Hartspecialist kende de zwake plek van
Duitse hazenharten
In Wehrmaclits verblijven légde
één man pamfletten neerdie een
nachtmerrie werden
In oorlogstijd tweemaal naar
Engeland
Amersfoort denkt terug
aan Mei 1940
Uitbundige bevrijders trokken een
juichend Amersfoort binnen
Vrouwen naar IJssel-eldorado
10e Jaargang, pag. 6
Zaterdag 6 Mei 1950
Een warme Septembermiddag in
1943. Langs het eerste perron van
bureaux en bij Wehrmachtsheime
I werd het onder de deur door ge-
schoven en in de brievenbus ge-.
het utrechtse Centraal Station stopt. De bezetters lazen het hei-
I wie onlangs hier hebben ingebro-
I ken De daders waren onvindbaar;
bel de politie maar eens op. Goed.
i dat u gekomen bent!" Het was
staat de trein naar Den Haao ob melljk. gaven het door aan kame- i goddank waar wat hij vertelde.
7, r. f i raden en bespraken het onderling Alleen niet de illegaliteit maar
nei punt ie vertrekken. ue hoge,Bij de Sicherheits Polizei. waar me- een kliek Duitsers en N.S.B.-ers
met gouden tressen behangen ni£ pamflet terecht kwam. werden was bij de inbraak betrokken ge-
Dj/j/c/» nfiiris* -nrnnrA.Am verschrikkelijk harde noten ge- weest. De politie had hem daarom
Uuitse officiciweggedoken in een kraakt wéér zo'n groots opgezette 1 oangeradeh er geen werk van te
hoekje van zijn weelderige JYehr- sabotage-actie van die „verdammte
machtscoupé, is van vervelino m Hollander Ach. hadden ze gewe-
j-.r. ten, dat ze met slechts éen man te
slaap gevallen. Jawel, dc Fuhrer doen hadden, één zwakke man...
kan de oorlog nog winnen. Maar i En dlG reisde maar. Vooral naar
/,-* u-^yAi Den Haag en 's Herlogenbosch, waar
het wordt ipi dienaren wel moe! lly consuften Koelbloedig waag-
l[}k gemaakt. Hier een Kwartier de hij zich op de perrons in stil-
wachten, daar Hen minuien ran-I vcrloftrcincn, om er run
ri. pamfletten op de lege banken te
geren. Wat een kostbare tijd wordt 1 leggen. Onderweg, in de trein
op die manier het Derde Rijk ont- 1 waarmee hij zelf reisde, stapte hij
stolen. Zijn slaap is nu volkomen
Sieg Heil
Met zacht geruis glijdt de schuif
deur van het compartiment open
De generaal merkt niets. In het
gangpad §taat een kleine, ietwat
gebogen man met grijzend haar
die eerst schichtig om zich heen
kijkt, dan naar binnen stapt. Het
hoofd van de generaal zakt alleen
nog maar wat dieper op de rijk be
stikte revers. Met een snelle greep
haalt de insluiper een wit papier
uit zijn binnenzak van zijn keurige
colbert en legt het op de brede
knieen van de weldoorvoede Duit
ser. ..Wie wird das Ende des Krie-
ges sein?", staat er met grote let
ters boven De generaal blaast met
bolle wangen belletjes tussen de
half geopende lippen
Hij heeft genoeg
Pas wanneer de conducteur ge
floten heeft, de perronchef zijn
spiegelei omhoog steekt en de loco
motief kreunend optrekt, schrikt
hij wakker. Verdekt opgesteld op
het perron ziet de kleine man het
aan. Het dichtbedrukte pamflet
glijdt ritselend op de vloer Slaap
dronken raapt de officier het op en
leest, eerst onverschillig, dan ver
rast' „Er is nog maar één mo
gelijkheid om te redden, wat er te
redden is: de oorlog moet beëin
digd worden En daar is maar één
ding voor nodig: het Nazi-regiem
moet zo snel mogelijk radicaal wor
den weggevaagd Dan, maar ook
dan alleen, zullen Engeland en
Amerika vredesonderhandelingen
aanknopen. Dat is de enige uitweg,
dc enige redding
De onbekende zit zich allang in
de wachtkamer te verkneukelen.
Kij heeft genoeg gezien. Uit zijn
actetas haalt hij een tijdschrift.
..Aan dr. J. L Noest, Emmalaan 19.
