Wie weet tegenwoordig nog
wat een Palmpaas is?
A delbert Ijsbeer
fare
pages
3orlog bracht oud gebruik
de genadeslag toe
Voor onze
bakvisjes
Paedagogie is niet te leren
uit een boekje
Wïokie Sproet vangt de dief
maar
ui
AKKERTJES
Zaterdag 9 April 1949
Een boerenjongetje ut Borne
toont trots de door hemzelf
vervaardigde Palmpaas. Re
productie uit dr. Cath. C. v.
d. Graft's boekje „Palmzon
dag".
"VTORGEN is het Palmzondag, waarop voorheen de kinderen
v-*-met een zogenaamde ..Palmpaas" plachten rond te lopen en men in
averse streken van ons land getuige kon zijn van merkwaardige volks-
èbruiken. Hier en daar zijn zij nog altijd in zwang Het vorige jaar werd
nder de rook van Utrecht nog een Palmpaas-optocht gehouden en er zijn
og kleine dorpjes in Nederland, waar op de Zondag voor Pasen het oude
'almpaas-liedje klinkt. Toch is er alle reden toe. over de Palmpaasgebrut-
:en in de verleden tijd te schrijven Reeds in 1906. toen op initiatief van
r. A. Beets en dr. C. Cath van de Graft te Utrecht'de eerste Nederlandse
'almpaastentoonstelling werd gehouden, was het ronddragen van de Palm
aas een gewoonte, die in onbruik raakte. Sindsdien is het steeds verder
ïtgestorven.
Midden in de tweede wereldoorlog
jn wij er eens op een prille voor
jaarsdag op uitgetrokken om in een
lein Achterhoeks plaatsje iets van
e oude Palmpaasgebruiken aan de
■eet te komen. Wij wisten, dat men
aar de oude zeden altijd in ere had
ehouden en wij wilden proberen
en Palmpaas te bemachtigen. Het
leek verre van gemakkelijk. Een
an de belangrijkste onderdelen van
e Palmpaas is de broodkrans. die
ïoet worden geleverd door de plaat-
elijke bakker. Maar na de invoering
an de brooddistributie was er geen
eel voor dergelijke doeleinden
ieer beschikbaar. De bakkers in dat
leine Achterhoekse dorpje waren
kunst nog allerminst verleerd
rlaar er werden geen palmpasens
eer vervaardigd.
Een bekend schrijver over Ach-
rhockse folklore, Gerrit Jan Klok-
lan, die in dat plaatsje woonde,
racht toen uitkomst. ..Noem mijn
iaam maar", zei hij terwijl hij ons
iet adres van een bakker in de hand
ipte. Het bleek een toverwoord te
[yn Wij kregen onze broodkrans.
loewel het extra werk betekende en
ij de enigen waren voor wie er dat
iar daar in dat plaatsje een werd
;ebakken
Dit voorval illustreert wel duide-
ijk, dat de oorlog op de Palmpaas-
ébruiken een nadelige invloed heeft
litgeoefend. Van de jaren tussen 1914
|n 1918 kan hetzelfde worden gezegd
tijd is wellicht niet ver moer, dat
n 'n Palmpaas-optocht alléén nog
iaar op een plaatje kan bewonderen,
et opgroeiend geslacht zal niet meer
an Palmpaasgebruiken weten, ten-
lij de folkloristen registreren, wat
it op heden nog behouden bleef,
an pogingen, en zeer geslaagde po-
ingen daartoe ontbreekt het niet.
De beste studie over de Nederland-
je Palmpaasgebruiken is nog altijd
iet in 1938 verschenen werkje
Palmzondag" van dr. C. Cath v. d.
ïraft. Zij schetst daarin o a ook uit-
oerig het tegenwoordige Palmpaas-
lebruik. dat wil dan natuurlijk zeg
en het Palmpaasgcbruik aan de
ooravond van de jongste oorlog.
