Hartspecialist kende de zwake plek van Duitse hazenharten In Wehrmaclits verblijven légde één man pamfletten neerdie een nachtmerrie werden In oorlogstijd tweemaal naar Engeland Amersfoort denkt terug aan Mei 1940 Uitbundige bevrijders trokken een juichend Amersfoort binnen Vrouwen naar IJssel-eldorado 10e Jaargang, pag. 6 Zaterdag 6 Mei 1950 Een warme Septembermiddag in 1943. Langs het eerste perron van bureaux en bij Wehrmachtsheime I werd het onder de deur door ge- schoven en in de brievenbus ge-. het utrechtse Centraal Station stopt. De bezetters lazen het hei- I wie onlangs hier hebben ingebro- I ken De daders waren onvindbaar; bel de politie maar eens op. Goed. i dat u gekomen bent!" Het was staat de trein naar Den Haao ob melljk. gaven het door aan kame- i goddank waar wat hij vertelde. 7, r. f i raden en bespraken het onderling Alleen niet de illegaliteit maar nei punt ie vertrekken. ue hoge,Bij de Sicherheits Polizei. waar me- een kliek Duitsers en N.S.B.-ers met gouden tressen behangen ni£ pamflet terecht kwam. werden was bij de inbraak betrokken ge- Dj/j/c/» nfiiris* -nrnnrA.Am verschrikkelijk harde noten ge- weest. De politie had hem daarom Uuitse officiciweggedoken in een kraakt wéér zo'n groots opgezette 1 oangeradeh er geen werk van te hoekje van zijn weelderige JYehr- sabotage-actie van die „verdammte machtscoupé, is van vervelino m Hollander Ach. hadden ze gewe- j-.r. ten, dat ze met slechts éen man te slaap gevallen. Jawel, dc Fuhrer doen hadden, één zwakke man... kan de oorlog nog winnen. Maar i En dlG reisde maar. Vooral naar /,-* u-^yAi Den Haag en 's Herlogenbosch, waar het wordt ipi dienaren wel moe! lly consuften Koelbloedig waag- l[}k gemaakt. Hier een Kwartier de hij zich op de perrons in stil- wachten, daar Hen minuien ran-I vcrloftrcincn, om er run ri. pamfletten op de lege banken te geren. Wat een kostbare tijd wordt 1 leggen. Onderweg, in de trein op die manier het Derde Rijk ont- 1 waarmee hij zelf reisde, stapte hij stolen. Zijn slaap is nu volkomen Sieg Heil Met zacht geruis glijdt de schuif deur van het compartiment open De generaal merkt niets. In het gangpad §taat een kleine, ietwat gebogen man met grijzend haar die eerst schichtig om zich heen kijkt, dan naar binnen stapt. Het hoofd van de generaal zakt alleen nog maar wat dieper op de rijk be stikte revers. Met een snelle greep haalt de insluiper een wit papier uit zijn binnenzak van zijn keurige colbert en legt het op de brede knieen van de weldoorvoede Duit ser. ..Wie wird das Ende des Krie- ges sein?", staat er met grote let ters boven De generaal blaast met bolle wangen belletjes tussen de half geopende lippen Hij heeft genoeg Pas wanneer de conducteur ge floten heeft, de perronchef zijn spiegelei omhoog steekt en de loco motief kreunend optrekt, schrikt hij wakker. Verdekt opgesteld op het perron ziet de kleine man het aan. Het dichtbedrukte pamflet glijdt ritselend op de vloer Slaap dronken raapt de officier het op en leest, eerst onverschillig, dan ver rast' „Er is nog maar één mo gelijkheid om te redden, wat er te redden is: de oorlog moet beëin digd worden En daar is maar één ding voor nodig: het Nazi-regiem moet zo snel mogelijk radicaal wor den weggevaagd Dan, maar ook dan alleen, zullen Engeland en Amerika vredesonderhandelingen aanknopen. Dat is de enige uitweg, dc enige redding De onbekende zit zich allang in de wachtkamer te verkneukelen. Kij heeft genoeg gezien. Uit zijn actetas haalt hij een tijdschrift. ..Aan dr. J. L Noest, Emmalaan 19. Utrecht staat er op het adres- j bandje Het plan om pamfletten tegen het I Nazi-regiem te schrijven en die onder de Duitse bezetters te ver- j spreiden, rijpte bij dr. Noest in het begin van 1943. Elf jaar lang had hij als arts voor hart- en vaatziek ten praktijk uitgeoefend in het be- kende Kurort