Utrecht staat er op het adres- j
bandje
Het plan om pamfletten tegen het I
Nazi-regiem te schrijven en die
onder de Duitse bezetters te ver- j
spreiden, rijpte bij dr. Noest in het
begin van 1943. Elf jaar lang had
hij als arts voor hart- en vaatziek
ten praktijk uitgeoefend in het be-
kende Kurort Bad Nauheim. De
opkomst van het nationaal-socia- i
llsme maakte hij van dichtbij mee,
maar reeds in 1934 besloot hij. naar
zijn eigen, vrije land terug te ke
ren. De nieuwe machthebbers von
den dat een slechte reclame voor
zich zelf „Blijft U toch gerust",
zeiden ze. Maar dr. Noest ging.
Reeds voorzag hij. wat gebeuren
zou. En het deed hem leed, want
hij liet veel goede vrienden achter
in het land dat hij had liefgekregen.
Toen het triomphantelijk gestap
der Duitse laarzen ook door de Ne
derlandse steden en dorpen klonk,
stelde hij zijn huis beschikbaar
voor vergaderingen van de illega
liteit. „Vrij Nederland" werd er ge
distribueerd en de „goede" com
missarissen der Koningin kwamen
soms in een van zijn kamers samen.
Maar dat alléén voldeed dr. Noest
niet. Tamelijk zwak als hij was. kon
hij echter niet meedoen aan acties,
die kracht en lichamelijk uithou
dingsvermogen eisten. Bovendien:
met alleen het eigen volk wilde hij
helpen, maar ook die Duitsers, die
hij had leren kennen als hoogstaan
de mensen. Intussen kwam hij tot
het besef, dat een spoedige gealli
eerde overwinning stond of viel
met de omverwerping van het Nazi
regiem. Toen kwam hij op het idéé
van de pamfletten.
Subliem geschrift
Behalve mooie herinneringen had
dr. Noest van zijn verblijf in het
Oostelijk nabuurland een perfecte
beheersing van de landstaal en een
grote kennis van de mentaliteit van
het volk overgehouden. Zo kon het
eerste pamflet een subliem geschrift
worden, waarin hij zich meesterlijk
bediende van de wapens, die hem
ten dienste stonden: de ingeboren
angst der Duitsers om voor eerlo
zen te worden aangezien, hun groei
ende oorlogsmoeheid en hun grote
drang lot zelfmedelijden. Dr. Noest
schreef vlekkeloos Duits, sprak
over „Vaterland unser" en de toon
van het pamflet was van begin tot
eind zo pathetisch, dat zelfs Göb-
bels het hem moeilijk had kunnen
verbeteren.
Een relatie zond I?et ontwerp
naar Londen, waar men er zijn
goedkeuring aan hechtte. Een ille
gale drukkerij vermenigvuldigde het
m honderden exemplaren en be
zorgde die bij dr. Noest thuis. Aan
vankelijk werd er aandrang op hem
uitgeoefend, dat hij zich bij de ver
spreiding zou laten helpen. Hij wei
gerde. „Ik ben ongetrouwd. Als arts
meteen grote praktijk kom ik in
veel plaatsen. Laat me het alleen
doen. dan lopen zo min mogelijk
mensen gevaar", zei hij. En dat ge
beurde.
Spoedig ontving iedere Ortskom-
mandant het vinnige pamflet in een
blanco enveloppe over de post.
Duitse soldaten vonden het. wan
neer zij de Wehrmachtscomparti-
menten van de treinen binnen kwa
men. Bij allerlei Duitse militaire
Wehrmachtscoupé's binnem met het
zelfde doel. Er waren wel eens
ogenblikken, dat hij zich betrapt
dacht. Maar altijd wist hij zich er
uit te redden.
Huiszoeking
Tot dr. Noest met vacantie in
Brabant van zijn huisgenoten be-
richt kreeg, dat Duitsers in zijn ka
mers naar papier en enveloppen
hadden gezocht Gelaten wachtte hij
nadere berichten af. Een tweede
huiszoeking kwam er echter niet. de Duitsers hem De papieren, die
maken. De Duitsers lieten zich
evenwel hall overtuigen. „Het zou
goed zijn. als U over een dag of
wat eens naar de Euterpestraat
kwam", vonden ze. Dat beloofde
dr. Noest.
Maar drie dagen later had hij zijn
boedel bij vrienden ondergebracht
en dook hij onder in het Oosten
van het land Voortaan zou hij door
het land reizen als Johan Nekkers,
gehuwd, genealoog. En zijn tas zou
vol geregistreerde stambomen zit
ten Want ..sibbekunde" was toeval
lig dokters liefhebberij.
Gearresteerd
Landwachlers hebben de heer
„Nekkers" tenslotte toch nog de
vijand in handen gespeeld. In Ber
gen op Zoom zagen twee van die
kerels hem bezig, pamfletten onder
de deur van het Wehrmachïsheim
te stoppen. Even later arresteerden
En. eenmaal weer thuis, zette hij
zijn ondermijnend werk voort, als
of er niets was gebeurd.
