VOORAL VOOR DE VROUW Met de feestdagen hebben ze niet veel aan elkaar Kaarten met geluksvarkentjes komen weer los Thuisfront moet de soldaten helpen maar niet ontmoedigen Zwart en groen Tegen v. d. Kooy drie maanden geëist Op z'n vrije dag reddert hij in het huishouden De verhouding tussen K.L. en T.N.I. is bevredigend Geluk is dat wat je hebt of niet hebt Vrijdag 30 December 1949 3 Hoe is dat eigenlijk met een kellner? Netjes Hoe is dat eigenlijk met een kellner? Hij staat daar zo trim in z'n zwarte pak: s morgens, 's middags, 's avonds, 's nachts. Op week- en op Zondagen, op Kerstmis, kijk hoe hij stapt met een blad vol koppen en glazen, moeite loos alsof er een vlieg zit op z'n geheven hand. Is hfj getrouwd? Is er thuis een vrouw, die z n pak opperst en zich zorgen maakt over al dat wit langs z'n polsen en hals? Zegt ze: „Wat ben je laat En is er nu alweer een diner en we zoudenjuist Hoe gaat het bij hem thuis? Krijgt hfj daar z'n koffie ingeschonken, als elk gewoon mens? En laat hij daar tegelijk met dat zwarte pak z'n zwierige loop en correcte gedoe varen? Maar hoe is het dan met z'n vrouw? Wat wordt er van haar door het vak van de man geëist? „Woont u iu de stad?" vraag ik als ik de koffie betaal. „Ik zou wel eens met uw vrouw willen praten." Kijk, hoe jongensachtig ineens z'n gezicht wordt boven de stijve boord. Daar moet iets goeds te zien zijn thuis. Op een bonnetje schrijft hij de naam van de straat en 's mid dags zit ik in hun kamer. Een Hollandse, verzorgde, ver troetelde kamer met kindertjes in truien spelend en kleurend aan de tafel Met een radio, geraniums en heldere gordijnen. Alles glanst net als de vrouw, die ziet er zo tevre den uit als een appel in de zon. In Amerika zouden ze om haar vech ten als fotomodel voor vitaminerij- ke dingen. Zoals melk en tomato- juice. Maar ook gezondheidsmatras sen, en weet ik al meer, alles waar mee harmonie en kracht beloofd wordt. Alleen haar stem is aan al het Hollandse ontsnapt: die is laag, een beetje Zuidelijk, koesterend. Ze zegt wat talmend van die ar geloos wijze dingen. Zoals alleen een vrouw dat kan die dag in dag uit het zelfde en altijd weer het andere doet. Werken in het eigen huis, voor de man. voor de kinde ren en veel avonden alleen met een breiwerk leren haar die „De feestdagen hebben we niet veel aan elkaar." vertelt ze. „Maar we hebben dat nooit gehad en je raakt eraan gewend. Als mijn man in de week een dag vrij heeft, zet ik het huishouden stil We móken er een feestdag van." „Dan dekt hij voor mij de tafel en ruimt alles af. Ik breng nooit iets naar de keuken als hij thuis is. Hij laadt het alle maal op een blad en hop: daar gaat hij. Soms wil hij dat ik het ook pro beer maar dat durf ik nietTen slotte moet je overal veel te zui nig mee wezen. Trots roemt ze z'n smaak. Van servetjes maakt hij de mooiste bloemen en grote dahlia's als ta felversiering: daarmee moet je bij hem niet komen. Hij neemt de kleinste, fijnste kelkjes en rang schikt en combineert met de uiter ste zorg. Ze leven van de tien procent, van de tips en ruilden dit systeem ziels- graag voor een normaal vast bedrag. „Dan weet je waaraan je toe bent." zegt ze. „Nu krijgt m'n man wel bijbetaald als hij beneden het minimum blijft maar het is toch niet hetzelfde. Veel mensen weten het niet dat we geen salar.s krijgen. Vergeten ze de tien procent bij een kopje koffie, dan