Ontmoeting met Sint Nicolaas Grietje op reis Zondag speelt Boys thuis Quick en Amsvorde uit SinJtsiAklaaA in dn Aiohm v Iedere vrouw haar type trou w 4 Zaterdag 3 December I949 Marsepein-maquette van kern plan bleek niet te verdelen GA zitten, jongeman," zei de voorname grijsaard en zijn fijngevormde hand bewoog zich uitnodigend in de rich ting van een zetel, tegenover de zijne. Ik aarzelde even, waarop het weer, maar nu wat indringender, ja haast gebiedend klonk: „Ga zitten, jongeman". Ik ging zitten met een „Dank U", ver gezeld van een hoofdknik. Burgemeester had de „Lange Jan" gekregen Het verzoek (of was het een be vel?) werd tot me gericht in de koffiezaal van een Amersfoorts café-restaurant, welks naam ik u overigens niet verklap, omdat deze naam er niet toe doet en ik geen reclame wens te maken voor een bepaald bedrijf. Het was op een Novemberdag, kort geleden, toen de herfststormen over ons lage land gierden en stortbuien uit de donke re wolken op de aarde neerplens- den. Ik had niettemin, tussen twee regenbuien in. mijn genoeglijke vrijgezellenkamer verlaten, om in de stad inkopen voor het Sinter klaasfeest te doen. Er zijn altijd lieden, zelfs in de omgeving van een oude en zure celibatair gelijk ik. die bij deze gelegenheid iets vriendelijks van ons verwachten, zodat men tegen wil en dank be sluit de hand over het hart en de portemonnaie te strijken. Maar het was geen weer om te winkelen en dus had ik mijn toevlucht gezocht in een café. Het v/as elf uur in de morgen en de koffie geurde er heerlijk. Ik had een goed plaatsje aan het raam gevonden en een klein duiveltje in ipe verheugde zich bij de aanschou wing der moeilijkheden, die de voorbijgangers met hoed en para plu hadden in hun strijd tegen de elementen. A AN een tafeltje naast me zat een heer. een grijsaard, een uiterst gedistingeerde verschijning. Hij droeg niets opvallends, maar was fijn gekleed. Maar wat onmid dellijk de opmerkzaamheid moest trekken, was zijn voorname kop met prachtige, witte lokken en een profetenbaard. Onder het hoge en gerimpelde voorhoofd prijkten bor stelige wenkbrauwen. Wonderlijk waren zijn ogen; zij hadden een gestrenge blik. maar er sprak daar naast een goedheid uit. die haast bovenmenselijk was. Het was een kop als die van Zeus. maar vol nobele verfijning, een zeldzame kop. En tóch moest ik dit gezicht meer hebben gezien, het kwam me zo bekend ja haast vertrouwd voor. maar waar en wanneer had ik het eerder gezien? De grijsaard riep om de ober en deze kwam, teneinde naar zijn wensen te informeren. Daarbij klonk er hoe kon het anders werkelijke eerbied uit de stem van de bedienende geest, die vervolgens vol respect de bestelling in ont vangst nam: ..Een kop sterke koffie, en daarbij speculaas, veel specu laas van de beste kwaliteit, zoals ze gebakken wordt bij En daar noemde de gast een reeks ge renommeerde bakkerijen uit onze stad op. zodat ik versteld stond over zoveel locale kennis bij een vreem deling. En toch gaf deze opsom ming van namen mij licht. Er flit ste iets in mijn brein: ik wist plot seling wie daar aan het tafeltje naast mij zat. Natuurlijk. Hij moest het zijn: Sint Nicolaas' Ik had moeite mijn ogen van hem af te wenden, en niet onbeleefd te schij nen. Dit ontging hem blijkbaar niet, want eensklaps, als had hij mijn gedachten geraden, sprak hij me aan met z'n diepe, rustige stem. „Ja zeker, u hebt het goed. ik ben wel degelijk, wie u veronderstelt." Onwillekeurig stond ik od van m'n stoel en- deed een stap naar zijn ta fel. Daarop volgde de uitnodiging uit de aanhef van dit verhaal en daar zat ik