Toen, de derde Januari 1944, kwa
men ze. Er was juist een patiënt
vertrokken en de dokter liep naar
de wachtkamer om de volgende
naar de spreekkamer te halen In
de vestibule stonden twee mannen.
„Sicherheitspolizei", zei een van
hen. „Kennen Sie das7" Hij duwde
de arts een van diens eigen pam
fletten onder de neus. „Rustig blij
ven. niets toegeven en vooral Duits
spreken" overlegde deze bn zicn-
zelf. Het werd een zenuwslopend
half uur. Al gauw bleek dr. Noest,
dat een onoplettendheid hem par
ten haa gespeeld Aan een der Orts-
kommandanten had hij een pamflet
gezonden in een praktijk-enveloppe,
waarvan hij het adres had wegge
krast. Het kengetal van de druk
kerij, schier onleesbare cijfertjes,
was echter blijven staan
Goed dat U gekomen
bent
Dr. Noest bewaarde zijn kalmte.
„Nee maar", zei hij. „Nu begrijp ik,
hij nog bij zich droeg, namen ze
hem af Het waren alle nieuwe
pamfletten, getiteld „Zu spat". Hier- ia JIt„Iiaaafc irk ,UJ
in waarschuwde dr Noest tegen de belangryke bespreking met
komende invasie. Nog zouden de eehad
Duitsers de daarop volgende alge-
hele vernietiging kunnen ontkomen,
maar dan moesten ze
„Tja.... eh... dr. Noest....",
hakkelde hij benepen.
„Waar wcont die kerel?"'
„Inin UtrechtEmma
laan 19.''
„En wie nog meer?"
„Verder niemand."
Maar dat klonk te ongeloofwaar
dig. „Morgen schieten we je dood.
Met negen anderen van je soort
was het laatste dreigement. Die
nacht sliep dr. Noest maar kort. Al
vroeg de volgende morgen waar-
Schuwde een soldaat hem. dat mj
over drie uur zou worden doodge
schoten. Geestelijke bijstand, waar
om hij verzocht, kreeg hij niet
Precies op tijd haalden de bewa
kers hem uit de cel. Inplaats van
naar de binnenplaats, brachten ze
hem echter naar de chef. Deze
brulde, dat de zaak niet goed
was uitgezocht Er moesten meer
medeplichtigen zijn. De gevangene
hield zich van de domme en deed
alsof het hem al vreselijk speel dr
Noest te hebben verraden.
„Dan maar naar P jda". besloot
de woedende Duitser. Negen man
Feldgendarmere reisd.n met ae
geboeide arrestant daarheen. De
trein bood geen enkele gelegenh id
tot ontvluchten. En in het gebouw
van de Koninklijke Militaire Aca
demie, hoofdkwartier van de S D.,
wemelde het ook al --an de Duit
sers. De volgende morgen pas ver
scheen dr. Noest voor de comman
dant. die dronken was en in zijn
razernij de gevangene een presse-
papier naar het hooid slingerde
Tenslotte kreeg dr. Noest een hall
uur bedenktijd. Wilde hij dan nog
niet praten, wel.... De comman
dant grijnsde. Zou de dokter het
prettig vinden, gefolterd te wor
den?
Men sloot hem or ;n een aan
grenzend kamertje. Na ongeveer
een kwartier stak een officier zpn
hoofd om de deur. „Zoekt U iets?,
vroeg dr Noest, die er helemaal
niet als een arrestant uitzag, hem
in het Duits „Het kantoor van de
chef is hiernaast. Ik heb juist een
him
r~
11
direct het
Nazi-regiem van zich afschudden.
Anders zou het „zu spat" zijn. De
Duitsers lachten dr. Noest in zijn
gezicht uit. „Voor jou, niet voor
ons is het te laat", zeiden ze. „Mor-
ge.i werden Sie erschossen"
De cel in het Markiezenhof was
vuil en donker. Buiten bloeide de
natuur open. 't Was Mei en speelse
vogels stegen hoog tegen de blauwe
hemel, die zo ver leek achter het
getraliede venster. Soldaten kwa
men vloekend binnen, dreigden met
gloeiende ijzers en onmiddellijke
executie. Voor de chef gebracht,
werd hij gestompt en geslagen.
Maar hij wanhoopte niet „Hier
kom ik weer uit", zei hij telkens
tegen zich zelf. „Lk word gered."
„Wie zijn je medeplichtigen",
snauwde de chef.
Toen, als een flits, schoot hem
iets. te binnen.
„Danke schön", zei de ander
vriendelijk en ging heen.