Bad Nauheim. De opkomst van het nationaal-socia- i llsme maakte hij van dichtbij mee, maar reeds in 1934 besloot hij. naar zijn eigen, vrije land terug te ke ren. De nieuwe machthebbers von den dat een slechte reclame voor zich zelf „Blijft U toch gerust", zeiden ze. Maar dr. Noest ging. Reeds voorzag hij. wat gebeuren zou. En het deed hem leed, want hij liet veel goede vrienden achter in het land dat hij had liefgekregen. Toen het triomphantelijk gestap der Duitse laarzen ook door de Ne derlandse steden en dorpen klonk, stelde hij zijn huis beschikbaar voor vergaderingen van de illega liteit. „Vrij Nederland" werd er ge distribueerd en de „goede" com missarissen der Koningin kwamen soms in een van zijn kamers samen. Maar dat alléén voldeed dr. Noest niet. Tamelijk zwak als hij was. kon hij echter niet meedoen aan acties, die kracht en lichamelijk uithou dingsvermogen eisten. Bovendien: met alleen het eigen volk wilde hij helpen, maar ook die Duitsers, die hij had leren kennen als hoogstaan de mensen. Intussen kwam hij tot het besef, dat een spoedige gealli eerde overwinning stond of viel met de omverwerping van het Nazi regiem. Toen kwam hij op het idéé van de pamfletten. Subliem geschrift Behalve mooie herinneringen had dr. Noest van zijn verblijf in het Oostelijk nabuurland een perfecte beheersing van de landstaal en een grote kennis van de mentaliteit van het volk overgehouden. Zo kon het eerste pamflet een subliem geschrift worden, waarin hij zich meesterlijk bediende van de wapens, die hem ten dienste stonden: de ingeboren angst der Duitsers om voor eerlo zen te worden aangezien, hun groei ende oorlogsmoeheid en hun grote drang lot zelfmedelijden. Dr. Noest schreef vlekkeloos Duits, sprak over „Vaterland unser" en de toon van het pamflet was van begin tot eind zo pathetisch, dat zelfs Göb- bels het hem moeilijk had kunnen verbeteren. Een relatie zond I?et ontwerp naar Londen, waar men er zijn goedkeuring aan hechtte. Een ille gale drukkerij vermenigvuldigde het m honderden exemplaren en be zorgde die bij dr. Noest thuis. Aan vankelijk werd er aandrang op hem uitgeoefend, dat hij zich bij de ver spreiding zou laten helpen. Hij wei gerde. „Ik ben ongetrouwd. Als arts meteen grote praktijk kom ik in veel plaatsen. Laat me het alleen doen. dan lopen zo min mogelijk mensen gevaar", zei hij. En dat ge beurde. Spoedig ontving iedere Ortskom- mandant het vinnige pamflet in een blanco enveloppe over de post. Duitse soldaten vonden het. wan neer zij de Wehrmachtscomparti- menten van de treinen binnen kwa men. Bij allerlei Duitse militaire Wehrmachtscoupé's binnem met het zelfde doel. Er waren wel eens ogenblikken, dat hij zich betrapt dacht. Maar altijd wist hij zich er uit te redden. Huiszoeking Tot dr. Noest met vacantie in Brabant van zijn huisgenoten be- richt kreeg, dat Duitsers in zijn ka mers naar papier en enveloppen hadden gezocht Gelaten wachtte hij nadere berichten af. Een tweede huiszoeking kwam er echter niet. de Duitsers hem De papieren, die maken. De Duitsers lieten zich evenwel hall overtuigen. „Het zou goed zijn. als U over een dag of wat eens naar de Euterpestraat kwam", vonden ze. Dat beloofde dr. Noest. Maar drie dagen later had hij zijn boedel bij vrienden ondergebracht en dook hij onder in het Oosten van het land Voortaan zou hij door het land reizen als Johan Nekkers, gehuwd, genealoog. En zijn tas zou vol geregistreerde stambomen zit ten Want ..sibbekunde" was toeval lig dokters liefhebberij. Gearresteerd Landwachlers hebben de heer „Nekkers" tenslotte toch nog de vijand in handen gespeeld. In Ber gen op Zoom zagen twee van die kerels hem bezig, pamfletten onder de deur van het Wehrmachïsheim te stoppen. Even later arresteerden En. eenmaal weer thuis, zette hij zijn ondermijnend werk voort, als of er niets was