nu. tegenover de grote mensenvriend van alle tijden, te genover Sint Nicolaas. ..Je hoeft je niet voor te stellen, jongeman, ik ken je naam en je antecedenten", sprak de oude heer. ..Jongeman, herhaalde ik scham per. jongeman. U houde mij ten goede, maar ik heb de nodige kruisjes achter de rug De Sint glimlachte. ..Toch zal ik je zo aan spreken". zei hij. ..bii mij verge leken is de oudste inwoner van dit land nog maar een zuigeling. Zo vele eeuwen zijn over dit hoofd gegaan, dat ik zoiets rustig mag be weren". ..Maar, hoe ter wereld, is het mo gelijk. dat een mens zo oud kan worden?" vroeg ik. ..Luister", antwoordde hij, ..ik zal het je uitleggen. Ieder mens ge denkt eens per jaar zijn geboorte dag. Hij laat zich dan gelukwen sen en geschenken geven. Hij laat zich fêteren, zoals jullie dat graag noemen. En na zo'n drukke dag be geeft hij zich des avonds min of meer voldaan ter ruste, naargelang van de mate. waarin aantal en om vang der cadeaux aan zijn ver wachtingen hebben beantwoord en hij eindigt de dag met de verzuch ting: „Al weer een jaar ouder." Bij mij niet aldus. Zolang me heugt, is het niet bij mij opgekomen me op m'n naamdag te doen fêteren, want ik had het te druk met het berei den van vreugde aan anderen. En zo ging de^ dag voorbij zonder het streepje achter m'n naam. dat bij elke sterveling in de desbetreffen de lijst jaarlijks wordt toegevoegd. Mijn jaren telden niet. om het plas tisch uit te drukken." ..Dan hebi u dus het eeuwige le ven". waagde ik te zeggen. „Neen," sprak hij nadrukkelijk en ernstig. „Dai heeft op deze aar de niemand en niets en ik weet., dat ook m'n leven ten einde spoedt. De mensen zelf verhaasten dit einde. Zie eens om je heen in de steden, zo tegen de nadering van viif December. Het wemelt op de straten van Sinterklazen en Zwarte Pieten. Zij zijn niet het symbool van Goeddoen in Silte, zij zijn de luidruchtige reclamemakers voor zaken en zakenlieden. Soms ont moet men er in één straat velen tegelijk. Hoe zou een kind zo het geloof in mij kunnen behouden? En als dit geloof in Sint Nicolaas is gestorven binnen afzienbare tijd. dan zal ik met mezelf bezig zijn op 5 December, in plaats van met an deren en ieder jaar zal er een streepje achter m'n naam worden gezet, tot ook voor mij de grote ure komt en men mij ter ruste zal leg gen. Wel zal er met mij een grote en goede gedachte ten grave zijn gedaald, maar ik troost me met de verwachting dat de mensheid weer op een andere wijze tot het inzicht ven aanprijzen, kan ik niet zo erg goed lijden. Maar deze opmerking terloops, ze heeft met mijn vroeg tijdige aankomst hier ter stede geen bemoeienis. Wel ben ik opgeschrikt door een artikel in dit blad van een zekere meneerja. hoe was de naam ook al weer. wacht maar even." Hij haalde een om vangrijk notitieboek uit z'n zak. zette z'n bril op en zocht in z'n aan tekeningen. ..Ja. hier heb ik 'm. Ingwerse is de naam, Ingwerse. Lastige namen hebben jullie soms in Holland en ook lastige lieden, naar ik beg:n te begrijpen. Deze meneer nu beschuldigt de Amers foortse Gemeenteraadsleden van vandalisme, omdat ze bezig zijn hun oude binnenstad te vermoor den en als je weet hoezeer dit oude Amersfoort me na aan het hart ligt, kun je misschien begrijpen, in welke mate ik me door het artikel van die meneer Engmans T NGWERSE", waagde ik te ver- jeteren". Nu ja. door dat artikel van meneer Engwerse ge schokt gevoelde." Ditmaal rectifi ceerde ik niet. daar me een zekere gedachtenassociatie, die in het brein van de Sint aanwezig moest zijn en waarbij hei begrip ..eng" een belangrijke rol speelde, logisch