We lezen in haar boekje, dat ver-
ehccn bij de uitgevers-maatschappij
)os!hoek te Utrecht, over de Mei
oom. in zeker plaatsje ..Paas-staak"
:eheten. die onder veel ceremonieel
n het bos werd gekapt, naast de
^aasstapel werd verbrand en in ver
seinde vorm in de Palmpaas is blij
den voortleven We vernemen voorts
-teressante bijzonderheden over de
mddeleeuwse Palmprocessic en ho-
I en. waarom de Palmpaas met pro
cessie en Meiboom in verband moet
orden gebracht. En dan schrijft
nej. v. d. Graft natuurlijk ook, hoe
iet Nederlandse Palmpaasgebied
teeds kleiner wordt. Zij vermeldt
lijvoorbeeld om even bij de pro-
incie Utrecht stil te staan hoe
nds het jaar 1906 de Palmpasens
an Culemborg. Doorn. Vianen en
Jtrccht'zelf verdwenen zijn.
Wie weet tegenwoordig nog hoe
en Palmpaas moet worden gemaakt
en hoe of 't oude Palmpaasliedje is?
Het zijn er maar weinigen. Dat is
soms een grote moeilijkheid, wan
neer men er op uit is het uitsterven
de Palmpaasgebruik kunstmatig in
stand te houden
Er was een tijd. dat men Palm-
paasoptochten niet behoefde te orga
niseren, omdat zij overal spontaan
plaats vonden. Dat waren de dagen,
dat overal nog de jongens en de
meisjes hun met loof en lekkernijen
versierde palmstok ronddroegen, met
bovenop de broodkrans en soms ook
nog enkele uit brood gebakken
„zwaantjes": dat men overal op
Palmzondag nog het liedje hoorde
van:
„Pallem, pallem Pasen,
Eikoerei, eikoerei,
Als 't nog eenen Zondag is,
Dan eten wij een ei,
Een ei is geen ei,
Twee ei is een hallef ei,
Drie ei is een Paasei!"
Die tijd is voorbij. Rationalisatie en
mechanisatie, standaardisering en
vervlakking, waardoor al zoveel
folklore is verdwenen, hebben ook
het Palmpaasgebruik de genadeslag
gegeven. Maar juist daarom is het
goed dat er boekjes zijn verschenen,
zoals dat van dr v. d Graft, waarin
er voor volgende generaties zoveel
over staat opgetekend.
Is dit model niet
charmant?
/S dit geen charmant mo
delletje voor jeugdige fi
guurtjes? Leuk in effen stof,
opgevrolijkt door een fris
ruitje of streepje, maar ook
aardig in bedrukt materiaal
met een garnering van dit
piqué. En dan kunt u nog de
kraag en manchetten van de
japonstof nemen en er een
afstekende ceintuur en hals
ketting fof zo'n zwierige
grote strik!) bij dragen.
De rok bestaat uit S baan
tjes, waarvan de twee ach
terbanen van boven op 7 cm.
breed ingerimpeld worden,
zodat daar wat meer ruimte
ontstaat. We stikken in voor-
en rugpand de figuurnaden,
waarna we de zij- en schou
dernaden sluiten. De laatste
even inhouden op de aange
geven plaats. Het splitje op
de rug voorziet u van knoop
jes en lusjes. We zetten de
mouwtjes tussen de dubbele stof van de manchetten en
rand tussen de kraag. Wilt u deze van achteren u~'
HULPMIDDELEN OM ONS INZICHT
TE VERDIEPEN
BIJ de familie X waren ze die middag aan hetgniffelen'en gnnneken.
't Ging om het kind van de Tersteeg's. 't Is een onmogelijk kind,
zei Mevrouw X. Het kind liegt en ik geloof zelfs dat het nu en dan gapt
Geen grote dingen, maar toch.... 't Is zielig voor die mensen, maar
stel je voor, nu zijn ze er mee naar een bureau. Een bureau voor moei
lijke kinderen. Denk 's in, daar zit natuurlijk een juffrouw, die zelf geen
kinderen heeft en die zal hun dan eens een lesje in opvoeden geven.
Ik zeg maar zo, als je 't uit je zelf niet weet als moeder dan kan een
vreemde het heus niet voor je opknappen.