laat rn'n man het wel eens zo, maar bij een dinertje moet hij er wel om vragen, als er niet aan gedacht wordt De schoorsteen is van rode steen tjes, tenminste dat denk ik.. Maar een van de kinderen vertelt, als een hulde aan de vader, dat hij die alle maal zelf gezaagd heeft Kleine blokjes hout, rood geverfd en op gestapeld. Hij knutselt graag, tim mert van alles met een gemak dat het eigenlijk jammer is dat hij dit vak niet heeft gekozen. Maar wat viel er vroeger te kiezen in een Ze moest er eens uit 't Dikke zusje is te logeren ge vraagd bij Oma. Zoontje is thuis en vaag ontevreden met deze toestand. „Eigenlijk hoor ik uit te zijn", zegt hij. ,,'t Is mijn vacantie. Zij heeft altijd vrijEn dan: „Toen ik zo klein was ging ik toen ook wel eens uit?" „Toen woonde je in een bos," zeg ik, heel ver weg op Sumatra." 't Is avond na een dag van hol len, fietsen, spelen knabbelt zoon tje als een fijnproever op het ver haaltje dat hij allang kent. „En ik had geen schoenen, hè Mam? En we sliepen op de grond en we wasten ons in een rivier en we maakten een vuur van takken. En was ik wel eens blij?" „Oh ja," knik ik. „Er waren zo veel mooie stenen en takken en een Tien jaar geleden leerde ze hem kennen. Zij werkte in een zieken huis en hij was kellner in een groot restaurant. Allebei zaten ze de feestdagen altijd vast. Toen ze trouwden was er zelfs voor hem niet ene vrije dag bij Hij werkte toen in z'n eentje bij een baas en dat beduidde: alle dagen, alle avon den voort, voort. Met koffie, thee en drank. Bladen vol en dan weer stille dagen- Wachten, kijken, dren telen en vrezen voor de verdienste. Veel is er wel veranderd sindsdien De vrije tijd is geregeld. Oud en Nieuw sluit de zaak. Maar een vast salaris is er nog altijd niet bij. groot gezin? Gelukkig is hij toch tevreden met z'n werk en thuis ha len z'n handen, die graag wat maken willen, de schade in. Van alles uit hout verzint hij voor de kinderen en zoals z ij het huis verwent met boenwas, doet h ij het met plank jes cn vensterbanken en noem maar op. En komt er bezoek dan verdwijnt de timmerman. Geen gastheer ver zorgt zo de koffie, de thee, de ta fel. „Dan laat ik me bedienen," zegt z'n vrouw blij. „Maar dat mag. We kunnen het goed samen vinden „Netjes tekenen" is de geijkte nekslag waarmee de lust om al te kenend te fantaseren bij kinderen wordt gedood. Men verbeet te dik wijls dat het tekenen van een kind oorspronkelijk een uiting van de be- wegingsdrang is, die wonderlijker wijs zichtbaar gemaakt kan worden door middel van lijnen. Het woeste gecirkel en gekras van de kleinste tekenaartjes toont dat aan. Ook als het kind ouder wordt is de uidruk- kingsfunctie van de tekening het be- belangrijkst. In de tekening verdwij nen dan figuren die op de realiteit betrekking hebben, maar er tege lijkertijd niet op lijken. Perspecti visch vreemde en onnatuurlijk ge- vormd(> wezens bevolken een simpel sprookjesachtig wereldje met zinne beeldige strekking waarin zich de zielstoestand en problemen van het kind hebben uitgedrukt. In dat stadium maken ouderen dikwijl de verstikkende fout hun op vattingen over tekenwerk in het al gemeen op het kind los te laten. Pie tepeuterige vooroordelen: „een teke ning moet net echt zijn" en „zo ziet een huisje er niet uit" verlammen de activiteit van het kind, want het wil helemaal niet nitekenen, maar tekenen, dat betekent dat