gebeurd. Toen, de derde Januari 1944, kwa men ze. Er was juist een patiënt vertrokken en de dokter liep naar de wachtkamer om de volgende naar de spreekkamer te halen In de vestibule stonden twee mannen. „Sicherheitspolizei", zei een van hen. „Kennen Sie das7" Hij duwde de arts een van diens eigen pam fletten onder de neus. „Rustig blij ven. niets toegeven en vooral Duits spreken" overlegde deze bn zicn- zelf. Het werd een zenuwslopend half uur. Al gauw bleek dr. Noest, dat een onoplettendheid hem par ten haa gespeeld Aan een der Orts- kommandanten had hij een pamflet gezonden in een praktijk-enveloppe, waarvan hij het adres had wegge krast. Het kengetal van de druk kerij, schier onleesbare cijfertjes, was echter blijven staan Goed dat U gekomen bent Dr. Noest bewaarde zijn kalmte. „Nee maar", zei hij. „Nu begrijp ik, hij nog bij zich droeg, namen ze hem af Het waren alle nieuwe pamfletten, getiteld „Zu spat". Hier- ia JIt„Iiaaafc irk ,UJ in waarschuwde dr Noest tegen de belangryke bespreking met komende invasie. Nog zouden de eehad Duitsers de daarop volgende alge- hele vernietiging kunnen ontkomen, maar dan moesten ze „Tja.... eh... dr. Noest....", hakkelde hij benepen. „Waar wcont die kerel?"' „Inin UtrechtEmma laan 19.'' „En wie nog meer?" „Verder niemand." Maar dat klonk te ongeloofwaar dig. „Morgen schieten we je dood. Met negen anderen van je soort was het laatste dreigement. Die nacht sliep dr. Noest maar kort. Al vroeg de volgende morgen waar- Schuwde een soldaat hem. dat mj over drie uur zou worden doodge schoten. Geestelijke bijstand, waar om hij verzocht, kreeg hij niet Precies op tijd haalden de bewa kers hem uit de cel. Inplaats van naar de binnenplaats, brachten ze hem echter naar de chef. Deze brulde, dat de zaak niet goed was uitgezocht Er moesten meer medeplichtigen zijn. De gevangene hield zich van de domme en deed alsof het hem al vreselijk speel dr Noest te hebben verraden. „Dan maar naar P jda". besloot de woedende Duitser. Negen man Feldgendarmere reisd.n met ae geboeide arrestant daarheen. De trein bood geen enkele gelegenh id tot ontvluchten. En in het gebouw van de Koninklijke Militaire Aca demie, hoofdkwartier van de S D., wemelde het ook al --an de Duit sers. De volgende morgen pas ver scheen dr. Noest voor de comman dant. die dronken was en in zijn razernij de gevangene een presse- papier naar het hooid slingerde Tenslotte kreeg dr. Noest een hall uur bedenktijd. Wilde hij dan nog niet praten, wel.... De comman dant grijnsde. Zou de dokter het prettig vinden, gefolterd te wor den? Men sloot hem or ;n een aan grenzend kamertje. Na ongeveer een kwartier stak een officier zpn hoofd om de deur. „Zoekt U iets?, vroeg dr Noest, die er helemaal niet als een arrestant uitzag, hem in het Duits „Het kantoor van de chef is hiernaast. Ik heb juist een him r~ 11 direct het Nazi-regiem van zich afschudden. Anders zou het „zu spat" zijn. De Duitsers lachten dr. Noest in zijn gezicht uit. „Voor jou, niet voor ons is het te laat", zeiden ze. „Mor- ge.i werden Sie erschossen" De cel in het Markiezenhof was vuil en donker. Buiten bloeide de natuur open. 't Was Mei en speelse vogels stegen hoog tegen de blauwe hemel, die zo ver leek achter het getraliede venster. Soldaten kwa men vloekend binnen, dreigden met gloeiende ijzers en onmiddellijke executie. Voor de chef gebracht, werd hij gestompt en geslagen. Maar hij wanhoopte niet „Hier kom ik weer uit", zei hij telkens tegen zich zelf. „Lk word gered." „Wie zijn je medeplichtigen", snauwde de chef. Toen, als een flits, schoot hem iets. te binnen. „Danke schön", zei de ander vriendelijk en ging heen. Moedig nam de Jan van Galen, pas uit de Oost terug, deel aan de strijd om Rotterdam in de Mei dagen van 1940 Noord-Holland zijn wij veel dan!, verschuldigd Hoe jammer is het, dat het her