VOORAL VOOR DE VROUW
Een klein huis aan de rails
„De room is er af" zegt men in
de eafé's en restaurants
Onze steden kunnen moderne
verkeer niet verwerken
„Dat belaslin»biljet zal ik
wel invullen, Jan
MOEILIJKHEDEN?
Wij geven raad
Kinderen spelen het liefst
op de Spoordijk
Nog eens: sprookjes
VACANTIEMAANDEN IN NEDERLAND
Hotels en pensions zaten overal
weer propvol
VROUWEN
Geheel nieuwe wegen nodig,
dwars door de stad
4
Zaterdag 17 September
Toen ze trouwde kon ze niet lezen, niet schrijven, niet
rekenen. Ze was nooit op school geweest, want ze had
geen pokkenbriefje.
„Ik houd niet van die malle fratsen," had haar vader
gezegd. „Dat kind wordt niet ingeënt." En later: „Dan
gaat ze maar niet naar school." Dus bleef ze thuis. Dat kon
toen nog in het dorpje waar ze woonde Ze hadden een
boerderij en er was veel werk. De kleine meid ging zo'n
ganse dag d'er gang Ze was stil en verlegen, speelde met
poppen, met dieren en ontweek kinderen en grote men
sen. Ze weet zich weinig te herinneren van die zonderlinge
jeugd. Alleen dat het heerlijk was en ze het nooit meer gekregen heeft
zoals toen. Later werd ze Ingeschakeld in het huishouden. Ze leerde
koken, schrobben, wassen en verstellen. Maar als ze brood moest halen
kreeg ze gepast geld in een papiertje en de naam op de winkeldeur kon
ze niet lezen. „Toos blijft toch op de boerderij". zei haar moeder.
't Oudste recht
Een week heb ik het huis aan een
ander gelaten. Een kennisje, pas
getrouwd, is met man en al op de
kinderen komen passen. Zoontje,
eerst beledigd om deze in-de-steek_
laterij, draaide b\j toen hy hoorde
dat die mevrouw vliegers kon plak_
ken. En de meneer van de vrijwil
lige reddingsbrigade was. Toch
huilde hg toen ik wegging. Daarom
schreef ik dezelfde avond een kaart
vol sentimentele zinnen. Zo van
.Mammie komt gauw weer thuis"
en de rest. Overtuigd van m'n on
misbaarheid..
De dag daarop kwam er een an
sicht vol opgewonden krabbels. 't
Was zo fijn dit en zo fijn dat. Iede
re dag lekkere pudding en snoep en
vliegeren en verhalen. Ik hoefde
nog lang niet terug te komen, 't
Dikke zusje at zonder morsen, deed
alles in de pot en nooit meer in d'er
bed." Allerlei waarmee ik had roi.d
getobd, lukte die mevrouw in een
handomdraai.
Maar na %en week had ik geen
geld meer, dus: naar huis. Een
beetje onwennig stond ik 's middags
in de kamer. Alles leek veranderd.
De kinderen in die paar dagen ge
groeid. 't Zusje herkende me nog
wel maar zette een keel op toen de
pleegmoeder afscheid ging nomen.
En zoontje bracht haar tot het hek
en zwaaide en zwaaide Tot het
naar bed gaan knauwde hy op haar
naam als een hond op een been.
..Josien dit en Josien dat en Mam
toen zei JosienEn Mam toen
maakte Josien
„Je houdt nu al meer van haar
dan van mij," plaagde ik, toch een
beetje zuur. En dat jong, zwaar
van ernst: „Nog niet, Mam. Ik ken
haar pas een week. En jou al acht
jaar."
Maar op een dag kwam er een
knaap uit het Westen. Een vlotte
vent, die z'n hart verloor aan Toos
d'i stille, verlegen kindergezicht.
Dat ze weinig zei mocht niet hin
deren, hij praatte des te meer. En
zoals zij luisterde er géén. Ze trouw
de en ging met hem mee naar een
klein huisje aan 'een spoorlijn, er
gens tussen twee grote steden in.
Ze was toen vijf-en-twintig en dat
is bijna twintig jaar geleden. Er
zijn nog foto's uit die tijd. Wonder
lijk genoeg is ze niet veel veranderd
Hetzelfde ronde kindergezicht met
lichte, verlegen ogen.