Moedig nam de Jan van Galen,
pas uit de Oost terug, deel aan de
strijd om Rotterdam in de Mei
dagen van 1940
Noord-Holland zijn wij veel dan!,
verschuldigd
Hoe jammer is het, dat het her
inneringscomité evacuatie 1940 er
niet in is geslaagd zijn plannen uit
te voeren. Het was de bedoeling,
dat geheel Amelrsfoort een kleine
bijdrage zou leveren om de bevol
king van Noord-Holland nu, tien
jaar later, nogmaals dank te bren
gen voor de hulp, die in de Meida
gen van het eerste oorlogsjaar werd
geboden. Maar de moeilijkheden
waren te groot en de tijd van voor
bereiding te kort. Noord-Holland
krijgt geen herinnerings-geschenk.
Maar ook zonder dat, zullen de
mensen in Alkmaar, Limmen, Hei-
loo, Scharwoude, Schoorl, Schagen,
Spanbroek en al die andere plaats
jes in deze dagen nog wel eens te
rugdenken aan die vreemde men
sen uit Amersfoort, die 45000 bange
vluchtelingen. Met tientallen trei
nen waren ze gekomen. Een week
lang hadden al die steden en dor
pen, rond Alkmaar het dubbele van
bun normale aantal inwoners. Men
sen brachten dc nachten door in
kerken en bioscopen, in hooibergen
en stallen. Anderen waren gelukki
ger. Ze sliepen op kermisbedden en
divans en aten mee uit de grote fa-
miliepot. Ze stapten voor vijf of zes
dagen in het leven van een volko
men vreemd gezin en vonden er
een castvrijheid en een steun, die
hun nu, tien jaar later, nog heugt.
Velen hunner zullen nu brieven
schrijven vol herinneringen naar de
mensen van Noord-Holland. Ande
ren zullen nogmaals de tocht langs
Hilversum, Amsterdam en Alkmaar
maken om er de vriendschapsband,
die ontstond uit het gedwongen
contact, te verstevigen.
Plannen om te
ontvluchten
De deur bleef op een kier staan...
Dr. Noest gluurde de gang in. Er
was geen sterveling te zien. Be
hoedzaam sloop hij naar de glazen
deur aan het eind. het terras over,
de binnenplaats op. „Ik moet doen
alsof ik zelf een S D -er ben", over
legde hij bij zich zelf „Brutaalweg
naar de brug lopen en zeggen Jat
ik een spoedboodschap voor de
Ortskommandant heb." De schild
wacht, hakkenklappend, legde hem
op zijn verzoek uit, hoe hij lopen
moest. Maar toen de dokter zo maar
wilde doorlopen, zei hij: ,.Aber
Ihre Papiere?"
„Ach. die heb ik laten liggen,"
antwoordde de nieuwbakken S D.
er. „En ik kan niet langer wachten."
De wacht weigerde echter hem
door te laten. Langzaam liep de
dokter terug Het ene plan na hel_
andere schoot hem te binnen, mr.ai
geen van alle waren ze uitvoerbaar.
„Dan maar zo", besloot hij ten ein
de raad. „Als ik mijn hand uit de
zak haal, zogenaamd om hem mijn
papieren te geven, verkoop ik hem
een oplawaaier. En dan maar ren
nen!"
Maar ook die opzet scheen te mis
lukken, want de schildwacht had
zich intussen het gezicht van dr.
Noest herinnerd.
„Jij bent die schoft, die hier gis
teren is binnengebracht", schreeuw
de hij. En, terwijl hij omkeek naar
zijn geweer, dat tegen het wacht
huisje stond: „Jetzt hat deine letzte
Stunde geschlagenMet /er-
vaarlijke stem riep hij enige mak
kers te hulp, die op de binnen
plaats ,aan het werk waren. Ver
ontwaardigd legde de wacht hun
uit. wat cr aan de hand was. Dèt
werd zijn ongeluk.
„Nu of nooit", besliste dr. Noest.
Met een paar reuzesprongen was
hij over de brug. Schoten klonken,
kogels floten langs hem heen. Ge
lukkig. hij voelde geen andere pij
nen, dan die van zijn stijve spie
ren en het steken in de zij. Een
wonder geschiedde. De drukte van
Breda's binnenstad slokte hem op,
zonder dat hij werd gepakt. Met
een oude fiets zomaar ergens
weggegrepen bereikte hij die
zelfde avond het huis van een De-
vriend arts in Heusden. Aan zijn
broekspijpen en schoenen kleefde
de modder van weilanden en sloot
kanten. Nog geen maand later ver
zond hij weer nieuwe pamfletten,
ergens van het Oosten uit
(Vervolg van pag. 2)
moesten, hadden de'
karren aan elkaar ge
bonden en. zo goed als
het ging, een bed ge
spreid voor de zieke
vrouw. Zo gingen zij
gezamenlijk voort Van
wat een prachtige
saamhorigheid getuigde
zo'n simpel, menselijk
gebaar. Voor de vrou
wen uitkomst in de
hoogste nood!
