
„Mijn haar groeit erg hard. Jim."
Toen sprong ze op, pakte de ket
ting en hield hem voor Jims ogen.
Het prachtige, kostbare metaal
schitterde in een vreemde betove
ring.
„Is ie niet mooi Jim. Ik heb de
hele stad afgezocht om er zo één
te vinden. Je zult nu wel honderd
maal per dag op je horloge kijken.
Geef het eens. Ik wil zien hoe het
staat."
In plaats van te gehoorzamen,
ging Jim op de divan zitten, leun
de zijn hoofd in de handen en be
gon te glimlachen. „Dell", zei hij,
„laten we onze Kerstcadeautjes
wegleggen en ze nog een beetje
bewaren. Ze zijn te aardig om di
rect te gebruiken. Ik verkocht het
horloge om jouw kammen te ko
pen. Schep nu de kool maar op."
1"^ E Magiërs waren wijze man-
nen wonderlijk wijs zij
brachten geschenken naar het Kind
in de kribbe. Zij verstonden de
kunst van Kerstgeschenken geven.
Hier is verhaald de geschiedenis
van twee dwaze kinderen in een
flatje die de grootste schatten van
hun huis offerden. Maar allen die
geschenken geven als zij, zijn toch
de wijstcn. Van allen die geschen
ken geven en ontvangen zijn zij de
wijsten. Overal zijn zij de wijsten.
Zij zijn de Magiërs.
DE laatste dagen van December
behoren tot de gezelligste in
het gezinsleven. Bij het binnen
treden van het huis komt de geur
van dennegroen de bezoeker tege
moet. Als hij zijn jas aan de kap
stok hangt ontvangt de gastvrouw
hem met een kus: dan ontdekt hij
dat boven zijn hoofd aan de lamp
een takje mistletoe is opgehangen
Boven de schilderijtjes is een
takje hulst gestoken en langs de
spiegel hangen zilveren draden naar
beneden.
Juist met geringe middelen kunt
u het huis tijdens deze feestdagen
7.0 gezellig maken; met wat sparre-
groen- dat de voorkeur verdient
beven dennegroen daar de naalden
minder snel uitvallen een takje
hulst en, als het kan een echte
Kerstboom. Kaarsen zijn er geluk
kig weer te krijgen, evenals crêpe-
papier en gekleurde servetten en
lopers.
Tafelversiering
GEDURENDE de Kerstdagen
staat het leuk de tafel met een
wit laken te bedekken, waarop een
Kerststukje is geplaatst. Voor de
maaltijden zijn er verschillende
manieren van versiering aangewe
zen. Bij het ontbijt gebruikt men
een Kerstloper met bijbehorende
servetjes, terwijl voor het dinertje
een soort verdeling in vakken van
de tafel plaats vindt, door middel
van rode linten, die over tafel
worden gespannen, zó, dat de bor
den en schalen er net tussenin pas
sen. Op de kruising van de linten
steekt men met een speld een
Gelukkig gezin, dat de lust en de
gelegenheid had voor de kerstdagen
één of meer konijnen vet te mes
ten. Wat zal het weer heerlijk rui
ken in de keuken, de avond voor
Kerstmis. Ach ja, de Vlaamse Reus
't was een knaap van een beest
gaf minder vlees dan verwacht
werd. Maar men heeft daarover
immers zijn licht al opgestoken bij
een vakman, die de Groot Chin
chilla, de Groot Zilver en de Blau
we en Witte Wener als betere kerst-
kenijnen aanprees. En het is toch
al belist, dat er volgend jrar één
van die soorten in het hok zal hui
zen! Negen pond na een half jaar
mesten! Intussen wordt van de
Reus toch danig geschranst. Want
dat van die Chinchilla en zo is
toch maar toekomstmuziek, de
heerlijk gebraden bout smakelijke
werkelijkheid. In heel veel gezin
nen is het tótaal anders. Daar blijft
de braadpan dit jaar ongebruikt op
het rek staan, omdat wie van de
poelier afhankelijk is er bekaaid af
komt. „We krijgen haast geen wild
aangevoerd", kregen we bij de onze
te horen: „Het merste wordt uit
gevoerd. En wat er is wordt bijna
niet door het publiek gekocht. Pe
perduur, meneer! Wat zegt U van
zes, zeven gulden voor een wild
Wmiin? Dat is nog niks vergeleken
bij de prijzen voor de tamme ko
nijnen. Die moeten toch al gauw
een vijf en twintig gulden opbren
gen. In de oorlog waren er veel
mensen die zelf een kerstkonijn
gingen fokken. Dat is heel wat
minder geworden maar U moet
r.iet geloven dat ze nu een bout
panklaar kopen! Veel te kostbaar.