Toch zijn die 'twintig jaren moei
lijk genoeg geweest. Thuis, op het
dorp, had ze het nooit zo erg ge
vonden van dat lezen en schrijven.
Maar in dit huis bij de rails werd
het een gemis Haar man werkte van
's morgens vroeg tot 's middags laat
aan het onderhoud van de spoor
lijn. Schoffelde vuil weg, draaide
bouten aan, controleerde en herstel
de Zij was snel klaar in dat kleine
huis. Had niets meer te doen
ging letten op de treinen. Hoe laat
ze kwamen, waarheen ze reden,
naar rechts of naar links en of er
veel stoom kwam uit de pijp. Vaak
zat ze buiten op de berm te turen
naar de mensen achter de raampjes
Eens zag ze een vrouw met een boek
Ze weet nog hoe dit haar schokte. Zo
te zitten in een trein en te lezen
en helemaal alleen ergens heen te
gaan... Waarom was zij zo verle
gen, zo hulpbehoevend?
„Hoe groot is ons land eigenlijk?"
vroeg ze die avond.
„Hier heb je een kaart," grinnik
te haar man. Maar natuurlijk be
greep ze niets van die lijnen en
krabbels.
„Hoe moet je toch leren lezen?'
vroeg ze toen. „Daar ben je al te oud
voor," zei hij.
De kinderen kwamen snel na el
kaar. Zes in totaal: drie jongens,
drie meisjes. Ze had ineens de han
den vol en de onrust in haar be
daarde. Een andere kwam ervoor
in de plaats. De kinderen speelden
namelijk het liefst op de berm en
als het even lukte tussen de rails.
Ze lag voortdurend op de loer. Toen
een keer het middelste jochie over
stak vlak voor de D-trein kreeg ze
het op haar zenuwen. De dag daar
op bond haar man hen vast. Alle
maal aan een touw, een week lang
en voor het naar bed gaan: een pak
rammel. Dit hielp. Bovendien ging
de stoutste die herfst naar school.
„Nu kun je straks lezen waar de
treinen heen gaan," zei de vader.
„Naar Amsterdam of Rotterdam,
naar Utrecht, naar Parijs."
Dit stak haar. de oude onrust
kwam boven Af en toe kregen ze
bezoek van een collega met z'n
vrouw, die woonden verderop bij
een bewaakte overweg en een klein
station. De boemeltreinen stopten
daar even en dat mét die overweg
maakten het werk anders. De.
vrouw zorgde voor de bomen en
Maar nee wij zitten veilig in de serre
ER was eens een vrouw, die niet wist, hoeveel port er op eqn brief
moest voor buiten de stad. Als zij een epistel schreef aan een vrien
din. plakte ze de enveloppe dicht en zei: Alsjeblief, Jan. breng jij 'm even
weg. Wanneer ze met een tram mee moest, liet zij zich door haar man
uitleggen, welke lijn ze moest hebben en bij welke halte zij moest uit
stappen. In een trein ging ze nooit alleen, altijd met haar man. Hij zorgde
voor de kaartjes en zei aldoor: Hierheen, lieve. Maar toen ze een keer
alleen op reis moest, kreeg ze een lange toespraak, waarin de man zei:
Je moet 't voorste gedeelte van de trein hebben, dat is de kant van de loco
motief. weet je wel7 En dan moet je tot Roosendaal blijven zitten, zul je
goed opletten of er „Roosendaal" op het station staat? Dan vraag je verder
aan een conducteur, dat is zo'n man met een pet op.
PIT is nu wel een beetje over- Immers, wanneer zij plotseling
dreven, maar het gebeurt toch alleen over bleef, hoe moest zij het
vaak, dat na het huwelijk de vrouw da" allemaal redderen? Dan zien
zo langzamerhand iedere zakelijke we wel weer. denkt de vrouw,
hielp met het controleren van
kaartjes.
„Een pienter wijf," zei haar man.
„Zo'n post zou ik ook wel willen."
Ze kijkt nog bezeerd als ze dit ver
telt. En als ze zegt dat ze een lees-
plank is gaan kopen met lettertjes
in een doosje veegt ze langs d'r
ogen. Ineens moet ze thee voor me
zetten. Onverschilliger komt ze te
rug uit de keuken. „We zijn nooit
overgeplaatst," spot ze. „En ik lean
nog maar slecht lezen. Dat zeg ik
tegen niemand. Zelfs de slager weet
niet dat ik niet rekenen kan."