Hierdoor gesterkt
gaan de twee Utrecht
sen verder Pats, even
voor Zwolle, weer 'n
lekke band. Een eind
lopen naast de fietsen.
Luchtalarm! Aan de
kant van de weg gauw
in de greppel „Heb je j
je persoonsbewijs bij
je Je weet nooit, wat
er met je gebjurt. we
ten ze tenminste wie
je bent". Angst, angst!
Zou het op de brug zijn
gemunt? Gelukkig, de
machines vliegen over!
In een schuur weer
band plakken. Bij de
brug geen oponthoud.
Anstige gezichten van
onze tegenliggers, krij-
keien. waaraan Zwolle zó rijk is,
gaat de band zo stuk dat een fiet
senmaker adviseert: „Gooi 'm er
af". Verder op één band en één
velg. De vracht achterop, de fiets
slingert, maar ze rijdt De grootste
angst: „Kom ik met het zaakje
over de brug?"
In een lange rij worden de men
sen omgeleid, strenge controle
soms, dan weer een stel door. „Rog
ge? Alleen rogge? Geen vlees of
spek, geen olie?" „Nee, alleen rog
ge" Brutaal, met een bonzend hart,
zegt ze het. Als ze haar pikken voor
controle is ze er bij en alles kwijt.
Want er zit wél spek en boter in
haar tas. De Duitsers knijpen er in,
het geeft mee. ze geloven haar. Een
meisje, dat zo had gepakt dat „de
andere dingen" zichtbaar en voel-
baar zijn, moet uitpakken en afge
ven. Arme meid!
Door, voor het toch mis gaat,
verder, op de velg. Wat draait dat
wiel raar, wat een toer om je even
wicht te houden. Maar ze rijdt, als
op splinternieuwe pararubber band
jes, ze is er immers over! Nu zien
haar vriendin in te halen De wagen
heeft ze niet bespeurd bij de brug,
[j moet er dus over zijn. Ze fietst al
leen, neen, niet alleen, met velen
die er ook over zijn. Langs de lo
pers. die haast niet meer kunnen.
Deelt haar van de boer gekregen
boterham met hen, die al langer
onderweg zij, die van „hoger" ko-
- -o t-v i i r» men. Want vlak voor de IJssel ge-
I terug, n Bof. De boer heeft ven de mensen aj geen eten meer,
.TPn nm n vrprh» hebben blijkbaar zelf niet meer.
Ze bereikt Nunspeet, waar de
vriendin wacht op het bekende
adres. Vreugde, rust. slapen! Vol
gende dag weer verder. Doodmoe,
maar het is de laatste étappe. Dat
gen ze het er over' De
twee vrouwen mogen doorgaan. Bij Nu
Balkbrug weer lekke band. Hulp in „papieren" om 'n vracht aardappels
een cafeetje, voor een pak lucifers, (clandestien) over de IJssel te bren-
Eindelijk Dedemsvaart. De mensen, gen. Biedt aan onder in z'n wagen
die geen ruilmateriaal hebben, moe- wat van het vrachtje te verstoppen,
ten hoger op. daar is misschien nog Met een beetje geluk komt het er
iets te koop. over. Maar ze moeten met de wa-
De twee vrouwen besluiten het gen meefietsen Vier uur 'smor- in Niikêrk ook dp"~t
hier ie proberen Een boer, wiens gen, op pad. tien_ minuien later moet dat °e v^dèr moet op twS
adres zij hebben, geeft onderdak.
Diep begaan herbergt hij elke dag
twaalf mensen, geeft ze te eten. Z'n
vrouw is er de hele dag voor bezig.
Da's mensenplicht", zegt hij een
voudig. „verder kan ik niets doen.
De room is er hier af. Maar een
hap eten kan je krijgen en in de
schuur slapen". Dat is reusachtig!
Dus: de boer op enige dagen in
de omtrek. Daar gaat de mooie
wollen cape van de jongste: tien
pond rogge. Daar het wollen baby-
pak: twee pond spek. Daar de
kousjes: een zakje bruine bonen.
De opgespaarde wol: een fles olie.
Zo scharrelen ze haar vrachtje bij
elkaar.
wéér lekke band. De vrouwen moe
ten schelden De een moet met de
wagen mee, de ander wachten tot
er een fietsenmaker wakker is en
helpen wil. Ze zullen in Nunspeet
op elkaar wachten.
velgen, is niet erg meer. Slinge
rend. af en toe vallend door de
brokkelige kanten van de weg en
de vracht, komen ze in Utrecht.