het tot uitdrukking wil brengen wat het voelt en doorleeft. Daarin spelen perspectief cn natuurgetrouwheid geen rol. Als een kind op die manier maar genoeg om de oren wordt geslagen met stoffige renaissance idealen en nog muffere klassieke, geeft het na een poosje het vrije tekenen meestal wel op uit ontmoediging. Het wil dan van dit bekoorlijke en onbevan gen uitdrukkingsmiddel geen ge bruik meer maken. „Bah. tekenen", zegt het dan. Als het zover is hoeft niemand zich te ergeren dat dat kind nooit eens leuk zit te tekenen zoals andere kinderen. Men hoeft zich alleen maar te her inneren, dat er eens misschien een tijd was dat het graag tekende. (Van onze parlementaire redacteur) DEN HAAG. Op 31 December loopt de termijn af van de machtiging aan de Regering om in afwijking van de Grondwet dienstplichtigen te zen den naar Overzeese gebiedsdelen, oen begrip, dat niet meer up to date Is. BU de behandeling van het wetsvoorstel om deze termijn met een Jaar te verlengen kregen we gisteren in de Eerste Kamer nogal wat zure opmer kingen te horen aan het adres der Regering. De heer R e e rs (C.H.) sprak over onze soldaten in Indonesië als „ongewenste gasten" en de heer A 1 g r a (A.R.) vond. dat hun verder verblijf daar geen zin had en dat de Regering zich daarvoor niet op gebrek aan scheepsrulmte zou mogen beroepen. Bert us Aafjes Met Kerstmis kreeg ik van iemand „In den Beginne" van Ber- tus Aafjes. Als ge de „Voetreis naar Rome" gelezen hebt omdat ge ervan houdt en niet omdat er toen zo'n rel om is gekomen, koopt dan op een keer dit „In den Beginne". Het *s een Ited over Adam en Eva, zoals ge het nog nooit gehoord hebt. Luister: dit is Adam: „Hij liep in de nog ongenoemde morgen, met lange benen en met lange ar men. Zijn borst was jong en fris van vurigheid. Zijn ogen stonden open op de dingen. Zijn lippen hingen aan het bijna noemen. Tot dat de namen welden uit zijn mond, Als helder water wellend uit de diepte." Te veel en te hartstochtelijk bij een horend om hier in fragmenten te noemen. Koopt het eens, het is niet duur. Uitgegeven bij Querido, Amsterdam. Minister Schokking heeft de gedachtenwisseling over dit wets ontwerp aangegrepen om twee dingen met nadruk te zeggen. In de eerste plaats, dat er geen spra ke van is, dat onze soldaten in Indonesië als „ongewenste gas ten" worden beschouwd (de heer Reijers zei later, dat hij 't niet zo bedoeld had) en in de tweede piaats, dat het thuisfront de thans nog in Indonesië verblijvende sol daten niet moet ontmoedigen, doch hen moet helpen. Wat het tweede punt betreft, moge eraan herinnerd worden, dat iets dergelijks ook reeds vroe ger van de regeringstafel is ge zegd, als de oppositie tegen het Indonesisch beleid met nadruk stelde, dat alle offers vergeefs gebracht waren en dat de solda ten door de gang van zaken vol komen ontmoedigd waren. Des tijds is duidelijk te verstaan ge geven, dat die ontmoediging in de hand werd gewerkt doordat uit Nederland aan de soldaten be paalde gedachen werden gesugge reerd. De bewindsman wees erop, dat onze soldaten het wel moeilijk hebben doch dat ze op de gang van zaken veel beter gereageerd hebben dan blijkbaar door de zwartkijkers in Nederland wordt verondersteld. Zij blijken zelf heel goed te beseffen, dat er sedert hun komst in Indonesië in het groot gezien zeer veel ten goede is veranderd, en dat voor een deel mede door hun