„En de kinderen?"
„Die lachen om d'r moeder," praat
ze stug. „Ze zijn al groot, de oudste
is negentien, op kantoor. Soms
denk ik: 'k Had nooit van het dorp
moeten gaan. Die kinderen zijn niet
als ik. En zelf ben ik niet als vroe
ger: De treinen brengen de haast
in je vlees Haast en modernigheid.
Dat is niet altijd het goeie
Omdat het zo belangrijk is wat
kinderen te horen en te lezen krij
gen en omdat we verleden week
slechts stelling namen tegen een al
te grote angst van de opvoeder
voor het sprookje, is het goed ons
te realiseren dat hij geen ongelijk
heeft alleen soms te veel in het
sprookje veroordeelt. In het vorige
stukje konden we zien dat het
sprookje ook wel positieve elemen
ten bevat, waaraan het kind iets
heeft. Dit houdt echter niet in, dat
het de bij uitstek geschikte vertel
stof zou zijn. Integendeel. Want al
hoewel in "sprookjes het gruwelijke
en boze er altijd bekaaid afkomen,
hei wordt 't kind toch maan onder
de neus gewreven. Ieder kind leert
op een dag angst kennen en de
sprookjes kunnen de voorstellingen
waarin die angst zich kleedt sterk
beïnvloeden. Zo kan het gebeuren
dat de voorstelling van het opge
geten worden van de geitjes en het
opensnijden van de buik van de
wolf meer indruk op het kind ma
ken, dan het „happy end" van het
geval. Ieder kind heeft ook wrede
instincten die door de opvoeding
in andere banen worden geleid.
Soms lukt dat niet zo goed. Het
kind krijgt dan gewetensconflicten
weet dat het in zich iets heeft wat
het moet veroordelen. Het wordt
bang voor zichzelf. Meestal weet
het dat niet bewust en de angst
voor zichzelf krijgt de vorm van
een onbestemde vrees voor het
gruwelijke Een dergelijk proces
kan door sprookjesstof geprikkeld
en rijk gestoffeerd worden. Als
men zich ten slotte realiseert, dat
sprookjes oorspronkelijk geen ver
halen voor de kinderkamer zijn,
maar opgekomen zijn uit d,e kin
derkamer van de mensheid, die
toen nog erg jong was en verhalen
voor volwassenen voortbracht
waarin zich als in een droom, in
symbolische vorm hun conflicten
om liefde, dood, geboorte, angst en
verschrikking afspeelden, is het
Er is een kaper op
de kust gekomen
„We zijn een arm land, meneer,"
zegt de eigenaar van een groot res_
taurant. „We hebben eerst een paar
jaar van schijnwelvaart gehad. Nu
zien we pas, dat we zo arm zijn als
de mieren De mensen draaien elk
dubbeltje weer om voor ze het uit
geven. Ik kan het best merken aan
mijn omzetten."
Vraag het in Den Haag, vraag
het in Rotterdam, vraag het in
Utrecht, vraag het overal. Steeds
Huurkwesties
rentezccels
ouderdomspensioen
Invaliditeitswet
civiele procedures
arbeidswet enz.
Vraag: W. M. te D. H. Mogen
straks, wanneer daarvoor de rege
ling van kracht wordt, ook de hu
ren worden verhoogd van die wo
ningen, voor welke geen"huurcon
tract bestaat, doch waarvoor men
stilzwijgend een bepaalde huur be
taalt?
Antwoord Uit een verkla
ring van de regering is wel af te
leiden dat er huurverhoging zal
komen; echter hoeveel deze verho
ging zal bedragen en hoe de rege
ling zal luiden, is thans nog niet
bekend. Het overleg met de Stich
ting van de Arbeid en met andere
instanties heeft nog plaats. Zodra
op dit punt wat meer bekend is, zal
ons blad daarvan ten spoedigste
mededeling doen. Naar alle waar
schijnlijkheid zal het niet hebben
van een bepaald contract bij een
eventuele huurverhoging geen rol
spelen.
Vraag: J. A. H. te D. H. wil
gaarne weten of de toeslagen op
renten ingevolge de Invaliditeitswet
toegekend vóór 1 October 1948
soms zijn vervallen.
Antwoord Deze toeslagen
zyn niet vervagen. Het kan echter
voorkomen, dat toeslagen worden
verleend by een uitkering krachtens
de Noodwet Ouderdomsvoorziening.