En dan t<? denken dat je vroeger
jaren om deze tijd je étalage vol
had liggen en de bestellingen bijna
niet te verwerken waren, 't Is toch
jammer, want kerstbout is een
goed en smakelijk eten en boven
dien, 't is een traditie. Enfin, die
moeten mijn klanten maar opber
gen bij de. andere verlangens die
nog niet vervuld kunnen worden."
PEN der boeiendste en merk-
waardigste zoogdieren, die ik
in de avond- en ochtendschemering
nogal eens ontmoet, is de egel. Het
is een echt nachtdier, dat je ook
wel eens op een donkere dag tegen
komt, maar dat er gewoonlijk pas
in de duisternis op uittrekt. Over
dag gaat de egel schuil in romme
lige hopen dor blad, in warrige be
schuttende ruigte en optassingen
van allerlei planten. In dit leger is
hij veilig, omdat de bedekking hem
onttrekt aan de blikken zijner
vijanden. Bovendien is zijn lichaam
behoorlijk gepantserd, zodat hij een
tweeledig middel tot verweer en
bescherming bezit.
's Winters kruist de egel niet al
te dikwijls ons pad, omdat hij deze
voedselarme tijd gewoonlijk slapen
de doorbrengt, goed schuil gaande
in dichte bladophopingen en derge
lijke. De slaapperiode van de egel
strekt zich meest uit van Novem
ber tot Maart, de maanden derhal
ve, in welke sneeuwval en vorst
voor de egel zeer grote onaange
naamheden en gevaren zouden
medebrengen.
Aan de andere kant ondervindt
de egel heel snel de invloed van
zachter weersgesteldheden, zodat
hij ook in vorstloze winters zfo'n
slaap wel onderbreekt en er op uit
trekt. De natuurvrienden, die wat
gelukkig zijn, slaan hem in deze
tijd dan ook wel eens gade. Een
aantal jaren geleden nam ik er des
winters ook een bij mij in de buurt
waar. Hij vertoonde zich zelfs over
dag en rolde zich op tot een bitse
bol de kenmerkende verweer
houding toen wy hem naderden.
Wij namen hem op, droegen hem
naar huis en gaven hem daar een
plaatsje in een kistje met hout
krullen. Dadelijk werkte hij zich
daaronder, doch nauwelijks hadden
wij de kamer, die een voor de egel
gezellige donkere hoek had, verla
ten, of ons vermakelijk stekcljasje
klom uit zijn slaap- en schuilplaats
en repte zich naar het schoteltje
melk, dat wjj voor hem hadden
klaargezet en dat hij met een kos-
telyke gretigheid leegdronk Hy
vertoonde ook verder haast niet de
geringste schuwheid meer, nam
tenslotte zelfs de wormen uit onze
hand aan en verborg niet r.teer elk
ogenblik zijn fijne, spitse, donker
leren snuitje en zyn mooie glanzen
de ogen achter de doornige haag
van zijn puntige huidpennen.
Maar zelfs wanneer een sneeuw
laag de wereld dekt, komen som
mige individuen om onverklaarbare
redenen voor de dag. Daar zijn ver
scheidene gevallen van bekend en
door
RINKE TOLMAN
EN Kerstboom hadden we altijd,
zover ik me herinneren kan.
't Was nooit een grote, hij stond op
een tafeltje. Maar vól was-ie wel,
mooi vol, geen lange spriet met hier
en daar een tak, die meer wou lijken
dan-ie werkelijk was.
Vijf cent zakgeld kregen we, mijn
twee zusjes en ik, de jongste. Door
gaans werd op Zaterdag uitbetaald,
als vader zijn ontvangsten telde.
