„goed wonen
ATOOMRIJWIELEN
Beroepsvoetbal JA of NEEN?
Voor
Tweede-rangs voetbal
is ons voorland
Tegen
Opvoeding der jeugd
komt in gevaar
VOOR NU EN DE TOEKOMST.
10
h£Rkent
MEUBELEN
IN ONZE TOONKAMERS
IVILT U IN UW INTERIEUR: doelmatige inrichting?
zuivere vormgeving?
innerlijk evenwicht?
Harmonische kleurencombinatie?
Werkelijk eigen sfeer?
GOED WONEN WIL U ter ztfde staan
rnpJ Wnnon staat op de brcs voor meer eenvoud, eerlijkheid, ruimte en ge-
u,,* 11 mak in onze interieurs en doet ideeën aan de hand om tot
verwezenlijking daarvan te komen. Het houdt rekening met de kleine woonruimten
die over het algemeen beschikbaar zijn.
De Stichting Goed Wonen is ontstaan uit de samenwerking van gebruiker*, onf-
werpers, winkeliers en fabrikanten, die zich ten doel gesteld hebben de productie
te bevorderen van eenvoudige, goede meubelen, ander huisraad en gebruiksvoor
werpen. deze tegen redelijke prijzen verkoopbaar te stellen, het stijlbegrip te ver
groten en de hedendaagse wansmaak tegen te gaan.
N.V. SIERKUNST EN WONINGINRICHTING
'iSeepaerófe
halverwege de Berg
UTRECHTSEWEG 90A (HOEK ST. VAN DER HACENLAAN) TELEFOON 5009
ART1 kelen uit t
__7SEEpAERTi
HONDERDEN mensen betuigen hun tevredenheid over onze ATOOMRIJWIELEN. Ieder rijwiel is
uit de beste onderdelen samengesteld. Zij munten uit door sierlijkheid, lichte gang, degelijkheid. Ook
leverbaar met drie versnellingen en trommelremmen. Prijzen reeds vanaf f 98.75. Elk rijwiel wordt so-
Iied gegarandeerd. In onderdelen blijven wij door onze grote omzet aan de spits wat betreft kwaliteit
en prijs. In onze werkplaatsen wordt iedere reparatie zorgvuldig uitgevoerd tegen concurrerende prijzen
Uw adres is of wordt Gebr. v. d. PLOEG Arnhemseweg 44 Tel. 5276 Soesterweg 96
laten duwen, waarmede de
bond dan die (vaak de beste)
officials kwijt is.
Dit is gèen principieel betoog
geweest, maar.... ik durf te
zegg n: het was practisch. Ik
hoop, dat de Bond en de voet
ballerij en de sport, die mij lief
is, niet principieel te gronde zal
gaan.
Wij
worden beroofd
van onze beste
spelers
Laat
stellen.
C. H. GEUDEKER:
Nederland wordt amateur-eiland
temidden van beroepswereld
De overgang van drie prominente Nederlandse voetballers naar
het professionalisme. Faas Wilkcs naar Italië, Bcrtus de Harder cn
Bram Appel naar Frankrijk, heeft de vraag of men ook in ons
land niet beter zou doen om tot beroepsspel in de een of andere
vorm over te gaan, actueel gemaakt Toevallig valt daarmede samen
een beslissing van de Bondsvergadering van dc KNVB, waarbij het
Nederlandse voclbalparlemcnt een min of meer principiële uit
spraak zal moeten doen in dezelfde materie, nl. of de touwtjes van
het amateurisme in onze grootste Nederlandse sportorganisatie nog
wat strakker aangehaald zullen worden, of dat deze wat losser
zullen worden geknoopt. Het ziet er naar uit, dat tot het eerste beslo
ten zal worden.
De invoering van de machine
in de industrie heeft de werk
loosheid vermeerderd en met de
voortschrijding der techniek zal
deze factor steeds belangrijker
woiden. Betekent dit nu, dat
wij de machines maar over
boord moeten gooien of althans
de mechanisatie moeten tegen
werken? Zelfs doarbeidersor-
ganisaties, die dsMbij toch het
eerste belang hebben, zijn te
verstandig om zich tegen de
machine te verzetten. Het zou
trouwens niet baten. Maar nog
dommer zou zijn, als wij in Ne
derland de machine zouden af
schaffen en met de (veel duur
dere) handenarbeid zouden wil
len concurreren tegen de geme
chaniseerde buitenlandse indus
trie! En daarop komt het (bin
nenkort) in onze voetballerij
op neer: ons voetballand zal
lceggckocht worden door het
buitenland en telkens weer
zullen onze beste spelers de
roepstem van het beroepsspel in
andere landen volgen.