Thuis!
Thuis. Bij het noodkacheltje. by
,?w^rh,o^bliitS}SsZ'T,»nmiti!!f^- b«de ondergedoken.
uur weer op de fiets. Tien kilome
ter verder, bij de Union-rijwielfa-
briek, weer lek. Hulde nu nog aan
die mensen daar! Alle kapotte ban
den plakken zij. alle mensen krij
gen warm eten' Je kan er spaken
kopen voor een dubbeltje. In heel
Utrecht is geen spaak meer te koop!
Vol moed gaat ze verder. Zwolle,
luchtalarm. Iedereen heeft één gro
te vrees: de brug? Op de hobbel
bij de zieke, de kinderen, de raz
zia's in de stad, de huiszoekingen.
Maar thuis! Met eten. zelfs een paar
luxe eitjes, waarnaar de kinderen
stomverbaasd kijken Dan weten ze,
dat ze deze tocht niet tevergeefs
maakten dat ze het weer zullen
doen, zolang het nodig is!
KRINA PETIET-
DEN DUNNEN.
(Vervolg van pag. 3)
zijn duimpje kende, had op zich
genomen mij over te varen. In een
plaatsje bij Sliedrecht heb ik op
een boerderij gedurende een paar
dagen, het gunstigste tijdstip afge
wacht. Déze boer .was gerefor
meerd. En toen wij 's avonds om
elf uur, een mistige avond, 't sein
kregen om de rivier over te ste
ken sprak hij een gebed uit en
smeekte God zijn zegen af over
ons gevaarlijk werk. Nooit zal ik
dat moment vergeten. Gewapend
met stenguns volgden wij heel
voorzichtig de weg over een klein
dorpje naar de boot die in het riet
verborgen lag. Wij verdeelden ons
in twee groepen van drie. Voor
elke groep een bootje. Om twee
uur 's nachts voeren wij af Wij
mochten niet praten, niet roken en
onze peddels mochten geen lawaai
maken. Het was zo ontzettend
koud. dat alleen de palmen van
mijn handen waarmee ik de ped
del voortbewoog niet bevroren
waren. Zo hébben wij 8 uur ach
tereen gepeddeld, terwijl aan beide
kanten van de rivier Duitse posten
gelegen waren.
„Was U niet bang?"
„Geen moment. Maar dat komt,
geloof ik, omdat wij het gevaar
niet voldoende inzagen.
„Hoe laat was U aan de over
kant?"
„Om negen uur kregen wij de
Canadezen en Hollanders in het
zicht, die natuurlijk met het ge
weer in de aanslag klaar stonden.
Maar toen wij het per radio afge
sproken wachtwoord „telefoon"
lieten horen kwamen 'wij veilig
aan wal Wat een gewaarwording!
Ook al weer een moment om nooit
te vergeten. Hier was warmte en
voedsel. Wittebrood volop. Ik werd
naar het Hoofdkwartier van de
Prins in Breda gebracht, waar ik
gelegenheid had allerlei misver
standen recht te zetten, vervolgens
met een motor-torpedojager naar
Engeland om bij de Koningin in
Maidenhead verslag te doen over
het college van vertrouwensman
nen.
„Wat voor indruk kreeg U in
Engeland?"
„Dat er hard en ernstig werd
Modderige mannen waren het, maar met
een gulle lach en sigaretten
Hoe het mogelijk was, dat half verhongerde mensen zo uitbundig plezier
konden maken en zo ontzaglijk lang konden staan en hossen en dansen,
Is nu, vijf Jaar later, nog niet te begrijpen. En toch gebeurde het. Opeens
was de strakke rem van vijf jaar oorlog los Opeens was het niet meer van
betekenis, dat er geen eten was en geen licht en geen gas. Dc dingen, die
toen synoniemen waren van vrijheid.
zien. En toch waren ze volgens de
geruchten al zo dichtbij, zei men.
Dat waren ze ook, de Tommies
van met Essex Regiment en de Ca
nucks van de Queens Own Rifles en
het Regiment de la Chaudière. In de
nacht van Zondag op Maandag
trokken de eerste kwartiermakers
Amersfoort binnen. Direct daarna
kwamen de mannen van de verbin
dingsdienst. Weet U het nog, hoe ze
in een paar jeeps, tegen het ochtend
gloren, door de straten trokken «n
telefoondraden bevestigden aan de
gevels?
PRACHT KERELS
Modderige mannen waren het. ra
dertjes in de grote oorlogsmachine.