werk, terwijl zij tevens ervaren, dat de verhou ding tot de T.N.I. in het algemeen zeer bevredigend is. Waar de of ficieren tac* en inzicht tonen zijn de verhoudingen behoorlijk en is er van gedesillusionneerd zijn geen sprake De grootste fout zou zijn om aan de soldaten speciaal de zwar te zijden van de tegenwoordige tcestand voor te houden. Daar mede maakt men het hun alieen maar nodeloos moeilijk. Voor hef staatsrechtelijk debat, waartoe de heer Jonkman (arb.) de minister probeerde te verleiden, toen hij er de aandacht op vestigde, dat bij dit wetsont werp noch met de souvereini- teitsoverdracht noch met de be palingen van het Unie-Statuut was rekening gehouden was deze klaarblijkelijk niet geprepareerd. Ook over enkele andere opmer- OVER enige dagen komt dus de lawine van gelukwensen weer. Nieuw jaarskaartjes: de gewone van: F. Jansen en P. Jansen-Pieterse. p. f. of mooie gekleurde prentbriefkaarten. In onze jeugd waren ze. naar ik meen, veel en veel prachtiger die kaarten, of misschien maakt de herinnering ze zo mooi. Maar nee, toen vielen er werkelijk kaarten in de bus, die stuk voor stuk een intensieve suggestie van „Geluk cn van „Wens" geven. Er waren er bij met gouden varkentjes in de sneeuw met strikjes cn rode lieveheersbeestCn met gouden stippen. Ik herinner me nog. hoe ik als kind al dat schoons op nieuwjaarsmorgen uit de bus gaarde, de saaie witte en velopjes opzij legde en de gouden en zijden kaarten met stijgende verruk king bekeek, tijden lang. een maal zover bent, dat je dat ziet eenmaal zover ziet, dan gaat er ook wel een lichtje op. Je eigen instelling en karakter en temperament kun je er niet door veranderen, je zult nooit een figuur worden, zó weggelopen uit het Boek van Blij-zijn. Maar je kunt allicht alles een beetje filosofischer be schouwen,afstand nemen van jezelf en denken: Goed. al had ik nou een beter huis en duurdere kleren en niet zoveel gezanik aan mijn hoofd, wat dan nog? Dan zou er wel weer massa kinderen En als je in die bomen een gaatje maakte kwam er elastiek uit." „Rubber." roept zoontje. Hij glanst van trots. „Bestaan die ook in Holland?" „Nee." zeg ik, „die zijn alleen daar." „Heeft onze meester ze nog nooit gezien?" „Ik denk van niet." „En alle mensen van de krant en van de trein en van de tram?" „Ook niet." zeg ik. „Niet zoals JÜ" 't Blijkt balsem voor z'n onte vredenheid. Bedrijvig en vrolijk helpt hij met kolenscheppen. Als hij eindelijk schoon, in pyjama op bed zit, en ik het gedoe van hel zusje mis. zegt hij berispend: „Je moet zoiets goed vinden. Mam. 't Is beter dat ze er eens uit is 't Kind heeft nog nooit wat meegemaakt." BIBEB Wat minder zorg is ook goed Ik herinner me nog dat ik me af vroeg of je werkelijk gelukkiger zou worden, wanneer je van zoveel men sen gelukwensen kreeg. Het kon toch eigenlijk niet anders, als ze het je allemaal zo hartelijk toewensen en met zulke fraaie bewijsstukken erbij. Als je dan veel ouder bent ge worden, zie je met een zucht in, dat je in een nieuw jaar geen zier ge lukkiger wordt dan in het oude. ten minste niet door gelukwensen, al liggen de gouden varkens een meter hoog opgestapeld in de gang. Als je dan even stilstaat bij de wens: Vee] geluk in 't nieuwe jaar (meestal staan we er niet bij stil, het is alleen een vriendelijke groet) maar als je er bij stilstaat, dan denk je: Nou, geluk hoeft het nog niet eens te