„Geen ramp," zeggen de voor
standers van het (pure) amateu
risme, dat overigens lang zo
puur niet is als men wel gaarne
wil betogen. „Geen ramp, dan
gaan ze maar weg!" Maar heeft
men de consequentie daarvan
wel goed overdacht?
Toen bekend werd, dat Wil
kes naar Italië ging, vond men
dat algemeen jammer, maar
men zei: „Nou ja, dat is zo'n
uitzonderlijk goede speler, zo
hebben wij er niet veel en Wil
kes zal wel de enige blijven."
Maar daarna zijn de Harder ge
gaan en Appel (wie had het ge
dacht?) en.zo zullen er nog
meer volgen!
En wat betekent dit?
Dat wij beroofd zullen wor
den van al onze beste spelers
endat Nederland zal de
graderen tot een tweede-rangs
voetbalnatie, die alleen nog zal
kunnen spelen tegen Luxem
burg en andere onbetekenende
voetballanden. En wat betekent
dit dan weer? Dat de KNVB, op
den duur, geen belangstelling
meer zal kunnen vinden voor
zijp interlandwedstrijden en.
daarmee beroofd zal zijn van
zijn belangrijkste bron van in
komsten. Dan zullen dus de
leden van dc Bond de huishou
ding weer zelf moeten betalen
en of men daartoe bereid zal
zijn?
Trouwens, dan zal ook het
spel in de clubs slechter wor
den. men zal de attractie van
de top-spelers missen (men ziet
het reeds aan Xcrxes) en ook
voor de clubwedstrijden zal dc
belangstelling dalen. De leden
zullen dan ook de clubhuishou
ding weer zelf moeten beta
lenEn zo zou ik kunnen
doorgaan.
Het is alles begonnen, toen
men éntree's is gaan heffen
voor wedstrijden en daarmede
het publiek voor een (zeer) be
langrijk deel de kosten der
sportbeoefening liet gaan beta
len. Dit geldt natuurlijk in
minder mate voor de kleinere
clubs en is zeker het belang
rijkst voor de (betrekkelijk)
kleine groep der top-clubs
C. H. GEUDEKER Maar gaat het in dc sport niet
ik op de voorgrond
dat het geenszins in de
bedoeling van dit artikel ligt
om te trachten, de voetbalver
gadering nog in de ene of ande
re richting te beïnvloeden. Ik
weet niet, of het nog vóór die
vergadering verschijnen zal,
doch bovendien zijn de voetbal
zaken gemeenlijk reeds vóór de
grote vergadering beslist, nl. op
de vergaderingen der districten
en die der belangenverenigin
gen. En deze zijn reeds gehou
den en wijzen er op, dat men in
de richting van een verscher
ping der amateursbepalingcn
zal gaan.
De redactie van dit blad heeft
mij gevraagd, dit artikel te
schrijven als voorstander van
het professionalisme en dan,
met het oog op de actuele ver
schijnselen van de overgang
van Nederlandse spelers naar
het beroepsspel in het buiten
land en de uitspraak, die de
KNVB-vergadering op het punt
van het amateurisme zal moe
ten doen, meer in het bijzonder
als voorstander van het beroeps
spel in onze Nederlandse voet
balwereld.
Ben ik daarvan een voorstan
der? Zeker niet zonder meer. Ik
ben mij volkomen bewust van
de bezwaren, die daaraan ver
bonden zijn, ook van de geva
ren, die dc beroepssport over
het algemeen met zich mede
brengt. Maar ik ken ook de toe
standen, zoals die gegroeid zijn
in de loop van de jaren en ik
zie vooral ook de ontwikkeling
in de landen rondom ons. Men
kan nu eenmaal niet op een
eiland leven en nog minder kan
men de klok terugzetten. En
dat is het, wat er hier in Ne
derland gaat gebeuren: men zal
op een amateur-eiland komen
te lever, midden in dc beroeps
wereld cn men zal, tevergeefs,
trachten de wijzers van de klok
in tegengestelde richting te
laten lopen.
altijd om de top-mensen, om de
top-clubs? Als het om betaling
van prestaties gaat, betreft het
ook alleen die top-grocp de
kleinere hebben slechts neven-
belangen.
