HEDEL, gebrandschat en geteisterd Ochtense dokter gaat per kano langs patiënten Vernieling van Tiel begint torpedering veerpont met 0d"n"danedne,eMnaas0ïer: Nederlandse soldaten trekken Adviezen vanuit vaartuig 's nachts over de Maas Tiel lagzeven maanden onder vuur Zaterdag 6 Mei 1950 10e Jaargang pajj. 7 (Van een onzer verslaggevers) EEN zware artilleriebeschie ting gaat aan de landing vooraf: het gebied van Hedel moet eerst worden „schoon" gemaakt, gezuiverd van Duit sers. Het betekent, dat 't dorp wordt gebrandschat en ge teisterd. Bezuiden de Maas kraken huiveringwekkend nauwkeurig afgestelde kanon nen, die de granaten feilloos naar de vijandelijke stellingen slingeren. De geschutslopen schieten naar voren en glijden terug, naar .voren, terug, me chanisch en soepel. Het staal wordt gloeiend, maar nooit moe. Inslaande projectielen rukken huizen aan puin, her scheppen het door de burgers in allerijl verlaten dorp in een brandende hel. Het bombardement duurt dagenlang voort. Onafwend baar convergeren de geschuts- diagonalen naar het rampzali ge dorp aan de Maas, waar met doffe explosies een eind wordt gemaakt aan alles wat dood en levend is. Het lot van Hedel is bezegeld, de actie kan be ginnen. Kapitein R Fack vertelt in het ge denkboek van de Irene-Brigade: „De" opdracht werd uitgevoerd en het bruggehoofd is geen ogenblik in gevaar geweest. De Duitsers zagen he' hachelijke van de toestand zeer goed in en deden al het mogelijke ont terug te gooien naar de Zuid zijde van de rivier. H jewel zij zelfs aanvielen met een overmacht van öne tegen één. is voortdurend ge bleken. dat de kwalitatieve superio- nteit van" onze soldaat voor nume rieke meerderheid niet het onder spit behoeft te delven. Integendeel! De cijfers spreken voor zich zelf: wij verloren 14 man gesneuvelden, de moffen 200250. Het bruggehoofd was dus volko men veilig. De troepen echter, die de aanval Zaltbomme! zouden in zetten. werden plotseling overge plaatst naar Duits land met het gevolg, dat onze Britse com mandant besloot de 717" 7 7 7 7 7 lil "Y DE TRIESTE RESTEN van de R.K. kerk te Hedel na de bom bardementen in April 1945. Op dezelfde plaats is een nieuwe ge bouwd en vorig jaar ingewijd. DE DORPSTRAAT TE OCHTEN, het kleine dorp in de Betuwe, dat één der meest getroffen ge bieden van ons land is. (Van een onzer verslaggevers) „Dok" Van Driel moest in die dagen overal verstand van hebben, of het nu een bevalling gold, een onwillig fornuis of een boer, die niet wist wat hij tegen de Duitsers moest zeggen, toen ze een vette koe kwamen vorderen. Hij had er verstand van: met de bevalling wist hij zonder meer raad, aan het for nuis prutste hij net zolang, tot het ding wèl wilde branden- en tegen de Duitsers zei hij dat ze „morgen" maar terug moesten komen. Ze kwamen terug, maar de koe was verdwenen. De boer en zijn knechts, vakkundig geassisteerd door de dokter hadden het dier 's nachts op zolder bij een flakkerend kaarsje geslacht. Het hele dorp was de volgende dag ruim voorzien van rundvlees, de Duitsers gingen woedend met lege handen weer weg. j te roepen, omdat hun positie daar op dat moment geen nut meer had." Tot zover kapitein Fack Inderdaad, de operatie bij Hedel was maar een klein onderdeel van de geallieerde strategie. Toen plotseling troepen aan het Duitse Rijnfront nodig wa- ien, werd de strijd bij Hedel ge staakt Spoedig daarna vo^Ke de