zijn. een beetjp minder zorg. daar kunnen we ook al mee toe En toch is 't gek, Greshoff heeft eens gezegd: Er zijn gelukkige cn ongelukkige mensen, precies zoals er blonde en donkere mensen bestaan; je hebt het of je hebt het niet en 't komt op de omstandigheden eigenlijk maar wei nig aan. En als je daar de mensen op gaat aankijken, dan is er vee] waars in dat gezegde. Er wandelen mensen rond. waar de vergenoegdheid van afstraalt, ook zelfs, als ze een beetje uit hun humeur zijn Ze hebben nu eenmaal iets tevredens en iets zonnigs een benijdenswaardig bezit en toch zit ten ze net zo hard als wij onder be lastingdruk en moeten ze ook iedere moreen om half negen in ^en tram staan dringen en de hele dag ploete ren. Misschien heeft het iets te maken met de bloedsamenstelling of met de spijsvertering? Misschien met vitali- teit? Maar nee, dat klont toch ook niet helemaal, je vindt dat type mensen ook. en misschien juist on der zwakken cn gebrekkigen. 't Is of ze een soort reserve hebben, die ze aanspreken, zodra het nodig wordt. Wij arme anderen, die niet zo zijn nou goed, we kunnen het ook niet helpen, wij zijn dan toevallig donker en niet blond van nature min of meer ongelukkig en niet ge lukkig. We denken nog een hele tijd lang, dat het toch wel aan de omstandigheden moet liggen en dat het praatje van' 't Ligt allemaal in jezelf inderdaad een praatje voor de vaak is Maar al die vrolijkerds vi men de levende tegenspraak. Als iets anders komen. (Want dat is zo, luistert U in de tram eens naar een gesprek van twee dames met persia- ner bontmantels van 2000 gulden, hun gesprek is al even zorgelijk als het Uwe, wie geen zorgen hoeft te hebben, maakt ze zelf of krijgt ze uit een andere richting toegestuurd). Wat we doen kunnen, is onszelf Evelien spreekt VAN VROUW TOT VROUW van een afstand te bekijken, de beste manier om uit de zorgen te komen. Afstand nemen, een beetje beschou welijk te worden en voor onszelf ook een reserve te kweken, een soort geluksreserve, gelegen in religie of wereldbeschouwing, en waarop we kunnen terugvallen, als al het an dere misloopt. Over het algemeen ligt dat vrou wen minder goed dan mannen, maar de vrouwen die het wèl kunnen, dat zijn die heel bijzondere, stille cn wijze vrouwen, die het op een of andere manier geraden hebben. Hun gelukwens op Nieuwjaar houdt dan ook meer in, dan de ge wone traditionele van iedereen, ook zelfs al sturen ze geen kaarten met gouden varkentjes. Vrijspraak in zaak van „prikkellectuur" Vonnissen van Tilburgse kantonrechter vernietigd BREDA. De Bredase recht bank heeft uitspraak gedaan in de 7,aak betreffende de z.g. „prikkel lectuur", die ongeveer veertien da gen geleden werd behandeld. De Tilburgse agent van de spoor- wcgboekhandel V. en A., die tijd schriften heeft verkocht, die in strijd met de goede zeden zouden zijn cn daarom door de Tilburgse kantonrechter tot een geldboete van ƒ25 werd veroordeeld, is van alle rechtsvervolging ontslagen, na dat het vonnis var. de kantonrech ter werd vernietigd en de dagvaar ding nietig was verklaard De offi cier van justitie had veertien dagen geleden drie boetes van 50.