Ja, zei meneer X, en dan lezen die Tersteeg's alle mogelijke boekjes
over opvoeding. Daar' willen ze het zeker uithalen, de paedagogie. Als
Pietje de boel stuk slaat in baldadigheid, kijk je maar op pagina 16 en
daar staat wel wat je er tegen moet doen. Vooruit maar. opvoeding haal
je uit een boekje. Nee, ik zou zeggen, opvoeden moeten de ouders uit
zich zelf kunnen.
we eens nagaan: Hoeveel mensen
komen we niet dagelijks tegen in
onze omgeving, waarvan we zeg
gen: O, wat een hopeloze man! Vol
komen abnormaal! Of: Wat is dat
toch een zielig mens, wat heeft ze
't vreselijk moeilijk met zichzelf.
Zijn er niet gevallen te over van
lieden, die hun draai niet kunnen
vinden, die vastgelopen zijn in de
maatschappij of in het huwelijk of
meestal in allebei?
Sommigen komen bij een psy
chiater terecht, anderen blijven hun
leven lang doormodderen. En al die
gevallen zijn practisch terug te
brengen tot een verkeerde opvoe
ding in de jeugd.
Inderdaad, het is zo: Opvoeding
haal je niet uit een boekje.Maar
weten de ouders het altijd uit zich
zelf? Hebben ze de kunst van op
voeden meegekregen als een na
tuurlijke gave?
U weet het lang niet
altijd „vanzelf"!
't Is niet alleen de familie X die
er zo over denkt; deze opinie is vrij
algemeen. Maar 't gekke is dat de
kinderen van de familie X en van
vele anderen, die zo spreken, ook
geen lichtende voorbeelden zijn. Als
33
B.W.
SSc.M.
hals
omhoog dragen,
dan sluit u de
achterkant ge
heel met knoop
jes en lusjes, bij
een omgevou
wen kraagje is
één knoopje te
gen de vouw
voldoende.
U kunt desge
wenst ook een
treksluitinkje
nemen, dat u in
de kraag door
laat lopen. Zo
nodig maakt u
in de linkerzij-
naad vande ja
pon nog een
splitje.
Kijkt u vóór 't
knippen of de
lengte van de
rok naar uw zin
is? Maak deze
bij heel jonge
meisjes vooral
niet te lang.
Heeft u stof van
90 cm breed zon
der klim of val,
zodat u de rok-
baantjes om en
om kunt knip
pen. dan kunt u
volstaan met
3.50 m. stof.
Ella Bezemer.
,.Zo maar vanzelf?"
Tja, bij een harmonisch huwelijk
van verstandige ruimdenkende
ouders in een normaal gezin dat
maatschappelijk behoorlijk gesi
tueerd is, heeft men een goede kans
op de juiste opvoeding „zo maar
vanzelf". Want de sfeer in zo'n ge
zin, het vrij zijn van ruzies, geld
zorgen, angsten of domme vooroor
delen, garandeert al een mate van
harmonie bij de ontwikkeling van
de kinderen. En dan nog, zelfs in
zc'n gezin, zijn de kinderen vaak
behept met moeilijke eigenaardig
heden, waarvan niemand begrijpt,
hoe ze er aan komen.
Laat staan bij de veel te vele, de
talloos vele gevallen, waarin de
ouders niet zo harmonieus en zor
genvrij samenleven. De krakende
huwelijken, de moeilijke sociale
omstandigheden, de slechte behui
zing en vooral de kortzichtigheid,
dat zijn elementen die te veel de
sfeer bederven, waar in de kinde
ren opgroeien en die de kans doen
toenemen, dat deze kinderen de
neurotische mensen van de toe
komst worden.
Het kind, dat volkomen onhan
delbaar is. het kind dat jokt of
steelt, het kind dat niet scheppend
bezig is in zijn spel. maar zijn acti
viteit omzet in lelijke streken, het
kind dat plaagt en treitert, dat niet
leren wilWeten we heus uit
ons zelf. wat we met die kinderen
aan moeten?