In dat geval heeft de uitbetaling
van de hierbedoelde toeslagen
slechts plaats indien en voor zover
het bedrag daarvan dat van de
Noodwet Ouderdomsvoorziening
overtreft.
Vraag: J. D. B. te D. H. Is
huurder van een woning, waarin on
derhuurders zijn. Vragensteller gaat
nu over enige maanden naar een
maar het gebeurt werkelijk vaak,
dat een weduwe, die plotseling
voor allerlei zakelijke dingen komt
te staan, van geen toeten of blazen
weet en maar gaat leunen tegen
een verre neef of een man van haar
vriendin. Daar komt dan meestal
niets van terecht en ze heeft op
recht spijt, dat zij vroeger niet eens
een klein beetje meer belangstel
ling heeft gehad voor al die zaken
Maar er is nog een andere kant
aan. Wanneer de vrouw niets te
maken heeft met zakelijke en maat
schappelijke regelingen, heeft ze er
ook geen zorg over, dat wil dus
ook zeggen, dat het haar niet inte
resseert. Het interesseert haar al-
levensverzekering. niets van zegel- leen. voorzover ze het voelt in haar
tjes plakken, van girobiljetten in- huishoudgeld, maar zij kan zich
en iedere maatschappelijke aange
legenheid aan haar man overlaat,
en zo onmondig en zo hulpeloos
wordt als een kind. Alle drukwerk
jes, die in de bus verschijnen van
reclame af tot dwangbevelen toe.
worden aan de man overhandigd:
Hier, dit is jouw zaak!
Zij weet niets van belasting, niets
van sociale regelingen, niets van
andere woning (eigendom). Wat
moet hy doen indien de onderhuur
ders met vrywillig willen vertrek
ken en de nieuwe bewoner (eige
naar) niet meer aan de onderhuur
ders wil verhuren?
Antwoord Wanneer de on
derhuur ls verleend met toestem
ming van het Huisvestingsbureau,
dan zal de nieuwe eigenaar slechts
met toestemming van het Huisves
tingsbureau een verandering kun
nen krygen. Wanneer hier gehan
deld moet worden dient dit de nieu
we huurder te doen en niet de huur
der, die vertrekt.
Vraag: W. F. S. te R. Moet
een lijfrente eerst worden opge
bruikt, alvorens uitkering ingevolge
(Van onze speciale verslaggever)
OP DE VELUWE. De kellners klagen. De exploitanten klagen. „De
room ls er af". Het geld zit de mensen niet meer zo los In de zak als een
paar jaar geleden. Een kopje koffie of een biertje, daar ls het meestal
mee uit. Natuurlijk wordt er nog wel gedineerd. Maar lang niet meer zo
luxueus als de eerste jaren na de bevrijding. En met de fooien is het
ook minnetjes geworden.
„Kjjk eens, meneer," zegt de ober ln een eerste-klas-restaurant, „het
vorige jaar had je nog wel eens mensen, die als ze een gulden of vfjf
verleerd hadden, een tientje betaalden en dan geen geld terug wilden
hebben. Kom daar nou nog eens om
Neen, Inderdaad, daar hoef Je nu niet meer om te komen. Met de dik
doende zwarthandelaren zijn ook de dikke fooien verdwenen. Dat ls alleen
maar een gezond verschijnsel. Minder leuk Is het dat alom de verterin
gen minder worden. Maar een kind weet hoe dat komt.
krygt men dezelfde opmerkingen te
horen.
Dat het ene bedrijf beter rendeert
dan het andere, dat ls altijd zo ge
weest en dat ls ook nu zo. om welke
reden dan ook. En dat men ln
plaatsen met veel zomergasten de
afgelopen maanden vrij veel te doen
heeft gehad in de eafé's en restau
rants, dat ls ook duidelijk. Maar
ook hier oordeelt men ln het alge
meen: „De room ls er toch af."