Was de stroom van dubbeltjes, plak
ken en centen tot nette rolletjes in
gedamd, dan kregen we ieder een
stuiver, die op slag werd omgezet
in een nogablok of een reep... be
halve wanneer het tegen Kerstmis
liep. Dan legden we botje bij botje
en spaarden voor een slinger, een
nieuwe piek met engelenhaar of een
be..sneeuw"de bal.
Wonderlijk eensgezind waren we
in die dagen. Dat blauwe glazen vo
geltje met zijn zilveren staart zagen
wij als in een droomgezicht op zijn
spiraalpootjes in ónze boom sidderen
onder het zachte licht van een
oranje kaarsje. En we kochten het.
als we uit school kwamenzo
maarzonder meningsverschil.
Thuis borgen we het veilig weg in
een schoenendoos, waar, tussen de
watten, onze schatten glinsterden...
een molentje met papieren wieken,
een gouden trompetje, een rood tin
kelend belletje
Zy^R waren andere Kerstbomen.
Maar als de onze was opge
tuigd. dan bleek dat de mooiste. De
nichtjes, waar ze het thuis béter
hadden, versierden elk jaar een op
vouwbare boom, die van de zolder
werd gehaald en, afgestoft, een elec-
trisch kaarsensnoer te torsen kreeg.
Bij m'n vriendje stond een pracht
stuk op een voet, die tevens speel
doos was. Als zijn vader aan een
palletje morrelde, dan begon het
gevaarte langzaam te draaien en
toonde zijn ganse glimmende weel
de onder een beverig „Stille Nacht"-
getinkel. Op mij maakte het geen
indruk, we hadden een eigen boom.
Later waren er Kerstbomen
fn een restaurant, als koude stille
Getuige bij het haastig wegslikken
van een ..Kerst-speciaal", waar
na de huurkamer-met-gashaardje
wachttein een soldatencantine
naast de sjoelbak ...bij een meisje
thuis... en, pasgetrouwd, een
boompje met imitatie-opsmuk en
surrogaat-kaarsjes, die eigenlijk
roekeloos verspild werden, omdat er
men slaagde er zelf3 enkele keren
in dit gebeuren fotografisch vast
to leggen. De bewuste egel groef
in de sneeuwlaag cen gehele gang,
hetzy om voedsel te zoeken, hetzij
om andere redenen.
\A7aT de vleermuizen betreft,
mag als bekend worden ver
ondersteld, dat deze zich in 't na
jaar terugtrekken in holten, gewel
ven, groeven e.d. Vermaarde collec
tieve slaapplaatsen vormen b.v.
de Zuid-Limburgse mergelgroeven.
Wanneer zij hier in lethargische
toestand hangen, is de ademhaling
haast niet meer vast te stellen. Tij
dens hun winterslaap treedt bij
onze vliegende zoogdieren cen oo-
Eekhoorntje, een van de mooiste
dieren in het bos. Ieder kent het
leuke beestje, dat zich vaak in de
lanen en tuinen der mensen waagt,
maar pijlsnel kan vluchten als het
gevaar vreest. Dan schiet het om
hoog tegen een boom, maar gluurt
even later weer nieuwsgierig om de
hoek. Vooral in de winter is het 'n
prachtig gezicht, de roodbruine
eekhoorn met zijn grandioze staart
op het felle wit van de sneeuw.
toch een pitje moest zijn, als
's nachts de baby huilde.
[~)IT jaar hebben we weer een
Kerstboom een kleintje,
maar mooi vol. Ik kocht hem met
de jongens samen. Met z'n drieën
zagen we toe hoe de knecht hem
ruw van overtollige takken ontdeed
en aan het kruis sloeg. We droegen
hem behoedzaam naar huis, onze
boom, de eeuwig groene. Daar staat
hij nu. mooier dan welke andere. In
zxjn takken glinsteren een blauw
vogeltje met zilveren staart, een
gouden trompetje, een molentje met
papieren wieken, die wel een beetje
gekreukt zijn, maar dat kan ook niet
anders, de doos stond al jaren bij
Oma op zolder.
„De piek heb ik niet meer voor
je", zei ze me, „die heeft je oudste
zuster al gehaald."