en verklaarbaar voorkwam. Maar de grote man. tegenover me. ging reeds verder ..Nu ken ik jullie burgemeester Molendijk en de wet houder Koopman, die in dit drama als overheid belangrijk schuldig moesten zijn. nog al goed. Ik ken ze vooral daarom omdat ze niet zulke brave knaapjes waren. De man. die nu jullie burgemeester is. hebben wij in z'n jeugd tot drie maal toe een roe in z'n schoen moe ten leggen en de wethouder, die ik zoeven noemde, ontkende m'n be staan. toen hij nauwelijks goed en zal komen, dai het zaliger is ie ge ven dan te ontvangen." Zijn woorden hadden diepe druk op me gemaakt en ik staarde voor me uit. Zo viel er even een stilte tussen ons, die door de grijs aard werd verbroken. „Kom", sprak hij. „je zit aan mijn tafeltje en bent dus in zekere zin mijn gast. Het was niet mijn bedoeling op de ze sombere dag ook nog sombere gedachten bij je te wekken. Wat mag ik je aanbieden? Je bent toch geen geheelonthouder?" En nu. in de mening zó kort voor 5 De cember een goede beurt te ma ken. loog ik heel ordinair: .Ik ge bruik geen alcoholische dranken." „Deze verandering in je levens wijze is dan stellig van zeer recente datum, mij is daarvan nog niets ge meld. Maar voor jou wil ik me in deze beterschap verheugen. Ik had je anders graag een glas aangebo den van de heerlijke Sherry, die ze hier schenken en waarvan ik dan voor mezelf een glas zal bestellen. Zal het voor jou dan nog een kopje koffie zijn?" Ik verwenste m'n leugen, toen even later voor de Sint een prach tig glas lichtgele Sherry en voor mn een kopje koffie werd neerge zet. Groter nog was m'n teleurstel ling. toen de Sint daarna, langs z'n neus weg opmerkte: „Laat ik niet vergeten de fles prachtige oude Cognac voor je door te strepen, die achter je naam op de geschenken- lijst prijkt." „Maar je rookt toch zeker wel?" was de volgende vraag. Visioenen van een grote kist met een prachtig assortiment sigaren, geschenk op 5 December, kwamen bij me op en ik antwoordde gretig: ..O ja. veel en graag". „Dat zou je dan moeten laten, klonk het. „op jouw leeftijd bevordert het roken de aderverkalking, maar neem bij wijze van compensatie flink wat speculaas: die Amersfoortse bak kers zijn meester in hun vak." „Dank u" zei ik. een weinig boos. ..ik moet aanstonds eten en wil m'n appetijt niet bederven". „Zoals ie wilt", sprak de grijsaard droog en ik meende een weinig leedvermaak in z'n stem op te mer ken. IDjOTSELING werd hij weer ernstig, na een flinke teug van z'n Sherry genomen te hebben. „Weet je eigenlijk, waarom ik zo vroeg, en nog wel incognito naar Amersfoort ben gekomen?" klonk eensklaps z'n vraag. Ik moet be kennen. dat ik geen flauw vermoe den had van de motieven, welke hem daartoe hadden kunnen bewe gen. „Dan, luister. jongeman", sprak hij. Hii nam nogmaals een teug van het kostelijk vocht, welke handeling ik met licht verholen spijt aanschouwde en begon toen zijn uiteenzetting. „Enkele maanden geleden werd mij een nummer van het Neder landse weekblad „Elsevier" toege zonden. Ik ken dit blad. maar ik houd er niet van. Wel ben ik in m'n diepste wezen conservatief, doch ik ben er van overtuigd, dat de soci ale inzichten en economische sy stemen. welke gedurende een zeer lange periode in mijn leven opgeld hebben gedaan, langzamerhand on houdbaar zijn geworden. Ze heb ben ons te veel ellende gebracht, om op de duur aanvaardbaar te zijn en een blad, dat doorgaat ze te blij- wel z n hoofd boven vaders tafel kon uitsteken." Ik bewoog vol af grijzen m'n hoofd enige malen van links naar rechts en herhaalde daarbij het bedenkelijke „Sjonge, sjonge". Had