Klachten
En overal hoort men dezelfde
klachten: De lasten zijn te hoog,
veel te hoog. Hogere belastingen
dan vroeger, hogere lonen, hogere
prijzen voor de ingrediënten. Wat
kostte vroeger een pond boter en
wat kost het nu? Het brood, het
vlees, de eieren, alles is duurder ge
worden. Maar onze tarieven zyn
niet ln dezelfde verhouding omhoog
gegaan. Onze lasten zullen omlaag
moeten of onze tarieven omhoog,
anders gaan wy allemaal de put
in
Behalve dat de verteringen min
der worden wordt ook het bezoek
minder. Zo is het tenminste, In het
algemeen gesproken dan, met de
restaurants. Veel dagjesmensen, die
vroeger ln een restaurant gingen
lunchen of dineren, nemen nu hun
broodje mee en eten het bulten op
of drinken er hoogstens in een klein
cafeetje een glas melk of een kop
koffie bij.
Met de hotels ligt de zaak een
beetje anders. Die hebben ln het af
gelopen zomerseizoen in het hele
land weer boordevol pezeten. Het is'
trouwens zo, dat een paar maanden
van het jaar de hotels afgeladen
vol zitten en er de rest van het jaar
vele kamers leeg staan. Tal van
plaatsen hebben hun zomergasten.
Utrecht heeft zyn Jaarbeurs. Den
Haag heeft momenteel zyn Ronde
Tafelconferentie en zo hebben meer
plaatsen hun speciale hoogtepun.
ten. En In die perioden moeten de
gasten dan maar geborgen worden
Van verscheidene kanten wordt er
wel duidelijk dat deze stof zich
eigenlijk niet voor het kind leent.
Dat de volwassenen van nu den
ken dat ze te volwassen zijn ge
worden voor de verhalen uit de
kinderjaren van het mensdom
houdt zeker niet in, dat ze dan wel
geschikt zullen zijn voor onze kin
deren. Er
de Noodwet Drees kan worden toe
gekend
Antwoord Deze vraag kan
ontkennend worden beantwoord. De
verzekering kan in stand blyven
zender dat dit van Invloed ls op het
verkrygen van de uitkering ingevol
ge de Noodwet Ouderdomsvoorzie
ning. Wanneer echter het genot van
de lijfrente ingaat moet daarvan
aan de Raad van Arbeid kennis
worden gegeven, omdat het bedrag
van de lijfrente wèl van Invloed is
bij de Noodwet Ouderdomsvoorzie
ning.
Vraag: W. A. G. tg D. H.
Vraagsteller meent dat de z.g. Joe-
kesgulden wekelijks 1 extra
wegens stijging kosten levensonder
houd behalve in het gewone loon
ook nog bovendien in de overuren
moet worden berekend.
Antwoord Dit ls niet de be
doeling. De gulden wordt maar 1 X
per week betaald.
Roddel
Evelien spreekt
VAN VROUW
TOT VROUW
vullen. Als Jantje naar de HBS
moet, gaat vader wel met de direc
teur praten en vult papieren in.
Als Jeanne op een cursus moet is
het vader, die naar de voorwaar
den gaat informeren en moeder
zegt alleen: Doe je goede pak aan.
als je naar die directeur gaat. Na
tuurlijk komt dat langzamerhand
vanzelf en meestal doordat de man
dat allemaal tot zich trekt. Hij
vindt dat het zijn zaak is. Goed. dat
is het ook wel. maar toch niet in
t e mate. Voor de vrouw is het in
derdaad bijzonder heerlijk om van
al die dingen niets af te weten zij
zit als 't ware in een veilige serre.
Haar man is een soort rots. waar
alle maatschappelijke golven tegen
aan slaan en dat is wel bijzonder
gemakkelijk; maar op den duur zit
er ook een gevaarlijke kant aan.
niet. zoals een man, opwinden over
goede of niet-goede systemen, over
het al of niet noodzakelijke van
overheidsmaatregelen. Ze zal er ook
niet over willen lezen in de krant
en kijkt alleen naar de advertenties
of de gemengde berichten. In zeke
re zin. komt ze op die manier zo
buiten het leven te staan, en blijft
ze zo helemaal ronddraaien in de
pannelappen, de flanellen pyama's
en de stoofpeertjes. En dat kan
toch niet goed zijn. Wat dat betreft
heeft de ongehuwde vrouw bepaald
iets vóór. Zij immers, is wel ge
dwongen. zich op te houden met
lastige officiële papieren, met in-
v. ormulieren, met giro. belasting
enzovoort. En hoe vervelend het
ook is. het maakt haar toch flinker,
het maakt ook, dat zij meer méé-
doet.