Evelien spreekt
VAN VROUW
TOT VROUW
Nee, want we weten niet, waar
al die onhandelbaarheid vandaan
komt. We weten niet uit onszelf,
waarom het kind zo doet.
Waarschijnlijk ligt de fout in de
prille jeugd, in ieder geval ligt de
fout bij ons, ouders en bij de om
geving. die we zelf gemaakt heb
ben. We moeten het dus gaan be
grijpen, gaan inzien wat er aan
hapert, en daarvoor hebben we de
hulp van buitenaf nodig.
En het is heus niet onmogelijk,
dat we dat inzicht uit een boek ha
len. De boeken, waar meneer X
over gniffelde! Want er is veel
goeds geschreven over opvoeding
en over kinderpsychologie. Als we
gaan neuzen in de bibliotheek zul
len we vanzelf dingen vinden, die
onze aandacht trekken en litera
tuur tegenkomen over gevallen, die
overeenkomen met het geval van
onze Jantje of Mientje.
,1 Is geen kookboek!
Als we maar met oordeel lezen
en met verstand en niet dat paeda-
gogisch boekje gebruiken als een
kookboek, waar je het recept op
blz. 16 kunt vinden.
Evenmin is het dwaas, om met
een moeilijk kind naar een psychia
ter te gaan of naar een medisch-
psychologisch bureau, zoals er in
elke grote stad zijn te vinden.
Want de juffrouw „die zelf geen
DF. KINDERKRANT"
IZ APPERSBEDIENDE ben ik.
zei Winkie Sproet altijd trots.
Hij heette eigenlijk anders, maar
omdat hij zoveel sproeten had en
zo'n klein beweeglijk jochie was,
werd hij Winkie Sproet ge
noemd. Hij had een veel te grote
witte jas aan, een kam achter
zijn oor en hij mocht in de bar
bierswinkel op het dorp helpen
met inzepen. Die morgen was
het al heel stil in de zaak. Er
was maar één klant en dat was
meneer Dribbelmans. Meneer
Dribbelmans werkt" in de stad,
maar kwam «.ich altijd hier laten
scheren en Winkie Sproet zeepte
hem behoedzaam in.
Tsjonge. jonge, zoveel geld l.eb
ik nog nooit bij me gehad, zei
meneer Dribbelmans en hij wees
op zijn actetas naast de stoel.
Twintigduizend gulden. Winkie
denk eens aan! Zoveel geld heb
jij nog nooit gezien, wed ik. Dat
moet ik straks naar de Bank
brengen.
Tjee, zei Winkie. Twintigdui
zend gulden. En hii hield de
scheerkwast vol verbazing in de
hoogte.
U mag wel oppassen, zei de
barbier, die het scheermes stond
te wetten, straks wordt U nog
beroofd.
Och. zei meneer Dribbelmans.
niemand weet immers, dat ik
zoveel geld bij me heb.
Nauwelijks had hij die woor
den uitgesproken, of de deur van
de barbierswinkel ging open en
daar stonden twee mannen op de
drempel.
En toen ging alles verwonder
lijk vlug.
Handen omhoog, schreeuwden
de mannen. Van schrik liet Win
kie de scheerkwast vallen. De
barbier stond als aan de grond
genageld. Meneer Dribbelmans
keek met dodelijk ontstelde ogen
uit znn witte schuimgezicht.
Met een revolver in de hand
kwam een van de kerels nader
bij, griste de tas var# meneer
Dribbelmans weg en een secon
de later waren ze verdwenen.
De deur sloeg rinkelend dicht;
buiten werd een auto aangesla
gen en nog steeds zaten die drie
daar binnen, of ze het in Keulen
hoorden donderen.
'T'OEN begon meneer Dribbel-
1 mans te jammeren. Politie, o,
barbier, bel toch gauw de politic
op.
Winkie holde naar de telefoon..
Even later vertelden ze het hele
verhaal aan de twee agenten, die
kwamen aanrijden. Het geval
was direct in het hele dorp be
kend en iedereen sprak over de
brutale rovers. Maar ze waren
verdwenen en ieder spoor ont-
Urak.