Men zou het dus als een fout
in het beleid van dc hoogste
voetballeiding kunnen aanmer
ken, dat men (destijds) niet be
seft heeft, dat het toelaten van
publiek tegen betaling onher
roepelijk tot het professionalis
me moest leiden. Och, een fout?
Men moet daarbij ook de snelle
ontwikkeling van deze kwestie
in het buitenland in het oog
houden; en dat men, uit allerlei
(overigens stellig onbaatzuchti
ge) motieven van eigenbelang
van clubs en bond zo lang mo
gelijk aan het oude, maar reeds
lang verwaterde amateurisme
wil vasthouden, is begrijpelijk.
Maar wel zie ik het als een fout,
dat men thans, op dit ogenblik,
nu wij min of meer plotseling
met de neus op dc consequen
ties van het tot dusver gevolgde
standpunt worden gedrukt, de
ogen gesloten houdt voor deze
zaak cn als de bekende struis
vogel de kop in het even beken
de zand steekt.
Wat er thans gebeurt, is dat
men een uitspraak krijgt op en
kele kleine puntën. Of een offi
cial een paar centen mag ver
dienen aan het leveren van bij
dragen aan de pers, och, het is
zo verschrikkelijk onbelangrijk
in het grote verband. Het zal
dan waarschijnlijk zo worden,
dat deze officials dit werk zul
len verlaten,de pers zal het
dan zonder hen (moeten) doen
of zich voor een paar rijks
daalders in de beroepsklasse
H. W. H. HERBERTS:
Verhouding werkgever-werknemer dient
uit de sport geweerd
Versla my wel. ik ben geen voetbal-politicus. Als voonltler van
dc Keuic-C'ommissie heb ik mei hel eigenlijke bcstuurs-inzicht
van de K.N V.B. niet veel te maken. Wat bet beleid in dc bond be
treft, heb ik te aanvaarden, wat het bestuur en de leden, c.q. dc
verenigingen beslissen. Dat neemt niet weg, dat Ik als insider In
de voetballer^ in het algemeen en als club-man (oud-voorzllter
cn ere-voorzitter van het Arnhemse „Vltessc") wel een eigen mening
heb over dc kwestie „Beroepsvoctbal in Nederland Ja-of-necn". Het
is dan ook uitsluitend als vcrenigingsman, dat ik op verzoek
die mening uitspreek.
Tegi
en 't buitenland
kunnen wij toch
niet opbieden
Laat ik dan beginnen met te
zeggen, dat ik er positief een
tegenstander van ben en er
direct aan toevoegen, dat deze
kwestie naar mijn mening nog
zeer praematuur is. Er bestaat
bij mijn weten geen stroming in
dc bond vóór het beroepsspel.
Integendeel, men wil de banden
van de amateur-bepalingen nog
wat strakker gaan aantrekken.
Toen onlangs enige lieden poog
den de verenigingen voor het
vraagstuk warm te krijgen, was
de belangstelling daarvoor mi
nimaal. Hoewel het hier naar
mijn smaak dus een allesbehal
ve urgente zaak betreft, ben
ik toch bereid, mijn mening te
stellen tegenover die van een
voorstander van de invoering
van het beroepsvoetbal.
Of ik de man veracht, die
van de sport zijn broodwinning
maakt. Volstrekt niet. Ik ken
prachtkerels onder de profs. Of
ik boos ben op Faas Wilkes, die
ons verliet? Niet in het minst.
Ik kan hem geen ongelijk ge
ven. En toch ben ik tegen be
roepsvoetbal in ons land. En
wel, omdat de invoering er van
onze prachtige Nederlandse
voctbalgemcenschap die nu
315.000 actieve spelers omvat,
voor een deel kapot zou maken.
Voetbal zou aan waarde als
ontspanning inboeten. De club-
sfeer, zoals wij die nu in de
verenigingen kennen en zo zeer
waarderen, zou verdwijnen.
Clubbestuur en beroepsvoetbal
ler staan tegenover elkaar als
werkgever cn werknemer, die
veel van elkaar eisen. De op
voeding van onze jeugd in ont
spanning en spel zou ernstig in
gevaar komen.
Ik heb nog veel meer idieele
bezwaren, maar ik zal ze niet
allemaal noemen. Om de een
voudige reden, dat ik het pro
fessionalisme hier te lande geen
schijn van kans geef. Het zuive
re professionalisme niet en het
zgn. premie-stelsel evenmin.
