IN BETHLEHEMS STAL
DE OS EN DE EZEL BIJ DE KRIBBE
Brandgevaar
L buiten onze grenzen 1
S Kerstgebruiken
rijdag 24 December 1948
3
IEDER, die zich gaarne in de kunst
geschiedenis verdiept, heeft wel eens
opgemerkt, dat er op de voorstellin
gen van de geboorte-verhalen bij de
kribbe heel dikwijls een os en een ezel
worden gevonden. Men behoeft alleen maar
aan de oude Holbein of aan Dürer te
denken en men herinnert zich terstond, dat,
naast Maria en het kind, ook een rund en
een ezel op het schilderij worden aan
getroffen. Hoe is deze voorstelling ontstaan
en hoe kunnen wij haar verklaren? Op
de oudste afbeeldingen, die vooral na het
midden der vierde eeuw in het Westen te
vinden zijn, komen het rund en de ezel
bij de kribbe reeds voor. Zo is er bij voor
beeld een fresco in de graven van de kerk
S. Sebastiaan aan de Via Appia te Rome,
waarop het kind, in doeken gewonden, op
een houten kribbe van zodanige hoogte ligt,
dat een ezel en een rund hun muilen op het
voeteneinde van het kind kunnen leggen. Het
gezicht van het kind Jezus is met een heili-
gen-aureool omringd.
Bij de vraag naar het ontstaan en de ver
klaring van deze voorstelling moeten wij
vooral met twee motieven rekenen. In de
eerste plaats wilde men in de oude kerk de
geboorteverhalen, zoals deze ons uit de Evan
geliën bekend zijn, graag opsieren. En in de
tweede plaatj bracht men uit het Oude Tes
tament allerlei plaatsen met de geboorte van
Christus in verband, die volgens een diepere
uitlegging (de zogenaamde allegorische ver
klaring) op de komende Messias moesten
wijzen.
Er was in de eerste plaats de begeerte om
de geboorte-verhalen op te sieren.
Het zal onze lezers bekend zijn, dat er ook
Evangeliën buiten de vier Evangeliën, die wij
in het Nieuwe Testament bezitten, zijn over
geleverd. Deze nict-kanonieke Evangeliën
hebben alle dit met elkaar gemeen, dat zij
allerlei dikwijls zeer zonderlinge bijzonder
heden o.a. over de jeugd van Jezus weten te
vertellen, bijzonderheden, die voor de ge
schiedenis der christelijke kunst heel dikwijls
van de grootste betekenis zijn geweest.
Vooral het'zogenaamde Protevangclie van
Jacobus is voor ons van belang. In het zesde
hoofdstuk van dit, uit de tweede eeuw date
rende boek, wordt ons verhaald, dat Jozef
met Maria naar Bethlehem trok. Jozef za
delde een ezel en liet Maria er op zitten.
Omdat er tegen de tijd der geboorte geen
gewoon huis was te vinden, nam Jozef met
Maria zijn intrek in een spelonk en werd
Jezus bij Bethlehem in een grot geboren. In
het verdere gedeelte wordt dan de komst der
wijzen uit het Oosten beschreven. Toen
Maria vernomen had, dat alle kinderen in
Bethlehem moesten worden vennoord, wik
kelde zij het kind in doeken, en legde zij het
„in een voor het rundvee bestemde kribbe".
Uit het verhaal in het Protevangclie van
Jacobus blijkt, dat de ezel Maria naar de
grot bij Bethlehem droeg. De tekst veronder
stelt ook dat de ezel, zolang Jozef en Maria
daar vertoefden, in de grot is gebleven. Be
langrijk is ook, dat er van „een voor het
rundvee bestemde kribbe" gesproken wordt.
Van een rund of een os is hier nog geen
door
prof. dr. M van Rhijn
VJ
sprake. Maar van hieruit is het toch begrij
pelijk, dat het in de vierde eeuw en later
tot de bekende voorstelling van de twee
dieren gekomen is.
NAAST de begeerte om de
Evangelische verhalen op te
sieren, bestond in de oude
kerk het verlangen om allerlei
plaatsen m het Oude Testa
ment in verband met de
komst van Christus een diepere betekenis
te geven. Vooral Jesaja i vers 3 heeft met
betrekking tot onze vraag een belangrijke
rol gespeeld. De profeet Jesaja klaagt daar
over de ontrouw tegenover God bij zijn volk
en schijft„Een rund kent zijn bezitter, een
ezel de kribbe van zijn meester-Isracl kent
niets, mijn volk heeft geen inzicht".