Winkie was vreselijk opgewon
den. Die ene vent. die bandiet
met dat rode haar heb ik al eens
eerder gezien, zei hij aldoor. En
koortsachtig zocht hij in zijn
herinnering, waar hij die man
met het rode haar eerder had
gezien. En opeens wist Winkie
het. In de zaak van Oude Janus,
tn de stad.
Eens per week ging Winkie
Sproet naar de stad om bij de
Oude Janus rovers-verhalen tc
kopen. Voor een dubbeltje kreeg
hij altijd een hele stapel van die
wilde roversboekjes en éénmaal
had hij in dat winkeltje de rode
man gezien.
Toen bedacht Winkie zich niet
langer. Hij deed zijn kappersjas
uit zonder iets te zeggen, pakte
de fiets en reed naar de stad.
Hijgend kwam hij bij Oude
Janus aan.
Het was een winkeltje vol met
oude boeken en tijdschriften en
Winkie bladerde nonchalant in
een paar bont uitziende rovers
boekjes.
Komt die man met dat rode
haar nog wel eens hier? vroeg
hij zo langs znn neus weg.
Wie bedoel ie. zei oude Janus.
Rode Tinus? 'k Zie hem nooit
meer.
Winkie durfde niet goed ver
der vragen. Hij bleef nog een
paar minuten staan bladeren en
plaatjcskijken. En toen hij zich
omdraaide om weg tc gaan. keek
hij regelrecht in het gezicht van
Rode Tinus. die net was bihnen
gekomen.
HEB je soms nog Zwarte
Hyena's? vroeg Tinus aan
oude Janus.
Geen een meer. zei Janus.
Ik heb nog een hele stapel
Zwarte Hyena's thuis, zei Win
kie ineens
Die boekjes over de grote de
tective: De Zwarte Hyena, be
doelde die rooie schavuit. Nu,
Winkie kende ze wel.
Zo, jochie, heb jij Zwarte
Hyena's
Ja, zei W'nkie, Zal ik ze voor
U meebrengen? Vanmiddag om
vijf uur ben ik hier. Komt U ze
dan hier even afhalen? Hij zei
het onverschillig, maar inwendig
trilde hij.
Afgesproken, zei Rode Tinus.
Prompt om vijf uur was Win
kie weer in het zaakje van Oude
Janus. Zou hij komen, die rode?
Zou hij komen? En werkelijk,
daar stapte hij binnen, een siga
ret slungelig tussen ziin lippen.
Kom op met je Zwarte Hyena's,
zei Rode Tinus.
Winkie keek hem aan en
wachtte een paar seconden met
zijn antwoord.
En toen ging de deur open en
twee agenten kwamen binnen.
Winkie had ze gewaarschuwd en
zc hadden buiten in een portiek
staan wachten.
Is ie dit? vroegen zij aan Win
kie.
Dat is 'm. zei Winkie en even
later was de bandiet geboeid,
Oude Janus stond vol verbazing
toe te kijken c.i Winkie zakte
bevend op een stoel.
Je begrijpt, dat hij de held van
het dorp werd. De andere dief
was iju ook gauw gevonden en
meneer Dribbelmans kreeg zijn
geld terug.
En nu was he niet stil meer in
de barbierswinkel. Het hele dorp
moest zich ineens laten scheren,
want iedereen wilde het verhaal
Het
de dieven had gevangen. Met
zijn Zwarte Hyena's.
versje bij het kippen
plaatje
OCH. och. dat was een moeilijk
werk voor jullie, liè, dat vers
jesmaken? En voor ons was het weer
las.Ig om uit tc maken, wie het
mooiste gedichtje had.
Daar was bv het vers van Henk
Boonstra erg mooi, maar het liep zo
treurig af Verder waren er aardige
rijmpjes van Bennie Verschoor. Bou.
dcwljn Ligterink. Tineke Ravesloot.
En een prachtig vers met een teke
ning erbij kregen we van Hann>
Schceper maar dat ging helemaal
niet over kippetjes maar over de
Lente.
Eindelijk geven we dc prijs aan
Robbic Balde, acht Jaar voorstraat
41 Klaaswaal, omdat z(jn gedichtje
zo lief en natuurlijk Is Hier Is het
dan.