Ik geloof, dat de jongens er voor
aan het sparen zijn. Mijn vrouw
vertelde, dat de oudste er een gezien
had, toen hij uit school kwam een
mooie met engelenhaar. A.P.B
merkelijke temperatuurdaling in.
Gelukkig £aan zij de winter niet
onvoorbereid in: voordat de rust
periode begint, hebben zij in hun
lichaam een flink vetquantum ver
zameld, waarop zij, dank zij de om
standigheid, dat de werking van
hun organen buitengewoon is ver
minderd, maanden lang.kunnen te
ren. Overigens dienen wy er op te
wijzen, dat. wanneer de dieren in
't voorjaar hun schuilhoeken weer
gaan verlaten, zij ongeveer twintig
procent lichter zijn geworden.
Dat het „gezelligheidsinstinct"
bij de vleermuizen sterk ontwikkeld
is, komt niet alleen tot uiting in
het feit. dat sommige soorten er
een collectieve kraamkamer op na
houden, maar tevens In de omstan
digheid, dat zy, gelijk genoteerd,
holten betrekken om er ongeveer
een half jaar lang de voedsel
schaarste uit de weg te gaan.
Interessant is ook de wijze, waar
op de hamster er zich 's winters
doorheen weet te slaan. Genoemd
knaagdier bewoont voornamelijk de
vruchtbare gebieden van Zuid-Lim
burg en is in 't bezit van wangzak
ken, die cen bijzondere rol spelen.
Deze worden namelijk volgestopt
met voedsel. Vooral cultuurvoort-
brengselcn in de vorm van peul
vruchten, aardappelen en granen
zijn van zijn ga<nng. Wanneer de
wangzakken gevuld zijn, gaat hij
naar huis om de inhoud ervan te
deponeren in zijn diep in de grond
aangelegde woning.
Bovendien houdt het knaagdier
een, volgens sommigen af en toe
onderbroken, winterslaap. Wanneer
de hamster in de prille lente wak
ker wordt, begeeft hy zich naar
zijn provisiekast om de voorraden,
in zomer en vroege herfst met ijver
verzameld, aan
te spreken. Als
het rantsoen ver
bruikt is, is het
inmiddels April
geworden en be
staan er boven
gronds weer be-
hoorlyke kansen
om aan de kost
te komen.
E) by an-
dere dieren
kunnen hamster-
neigingen wor
den vastgesteld.
De Engelsen
spreken in dit
verband wel van
de „burying ha-
bit", de begraaf-
gewoonte. Vooral
kan men dit op
merken bij eek
hoorns. Iy 4 dit
verband is het
aardig erop te
wijzen, dat inder
tijd W. Beach
Thomas in The
Spectator mel
ding maakte van
eekhoorns, die in Wimbledon met
grote «ver noten wegstopten in de
tuinbodem.
Veelal kwamen de eekhoorns na
een dag of vier, vyf terug om de
noten op te graven en te consume
ren. Men kreeg hierbij echter de
indruk, dat de dieren zich wel het
terrein in 't algemeen herinnerden,
waar zij hun voorraden hadden ver
borgen, maar dat zy dit toch cen
timeter voor centimeter moesten
exploreren om tenslotte aan de be
geerde noten te komen. Tevens
werd opgemerkt, dat de eekhoorns
bij hun graafwerk ook nog de er
varing opdeden, dat er in de grond
bollen van tulpen en druifhyacin-
th :i zaten, die by tientallen werden
vernietigd. Twee verschillende ge
woonten konden overigens worden
vastgesteld: het begraven, her en
der, van afzonderiyke noten, be
stemd om binnen een week tyds te
worden opgepeuzeld, en het aan
leggen van een uitgebreider winter
voorraad in een holle boom of op
een soortgelijke plaats. Daar de
Engelse winters dikwijls heel zacht
zyn tout comme chez nous
worden de noodrantsoenen dikwijls
niet aangesproken en gewoonweg
vergeten, omdat in open winters
eekhoorns heel gemakkelijk op nor
male wyze hun kostje kunnen op
halen.
takje groen, of men zet er een
kandelaar neer. Men kan voor de
gasten een klein cadeautje, ver
pakt in een Kerstpapiertje als ver
rassing bij het bord leggen. Als
snoepje n& het eten worden na
tuurlijk Kerstklokken en bonbons
in wit en rood papier verpakt ge
presenteerd.