Verschillende kerkelijke schrijvers der
vierde en vijfde eeuw hebben deze woorden,
op een voor ons besef heel eigenaardige ma
nier, met Christus in verband gebracht.
In zijn uitlegging van het Evangelie van
Lukas legt de bekende bisschop van Milaan
Ambrosius (f 397) vooral de nadruk op de
vrijwillige armoede, waarin de verlosser der
wereld geboren werd, en.ziet hij in Jesaja 1
vers 3a een profetische voorzegging van deze
armoedige verhoudingen.
De Spaanse dichter Prudcntius, een jon
gere tijdgenoot van Ambrosius, gaat er in
een van zijn verzen als vanzelfsprekend van
uit, dat viervoetige dieren het kind in*de
kribbe hebben aangebeden. De os en de ezel
zijn hier zinnebeelden van het ruwe volk, dat
door de dichter tot een waardiger viering
van het Kerstfeest wordt opgewekt.
De grote kerkvader Augustinus noemt Je
saja 1 vers 3 ook^een voorzegging van de
aanbidding van het kind in de kribbe. De os
is bij hem het symbool van de Joodse her-
ders, terwijl de wijzen uit het Oosten worden
aangeduid door de ezel.
Het was echter vooral Hieronymus hij
woonde te Bethlehem en is vlak bij de plaats
der geboorte begraven (f 420) die op de
voorstelling van rund en ezel bij de kribbe
de meeste invloed heeft gehad. Ook hij
brengt Jesaja 1 vers 3 telkens met de geboor
teverhalen in verband. Daarbij gaat hij ook
meermalen van de veronderstelling uit, dat
Jezus in een grot bij Bethlehem is geboren,
maar voor de duidelijkheid laten wij deze
kwestie hier verder rusten.
Hieronymus vertelt in zijn geschrift over
zijn gestorven vriendin Paula onder meer van
de indrukken, die Patila bij haar eerste komst
te Bethlehem heeft gekregen. Nadat zij het
graf van Rachel bezocht had dit graf ligt
vlak bij Bethlehem ging zij naar de grot
der geboorte en zag zij het heilige verblijf van
de maagd Maria en de stal „waarin een rund
zijn bezitter kent en een ezel de kribbe van
zijn meester" (Jesaja 1 vers 3!), opdat ver
vuld zou worden wat in Jesaja 32 vers 20 ge
schreven staat„Heil u, die aan alle wateren
zaait, die de voet van rund en ezel vrij laat
dolen". Deze uitlegging van Jesaja doet ons
al heel vreemd aan. Blijkbaar heeft het feit,
dat in beide gevallen van „rund en ezel" ge
sproken wordt, Hieronymus er toe gebracht
deze teksten met de geboortegeschiedenis van
Christus in verbinding te brengen.
Wij weten niet, wie Jesaja 1 vers 3 het
eerst de diepere betekenis in verband met de
geboortegeschiedenis heeft gegeven, maar
het staat wel vast, dat de besproken eigen
aardige oud-kerkelijke uitlegging van Jesaja
„rund, of os, en ezel" in de kunstgeschiedenis
heeft gebracht.
De woorden en begrippen „os en ezel"
hebben een eigenaardige geschiedenis gehad.
Wij kennen allen het „noch zijn os, noch zijn
ezel" uit de Tien Geboden. Ons woord
„schorriemorrie" is uit de Hebreeuwse woor
den voor „os en ezel" ontstaan. En in de
oude kerk zijn de os en de ezel de getuigen
van de geboorte van Jezus en, bijvoorbeeld
bij Hieronymus, ook de zinnebeelden van
mensen en volken, die het Kerstkind aanbid
den. Zo krijgen de gewone dingen van het
dagelijkse leven, een os en een ezel, onver
wacht een diepere achtergrond. In de Tien
Geboden moeten de os ep de ezel op de Sab
bat rusten. In onze taal worden os en ezel
het „schorriemorrie", dat is het uitvaagsel
der maatschappij. En bij de kerkvaders tre
den zij, al s het dan op een hoogst eigen
aardige wijze, als vertegenwoordigers van de
adventsverwachting op.