Er was eens een haantje en een
hennetje,
die Hepen door het renncVe,
het hrnnetlc had el es gelegd,
rn tegen het haantje gezegd:
Als Ik er nu maar op zit •■n kan,
dan komen er kuikentjes van.
Toen keek er een poe* om het hoekje
en zei met een ondeugend snoetje:
Miauw, miauw, miauw,
wat doen Jullie nou?
Nieuwsgierige poes, zei toen moeder
Hen
Verdwijn jij nou gauw- naar Je mand
je. als 't ken!
A DELBERT IJSBEER woont in het Noorden
Adelbert IJsbeer woont aan de Pool.
Hij is een beer van weinig woorden,
maar Adelbert IJsbeer speelt viool.
Fideldideldi, Fideldideldi
Hopla, een walsje van één twee drie.
O, wat een wonderlijke dieren
daar op die Pool. Wie komen daar ginds?
Trippctrippetrip, zo met z'n vieren?
't Is een familie van pinguïns.
Fideldideldi, Fideldidcldu,
Hopla, de Samba dansen we nu.
Adelbert IJsbeer strijkt op dc snaren,
pinguïns dansen poot aan poot,
Er komt in de verte iets aangevaren:
O, lieve gruttenhet is pen boot!
Fideldideldi, Fideldideldo.
O, lieve grutten, een eskimo!
Adelbert IJsbeer springt in het water,
Adelbert IJsbeer springt tn de zee,
met zijn viool en 'n ogenblik later
springt de familie pinguin mee.
Fideldideldi, Fideldideldel,
Uit is de pret en het dansje voorbij.
kinderen heeft en daarom niets
over opvoeding zou weten", die
juffrouw heeft meer lastige kinde
ren gezien en bestudeerd dan de
moeder zelf, staat er bovendien ob
jectief tegenover, voor haar is uw
geval niets nieuws, maar een uit
zeer vele dergelijke gevallen en ze
weet hoe deze moeilijke kinderen
behandeld kunnen worden met zeer
veel kans op succes.
Het ene uiterste is: Alle hulp van
buiten afwijzen, zoals de familie X,
en te zeggen: We weten het zelf
beter.
Het andere uiterste is: Klakkeloos
aanvaarden wat een paedagoog of
een paedagogisch boek zegt.
Wat we moeten doen is: Begrij
pen, waarom deze kinderen zo on
hanteerbaar zijn en daarvoor heb
ben we een zekere mate van inzicht
nodig. Dat inzicht hebben we
(meestal) niet uit ons zelf, maar
we moeten het verwerven. Hoe?
Door de hulp van de vele ernstige
voorlichters en schrijvers, die zich
in deze materie jarenlang met ein
deloos geduld verdiepten.
En waarom zouden we daarvan
niet profiteren?
„Waterman" morgennacht
te Rotterdam verwacht
Het troepentransportschip ..Water
man" wordt in de nacht van Zondag
op Maandag in de Rotterdamse haven
verwacht Aan boord bevindt zich een
honderdtal militairen die om bijzon
dere redenen worden gerepatrieerd.
De ontscheping zal Maandagmorgen
om 9 uur beginnen.
Advertentie
Luiteloo» mo««nmotl
J Sleedt dezellde klach-
7 ten die rich bl| leder*
vrouw op gezette tijden
herholen Vroeger waren het verloren
dagen doch de moderne vrouw verdn|ll
do p!|nen met een AKKEJtTJE Altijd
Irli en opgewekt, ook in die dagen
wat een voorrecht' AKKERTJES beiti1|den
allo p)|nen tnel en zeker Weiger namaakt
helpen direct!