ik het maar niet ge daan. want onmiddellijk werd me een gestrenge blik toegeworpen en de opmerking: „Doe niet zo braaf, want met jou heeft zich zowel het een als het ander afgespeeld." Ik zweeg dus beduusd en luisterde braaf verder. „Maar ik heb ook ge zien". ging de Sint voort .dat ze tot ferme mannen zijn opgegroeid, van wie ik niet wenste te geloven, dat zij willens en wetens de eer bied. welke wii aan het voorge slacht verschuldigd zijn, zouden veronachtzamen. Toch ben ik naar de dienst van Gemeentewerken ge gaan en heb met de heren van Nouhuys. Zuiderhoek en Rooy- mans gesproken. Deze mensen heb ben mij de plannen haarfijn uitge legd en me een maquette laten zien. Dit alles heeft me volkomen gerustgesteld. Ze hebben een goed begrip getoond voor de eisen, die onze tijd stelt, en blijk gegeven van grote piëteit voor het vaderlijk erf deel. Ze krijgen de grootste specu laaspop, die in mijn bakkerijen kan worden vervaardigd. En met „El sevier" maken we de kachel aan en meneer Engwerse krijgt een roe. E Gemeenteraad wilde ik ook J-y-belonen en ik had een groot plan. Deze hele. door mij genoemde maquette, wenste ik in marsepein te doen namaken en haar op vijf December aan de raad te schen ken. De burgemeester zou de Lange Jan krijgen ik ben verliefd op die toren en de rest zou in een- en-dertig stukken, zoveel als er raadsleden zijn. worden verdeeld. Ik geef toe. dat die verdeling veel moeilijkheden zou opleveren, maar de heren hadden er voor óm kun nen staan en ieder had zijn aan deel gekregen. Helaas, dit plan «kan geen doorgang vinden." „Waarom niet?" vroeg ik. „het idee is bijna geniaal." „Wel. jongeman", zei de goede heilige, „je ziet één ding over het hoofd. Stel je voor. dat bu het omstaan, de dikste brokken van de rondweg toegevallen waren aan de vijf leden, die tegen het plan heb ben gestemd. Dat zou onrechtvaar dig zijn en daarom kan er niets ko men van een maquette in marse pein, hoe jammer dit ook is." Ik kon dit slechts beamen. De regen was intussen opgehouden, het ver keer op straat werd drukker, dicht bij klonken de tonen van 'n draai orgel. Zeer toepasselijk was het lied, dat de helper van Teus er uit draaide: Zie. de maan schijnt door de bomen. Sint Nicolaas wiegde behaaglijk z'n grijze hoofd, gevolg van de Sherry en de muziek. De orgeldraaier kwam binnen en pre senteerde z'n centenbakje. Ik diep te een dubbeltje uit m'n portemon naie. de Sint tastte in z'n vestzak en gaf een dollarbillet, want hij had blijkbaar genoeg harde valuta. Teus liet met een ontstemd gezicht het papiertje aan de Ober zien. maar deze goede man gaf er hem een prachtig nieuw kwartje voor in ruil. Toen waren er drie gelukkige mensen: de Sint. omdat hij had welgedaan, de orgeldraaier om z'n kwartje en de ober weer ergens anders om. Ik meende, dat het tijd was om afscheid te nemen, maar dacht goed I Vuot de Zondag Aan de vooravond van Sint Nicolaas Vol verwachting klopt ons hart. Het is een goed en een heerlijk feest, want het is een echt huise lijk feest. Daar is dus geen enkele reden, om sarcastisch te spreken over dit schone kinderspel. Maar wat als kinderspel geweldig be langrijk is, blijkt tenslotte geen houdbare levensstijl te vertegen woordigen. Sint Nicolaas moge kin derlijk zijn of kinds, in ieder geval is zijn moraal naïef. Wie zoet is, krijgt lekkers, wie stout is, de roe! Deze naïeve moraal trachten we nu tegen elk beter inzicht in mede te nemen. We spelen ons sinter klaas-spel, en zien niet, dat het niet klopt. Onze ontspanning is er op ingesteld. Onze radio is er op afgestemd. In detective- en ban