(Van onze speciale verslaggever)
DEN HAAG. Ieder, die onze twee artikelen gelezen heeft over het
Nederlandse wegennet, zal met ons wel tot de conclusie gekomen zijn,
dat wU met grote spoed moeten overgaan tot een veel Intensievere uit
voering van het Rijkswegenplan. Anders raken wij steeds meer achter
bü de ontwikkeling van het verkeer cn zullen wij in dit opzicht niet In
staat zijn de consequenties op te vangen van een verdere industrialisatie
van ons land
Maar met de uitvoering van het Rijkswegenplan zijn wij er nog niet!
Zelfs indien alle ontworpen rijkswegen waren aangelegd zou men ln
een niet verre toekomst toch hopeloos ln de knoop raken met het ver
keer in ons land.
Het verkeer gaat namelijk vast lopen in de steden. Daar loopt het nu
al vast en dat zal in de toekomst in nog veel sterkere mate gaan gebeu
ren. De wegen in onze steden zijn op het moderne verkeer niet berekend
en de meeste gemeentebesturen zün nog niet zo ver dat zij daaruit de
consequenties trekken.
grote verkeer is op de steden ge
richt, het moet in die steden
z ij n en het zal er daarom gemak
kelijk in moeten kunnen doordrin
gen
Wij moeten u nu even met wat
cijfers vermoeien want wij willen
niet van u vergen, dat u dit alles
zo maar voetstoots aanneemt. Nu
dan, in Amerika, maar ook in ons
land. heeft men onderzoekingen in
gesteld naar de bestemmingen, die
het verkeer kiest. En wat waren
daarvan de resultaten?
Op steden gericht
Het verkeer in de richting van
een bepaalde plaats zal, indien het
I mogelijk is, voor een deel om die
plaats heen rijden als het een klei
ne plaats is. Het deel dat in de stad
zelf moet zijn neemt toe met de
grootte van die stad.
Het verkeer, dat in de plaats zelf
moet zijn, bedraagt voor steden
boven 5.000 inw. 40% v. h. totaal
boven 10.000 inw. 61% v. h. totaal
boven 25.000 inw. 65% v. h. totaal
boven 50.000 inw. 80% v. h. totaal
boven 100.000 inw. 83% v. h. totaal
boven 250.000 inw. 84% v. h. totaal
boven 500 000 inw. 89% v. h. totaal
boven 1 mill. inw. 95% v. h. totaal
Die cijfers zeggen voldoende. Als
de steden zich niet op het toene
mende verkeer gaan instellen zal
het verkeer juist daar meer en
meer gaan vast lopen. Men kan het
nu al in onze grote steden, zoals
Amsterdam. Rotterdam, Den Haag
en Utrecht waarnemen. En het on-
gevallencijfer kan het illustreren.
Dezer dagen is juist de laatste sta
tistiek der verkeersongevallen te
Amsterdam gepubliceerd: per week
zeventien doden of voor het leven
verminkten, alleen in de hoofd
stad. Meer dan een kwart van de
slachtoffers waren kinderen.
Rotterdam is met zijn tunnel en
vooral met zijn tunneltraverse nog
niet eens zo slecht af. Maar neem
nu Amsterdam. Als er nu een tun
nel onder het IJ komt.. ..Hoe zal
men bij die tunnel moeten komen?
Tussen het IJ en de stad ligt bv.
Grote verkeer moet
juist in de grote
steden zijn
Men kan het verkeersprobleem
niet oplossen door de grote wegen
buiten de steden om te leggen. Dat
lijkt allemaal wel erg aardig maar
het is struisvogelpolitiek.
Want het merendeel van het
MODE-NOVELLETTE
Slordig (maar-niet-heus)
Dit wordt een herfst en een winter voor kleu
ren. Christian Dior geraakte in gloed voor rose,
bruin, pauw-blauw (glanzend als parelmoer)
goud, zwart en rood. Dat rood doopte hij Dior-
rood 't Is warm en. uitbundig, nonchalant en
toch chique. Geen beter partner voor „that
casuaj look" van 1950. De loek van de ele
gante nonchalance, de slordigheid, die
geen slordigheid is maar geraffineerd
bedachte ongedwongenheid. Een mode.
vorm die eisen stelt net als dat
rood. Slechts Diors elegantste,
donkere mannequins mogen zijn
kleur dragen. Deze van de tekening heeft een
mantelpak van rode, wollen stof. Zogenaamde
Duvetine. Het zeer korte jasje kreeg een
shawlkraag van bruin Persianer lam. Ook het
mutsje heeft er een rand van. Let vooral op de
sluiting in de rok. Die is middenvoor. Slordig
maar-niet-heus.