OP het ogenblik leven wij in een
stadium van overgang. Wij
staan voor veranderingen in het di
plomatieke spel, dat thans de wereld
al te zeer in onrust houdt Is er een
tijd geweest dat wij, in West Europa,
het griezelige gevoel hadden van
kinderen, alléén in het donkere bos,
nu zijn wij niet meer eenzaam, na
de ondertekening van het Atlantisch
Verdrag. 1948 is, dat wordt nu alge
meen geconstateerd, een jaar van
verrassende herleving geweest voor
de westelijke wereld. Ten dele heb
ben wij dit aan de Amerikaanse hulp
te danken. De Verenigde Staten zijn
i begonnen, voor de eenzame kinder
tjes, warme kleding en teerkost uit
dc lucht te laten vallen. Nu hebben
zij hun ook bescherming toegezegd
Het bos is niet meer zo donker.
Nog is het geen idylle. Het licht op
ons pad is. volgens Churchill, het
schijnsel van de atoombom. Dat is
erg verblindend en niet hot licht, dat
wij wensen voor onze ogen. Maar wij
hebben nu kans uit de benauwdheid
te geraken. En dan zullen wij voor
het vinden van uitwegen niet lange
van zo felle en lugubere schijn af
hankelijk zijn.
Het is niet te loochenc-n: De nieu
we denkbeelden van deze tijd komen
uit Amerika. Nieuw was het plan-
Marshall. Hebben wij het te voren
beleefd dat enig land, hoe rijk ook.
een belangrijk gedeelte van een ge
forceerd hoog budget besteedde om
a fonds perdu, andere, noodlijdende
landen er bovenop te helpen? O, ze
ker, Amerika fokt op die manier de
betrokken landen ertoe op. weer
klanten en leveranciers van zijn
eigen economisch leven te worden,
en het heeft tevens de bedoeling,
hun aldus meer weerstandsvermogen
te geven tégen gevaren uit Oost
Europa, die ook Amerika voor zich
zelf vreest. Maar doet het afbreuk
aan de verdienste van het plan, dat
het een wijs plan is, hoe men het
ook bekijkt, en dat het een maxi
mum van belangen verenigt? Wat
wij in de internationale samenleving
totnogtoe hebben gemist is toepas
sing van nuchter, practisch inzicht.
Dit gemis heeft alle ongelukken over
de beschaafde wereld gebracht. Is
het niet een onmetelijke verdienste,
de cost zozeer voor de baet té laten
uitgaan, dat met deze rampzalige
traditie der mensheid gebroken
wordt?
HET State Department heeft nu
officieus laten meedelen, dat de
verdediging van West Europa
slechts nut heeft, als zij werkelijk
ten doel heeft West Europa voor een
invasie der Russen te behoeden
„Hoe kan men belangstelling ver
wachten van volken van West Euro
pa voor de gemeensehappeliike zaak.
als onze samenwerking slechts ten
doel heeft hen te bevrijden nadat
men eerst toegelaten heeft dat zij
onder de voet gelopen werden." Dit
is een zeer verstandige redenering,
waarvan de Amerikanen echter de
waarheid eerst hebben moeten ont
dekken. Er zijn stromingen geweest
die de Russen eerst goed aan de Py
reneeën en uit Engeland hadden wil
len weerstaan, overtuigd dat ieder
vroeger verzet slechts verspilling
van krachten zou hebben gevormd
Het heeft de Franse regering harde
strijd gekost een strategisch plan
aanvaard te krijgen, waarbij West
Europa op de Rijn zou worden ver
dedigd. Dit is de Franse voorwaarde
geweest voor militaire samenwer
king. Thans echter nemen de Fran
sen ook met deze lijn geen genoegen
meer. West Europa moet. en kan. op
de Elbelijn verdedigd worden, zo be
togen zij, en daarvoor vinden zij nu
instemming te Washington.
Het is duidelijk: Washington
heeft 't oorspronkelijk denkbeeld niet
gekoesterd omdat het zich weinig
van West Europa aantrok. Dé ver
andering in zijn houding is meer
een bewijs van vergroot zelfver
trouwen dan van verhelderd inzicht.