dieten-verhaal komen de dingen altijd terecht. Paul Vlaanderen moge dan het koude staal van mes of revolver in de nek voelen, het revolver gaat niet af en het mes prikt niet door, daar kun je staal op maken. De praktijk van het le ven is, dat zulke dingen echter wél gebeuren, dat de werkelijkheid volkomen indruist tegen de rechte moraal, dat de onschuldige lijdt voor de schuldige, de weerloze valt ter. prooi aan het roofdier. Sinterklaas is een prachtig feest voor kinderen. Maar het mist het moment van het dramatische vol komen. En wie de sinterklaas verwachting niet ontgroeit, is in fantiel. Vanuit dit primitieve rechtvaar digheids- en vcrgeldings-bewust- ijn stort een mens zich teleur gesteld in de verwachtingloosheid, en kankert. Of hij komt van het sinterklaas-verwachten tot de ad- vents-verwachting, waarin al het vreemde in deze wereld is verdis conteerd in dat éne: dat God zelf zichzelf heeft vernederd, en heeft de gestalte van een slaaf aangeno men en is de mensen gelijk ge worden. De profetie spreekt van de lijdende Knecht. De geschiede nis spreekt van stal en kribbe, van doornenkroon en kruis. Toen aller juichten op de Olijfberg, weende Jezus, en klaagdè over de onbe- keerlijkheid van Jeruzalepi, dat verloren zou gaan. Toen ae vrou wen uit Jeruzalem luid-op ween den over Zijn lot, vroeg Hij, dat vooral niet te doen, omdat hun lot erger zou zijn. H\j geeselde de mensen in de tempel en zegende de moordenaar aan het kruis. Hij at met tollenaren en zondaren, werd geëerd door een, die toch eigenlijk een deerne was. Hij prees de armen zalig, en verkondigde Gods ontferming over de i>erlorene. En het lied van Maria zingt: hon- gerigen heeft Hij met goederen vervuld, en rijken heeft Hij ledig heengezonden. Ons beledigde rechtsgevoel is wel erg naïef. En ons verdiende loon" een verschrikkelijke armoe de. Heerlijk het evangelie, de blij- mare van God. Want eeuwig duurt Zijn genade. v. E. (Ingez. Med.) Geen goede Sint voor een vroaw of meisje wan neer ze als geschenk niet een tube Hamea Gelei heeft ontvangen. te doen. me voor vijf December nog even in de gunst van Sint Nicolaas aan te bevelen Hij keek me even zeer ernstig in de ogen en sprak toen: „Hoe luidt ook alweer de Oud-Hollandse uitdrukking? Kin deren. die vragen, worden overge slagen. Voor de rest, jongeman, wil ik je een gunst betonen, al weet ik niet. waaraan je die zou hebben verdiend. Ik heb niets bij me dan vreemde deviezen. Voor vandaag mag jii de vertering betalen, die we hier samen hebben gemaakt." Min zaam wuivend, liet hij me gaan. Ik maakte een buiging, betaalde en verliet het café in de weten- DE KINDERKRANT H* R was eens een klein meisje, dat Grietje heette. Niet die van Hans en Grietje, maar een andere Grietje. Ze was verschrikkelijk nieuwsgierig en ze wilde alles zelf graag onderzoeken, voordat ze het ge loofde. Toen haar moeder dan ook verteld had van Sinterklaas, die in Spanje woont en ieder jaar de kinderen hier in het land komt opzoeken, toen dacht Grietje bij zichzelf: Dat wil ik zelf eens gaan zien. En eens op een dag 's morgens heel vroeg, toen er nog nie mand op was. kwam ze uit haar bedje. Ze deed haar blauwe jekkertje aan, ze deed de deur van het nachtslot, O, wat er toch nu weer gebeurd is, zeg! Bij Monnikendam op de grote weg, daar zijn we toch zo van geschrokken! Daar reed Sinterklaas op zijn dooie gemak hij was net met Piet en de roe en de zak uit Monnikendam vertrokken. 