—, subs, driemaal tien dagen hechtenis en verbeurdverklaring van het In- beslaggenomenc geëist. Voor de boekhandelaar F. de W uit Tilburg, die een exemplaar van „De eerste lady Chatterley" van D. H. Lawrence in zijn winkel had. vroeg de officier vrijspraak, omdat het boek niet zinneprikkelcnd kon worden genoemd. De rechtbank heeft conform de eis uitspraak ge daan en het vonnis van de kanton rechter. die hem tot f20,bopte veroordeelde, vernietigd. kingen wandelde hij lustig heen, maar de strekking van zijn be toog was goed: bederf het niet voor hen die pogen tot een eer lijke samenwerking te geraken. De troepen, die nu naar Nieuw Guinea gaan, zullen op tijd afge lost worden. Dit als antwoord aan de heer Jonkman. En aan het adres van de heer Van Santen (CJP.N.): of aan dienstplichtigen, die zich hebben onttrokken aan uitzending naar Indonesië, amnes tie zal worden verleend is een kwestie van algemeen regerings beleid. Nederlandse vissersboten door Belgen opgebracht OSTENDE. Vier Nederlandse vissersboot zijn door de Belgische zeepolitie naar Ostende opgebracht, omdat zij in de Belgische territori ale wateren visten. Het zijn de „Br. 9". de „Br. 41", de „Br 24" en de „Br 42", alle uit Bruinisse. De lading (ongeveer 8000 kg. haring) en de netten zijn in beslag genomen. Het tuintje van de Kantonrechter en de bureaucratie (Van onze parlementaire- redacteur) DEN HAAG Het Eerste Kamerlid, mr Kolff, onthaalde zijn medeleden gisteren op een met veel zin voor humor voorgedragen verhaal, waarin zijn tuintje een hoofdrol speelde. In dit tuintje kweekte zijn vrouw schone bloe men, welke in hun groei belem merd werden door de schaduw van een halfwas kastanjeboompje. Dies liet de heer Kolff dit boompje om hakken. Maar enige dagen daarna verscheen op een brullende motor een meneer in een leren jas, die namens het Staatsbosbeheer kwam verklaren, dat verzuimd was om, gelijk de voorschriften eisen, daar voor toestemming te vragen. het schaamrood steeg de n*er Kolff, die kantonrechter in Geldèr- malsen was, naar de kaken, toen gemelde heer hem verzekerde, dat van deze euveldaad proces-verbaal zou worden opgemaakt. De heer Kolff wist hem ten slot te te overtuigen, dat het omhakken van dit kastanjeboompje ons bos- bestand geen schade had toege bracht en de leren man was zo welwillend om te volstaan met de ernstige waarschuwing „laat het niet weer gebeuren!" Deze waarschuwing indachtig richtte de heer Kolff, toen in een rijtje populieren, welke langs zijn tuin de wind opvangen, een boompje was doodgegaan, zich met een eerbiedig verzoek tot het Staatsbosbeheer in Utrecht om dat dode boompje te mogen omhak ken. Ofschoon de situatie uit het verzoekschrift duidelijk genoeg bleek, kwam niettemin opnieuw een meneer in een leren jas op een brullende motor uit Utrecht, ten einde zich persoonlijk van he» ge val te overtuigen. Hierop volgae de toestemming om het dode boompje om te hakken, onder voorwaarde, dat onmiddellijk op de opengeko- men plaats een nieuw boompje zou worden geplant. Hetgeen prompt is geschied. Dit verhaal wekte grote vrolijk heid in het hoge gezelschap en ook bij minister Mansholt, die echtor niet schroomde te verklaren, dat hij dit een ergerlijke bureaucratie vond, waartegen hij niet zou nala ten op te treden. Hierdoor bevredigd nam de Kamer zonder hoofdelijke stem ming een wetsontwerp aan, waar door de tegenwoordige toestand het vragen van vergunning voor het omhakken zelfs van een enkele boom blijft bestaan, totdat de aangekondigde n'euwe Boswet een feit zal zijn. Alle ondernemingen in Honga rije met meer dan tien werknemers zullen worden genationaliseerd, ook de buitenlandse ondernemingen. Aan alle eigenaren wordt schadeloosstel ling beloofd. De toestand van de pluimvee- stapel in Nederland is bevredigend. In 1950 zullen ruim 20 millioen kui kens worden uitgebroed, waardoor in 1951 de stand van de vooroorlogse pluimveestapel wordt bereikt. De 11 millioen kippen van thans, leveren 1800 millioen eieren. Hiervan zijn er 1100 millioen voor binnenlands ge bruik. 