-door
Dr. M, v. Blankenstein
Natuurlijk staan op het ogenblik
niet de krachten gereed om de Rus
sen met succes aan de Elbe te be
strijden. Wat jaren zullen er mee
moeten heengaan voor daarop voor
uitzicht bestaat Men rekent op de
preventieve kracht van het Atlanti
sche Verdrag. Men meende toch
reeds te weten, dat de Russen geen
aanval in de zin hadden. Enkel om
de atoombom, zoals Churchill heeft
gezegd7 Natuurlijk is deze bom een
element van belang geweest bij de
bepaling der verhouding van krach
ten Maar er zijn tal van andere
factoren, waartoe behoren de desola
te toestand van Rusland de verwoes
tingen van de oorlog, de moeheid
van het Russische volk. tengevolge
van hetgeen het heeft doorstaan, en
nog iets.
RUSLAND heeft Zijn oorlogsmj-
verheid overgebracht over de
Oeral. Het is de Duitse invasie
daarmede reeds voorgeweest. In de
Oeral is die industrie veel minder
kwetsbaar dan in het hartje van
Europees Rusland. Zij ligt daarmede
echter ook oneindig ver weg als zij
in West Europa opererende troepen
van het nodige zou moeten voorzien.
Hoe oneindig veel gunstiger ligt dan
Amerika ten aanz.en van West
Europa, om van Engeland niet le
spreken. Het transport over land.
over vele duizenden kilometers,
door ten dele vijandig gezind
gebied, wordt voor de Russen
nog bijzonder bemoeilijkt door de
slechte staat van hun spoorwegen,
door de betrekkelijk weinige spoor
lijnen die ter beschikking staan,
door het opbreken van zovele lijnen
in oostelijk Duitsland, en door de
gebrekkigheid van het Russische
gemotoiiseerde vervoer. Van de troe
pen, die in 1945 voor Berlijn ver
schenen, beschikten er nog slechts
weinige over gemechaniseerd trans
port. Zo was het in nog hogere ma
te het geval met de troepen, die in
oostelijk Europa, in Slowakije, Hon
garije enz. opereerden. Niet alleen
beschikten de Russen, ondanks An
gelsaksische toevoer, over te weinig
gemotoriseerd transport: hun ver
bruik was. door verwaarlozing, ook
heel veel groter dan dat der weste
lijke legers.
Op grond van al deze overwegin
gen geloven de Amerikaanse deskun
digen al reeds lang niet meer aan
Russische agressie. En, naarmate de
westelijke wereld herleeft en duide
lijk minder toegankelijk wordt voor
revolutie, wordt deze gerustheid
versterkt. Men vreest geen verras
singen meer.
DAAROM rekent men op éen Rus
sisch beleid, dat meer met deze
realiteit zal gaan rekening houden.
Te Washington legt men vooral in
de laatste weken opmerkelijk opti
misme aan den dag. Men schijnt te
geloven dat Stalin niet voor niets de
leiding van zijn diplomatie eindelijk
toevertrouwd heeft aan éen kenner
der westelijke wereld en een diplo
matiek technicus, twee eigenschap
pen die Molotof ten enenmale ont
braken.
Moskou wijdt daartegenover te
meer aandacht aan de consolidatie
van zijn greep op de vazallen. Mos
kou heeft geen Washington om het
op krachten te helpen meedogenloos
zuigt het nu die krachten uit de on
gelukkige satellieten. Het Kremlin
dicteert de handelsverdragen, zoals
in de oorlog Berlijn dat placht te
doen. De „wingewesten" zijn er ten
bate van Rusland. Zij moeten duur
betalen aan Rusland, voorzover zij
geleverd krijgen, en moeten leveren
onder kostprijs.
Wordt een regering opstandig, dan
wordt de verantwoordelijke man
weggevaagd Dat is nu weer gaande
met Kostof. de vice-prcmier van
Bulgarije. Hij heeft evenveel com
munistische traditie en reputatie in
zijn voordeel als Dimitrof. Zijn po
sitie scheen onwrikbaar.
Maar nu is hij verwijderd en
wordt hij vervolgd, als een anti-
Russisch nationalist, die aan de han
delsbetrekkingen met Rusland in de
weg stond. Hij wordt behandeld als
een Tito, als een Tito echter die zich
in de greep van de Kominform be
vindt.
Het daghet in het Westen. In het
Oosten echter daghet het nergens.