Een tafelstukje kan men ook zelf
vervaardigen. Men gebruikt hier
voor een platte schaal, die men
met mos opvult. Hiertussen zet
men wat witte en rode tulpjes, een
paar sparretakjes en een of meer
kaarsen liefst witte of rode
en een Kerstmannetje. Een klein
beetje „kunstmatige sneeuw" of
goudpoeder erover en u hebt een
keurig geheel.
Een Kerstmannetje kunnen de
kinderen zelf maken. Wellicht hebt
u nog een paar lege cau-de-colog-
neflesjes staan; die vormen, teza-
Zo'n kerststukje kunt u heel een
voudig zelf maken uit een paar
dennetakjes, cen paar kcrstklokjes
en een stukje rood lint.
men met wat rood crêpcpaplcr,
lijm, watten, een schaar en cen
aardappel de attributen, die nodig
zijn voor onze Kerstman. Het fles
je wordt „aangekleed" met een
rood jasje van crepepapicr, waar
langs een rand watten is geplakt.
Een paar armen vouwt men van
krantenpapier, waarover eveneens
rood papier wordt geplakt; men
vouwt ze van voren tegen elkaar
en steekt er bij wijze van kerst
boom cen takje groen tussen. Het
hoofd maakt U van cen aardappel.
Voor het gezicht verwijdert men
een stukje van de schil, en snijdt
cr neus, mond cn ogen in uit. De
muts van de Kerstman is weer een
rood papiertje, met witte watten
omzoomd.
Kerstboom of -kroon?
HET liefst heeft men met de
kerstdagen de traditionele
boom, getooid met flonkerende
versierselen en flakkerende kaar
sen. Maar hoe vaak gebeurt het
thans niet, dat het gezin zich met
één kamer moet behelpen, zodat cr
voor zo'n sta-in-de-weg geen plaats
is. Dat is heus niet erg; maak dan
een kerstkroon, die u net als ïti
Zweden van dennegroen maakt.
Om een geraamte van ijzerdraad
wordt een dikke rand groen aan
gebracht, waaraan de versierselen
worden opgehangen. Wat kaarsen
erop, rode linten eraan, en u hebt
een waardige plaatsvervanger voor
de kerstboom. Men kan hem in de
erker hangdn of om de lamp, bo
ven de tafel.
Natuurlijk worden takjes mist
letoe bij de versiering niet verge
ten! Deze hangt men op die plaat
sen, waar de huisgenoten cn be
zoekers vaak moeten passeren.
Houd cr vooral rekening mee,
dat het Kerstfeest juist het feest
is van 't kaarslicht. Gebruik kaars
verlichting bij alle maaltijden, en
vier deze dagen temidden van uw
huisgenoten in een stijlvol versierd
„home".
Kaarsen horen bij de feestmaaltijd. Haar zachte licht, weerspiegeld in
de glazen, verhoogt de intieme sfeer van het samenzijn rond dc kerst
tafel.
Eerst een geurige groentesoep
met verse groenten en wat bouillon
van afgekookte benen. Sommige
slagers leveren de bouillon ook
direct klaar. Doe er veel stukjes
groente in: peen, gehalveerde
spruitjes, bloemkool, prei, slaboon-
tjes, selderij, erwtjes cn een grote
ui. Laat de groente in kleine blok
jes gesneden eerst smoren in brui
ne boter. Alleen de erwtjes mogen
hier niet bij. Die worden er vlak
voor het opdienen aan toegevoegd.
Maak de soep naar smaak af met
zout en een weinig peper.
Nu iets, waarvoor men maanden
heeft gespaard of opgefokt: een vet
haantje, een lekkere eend of een
mooi groot konijn. Het kan gebra
den, gesmoord of gestoofd worden
en het is werkelijk niet nodig er de
traditionele appelmoes bij te geven.
Rode kool, klaargemaakt met wat
ui, appel, azijn cn kruidnagel
smaakt er ook voortreffelijk bij.
Konijn wordt het smakelijkst
wanneer men het marineert. Snij
het beestje aan stukken en laat het
liefst 48 uur in een marinade van
half azijn, half water staan, waar
aan wat zout, peper, kruidnagels
en laurierblaadjes zijn toegevoegd.