400 millioen voor export naar Engeland. MODE-NOVELLETTE de I s°Jel V Er was eens een vrouw met groene ogen. Ze had weinig geld maar d'er wimpers waren lang en ze vergat nooit dat ze groe ne ogen had. Ze droeg zwart met groen en groen met zwart en deed wonderen met een stukje goudkleurig lint, met een bonte halsdoek, met een snoer van het een of ander. Op een dag maakte ze een kapje, een soort hoofdband maar van zulk een hartveroverend smaragd, dat ze er opge wonden en blij een rand parels aanzette. Aldoor een parel aan een zijden draad en dan vasthechten. Op haar zwarte rok maakte ze twee grote zakken, die ze ap- pliqueerde met fluweel. Zo ging ze uit. Maar omdat ze in een stad woonde waar moed en goede smaak zeldzaam waren, liet men haar merken, dat het ongehoord is je eigen hoofd zomaar met zyde en parels te versieren Tenminste als het niet voor een optocht of zoiets is. ..'t Stond In een Franse modeplaat," zei die vrouw met de groene ogen Dat wós zo. maar indruk maakte het niet. Omdat ze wist dat ze niet voor zot liep, want ze was van 't soort dat Fath en de beroemde rest inspireert, stopte ze die band niet verdrietig in een doos. Ze droeg het ding als ze er zin in had. Maar zoveel moed brengt niet elkeen met fantasie op. Daarom loopt de mode in ons land zo geremd, zo langzaam. En missen onze modeplaten de vaart en de stijl die bij Parijse en Amerikaanse bla den van de bladzijden springt. Misschien in het jaar 2000? Oy^ti iv~ 't Is niet eens zo'n vreemd gevoel dat ze met dit zachte weer over het voorjaar denken gaan. Ame rika meldt dat er weinig zal ver anderen. Nu kan men dat daar onmogelijk nu al zeker weten want tenslotte woont er een reeks beroemde lieden in Parijs die zich niet negeren laat. De mannequin op de foto met het beetje harkerige hoedje draagt een bruikbaar lentepakje. Een los jasje, een recht rokje: 't is in derdaad het oude lied. Rode wimpels waar schuwen tegen gladheid DEN HAAG. In de komende wintermaanden zullen de ANWB- wegenwachten* het verkeer langs hun routes weer waarschuwen te gen plotseling opkomende gladheid Zij bevestigen daartoe rode wim pels met het opschrift „glad" aan bomen en palen langs de weg. Na beëindiging van het slipgevaar worden de wimpels weer opgehaald. Er zullen zoveel mogelijk wegge deelten in dit waarschuwingssy steem worden opgenomen Dit be tekent niet. dat een weg. waarlangs geen wimpels voorkomen, niet glad kan zijn. Indien de gladheid na 6 uur 's avonds voortduurt, zullen de wimpels eerst des morgens worden ingehaald. Verdediger meent dat deze zaak los staat van Visser-Bos-affaire (Van een onzer verslaggevers) DEN HAAG. De Officier van Justitie b(j dc Economische Politie rechter in Den Haag eiste gistermiddag 3 maanden gevangenisstraf tegen W. C. van der Kooy uit Rotterdam wegens overtreding van het deviezen- besluit. De Officier, mr LulofS, was van oordeel, dat deze zaak samenhing met dc zaken tegen dc voormalige burgemeester van Den Haag, mr