Heel nuchter bezien omdat cr
geen geld voor isT Want het is
Zondagsmiddags blinkt aan de
loketten voor de kaartjesver
koop. De exploitatie-rekenin
gen van de verenigingen in het
algemeen zien er lang niet zo
mooi uit als velen denken. De
onkosten der clubs zijn vele. Ik
noem alleen maar onderhoud en
huur van terreinen, de reiskos
ten en het salaris van dc trai
ner. Dit maakt het onderhouden
van een of meer beroepselftal
len (wat een sociale lasten!)
hoogst bezwaarlijk. En al zou
men plaatselijk enig succes
boeken (ik bedoel in de grote
steden), dan nog zou dit voor
de grote massa der financieel
minder draagkrachtige vereni
gingen een groot nadeel beteke
nen. Want zij zouden hun goede
spelers aan de grote centra
verliezen.
Hier zijn w» bij een punt dat
een sterk argument vormt tegen
de invoering van het beroeps
spel. De overschrijvingen, de
„transfers" oftewel de koehan
del in voetballers. Nog afgezien
van het onsmakelijke cr van,
ook hiervoor zullen de guldens,
dc duizenden, tienduizenden
guldens misschien, ontbreken.
„^lanr in het buitenland dan,"
zal men zeggen. Die vergelij
king gaat inank, omdat dc cn-
tróeprijzen voor de wedstrijden
in het buitenland beduidend
hoger zijn dan hier. Onze recet
tes, zelfs die in dc grote sta
dions, zinken daarbij in het niet.
Het financiële bezwaar weegt
in dit gehele vraagstuk, naast
de opvoering van jonge spelers
tot draaglijk tcch'nische spelers,
zeer zwaar.
Bovendien zijn de ervaringen,
die men in het buitenland met
bcroepsvoetbal heeft opgedaan,
niet van aangename aard.
De K.N.V.B. zal zich wel twee
maal bedenken, alvorens zich in
een wespennest te steken, zoals
zulks in België geschied is met
al den aankleve van dien. Dc
Belgische bond gaf de spelers
een vinger, door premies toe te
kennen. Terwijl men bezig was,
dit stelsel te reglementeren, wist
men eigenlijk al, dat de voor
schriften zouden worden over
treden. Want waar is het einde?
Het premie-stelsel i s als een
stuk elastiek. De beste spelers
rekken het uit, zo ver zij kun
nen. Nog onlangs klaagde een
H. W. H. HERBERTS
nood, dat in zijn land financiële
(geen sportieve) hokus-pokus ge
vallen voorkomen, waarbij voor
spelers door dc onderlinge con
currentie waanzinnig hoge be
dragen moeten worden betaald.
Ook in Engeland is het beroeps-
voetbal een kwestie van onge
breidelde vraag en aanbod, waar
van zoals bekend in vele
gevallen clubs dc dupe worden.
Men verwijt ons gemakkelijk,
dat het in Nederland met het
amateurisme ook niet geheel
zuiver is gesteld. Dat wil ik wel
toegeven. Inderdaad wordt hier
en daar geprobeerd, het niet to
nauw te nemen met dc bepalin
gen. En stellig gebeuren er soms
dingen, die de amateurs-com
missie in het geweer roepen.
Maar dan jaagt die commissie
er ook achterheen! En dc over,
tredingen, die gesignaleerd wor„
den, kan ik, als ik dan nog eens
naar dc situatie in het buiten
land kijk, niet anders noemen
dan gevallen van kruimel,
prolcisionalisme.
Het beroepsspel, daar ben ik
van overtuigd, heeft in ons land
geen kans. Stel eens, dat we het
nu hadden! Welke vereniging
zou dan in staat zijn geweest,
Wilkes, die naar ik meen 70.000
gulden toucheerde, in Nederland
te houden? Al weer een tegen
argument. Wij zouden onze met
zorg opgefokte profs toch maar
aan het buitenland kwijt raken.
Een ander punt ls, dat doof
het ontbreken van beroepsvoct
bal in ons land, het Nederlands
elftal het op de duur misschien
moeilijker zal krijgen in Inter
nationale wedstrijden.
Voor de toekomstige Keuze-
Commissie zal het dus mogelijk
nog lastiger worden oin een
nationaal elftal samen te stellen
dan het nu reeds voor ons is.
Dat zou een zorg kunnen wor
den, maar dc consequenties van
daarvan zouden te zijner tijd in
de bondsvergadering moeten cn
worden bekeken. Ik durf nu wel
vast te zeggen, dat ik van even
tuele financiële „Injecties" geen
heil verwacht.
niet allemaal goud, wat er Belgisch bondsofflcial mij zijn