't Ging allemaal goed, 't was een kalme rit en Sint dacht juist aan Pietertje Smit, die jongen die altijd zo lui is. En toen ging het waaien, dat was me een wind'. heel zachtjes en daar stopd Grietje op straat. Dat was jqou zei de sint. Och, kom, zei de Sint de» Populierenstraat, die kende ze heel goed, maar hoe kwam ze nu naar Spanje? Ik ga liften, dacht Grietje en meteen hield ze al een auto aan. Ik ga niet helemaal naar Spanje, zei de chauffeur, maar ik wil je wel mee nemen naar Tubbelsbergen. Dat is al een heel eind in de buurt. En daar reden ze. Grietje zat voorin en ze genoot van de rit. Ze gingen door alle mogelijke dorpen en steden, ze reden langs weiden en boomgaarden en ze kwamen hoe langer hoe verder van Grietje's huis af. Maar eindelijk stopte de chauffeur. Hij deed het portier open en zei: Stap nu maar uit. We zijn in Tubbels bergen. Je moet maar proberen om nu een andere auto aan te houden Toen reed hij door. Daar stond Grietje, helemaal alleen, en wat zo gek was, er was helemaal geen dorp daar. Er was een oude boerenschuur en er was een hondehok zonder hond er in. Het was er zo verlaten en zo koud. De enige die op de weg liep was een oud vrouwtje. Ben ik nog ver van Spanje?, vroeg Grietje haar. Spanje, zei de oude vrouw, Spanje, ik weet helemaal niet waar Spanje ligt. En de vrouw trok haar schouders op en liep door. En daar stond me dat kleine meisje. Ik zal maar naar het Zuiden lopen, dacht ze, dan kom ik er vanzelf. Ze liep en liep over de eindeloze weg en zo nu en dan vroeg ze aan de mensen waar Spanje was. Maar die bgrepen haar niet of ze lachten haar uit. En eindelijk was Grietje zo vreselijk moe en zo koud en zo verdrie tig, dat ze maar aan de kant van de weg ging zitten, tegen een boom en begon te huilen. Het was al laat in de middag ook en het begon al langzamerhand donker te worden. Was ik maar thuis, dacht Grietje, was ik maar niet weggelopen. En toen viel ze in slaap. Ze wist niet hoe lang ze had geslapen, maar ineens werd ze wakker. En ^laar voor haar.... o. wat was dat? Daar stond Sinterklaas. Sinterklaas op zijn witte paard, met zijn mijter en zijn tabberd en zijn staf. Zwarte Piet stond er naast en lachte met al zijn witte tanden. Wat doe jij hier zo alleen op de weg. vroeg Sinterklaas. Ik ben Grietje, zei ze. En ik wou naar Spanje toe om U op te zoeken. Maar lieve grut ten, zei Sinterklaas, ben jij Grietje uit de Populieren- straat? Weet je wel, dat je Vader en Moeder vreselijk ongerust zijn over je? Ik heb het net door de radio gehoord. Och, wat ben je toch een dom klein meisje. Wat gelukkig dat ik hier toeval lig in de buurt ben. Hij tilde Grietje op zijn schimmel en daar reden ze. En in het eerste 't bes te dorp waar ze kwamen, liet Sinterklaas een auto huren om Grietje weer thuis te brengen. Hij wuifde haar na. toen ze ik denk dat het even een bui is. Het paard van Sint Nicolaas zette zich schrap 't ging tegen de wind in, zo stap voor stap en Piet zei: Boe, wat een weertje. Toen kwam er een windvlaag, zo vreselijk wild, de Sint werd gewoon van zijn paard afgctild hij vloog door de lucht als een veertje. Nu stond er daar gelukkig maar, zeg!) een telefoonpaal aan de weg, het was een hele hoge. Maar als die paal er eens niet was gewee dan hadden we nu geen Sint Nicolaasfer dan was hij weggevlogen! Nu zat hij dus tegen die paal gedrukt die goeie Sint, van zijn paard afgeruk: het leek of hij daar bleef kleven Een eindje verder zat Zwarte Piet en kijk eens, zijn dat de cadeautjes nu die daar door het luchtruim zweven? Had Sint niets gebroken, geen arm of been gelukkig niet, hoor, alleen, alleen de schrik had hij wel te pakken. Zijn bril was hij kwijt, das waar, zijn bril. maar de wind ging liggen, het werd bladstil en de Sint liet zich