Wat de tint betreft: als u denkt dat Dior
boos zou zijn als hy u ln die kleur der vrijheid
zagneem dan bruin, zwart of blauw. En
bruin Persianer lam is eigenlijk alleen voor
een duur prentje.
(Nadruk verboden)
al het Centraal Station. Daar kan
de tunnel ook nog wel onderdoor.
Maar dan? Men kan de tunnel na
tuurlijk ook op een andere plaats
leggen, maar de moeilijkheid van
de aansluiting op de andere wegen
blijft. Die Amsterdamse tunnel kan
nooit aan zijn capaciteit komen als
er nog niet heel wat anders aan
de wegen in de hoofdstad gebeurt.
En een dergelijke redenering kan
men ook voor de andere grote ste
den opzetten.
De conclusie ls, dat men in de
toekomst en het is hard voor
minnaars van het historisch stads
beeld in sommige plaatsen grote
wegen met ruime parkeerterreinen
dwars door de steden moet breken.
Men kan èet uitstellen, maar op de
duur ontkomt men er niet aan.
Doet men het niet dan richt men
de stad te gronde.
In San Francisco is gebleken, dat
door het ontbreken van op het mo
derne verkeer ingerichte wegen
dwars door de stad de grondprijs
enorm ging dalen, zelfs tot 25%
van de oorspronkelijke prijs. Na
dat de nodige wegen er waren ge
komen herstelde de grondprijs zich.
Het aantal personenauto's in Ne
derland is thans weer ongeveer op
het vooroorlogse peil en het aan
tal vrachtauto's is al veel hoger
dan in 1939. Het aantal stijgt met
sprongen en de stijging zal zich in
versneld tempo voortzetten en zelfs
niet door de verhoging van de ben
zineprijs worden tegengehouden.
Nederland is nog steeds, gemeten
aan het aantal inwoners, een van
de landen met het geringst aantal
auto's. Wij staan in dit opzicht ver
achter bij landen als Engeland,
Frankrijk en België, om van Ame
rika nog niet eens te spreken. Wij
zullen die achterstand moeten in
halen indien wij de concurrentie
willen volhouden en dan zullen wij
met onze wegen het intensieve ver
keer moeten kunnen opvangen.
Ruimere bloedvaten
Het Rijkswegenplan indien
met spoed uitgevoerd is daar
voorlopig wel toe in staat. Maar de
steden zijn het niet. De steden heb
ben „ruimere bloedvaten" nodig.
En deze zullen er spoedig moeten
komen. Daar zullen de gemeente
besturen mee rekening moeten
houden en het Rijk moet dat niet
minder doen. Waarschijnlijk zullen
de gemeenten zelf deze wegen niet
kunnen betalen, zal het Rijk moe
ten bijspringen, wat kan inhouden,
dat het Rijk ook zeggenschap over
die wegen zal willen hebben. Dit
kan. met de gemeentelijke autono
mie voor ogen, weer nieuwe pro
blemen scheppen.
Maar al deze vraagstukken zul
len met bekwame spoed onder het
oog gezien moeten worden. De be
volking groeit sterk, de industrie
breidt zich uit, het verkeer zal in
evenredigheid toenemen.
Nederland moet op tijd klaar zijn
om de stoot op te vangen, op de
grote wegen door het land, maar
zeker niet minder in de grote
steden.
dan ook op aangedrongen nie»„
betere) hotels te boïwen t'
vreemdelingen, met name de Z-
brengende Amerikanen, 0p
hoorlijke wijze te kunnen o»-"'
gen.
Naar het „buiteow
De vacantieoorden ln om
hebben deze zomer niet overh.~
te klagen gehad. Vooral la-,:'
kust (op Texel b.v.) en R'
Limburg waren ln het volle V
iedere nacht practisch alle hot,';
pensionkamers bezet. In Valkenv!
Irflf mor» rïavn tr\ nen. i
trof men deze zomer veel
tne^>
die er alleen kwamen logere* -
die de dag besteedden om per?
of touringcar uitstapjes naar.'
dennen ln België te maken Z>'
men proviand mee uit Nederig,
konden het zo zonder BelgisfiTl'
stellen.