A
T TRIENDELIJK en ivarm Kaal en ziv art geblakerd
V straalt het licht van de staan er de resten van ons ver-
Kerstboom in uw huiskamer, brande levenshuis. De droom is
en de vlammetjes der kaarsen wreed verstoord. Grimmig de
spiegelen zich in blijde kinder- werkelijkheid. De werkelijk-
ogen. Wat kunt u mooier be- heid, die de Christus wilniet
denken. Maar iveest waak- de vrome camouflage. Dat be-
zaam: er is slechts ee& kleine tekent een val... èn een op-
onachtzaamheid nodig, en die standing voor velen. Want
vriendelijk-stralcnde kerstboom velen, die zich geestelijk rijk
wordt een vlammende bedrei- waanden, komen in de armoede
ging van u en dc uwen. van dit gericht als bedelaars
tol Hemdie slechts armen rijk
Nu buigen we over het kerst- kan maken
evangelie heenlezen van de
flonkerende verwachting, van Dat is de inhoiMvan het
de stralende hemelvreugde, van Kerstevangelie. Daarmede zou
de lichtschijn in de duisternis, alles gezegd zijn, wanneer we
We kijken op van het oude niet te maken hadden met die
verhaal en zien de wereld in vermoeiende omkeerbaarheid,
brand, laaiend de haat, ver- Want dat, wat bittere ernst is,
zengend hel onrecht. En het wordt alras versiering van ons
verhaal van het Kind van kerstfeest. De sneeuw is er niet
Bethlehem is vreemd en ver. koud en wreed, maar zacht,
Er is geen overbrugging van omsmeltbaarmaarzéér
daar naar hier. Van het stille brandbaar. De duisternis is er
blijde licht naar de wereld in niet, „omdat 't zo donker is
brand. maar alleen, opdat de kerst-
Wat kan. dan de zin nog bJoomJ b'ter uitkome. Achter
p die duisternis weten we het
knopje te vinden, waarmee we
Hel Kind zelve heeft hel afc ]iei laatste kaarsje is uit-
antwoord gegeven. Groot ge- gedoofdhet kunstlicht terug-
worden, heeft de Here Jezus roepen, en daarmede weer in-
gezegd (Lu-c. 12 49) Ik ben eens gewoon in de werkelijk-
gekomen om vuur op de aarde heid van ons eigen leven staan,
te werpen. Niet alleen de De armoede is er geen barre
kerstboom is een gevaarlijk bc- noojt maor aucen een vr{erujc.
zit in uw huiskamer. Het kerst- lijke stoffering van het kerst
evangelie is dat ook. Het kan feesiwaaraan we ons weldoen-
stil flonkeren, zodat ge er met de hart kunnen ophalen. We
vrome ogen naar luisteren pinken een traan weg, geven
kunt. Maar wanneer de Geest een gifL £en jl€el enkele wil
van God dit Woord gaal aan- het nog wat echter. Die vraagt
blazch, dan slaan de vlammen aan wijkdominé, die natuur-
er uit. De oude tempelwachter lijk als dienaar des Heren wel
Simeon weet er van, ivanneer niet alles, maar toch bijna alles
hij, het Kind in de armenweet, om een privé-arme. Ze
zingend profeteert: moeten hel echt nodig hebben,
Uwe zaligheid, die Gij be- maar het moet wel een nel ge
reid hebt voor het aangezicht z^n z9n en zo, geen ongedierte.
van alle volkeren, een licht tot r» j-
j Ltat is de nood: die ver-
verlichting der heidenen, en tol schrikkclijke -omhterbaarhcid>
heerlijkheid van Uw volk waardoor we mn de armocd'
Israel. Deze wordt gezet tot een de ,tojjeri makm en mR de
val en opstanding van velen ,n duisteTnU de inlimiteiL Maar
Israel, en tot een teken, dat !rannMr ,lel vuur mn em yer_
wedersproken zal worden... waartoosde kaarsvIam f„ uw
opdat de gedachten u,t veler dennehoom j wan.
harten geopenbaard worden7 j;-
neer de gordijnen er aan gaan
U begrijpt dit niet helemaalen al het andere, dan is de aar-
Ik ook niet. Maar dit begrijp digheid er volstrekt af. Wan-
ik wel: wanneer de brand van neer het Wfoord des Heren, dat
Zijn Woord door mijn leven als een vuur op de aarde ge-
gaat laaien, dan worden alle komen is, de franje van uw
mooie, zachte vriendelijke leven aantast, dan is dc aardig-
dingen en gedachten wegge- heid er ook af. Dan beseffen
schroeid, dan blijft alleen overwe het: Kerstfeest is vuur-feest.
wat vuurvast is! En vuur is gevaarlijk. v. E.
FRAGMENT VAN ..DE GE
BOORTE VAN CHRISTUS
door Hans Baldung, die een
der belangrijkste leerlingen
van Dürer was en misschien
de grootste vertolker van de
psychische gesteldheid der die
ren, die ons in de kunst van
het Avondland bekend is. Op
het afgebeelde detail van .De
Geboorte van Christus" blijft
het wijd-open oog van de hië-
ratisch neerliggende dieren ons
achtervolgen. In deze os en
ezel is de existentiële zwaar-
vioedigheld van het schepsel
als 't ware magisch getroffen.