langzaam zakken. En meteen, toen hij daar weer die paal uitkwam toen stond daar een jongen uit Monnikendam die heeft Sinterklaas afgeschuierd. Hij hielp Zwarte Piet met zijn muts en zijn jas en weet je wel, wie dat jongetje was? Pieter Smit, die altijd zo luiert. Dat liep goed af, zei Sinterklaas alleen mijn bril is weg, helaas, maar verder is alles in orde. En JIJ bent een flinke jongen, jij jij Pietertje Smit, je krijgt van mij de Telefoonpaal-orde. Ja Sinterklaas, zei Pieter bedeesd, en sindsdien is hij nooit meer lui geweest. wegreed en zei: Je hoort nog na der van me. Ik kom nog bij jul lie thuis ook. Een paar uur later was Griet je weer bij haar Vader en Moe der. Die waren zo blij, zo blij, veel te blij om nog boos op haar te kunnen zijn. En nu dezer da gen wacht Grietje in spanning af, of Sinterklaas nog komen zal. Wat denk je? Ik denk van wel. schap, dat mijn vijf December zou znn als alle vorige en zoals ze al tijd zal zijn voor. alleenstaande mannen. Amersfoort, November 1949. BEN C. HAITES. De wil van de mode ontwerpers is voor ve le vrouwen wet. Zij vragen zich dan niet af, of het ontworpen model wel bij haar type past; zij zeggen: het is toch immers mo de. Een veel voorko mende zonde is ook het verkeerd of te over vloedig gebryik van accessoires. In Am sterdam werd onlangs een juwelenshow ge houden. Met nadruk werd er op gewezen, dat overdaad schaadt. Zwaar beringde vin gers geven van de per soon in kwestie een opzichtige indruk. Het verhaal wil, dat één der dames, die de ju welenshow bezocht, na de afkeurende woor den over het teveel aan sieraden omzich tig een ring van haar vingers schoof en in haar tasje liet verdwij nen. Links op de foto ziet u een eenvoudig fluwelen avondtoilet, dat het juwelen-en semble voordelig laat uitkomen. De clip aan de rechter kant bij de hals geeft aan de ja pon het a-symetrische effect. Door het korte kapsel, waarop een tu len hoedje prijkt, ko men de oorbellen voor neen, ook de wenk brauwen lopen op waarts en naast de ogen is een klein lijn tje omhoog getrokken. Het is, dat wij geen duiveltjes willen lij ken, monsieur Guil- laums, maar anders zouden wij uw nieuwe haardracht niet eens zo onaardig vinden. Rechts komt de delig uit. De armband vrouw, die haar type is over de tulen hand- trouw durft te blijven. schoen geschoven. Bij de diep uitgesneden hals had de om de nek liggende ketting niet mogen ontbreken. De Parijse haarkun- stenaar Guillaume moet wel heel wat met zijn vrouwelijke klan ten uitgestaan hebben, anders had hij nooit voor haar het „dui- velskapsel" ontworpen (midden). Niet alleen zijn twee lokken haar als duivelshorentjes op het hoofd gekruld, Het mooie blonde haar ligt in een Griekse rol rond het hoofd. De make-up is, zoals het bij een blonde vrouw behoort uiterst be scheiden. Bij het een voudige mantelpak be horen eenvoudige sie raden, zoals het uit drie snoeren bestaande parelcollier. Van deze vrouw kan worden ge zegd, dat zij het be langrijkste bezit wat 'n mens kan bezitten, nl. persoonlijkheid. Zondag zullen HVC en APWC geen competitiewedstrijden spelen. Van de overige drie clubs is Amersfoortse Boys de enige, die thuis speelt en wel tegen JSV. Quick gaat op bezoek bij Olympia en Amsvorde gaat naar RUC. In de HVC-afdeling komen er een paar interessante wedstrijden. Zo gaat Elinkwijk bij AFC op be zoek, dat volgens het gelijke spel tegen De Spartaan vorige week toch wel tot het een en andej: in staat is. Of De Spartaan het zo ge makkelijk zal krijgen bij het- in opmars zijnde Vriendenschaar is een andere vraag, die we niet zo graag zouden willen