inneringscomité evacuatie 1940 er niet in is geslaagd zijn plannen uit te voeren. Het was de bedoeling, dat geheel Amelrsfoort een kleine bijdrage zou leveren om de bevol king van Noord-Holland nu, tien jaar later, nogmaals dank te bren gen voor de hulp, die in de Meida gen van het eerste oorlogsjaar werd geboden. Maar de moeilijkheden waren te groot en de tijd van voor bereiding te kort. Noord-Holland krijgt geen herinnerings-geschenk. Maar ook zonder dat, zullen de mensen in Alkmaar, Limmen, Hei- loo, Scharwoude, Schoorl, Schagen, Spanbroek en al die andere plaats jes in deze dagen nog wel eens te rugdenken aan die vreemde men sen uit Amersfoort, die 45000 bange vluchtelingen. Met tientallen trei nen waren ze gekomen. Een week lang hadden al die steden en dor pen, rond Alkmaar het dubbele van bun normale aantal inwoners. Men sen brachten dc nachten door in kerken en bioscopen, in hooibergen en stallen. Anderen waren gelukki ger. Ze sliepen op kermisbedden en divans en aten mee uit de grote fa- miliepot. Ze stapten voor vijf of zes dagen in het leven van een volko men vreemd gezin en vonden er een castvrijheid en een steun, die hun nu, tien jaar later, nog heugt. Velen hunner zullen nu brieven schrijven vol herinneringen naar de mensen van Noord-Holland. Ande ren zullen nogmaals de tocht langs Hilversum, Amsterdam en Alkmaar maken om er de vriendschapsband, die ontstond uit het gedwongen contact, te verstevigen. Plannen om te ontvluchten De deur bleef op een kier staan... Dr. Noest gluurde de gang in. Er was geen sterveling te zien. Be hoedzaam sloop hij naar de glazen deur aan het eind. het terras over, de binnenplaats op. „Ik moet doen alsof ik zelf een S D -er ben", over legde hij bij zich zelf „Brutaalweg naar de brug lopen en zeggen Jat ik een spoedboodschap voor de Ortskommandant heb." De schild wacht, hakkenklappend, legde hem op zijn verzoek uit, hoe hij lopen moest. Maar toen de dokter zo maar wilde doorlopen, zei hij: ,.Aber Ihre Papiere?" „Ach. die heb ik laten liggen," antwoordde de nieuwbakken S D. er. „En ik kan niet langer wachten." De wacht weigerde echter hem door te laten. Langzaam liep de dokter terug Het ene plan na hel_ andere schoot hem te binnen, mr.ai geen van alle waren ze uitvoerbaar. „Dan maar zo", besloot hij ten ein de raad. „Als ik mijn hand uit de zak haal, zogenaamd om hem mijn papieren te geven, verkoop ik hem een oplawaaier. En dan maar ren nen!" Maar ook die opzet scheen te mis lukken, want de schildwacht had zich intussen het gezicht van dr. Noest herinnerd. „Jij bent die schoft, die hier gis teren is binnengebracht", schreeuw de hij. En, terwijl hij omkeek naar zijn geweer, dat tegen het wacht huisje stond: „Jetzt hat deine letzte Stunde geschlagenMet /er- vaarlijke stem riep hij enige mak kers te hulp, die op de binnen plaats ,aan het werk waren. Ver ontwaardigd legde de wacht hun uit. wat cr aan de hand was. Dèt werd zijn ongeluk. „Nu of nooit", besliste dr. Noest. Met een paar reuzesprongen was hij over de brug. Schoten klonken, kogels floten langs hem heen. Ge lukkig. hij voelde geen andere pij nen, dan die van zijn stijve spie ren en het steken in de zij. Een wonder geschiedde. De drukte van Breda's binnenstad slokte hem op, zonder dat hij werd gepakt. Met een oude fiets zomaar ergens weggegrepen bereikte hij die zelfde avond het huis van een De- vriend arts in Heusden. Aan zijn broekspijpen en schoenen kleefde de modder van weilanden en sloot kanten. Nog geen maand later ver zond hij weer nieuwe pamfletten, ergens van het Oosten uit (Vervolg van pag. 2) moesten, hadden de' karren aan elkaar ge bonden en. zo goed als het ging, een bed ge spreid voor de zieke vrouw. Zo gingen zij gezamenlijk voort Van wat een prachtige saamhorigheid getuigde zo'n simpel, menselijk gebaar. Voor de vrou wen uitkomst