De Ardennen-minnaars di»
Valkenburg neergestreken *i>'
zyn zo dit jaar toch nog In hel -
tenland gekomen. Anderen''
naar het „buitenland" wilden, ly.
zich per touringcar naar „het r;»
we gebied" brengen, naar
waar het iedere dag, vooral na:
lijk 's Zondags, enorm druk
hoewel er weinig ls te zien. v-
tienduizenden guldens zijn er in
week alleen aan ansichtkaarten
steed. En de Eltenaren. die ets
„Wir wollen deutsch bleiben" Cv
schuttingen schreven, vind*-, -
nu maar een voordelig zaakje 6
annexatie. „Die dumme Holliy"
toch
Hoo zal het gat1
Verreweg de meeste Nedefc
ders hebben deze zomer in leder
val hun vacantie binnen de gre?
doorgebracht.
Maar zullen zij dat ln de kost
de jaren weer allemaal dot'
Waarschijnlijk niet. Het armzal*.
Elten toont al hoe graag de Kcfc
lander „naar het buitenland1' r.
Het ls dan ook de vraag of
tels er geen terugslag van kr^
als ln de komende jaren de
lykheid om buitenslands vacantia
houden weer groter wordt. Er r
dit jaar veel vreemdelingen Ir c:
land geweest en misschien z-aj fc
aantal de komende jaren nog ft.
gen. Maar zullen die voor de hek
en pensionhouders kunnen goedra
ken wat zy aanstonds aan de ou
het buitenland reizende Nederk
ders verliezen?
Wy vrezen cr voor. Het lijkte
in leder geval wel vast te stau
dat velen, die er 's zomers ln de .V
derlandse vacantie-oorden een m
dige cent bij verdienen door t:
huis als pension open te stellen,
de toekomst minder goede at:
gaan doen.
Want er komt nog iets andert:
Er is voor de hotel®: en pension!:
Nederland een kaper op de kust rr
komen
Tijdens en na de oorlog zijn oïï
al in ons land de zogenaamde ka
peercentra, de kamphuizen, kan
hutten, zomerhuisjes, bungalow:-,
hoe zij meer heten, uit de gronde
rezen. Daar heeft men niet zo r
comfort maar daar betaalt men ei
veel minder geld dan in een b::
of pension. Als men met een rrz
of zes is, kan men voor 25,- ik
persoon in de week midden in
bos in een eenvoudig huisje sla;-:
en behoorlijk te eten krygen. Dar
kan geen hotel tegen op.
Die zomerhuisjes lijken ons c
Nederland een grote toekomst t?
gemoet te gaan. Al zullen zij rrj.
schien niet onmiddellijk de bestaa
de hotels ernstig nadeel berok»
nen, zij zullen ze waarschijnlijk
de grote stroom mensen afsnoept:
die nu pas de laatste jaren zr.
gaan leren vacantie te houde
Want het aantal vacantiegangeJ
neemt toe in Nederland en wel z«
snel. Het zyn niet in de eem
plaats de hotels en pensions, die e
van profiteren, maar de goedkopen
kamphutten en zomerhuisjes. Mi
deze logeergelegenheden is een
heel nieuw soort bedrijf in ons te!
ontstaan, dat nog niet voldoen!
georganiseerd is en dat is erge
ook nog lang niet voldoende ce
der controle staat. Het een han?
overigens met het andere samen.
Over deze huisjes en hutten, di
in de afgelopen zomer vele bonder!
duizenden mensen onderdak hebtc
gegeven en die ook momenteel ncj
vele gasten herbergen, hebben A
nog iets meer op het hart. Mati
zullen wij dat voor een volgend!
keer bewaren?
•paoi( Ud\dcnn\j uvaxz a/5oq uaa w
sdiund apans uvenz 'ubövipdö ubu
-doipspuvq udidmntf juvenz döuai
uspiocn qinC azap fig 'juDS/ïitp
uajuDuiDip uaa j'aui pjBisuM
ipioai liodvC bq 'BpCxzbuboj6
-idquop uva, uCiz 'jqiaï OooqsiI'
ap joj aip 'cnnóiu apii a
bq •söj.noqapuvj.q 3uia\q %bul itod
-OCjWjqOOD BlUDJpnod VBB (UBtfl
-jüó Oh 'vuiyj 4ddu 3(600 uimp?
uaa jaiu qBdq uiviüivg BJUdid