W. A. J. Visser en diens secretaris, drs W. Bos. Deze mening werd echter door verdachtcs raadsman, mr de Haan, bestreden. Zyns inziens was z(Jn cliënt alleen maar ccn man, die op een gemakkelijke manier aan dollars wist te komen. Hongaarse regering noemt bericht over Minnszenty „dwaze propaganda" BOEDAPEST. De Hongaarse regering heeft de uit Italiaanse bron stammende berichten dat kardiraal Mindszenty uit de gevangenis naar een andere plaats was overge bracht, „niets anders dan dwaze propaganda" genoemd. In de Friese gemeente Rinsu- mageest heeft men resten opgegra ven van het vroegere klooster Klaarkamp, dat eenmaal op deze plaats heeft gestaan. De Officier vond bet op zijn minst genomen eigenaardig, dat v. d. Kooy nimmer gevolg heeft gegeven aan een tot twee maal toe herhaald verzoek van de douane-recherche nm op het bureau te verschijnen. Ruim 3 maanden later gelukte het v. d. Kooy, die onder valse naam in een hotel te Amsterdam logeerde, to arresteren Verdachte heeft toe gegeven. dat hij 650 frs en later nog eens 2000 dollar heeft ontvangen van drs Bos. Zoals hij beweert, zijn deze gelden uitgegeven voor zake lijke doeleinden, hetgeen volgens mr Lulofs echter geenszins vast staat. De Officier was voorts van oordeel, dat verdachte geweten heeft dat het geld afkomstig was van het vermogen van de politieke delinquent Bonté wiens vermogen door drs Bos werd beheerd. Verdachtes raadsman zei, dat de Officier om het lange voorarrest te rechtvaardigen (\u d. K. heeft 4'A maand gevangen gezeten) met aller lei dingen komt aandragen, die niets met de zaak te maken hebben „Dat mijn cliënt in dienst was van een ex-politieke delinquent, mijn heer de Officier, zegt niets ten na dele van hem. Het zal zo ver ko men, dat ook U met ex-polltieke delinquenten moet samenwerken" riep mr de Haan uit. „Verband met de zaak Visser-Bos is er niet en als U voor een dergelijke deviezen- overtreding 3 maanden gevangenis straf eist. kan ik dit niet anders dan overdreven noemen. Ik ver zoek U mijnheer de Politierechter om geen notitie te nemen van alle franje die de Officier aan deze zaak heeft gemaakt. Wij moeten met beide voeten op de grond blij ven", aldus besloot mr de Haan zijn pleidooi. De politierechter zal op 4 Janu ari vonnis wijzen. Geroofd kunstbezit wordt geëxposeerd AMSTERDAM. Van 10 Janu- ari tot 10 Februari 1950 zal onder auspiciën van de stichting Neder lands Kunstbezit in het Rijks museum te Amsterdam een uitge breide collectie meubels, ceramiek, plastiek enzovoorts worden ge ëxposeerd ten behoeve en gerieve van allen, die gedurende de bezet ting kunstvoorwerpen of waarde volle gebruiksvoorwerpen zijn kwijt geraakt. Het betreft hier een groot aan tal in Duitsland opgespoorde voor werpen. die niet aan de eigenaars konden worden teruggegeven, om dat er geen claim voor werd inge diend. of omdat het eigendomsrecht wordt betwist. De expositie biedt elkeen de ge legenheid zich te vergewissen of zich hierbij een of meer van de hem of haar ontroofde eigendommen bevinden, zij omvat meer dan 1000 stuks van zeer uiteertlopende aard. De stichting is nog doende ca. 2600 schilderijen, ca. 600 tekenin gen en een ongeveer evengroot aan tal tapijten tc ordenen In Mei of Juni van het komend jaar zullen deze met hetzelfde doel in dezelfde ruimte worden tentoongesteld.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1949 | | pagina 3