in de hoogste nood! Hierdoor gesterkt gaan de twee Utrecht sen verder Pats, even voor Zwolle, weer 'n lekke band. Een eind lopen naast de fietsen. Luchtalarm! Aan de kant van de weg gauw in de greppel „Heb je j je persoonsbewijs bij je Je weet nooit, wat er met je gebjurt. we ten ze tenminste wie je bent". Angst, angst! Zou het op de brug zijn gemunt? Gelukkig, de machines vliegen over! In een schuur weer band plakken. Bij de brug geen oponthoud. Anstige gezichten van onze tegenliggers, krij- keien. waaraan Zwolle zó rijk is, gaat de band zo stuk dat een fiet senmaker adviseert: „Gooi 'm er af". Verder op één band en één velg. De vracht achterop, de fiets slingert, maar ze rijdt De grootste angst: „Kom ik met het zaakje over de brug?" In een lange rij worden de men sen omgeleid, strenge controle soms, dan weer een stel door. „Rog ge? Alleen rogge? Geen vlees of spek, geen olie?" „Nee, alleen rog ge" Brutaal, met een bonzend hart, zegt ze het. Als ze haar pikken voor controle is ze er bij en alles kwijt. Want er zit wél spek en boter in haar tas. De Duitsers knijpen er in, het geeft mee. ze geloven haar. Een meisje, dat zo had gepakt dat „de andere dingen" zichtbaar en voel- baar zijn, moet uitpakken en afge ven. Arme meid! Door, voor het toch mis gaat, verder, op de velg. Wat draait dat wiel raar, wat een toer om je even wicht te houden. Maar ze rijdt, als op splinternieuwe pararubber band jes, ze is er immers over! Nu zien haar vriendin in te halen De wagen heeft ze niet bespeurd bij de brug, [j moet er dus over zijn. Ze fietst al leen, neen, niet alleen, met velen die er ook over zijn. Langs de lo pers. die haast niet meer kunnen. Deelt haar van de boer gekregen boterham met hen, die al langer onderweg zij, die van „hoger" ko- - -o t-v i i r» men. Want vlak voor de IJssel ge- I terug, n Bof. De boer heeft ven de mensen aj geen eten meer, .TPn nm n vrprh» hebben blijkbaar zelf niet meer. Ze bereikt Nunspeet, waar de vriendin wacht op het bekende adres. Vreugde, rust. slapen! Vol gende dag weer verder. Doodmoe, maar het is de laatste étappe. Dat gen ze het er over' De twee vrouwen mogen doorgaan. Bij Nu Balkbrug weer lekke band. Hulp in „papieren" om 'n vracht aardappels een cafeetje, voor een pak lucifers, (clandestien) over de IJssel te bren- Eindelijk Dedemsvaart. De mensen, gen. Biedt aan onder in z'n wagen die geen ruilmateriaal hebben, moe- wat van het vrachtje te verstoppen, ten hoger op. daar is misschien nog Met een beetje geluk komt het er iets te koop. over. Maar ze moeten met de wa- De twee vrouwen besluiten het gen meefietsen Vier uur 'smor- in Niikêrk ook dp"~t hier ie proberen Een boer, wiens gen, op pad. tien_ minuien later moet dat °e v^dèr moet op twS adres zij hebben, geeft onderdak. Diep begaan herbergt hij elke dag twaalf mensen, geeft ze te eten. Z'n vrouw is er de hele dag voor bezig. Da's mensenplicht", zegt hij een voudig. „verder kan ik niets doen. De room is er hier af. Maar een hap eten kan je krijgen en in de schuur slapen". Dat is reusachtig! Dus: de boer op enige dagen in de omtrek. Daar gaat de mooie wollen cape van de jongste: tien pond rogge. Daar het wollen baby- pak: twee pond spek. Daar de kousjes: een zakje bruine bonen. De opgespaarde wol: een fles olie. Zo scharrelen ze haar vrachtje bij elkaar. wéér lekke band. De vrouwen moe ten schelden De een moet met de wagen mee, de ander wachten tot er een fietsenmaker wakker is en helpen wil. Ze zullen in Nunspeet op elkaar wachten. velgen, is niet erg meer. Slinge rend. af en toe vallend door de brokkelige kanten van de weg en de vracht, komen ze in Utrecht. Thuis! Thuis. Bij het noodkacheltje. by ,?w^rh,o^bliitS}SsZ'T,»nmiti!!f^- b«de ondergedoken. uur weer op de fiets. Tien kilome ter verder, bij de Union-rijwielfa- briek, weer lek. Hulde nu nog aan