Maar ze hadden een gulle lach voor
iedereen en als het kon sigaretten
Dagen rond vijfde Mei
onvergetelijk
Het hinderde allemaal niet, dat de
avondklok nog inging om vier uur
's middags. Van tien uur 's morgens
tot vier uur 's middags is het lang
plezier maken voor mensen, die
vreugdetranen in het oog kregen bij
elke echte, rood-wit-blauwe vlag,
die ze zagen. Het was zelfs niet meer
van belang, dat om klokslag vier
uur een paar patrouillerende Duitse
soldaten in de Langestraat de hos
sende mensen van de straat af scho
ten. Binnen kon ook uiting gegeven
worden aan de geweldige vreugde
roes. Dat was op Zondag 6 Mei
Maar nog steeds was er in heel
Amersfoort nog geen bevrijder te
en chocolade ook. Pracht kerels wa
ren het. Net zo uitbundig als wij
zelf. Want voor hen was de hele
oorlogsratteplan ook voorbij. VE-day
was het en de vlaggen wapperden
overal en de zon scheen en er was
geen angst meer! Wie van ons heeft
er die Maandag niet verlangd naar
een ritje in zo'n jeep of boven op
zo'n tank. En wie Maandag niet mee
kon. probeerde het op Dinsdag.
Maar toen was de uitbundigheid er
al weer zo half en half af. Want het
gewone leven hernam zijn loop.
WEER AAN 'T WERK
Het werk riep weer. De stakers
liepen weer naar het „spoortje", de
fabrieken werkten weer en op de
kantoren ratelden weer de schrijf
machines. Op Woensdag 9 Mei ver
scheen het eerste legale nummer
van „Het Parool", de editie, die later
tot „Dagblad voor Amersfoort" werd
herdoopt. Restaurants en bioscopen
werden gaandeweg heropend, hoofd
zakelijk als entertainments-centres
voor de troepen, maar Amersfoorts
bevolking profiteerde er toch ook
wel van.
Zo was het in onze stad in de da
gen voor en na de bevrijding En zo
zullen we het ons ongetwijfeld blij
ven herinneren, op dagen als deze.
gewerkt Vooral Gerbrandy leerde
ik kennen als de exponent van het
verzet, feller dan menig verzets
man hier te lande Na drie we
ken terug in Brabant kreeg ik
alle mogelijke medewerking van
de Prins, niet wie ik o.a. ook in
Brussel ben samengeweest.
De Prins energiek
„Wat was Uw indruk over
hem?"
„Ik stond versteld over de ener
gie en de arbeidslust, die hij ont
plooide en het merkwaardige was,
dat hij altijd en overal weer over
het werk sprak. Zodra de ge
sprekken dreigden af te drijven
naar particuliere onderwerpen,
leidde hij de conversatie weer
naar het uitgangspunt terug.
Op 'n Zaterdagmiddag stapte ik
in de Lage Zwaluwe in een bootje
voor de terugtocht. Dc prins was bij
't afscheid aanwezig. Wij waren met
z'n drieën, een roeier, een gids en
ik Een Canadese motorboot zou
ons een eindweegs tegen de stroom
meeslepen. Veel eerder dan we
gedacht hadden smeet de sleepboot
de touwen los en zo moesten we
op eigen kracht verder. Doordat
het eb was. was de stroom uiter
mate sterk. Er moest veel harder
geroeid worden en de riemen
kraakten. Bovendien wildehet
maar niet goed donker worden
Wij besloten ons in het riet schuil
te houden, totdat het getij zou
veranderen. Hier in een druilerige
regen hebben we uren lang moe
ten liggen zonder te spreken en
zonder te roken, 's Nachts om drie
uur probeerden we opnieuw naar
het midden van de rivier te komen
om de Kon van Land te passeren.
Toen angst>
Het werd langzamerhand al j
schemer, er hing een dikke och- 1
tendmist. „Ik geloof", zei de gids, j
„dat we er voorbij zijn". Ik geloof
de er niets van en nauwelijks had i
ik dit gezegd, of op honderd 1
meter afstand doemden radiomas- i
ten op en hetzelfde ogenblik kwa-
men mitrailleurs in werking. Toen
wist ik-wat angst was! We gingen I
plat in het bootje liggen en lieten I
ons afdrijven. Ik wilde terug naar
de Lage Zwaluwe, maai de gids j
ried aan ons in een vrijwel on- I
doordringbare rietbank schuil te j
houden. Ons bootje had kostbare
lading: papieren, uniformen, wa
pens, een radioset. Wij hadden
juist plannen gemaakt om er zelf
een einde aan te maken, voordat
de Duitsers ons zouden pakken.