Ais in oiize kerstbomen de kaarsjes branden worden
in vele landen nog kerstvuren ontstollen
DE geschiedenis van de Kerst
boom is bekend en even be
kend is het gebruik van mistletoe,
en Advents- en K^stspelen. Maar
er zijn nog zoveel gebruiken onbe
kend gebleven, dat we hier ter af
wisseling eens enkele nader zullen
beschouwen.
Wie denkt er bijvoorbeeld nog
aan, als op Kerstavond de kaarsjes
in de Kerstboom branden, dat het
flakkerlicht een overblijfsel is van
het laaiende Kerstvuur, zoals het
in vele landen nog heden ten
dage wordt ontstoken. Zo wor
den in verschillende streken van
Frankrijk ii. de Kerstnacht, ker-
se- en pruimebomen en eiken
stammen verbrand. In Albanië nam
en neemt men misschien nog de
takken van kersebomen daarvoor.
„Iedere Christen moet met Kerst
mis zijn Kerstblok hebben om zich
eraan te warmen." Dat was eens de
oorspronkelijke betekenis van het
vreugde-feest. Er zijn in Denemar
ken en in andere verafgelegen
delen van Europa zoals in Bosnië
en Letland nog oude overleverin
gen, volgens welke het een onge
schreven wet was, dat de burge
meester en de dominee op Kerst
avond een dik houtblok thuisge
stuurd kregen. In enige Oostenrijk
se gemeenten werd houtdiefstal
omstreeks Kerstmis niet vervolgd.
In Joegoslavië
T N Joëgo-Slavie heten de Kerst-
-1 avond en Kerstdag veelal Blok
avond en Blokdag. In de houtveste
rijen wordt al enige dagen voor
Kerstmis een blok hout gehakt, dat
bij vallende duisternis in huis
wordt gesleept. „Welkom, houtblok,
moge God je beschermen," roepen
alle aanwezigen met de pet in de
hand. Het blok wordt dan met
tarwe, maïs en gedroogde druiven
bestrooid, waarmee de plechtigheid
is afgelopen, zodat het feestmaal
kan beginnen. Gelijkluidend is het
feest in het vroegere Montenegro,
waar het blok met een brood en
een kroes wijn wordt begroet en
vaak legt men ook een bosje vlas
op het blok neer. De betekenis van
deze handeling zal wel gelegen zijn
in de gedachte van het offerblok.
Het gebruikelijke maal op het
blokfeest bestaat uit een soep met
wijn, honing en peper, lever en
een reusachtige schapenbout.
In Scandinavië
Tn de Scandinavische landen is
-1- Kerstmis het Joelfeest. In vele
dorpen staan op deze dagen de
deuren wijd open voor iedere gast
en in de meeste herbergen kunnen
de rondreizenden gratis eten. Het
voornaamste gerecht op Joelavond
is het „lutfisk" een speciale vis
soort; daarnaast ook gebraad en
het Joelbrood.
Oorspronkelijk is het Joelfeest
een heidense plechtigheid geweest,
afkomstig van de Germanen, zoals
vele Germaanse zeden nog onbe
wust voortleven in onze Christelij
ke feestdagen. Daarenboven is het
Joelfeest in Scandinavië het feest
voor het dier. De beesten krijgen
een dubbele port'; voer en worden
extra verzorgd.
Ook in Albanië krijgen de dieren
hun deel en het eerste Kerstbaksel
wordt naar de ossen in de stal ge
bracht. In Scandinavië strekt de
dierenliefde zich zelfs uit lot de
vogels. Op alle boerderijen, ja zelfs
op alle balconnetjes in de steden
worden vogelnestjes ingericht,
waar gedurende de Joeltijd gierst
en haverstrengen worden gehan
gen.
In Tirol
IN het Inndal is het gebruikelijk
dat omstreeks Kerstmis twee
jonge knapen zich als ezel „ver
kleden", door zich onder een grijze
lap te verbergen en een mombak
kes van een wild-uitziende ezel
voor te doen, zodat alleen de vier
benen zichtbaar zijn. Een derde
jongeling leidt dit bijzondere dier
van boerderij tot boerderij, waarbij
een bonte stoet van als zigeuners
verklede burgers, ook wel als land
loper of gedrocht vermomd de rij
sluit. Op iedere boerderij wordt dc
ezel, die ziek heet te zijn en daar
om een erbarmelijk geschreeuw
voortbrengt, door de bewoners „ge
voerd", maar het beestje is zo ziek
dat het niets lust zodat zijn bege
leiders het lekkers maar opeten.