die mensen daar! Alle kapotte ban den plakken zij. alle mensen krij gen warm eten' Je kan er spaken kopen voor een dubbeltje. In heel Utrecht is geen spaak meer te koop! Vol moed gaat ze verder. Zwolle, luchtalarm. Iedereen heeft één gro te vrees: de brug? Op de hobbel bij de zieke, de kinderen, de raz zia's in de stad, de huiszoekingen. Maar thuis! Met eten. zelfs een paar luxe eitjes, waarnaar de kinderen stomverbaasd kijken Dan weten ze, dat ze deze tocht niet tevergeefs maakten dat ze het weer zullen doen, zolang het nodig is! KRINA PETIET- DEN DUNNEN. (Vervolg van pag. 3) zijn duimpje kende, had op zich genomen mij over te varen. In een plaatsje bij Sliedrecht heb ik op een boerderij gedurende een paar dagen, het gunstigste tijdstip afge wacht. Déze boer .was gerefor meerd. En toen wij 's avonds om elf uur, een mistige avond, 't sein kregen om de rivier over te ste ken sprak hij een gebed uit en smeekte God zijn zegen af over ons gevaarlijk werk. Nooit zal ik dat moment vergeten. Gewapend met stenguns volgden wij heel voorzichtig de weg over een klein dorpje naar de boot die in het riet verborgen lag. Wij verdeelden ons in twee groepen van drie. Voor elke groep een bootje. Om twee uur 's nachts voeren wij af Wij mochten niet praten, niet roken en onze peddels mochten geen lawaai maken. Het was zo ontzettend koud. dat alleen de palmen van mijn handen waarmee ik de ped del voortbewoog niet bevroren waren. Zo hébben wij 8 uur ach tereen gepeddeld, terwijl aan beide kanten van de rivier Duitse posten gelegen waren. „Was U niet bang?" „Geen moment. Maar dat komt, geloof ik, omdat wij het gevaar niet voldoende inzagen. „Hoe laat was U aan de over kant?" „Om negen uur kregen wij de Canadezen en Hollanders in het zicht, die natuurlijk met het ge weer in de aanslag klaar stonden. Maar toen wij het per radio afge sproken wachtwoord „telefoon" lieten horen kwamen 'wij veilig aan wal Wat een gewaarwording! Ook al weer een moment om nooit te vergeten. Hier was warmte en voedsel. Wittebrood volop. Ik werd naar het Hoofdkwartier van de Prins in Breda gebracht, waar ik gelegenheid had allerlei misver standen recht te zetten, vervolgens met een motor-torpedojager naar Engeland om bij de Koningin in Maidenhead verslag te doen over het college van vertrouwensman nen. „Wat voor indruk kreeg U in Engeland?" „Dat er hard en ernstig werd Modderige mannen waren het, maar met een gulle lach en sigaretten Hoe het mogelijk was, dat half verhongerde mensen zo uitbundig plezier konden maken en zo ontzaglijk lang konden staan en hossen en dansen, Is nu, vijf Jaar later, nog niet te begrijpen. En toch gebeurde het. Opeens was de strakke rem van vijf jaar oorlog los Opeens was het niet meer van betekenis, dat er geen eten was en geen licht en geen gas. Dc dingen, die toen synoniemen waren van vrijheid. zien. En toch waren ze volgens de geruchten al zo dichtbij, zei men. Dat waren ze ook, de Tommies van met Essex Regiment en de Ca nucks van de Queens Own Rifles en het Regiment de la Chaudière. In de nacht van Zondag op Maandag trokken de eerste kwartiermakers Amersfoort binnen. Direct daarna kwamen de mannen van de verbin dingsdienst. Weet U het nog, hoe ze in een paar jeeps, tegen het ochtend gloren, door de straten trokken «n telefoondraden bevestigden aan de gevels? PRACHT KERELS Modderige mannen waren het. ra dertjes in de grote oorlogsmachine. Maar ze hadden een gulle lach voor iedereen en als het kon sigaretten Dagen rond vijfde Mei onvergetelijk Het hinderde allemaal niet, dat de avondklok nog inging om vier uur 's middags. Van tien uur 's morgens tot vier uur 's middags is het lang plezier maken voor mensen, die vreugdetranen in het oog kregen bij elke echte, rood-wit-blauwe vlag, die ze zagen. Het was zelfs niet meer van belang, dat om klokslag vier uur