Toen het bootje dicht bij de wal
kwam sprong plotseling aan de
andere kant van-de dijk een Duits j
soldaat omhoog, geweer in de aan
slag. Maar hij zag onze revolvers
en begreep kennelijk, dat hij het
onderspit zou moeten delven. Hij
stelde enkele onbenullige vragen,
sprong als een haas op de fiets en
verdween. Alle angst viel toen
van mij af. I'k begreep, dat hij over
dit avontuur met niemand zou
durven spreken, omdat hij anders
eigen hachie in de waagschaal
zou stellen. Wij gingen dus kalm
met het bootje terug in het riet en
zijn daal- de ganse dag tot het don
ker werd gebleven. Heel toevallig
stuitten wij op een oude zolder
schuit. welke men blijkbaar in het
riet verstopt had. Ik besloot al
mijn papieren in de kajuit van
deze zolderschuit over te brengen
en uitsluitend het allernoodzake
lijkste mee te nemen. Zo passeer
den wij de Kop van het Land en
toen we eindelijk op een veilige
giek aan wal waren en ik mij in
urger had gestoken slopen wij
over het eiland van Dordrecht, in
de hoop nog vóór spertiid in de
stad zelf aan te komen. Helaas
nieuwe streep door de rekening:
ook Dordrecht was spergebied ge
worden. We hebben toen een boot
je gestolen, dat langs de kant lag,
zijn hiermee de rivier overgesto
ken en aan de andere zijde kon ik
een fiets bemachtigen zonder ban
den. Met behulp hiervan en met
mijn kostbaar materiaal achter
op ben ik naar. Utrecht gefietst,
waar ik doodmoe aankwam, maar
waar ik thuis heerlijk heb gesla
pen
„Maar hoe kwam U nu weer aan
het materiaal, dat in de zolder
schuit was achtergebleven?"
Koerierster doet
stout werk
„Het klinkt ongelooflijk, maar
dat is het werk geweest van een
koerierster, die op eigen houtje
naar de Biesbosch is gegaan, da
op mijn aanwijziging de zolder
schuit heeft gevonden, de hele
boel in een suikerbietenschuit
heeft overgeladen en verstopt
zo naar Den Haag heeft getrans
porteerd. De dappere koerierster
die dit fantastisch stuk volbracht
was mevrouw Willv Verheeke
Thomsonplcin 23a Den Haag. On
der het materiaal bevonden zich
reeksen Staatscouranten met be
noemingen en maatregelen van
regering in Engeland, code-mate
riaal etc ctc.
Van toen af. kan men zeggen
werd de samenstelling van de Ne
dgrlandse Binnenlandse Strijd
krachten een feit.
„En bent U met Uw verzetswerk
doorgegaan?"
De heer Van der Gaag ant
woordde bevestigend en gaf nog
een uitvoerig relaas van zijn
tweede overtocht welke onder to
taal andere omstandigheden ge
schiedde maar zeker niet minde
fantastisch.
„In welke tijd is dat geweest?
„In Maart 1945. De Duitsers
waren al min of meer bereid
capitulatie en dank zij de heer
a. Vlugt, thans gezant in Finland
die zich als tussenpersoon opwierp
heeft de illegaliteit speciaal in
figuur van jonkheer Six contact
sekrpgen met de leidende Duitss
figuren. Er werd een protocol op
gemaakt, dat overgebracht moes
worden naar Engeland. Met deze
opdracht werden Neher en ik beJ
last. Ik heb toen ook een onder
houd gehad met Seyss Inquart, vas
wie ik tot mijn verwondering ver
nam, dat hij niet alleen van mij'
verzetswerk op de hoogte was,
maar bovendien wist. dat, en
welke wijze, ik in Engeland
geweest.
Samenwerking met
Duitsers
De nieuwe overtocht geschiedd#
met behulp van de Duitsers zeil
met wie was afgesproken, dat
een uur lang niet geschoten zfl
worden en ook geen radioDeilinge*
zouden plaats hebben. Over di<
protocol en de eerste contact#
met de Duitse autoriteiten kan ot
lezer een massa terug vinden in
uitgave „Enige hoofdpunten va.:
het regeringsbeleid in Londen
Zowel Churchill als Eisenhov#
moesten van dit protocol kennis-
nemen en hun beslissingen erovs
geven. Het ging er om het W«'
ten van ons land te behoede
voor een volkomen onderwater:«''
ten en een volledige uithongerin?
„Weet u", zei de heer v. d. G3j;
tenslotte nog wat ik na de bevrir
ding uit de mond van een Amen*
kaans officier vernam? Deze v£j'
klaarde en het deed mij Seu{!
dig goed dat te horen dat
oorlog reeds maanden eerder ws--
afgelopen, wanneer de gealliwa
den uit de andere bezette laiw?
slechts de helft aan inlichting
hadden ontvangen, welke door
Nederlands verzet naar Lonof-
zijn gezonden."