De avond voor Kerstmis zelf
wordt in stille overpeinzing door
gebracht. Middernacht na de mis
wordt een grote maaltijd aange
richt, terwijl de broodkruimels
daarna in de kachel worden ver
brand, „opdat ook de elementen
bevredigd zullen zijn." De volgen
de morgen rookt de boer zijn huis
uit (weer een heidens gebruik) en
zegent de bomen, opdat ze het vol
gend jaar rijk vruchten zullen
dragen. Ook de meisjes, die 'snachts
de Kerstkoek gebakken hebben,
moeten met hun nog onder het
deeg zittende armen de bomen om
helzen, opdat de oogst groot zal
zijn.
Vroeger in Engeland
DAAR hier van bijzondere en
onbekende kerstvieringen spra
ke is, mag zeer zeker het Engelse
Kerstfeest van 300 jaar geleden
niet ontbreken. Toen was namelijk
het Kerstfeest... verboden!
In het zogenaamde „lange par
lement" dat in 1640 door koning
Karei van Engeland bijeengeroe
pen werd, hadden de Puriteinen de
meerderheid en deze bekrompen
partij zette door, dat iedere eerste
Woensdag in de maand als strenge
vastendag werd vastgesteld. Toen
toevallig in 1646 het Kerstfeest
op zo'n Woensdag viel, vaardigde
het parlement het bevel uit, dat
ook deze dag niet gevierd mocht
worden.
Er waren veel burgers in Enge
land, wie het onverschillig liet of
ze van de koning dan wel van het
parlement de wetsbepalingen ont
vingen, maar het was hun niet om
het even dat het Kerstfeest werd
verboden. De overheid had bevo
len de winkels open te houden,
maar slechts weinig winkeliers
hielden zich aan dit voorschrift.
De enkelen, die de moed hadden
het regeringsbevel op te volgen,
werden door het volk geplunderd.
Dr- kerken moesten ook gesloten
zijn, maar in de kerk van St. Mar
garet te Westminster werd toch
gepreekt en altaar en kansel waren
met dennegroen versierd. Natuur
lijk werden de voorganger, de kos
ter en de voorzanger gearresteerd,
maar de politie werd door het volk
zo belaagd, dat zij de arrestanten
met een „ernstige vermaning" lie
ten gaan.
Het jaar daarop herhaalde zich
het oproer van het volk, dat zich
het Kerstfeest niet ontnemen liet.
Het parlement besloot toen. Kerst
mis geheel af te schaffen. Duizen
den protestanten namen stelling
tegen deze maatregel en relletjes
tegen de parlementsleden waren
aan de orde van de dag. Toch kon
het niet voorkomen, dat het verbod
bleef gehandhaafd. Ook toen enige
jaren later Cromwell aan de macht
kwam, bleef Kerstmis op „de in
dex", alleen voor schooljongens
cchreef hij vóór, dat elke tweede
Dinsdag in de maand een feestdag
zou zijn, ter compensatie van het
weggevallen Kerstfeest.
Zo bleef het, tot Karei II in 1660
de troon besteeg en aan deze toe
stand een einde maakte. In dat
jaar werd voor het eerst na twin
tig jaren weer het Kerstfeest ge
vierd en natuurlijk uitbundiger dan
ooit tevoren.
In Amerika
EP Is nog een geval bekend dat
het Kerstfeest genegeerd werd,
zij het dan niet om religieuze of
politieke redenen.. Dat was in 1876
in Amerika. In dat jaar verklaar
de de directie van de New Yorkse
Beurs, dat in tegenstelling tot vroe
ger de Beurs op 24 December
„Christmas eve" geopend zou zijn
en dat de handel normaal zou
plaats hebben.
Waarschijnlijk was Wallstreet
nog niet zo op het verdienen inge
steld als vandaag aan de dag want
alle makelaars, beursbezoekers en
de klerken gingen tot een spoptaan
protest over. Tezamen met de ban
kiers en procuratiehouders ver
schenen zij In de vreemdste car
navalskleding en toen de deuren
geopend werden vluchtten ze niet
naar hun boxes, maar richtten een
carnaval aan, zoals er in geen ja
ren gevierd was.
Met dit protest werd de grond
slag gelegd voor de jaarlijks weer
kerende traditie van het Kerstbal,
die tot in deze eeuw nog heeft
voortgeduurd.