een paar patrouillerende Duitse soldaten in de Langestraat de hos sende mensen van de straat af scho ten. Binnen kon ook uiting gegeven worden aan de geweldige vreugde roes. Dat was op Zondag 6 Mei Maar nog steeds was er in heel Amersfoort nog geen bevrijder te en chocolade ook. Pracht kerels wa ren het. Net zo uitbundig als wij zelf. Want voor hen was de hele oorlogsratteplan ook voorbij. VE-day was het en de vlaggen wapperden overal en de zon scheen en er was geen angst meer! Wie van ons heeft er die Maandag niet verlangd naar een ritje in zo'n jeep of boven op zo'n tank. En wie Maandag niet mee kon. probeerde het op Dinsdag. Maar toen was de uitbundigheid er al weer zo half en half af. Want het gewone leven hernam zijn loop. WEER AAN 'T WERK Het werk riep weer. De stakers liepen weer naar het „spoortje", de fabrieken werkten weer en op de kantoren ratelden weer de schrijf machines. Op Woensdag 9 Mei ver scheen het eerste legale nummer van „Het Parool", de editie, die later tot „Dagblad voor Amersfoort" werd herdoopt. Restaurants en bioscopen werden gaandeweg heropend, hoofd zakelijk als entertainments-centres voor de troepen, maar Amersfoorts bevolking profiteerde er toch ook wel van. Zo was het in onze stad in de da gen voor en na de bevrijding En zo zullen we het ons ongetwijfeld blij ven herinneren, op dagen als deze. gewerkt Vooral Gerbrandy leerde ik kennen als de exponent van het verzet, feller dan menig verzets man hier te lande Na drie we ken terug in Brabant kreeg ik alle mogelijke medewerking van de Prins, niet wie ik o.a. ook in Brussel ben samengeweest. De Prins energiek „Wat was Uw indruk over hem?" „Ik stond versteld over de ener gie en de arbeidslust, die hij ont plooide en het merkwaardige was, dat hij altijd en overal weer over het werk sprak. Zodra de ge sprekken dreigden af te drijven naar particuliere onderwerpen, leidde hij de conversatie weer naar het uitgangspunt terug. Op 'n Zaterdagmiddag stapte ik in de Lage Zwaluwe in een bootje voor de terugtocht. Dc prins was bij 't afscheid aanwezig. Wij waren met z'n drieën, een roeier, een gids en ik Een Canadese motorboot zou ons een eindweegs tegen de stroom meeslepen. Veel eerder dan we gedacht hadden smeet de sleepboot de touwen los en zo moesten we op eigen kracht verder. Doordat het eb was. was de stroom uiter mate sterk. Er moest veel harder geroeid worden en de riemen kraakten. Bovendien wildehet maar niet goed donker worden Wij besloten ons in het riet schuil te houden, totdat het getij zou veranderen. Hier in een druilerige regen hebben we uren lang moe ten liggen zonder te spreken en zonder te roken, 's Nachts om drie uur probeerden we opnieuw naar het midden van de rivier te komen om de Kon van Land te passeren. Toen angst> Het werd langzamerhand al j schemer, er hing een dikke och- 1 tendmist. „Ik geloof", zei de gids, j „dat we er voorbij zijn". Ik geloof de er niets van en nauwelijks had i ik dit gezegd, of op honderd 1 meter afstand doemden radiomas- i ten op en hetzelfde ogenblik kwa- men mitrailleurs in werking. Toen wist ik-wat angst was! We gingen I plat in het bootje liggen en lieten I ons afdrijven. Ik wilde terug naar de Lage Zwaluwe, maai de gids j ried aan ons in een vrijwel on- I doordringbare rietbank schuil te j houden. Ons bootje had kostbare lading: papieren, uniformen, wa pens, een radioset. Wij hadden juist plannen gemaakt om er zelf een einde aan te maken, voordat de Duitsers ons zouden pakken. Toen het bootje dicht bij de wal kwam sprong plotseling aan de andere kant van-de dijk een Duits j soldaat omhoog, geweer in de aan slag. Maar hij zag onze revolvers en begreep kennelijk, dat hij het onderspit zou moeten delven. Hij stelde enkele onbenullige vragen, sprong als een haas op de fiets en verdween. Alle angst viel toen van mij af. I'k