Draai het vlees nu en dan om. Laat
het tenslotte uitlekken, maar be
waar de marinade. Wrijf de stukjes
konijn met boter in en laat ze even
aan alle kanten goed bruin wor
den. Daarna zet U het deksel op de
pan en braad het v*lees af. Het ko
nijn is gaar, wanneer het vlees ge
makkelijk loslaat. Blijf het gere-.
geld bedruipen. Voeg er dan bij
kleine beetjes tegelijk de marinade
aan toe en laat het vlees daarin
nastoven.
Als Kersttoetje geve men zo mo
gelijk een Kerstkrans, cake of een
feesttaart. Is dat te kostbaar, neem
dan een stevige griesmeelpudding
met felrode bessensapsaus of maak
van alle fruit, dat men kan krijgen,
een fruitsalade.
Kersttractaties
Met de Kerstdagen komen vrien
den en kennissen op bezoek; de
kinderen komen over. Er moet dus
telkens iets extra-lekkers worden
opgediend. Voor het eerst sedert
lange tijd zal het een Kerstmis
vrijwel zonder bonnen worden, en
er zijn ruimere mogelijkheden, juist
op het gebied van snoeperij. Er
wordt gefluisterd, dat er amande
len zullen worden gerantsoeneerd
voor de bakkers, zodat er weer
Kerstkransen met echte spijs zul
len zyn! Heerlijk vooruitzicht! Maar
Een geurige groentesoep, rode
kool met appelmoes, konijn en
kerstkrans als toetje
i r_3B
toch zal er nog geen overvloed zijn
en dus is het verstandig, zelf ook
een cake te maken. Hebt U geen
oventje of bakvorm" Dat is geen
bezwaar. Het volgende recept is op
een doodgewone petroleumpit in
een gewone pan te bereiden.
Vermeng een pond zelfrijzend
bakmeel met vijf eetlepels suiker,
een ei, wat zout cn een pakje
vanillesuiker. Heeft U nog wat
krenten overgespaard of wat ande
re stukjes fruit: appel of sinaas
appelschilletjes, heel fijn gesnip
perd, draai die dan door het meng
sel in een ruime kom. Voeg er zo
veel melk aan toe, tot U een mooi
dik beslag heeft. Laat dit even
rijzen. Maak ondertussen de pan
heet op het petroleumstel. Als hij
goed warm is, vet men hem in met
wat boter of margarine. Giet hierin
het gerezen beslag en laat het op
het stel staan tot het beslag boven
op droog is. Nu moet de cake om
gedraaid worden; doe haar over in
een andere pan, vet eerst de war
me pan opnieuw in en schud de
cake ondersteboven terug in de
warme pan. Wanneer de cake weer
een poosje op het vuur gestaan
heeft neemt men de breinaald-
proef om te zien of zij gaar is: als
de breinaald „schoon" terugkomt is
de cake door en door gaar. Laat
haar veór 't gebruik goed afkoelen.
Ter ere van Kerstmis kunt U de
cakeplakken smeren en met suiker
bestrooien, maar nodig is het niet.
Dit soort cake wordt het beste op
een petroleumstel of -kachel be
reid- Het moet een zacht vuurtje
zijn, anders brandt zij aan.
Kerstkransjes
Kneed een zandtaartdeeg van
250 gram bloem, anderhalf ons
boter, een ons basterdsuiker, een
theelepel bakpoeder, een ei en wat
geraspte citroen- of sinaasappel
schil, bewaard van vorig jaar. Rol
de deegbal uit op een met bloem
bestoven tafel tot een vrij dunne
lap. Steek er rondjes van met cen
glas of servetring en dan met een
kleinere ring nog weer eens rondje
binnen in de cirkel; zo verkrijgt
men de kransvorm. Leg de kransjes
op een beboterd bakblik, bestrijk
ze met een geklopt ei en bestrooi ze
met kristalsuiker en zo mogelijk
met fijn gesnipperde amandelen of
andere stukjes noot. Bak ze dan
gaar in een matig verwarmde oven.
Als ze lichtbruin zien, na tien mi
nuten ongeveer, de oven moet te
voren op temperatuur gebracht
worden, zijn ze klaar.