beantwoorden. En DWV heeft het al evenmin ge makkelijk, want Zaandijk is een kwade tegenstander. In de APWC-afdeling is de grote wedstrijd tussen Baarn en CDN van belang. Baarn heeft het voor deel van eigen terrein, hetgeen in derdaad in zo'n wedstrijd van doorslaggevende betekenis kan zijn. Quick gaat dus naar Victoria en moet o.i. de sterkste geacht wor den. Olympia wint echter ook, van De Stichtse en Donar van PVC, zo dat in de situatie in de kopgroep weinig zal veranderen. AAV gaat oude traditie herstellen Tot voor enkele jaren was het bij A.A.V. gewoonte om omstreeks St. Nico laas voor haar leden veldlopen te orga niseren. Door omstandigheden is dit en kele jaren onderbroken, doch Zondag worden deze St. Nicolaasveldlopen ln ere hersteld. Het bestuur heeft hiervoor de omgeving van hotel „Waterloo" aan de Leusderhei gekozen. Er worden diverse afstanden gelopen door meisjes, dames, junioren, heren en veteranen, terwijl als een nieuwigheid de deelnemers en deelneemsters in ploe gen zullen worden opgesteld, hetgeen de loop nog aantrekkelijker maakt. Bij de junioren zullen wij een harde strijd zien met Wakclkamp. Wolf en an deren. Bij de heren zal het mogelijk Strutjens zijn, die met de eer zal gaan strijken. Bij de dames, meisjes en veteranen zal de strijd geheel open zijn. Na afloop zal er in hotel „Waterloo" nog een St. Nicolaasfcest gehouden worden. Amersfoortse Boys krijgt JSV op bezoek. We weten werkelijk niet, wat we er van moeten den ken. Na de reusachtige nederlaag van de Amersfoorters vorige week zijn we geneigd weer een neder laag te verwachten, maar daar staat toch weer tegenover, dat de Boys-ploeg zeker niet onderschat mag worden. SEC zal zijn positie wel verstevigen door een overwin ning op Kampong. Amsvorde moet van RUC kun nen winnen. Dat zou heel nuttig zijn, want de leiders WY en GW ontmoeten elkaar, zodat onze stad genoten in ieder geval de kans krijgen de achterstand te reduce ren. Lastige uitwedstrijden voor AMHC De A.M.H.C..elftallen hebben moreen beide een lastige uilwedstrijd op het programma staari. De heren gaan naar Amstelveen, waar zij tegen het sterke A.M.V.J. zullen uitkomen. De ontmoe ting op Birkhoven werd verrassender wijs door onze stadgenoten met 21 ge wonnen. welke uitslag eenter sterk ge flatteerd was. Het Is o.i. zeker hiet on waarschijnlijk dat morgen de Amster dammers aan het langste eind zullen trekken, al achten we een gelijk spel niet onmogelijk, temeer niet. nu Drie bergen de A MJH C.-gelederen gaat ver sterken. zodat, met een wijziging op de linkervleugel, de opstelling van de voorhoede thans is vl.n.r.: Keulen, v. Houten, v. Sloten. Driebergen en Pon. Ook de dames krijgen het niet ge makkelijk. nu zij in Rotterdam Aeolus zullen ontmoeten. Op Birkhoven won nen onze stadgenoten weliswaar met 42. doch nu de toch al zwakke voor hoede gehandicapt zal zijn door het niet medespelen van mevr. Korthals Altes cn mej. Indeweij Gerlings. resp midden voor en linksbuiten, achten wij het niet uitgesloten, dat thans Aeolus de volle winst zal binnenhalen, al is een A.M.H.C.-achterhoede-op-haar-bcst in staat om voor een gelijkspel te zorgen. De heren-reserves zullen trachten hun puntenaantal de hoog nodige vermeer dering te geven, iets. waarvoor zij een kansje hebben, met het Bussumse Ka meleon II op bezoek komt. Voor de dames-reserves ligt een ge lijkspel zeker binnen het bereikbare met Schaerweijde II als tegenstandster. Verder wordt nog gespeeld: A.M.H.C. III—Schaerweijde IV. A.M.H.C. III—Schaerweijde IV (d,).

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1949 | | pagina 4