begreep, dat hij over dit avontuur met niemand zou durven spreken, omdat hij anders eigen hachie in de waagschaal zou stellen. Wij gingen dus kalm met het bootje terug in het riet en zijn daal- de ganse dag tot het don ker werd gebleven. Heel toevallig stuitten wij op een oude zolder schuit. welke men blijkbaar in het riet verstopt had. Ik besloot al mijn papieren in de kajuit van deze zolderschuit over te brengen en uitsluitend het allernoodzake lijkste mee te nemen. Zo passeer den wij de Kop van het Land en toen we eindelijk op een veilige giek aan wal waren en ik mij in urger had gestoken slopen wij over het eiland van Dordrecht, in de hoop nog vóór spertiid in de stad zelf aan te komen. Helaas nieuwe streep door de rekening: ook Dordrecht was spergebied ge worden. We hebben toen een boot je gestolen, dat langs de kant lag, zijn hiermee de rivier overgesto ken en aan de andere zijde kon ik een fiets bemachtigen zonder ban den. Met behulp hiervan en met mijn kostbaar materiaal achter op ben ik naar. Utrecht gefietst, waar ik doodmoe aankwam, maar waar ik thuis heerlijk heb gesla pen „Maar hoe kwam U nu weer aan het materiaal, dat in de zolder schuit was achtergebleven?" Koerierster doet stout werk „Het klinkt ongelooflijk, maar dat is het werk geweest van een koerierster, die op eigen houtje naar de Biesbosch is gegaan, da op mijn aanwijziging de zolder schuit heeft gevonden, de hele boel in een suikerbietenschuit heeft overgeladen en verstopt zo naar Den Haag heeft getrans porteerd. De dappere koerierster die dit fantastisch stuk volbracht was mevrouw Willv Verheeke Thomsonplcin 23a Den Haag. On der het materiaal bevonden zich reeksen Staatscouranten met be noemingen en maatregelen van regering in Engeland, code-mate riaal etc ctc. Van toen af. kan men zeggen werd de samenstelling van de Ne dgrlandse Binnenlandse Strijd krachten een feit. „En bent U met Uw verzetswerk doorgegaan?" De heer Van der Gaag ant woordde bevestigend en gaf nog een uitvoerig relaas van zijn tweede overtocht welke onder to taal andere omstandigheden ge schiedde maar zeker niet minde fantastisch. „In welke tijd is dat geweest? „In Maart 1945. De Duitsers waren al min of meer bereid capitulatie en dank zij de heer a. Vlugt, thans gezant in Finland die zich als tussenpersoon opwierp heeft de illegaliteit speciaal in figuur van jonkheer Six contact sekrpgen met de leidende Duitss figuren. Er werd een protocol op gemaakt, dat overgebracht moes worden naar Engeland. Met deze opdracht werden Neher en ik beJ last. Ik heb toen ook een onder houd gehad met Seyss Inquart, vas wie ik tot mijn verwondering ver nam, dat hij niet alleen van mij' verzetswerk op de hoogte was, maar bovendien wist. dat, en welke wijze, ik in Engeland geweest. Samenwerking met Duitsers De nieuwe overtocht geschiedd# met behulp van de Duitsers zeil met wie was afgesproken, dat een uur lang niet geschoten zfl worden en ook geen radioDeilinge* zouden plaats hebben. Over di< protocol en de eerste contact# met de Duitse autoriteiten kan ot lezer een massa terug vinden in uitgave „Enige hoofdpunten va.: het regeringsbeleid in Londen Zowel Churchill als Eisenhov# moesten van dit protocol kennis- nemen en hun beslissingen erovs geven. Het ging er om het W«' ten van ons land te behoede voor een volkomen onderwater:«'' ten en een volledige uithongerin? „Weet u", zei de heer v. d. G3j; tenslotte nog wat ik na de bevrir ding uit de mond van een Amen* kaans officier vernam? Deze v£j' klaarde en het deed mij Seu{! dig goed dat te horen dat oorlog reeds maanden eerder ws-- afgelopen, wanneer de gealliwa den uit de andere bezette laiw? slechts de helft aan inlichting hadden ontvangen, welke door Nederlands verzet naar Lonof- zijn gezonden."

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1950 | | pagina 14