ca pitulatie van de Duitsers in Neder- land. Is de vernieling van Hedel dus no deloos geweest? Ziehier wat een ser geant van de Irene-Brigade er over zegt: Twaalf onzer strijders lieten in Hedel het leven voor de vrijheid van ons volk. Laat men de nagedachtenis van deze mannen in ere houden cn beseffen, dat men nooit zal kunnen schatten wat er in hun is omgegaan I toen zij terwille van het vrijheids ideaal, mee moesten doen aan de I vernieling van Hedel." De geschiedenis van dc heimelijke I tocht over de Maas is als een nacht- I merrie. Terwijl de puinhopen van I Hedel nog rookten, voerde een klci- I nc patrouille een uiterst gevaarlijke I verkenning in het dorp uit. Ze kwam I terug met waardevolle inlichtingen J omtrent de sterkte en dc posities van I de vijand. De grote sprong kon wor- oen gedaan. In de nacht van 22 op 23 Apr'l I voeren dertig zwaar gewapende I mannen naar de Noordelijke Maas- 1 oever, er op voorbereid te worden I ontvangen met kogels, granaten, mij- I nen, boobytraps, allerlei hinderlagen 1 on listigheden. Ieder nam snel en ge- ruisloos de hem aangewezen positie I in Kleurloze gestalten verspreidden I zich over de kleurloze puinwoestenij, I die eens Hedel was geveest, bereid I iich in een wild en ontzettend hand- 1 gemeen met de vijand te begeven. I Nr. twee dagen van kleine schermut- I klingen, eikaars klachten meten I met kortere of langere mitrailleur- I ratels, dan weer lange dreigende stilten, ging ue vijand tot de aanval de Irene-Brigade de drie bruggehooJ- vormen, die contact maakten Ion een hecht offensief front vorm- den. De oversteekplaats was echrei door de Duitsers ontdekt en hevig onder vuur genomen, en verlegd naar een dode tak van de gekanali seerde Maas. Op de vijfentwintigste April. dc$ morgehs om vijf uur, ging de vijand tot de aanval over. In het hels la waai van inslaande granaten, tussen slof- en puimvolken verlieten schim mige gestalten met de geweren voor uit, hun schuilplaatsen, geflankeerd door mitrailleurvuur. dekking zoe kend en opstaand, moeizaam voor waarts strompelend. Onze soldaten, ingegraven en verschanst achter hui- zenréstcn, vuurden terug, automati- scher dan een automatisch geweer. Zij handhaafden hun posities en be gonnen de tegenaanval. Enkele tien tallen meters vooruit, opnieuw in graven, opnieuw verschansen. Het front verplaatste zien tot diep in cn om Hedel. dat slagveld was gewor- i den met soldatenlijken en zich lang zaam bewegende gewonden. Ze moesten blijven liggen, ook al lagen ze op slechts enkele meiers van hun strijdmakkers Uit de schuilplaats gaan betekende een onherroepelijk einde De Duitsers boden hardnekkig weerstand. Steeds meer soldaten werden in de strijd gedreven, nadat ze eerst op de markt in Zaltbommel waren toegesproken door hun offi cieren. „Wir werden siegen. Jeder Soldat weisz doch. dasz óieser Kricg ein uns angezwungener Krieg ist. Das Feld der Ehre Drie dagen duurde de strijd. Toen kwam het bevel terug te trekken, als gevolg van de gewijzigde situatie bij de opmars in Duitsland. Hedel was verwoest, de oorlog bijna voor bij. Veertien moedige langenoten bleven op het slagveld achter, torn ze bijna hun doel hadden bereikt: Hermans, Grootendorst. Kraai, Kamp, Morel, Schortinghuis, Spren keling, Picokrie, Lichtvoet. Smit, Van Veenendaal, Van de Beek. Van Walsem, Zandvliet Het verhaal over Hedel is ons verteld door een ser geant van de Prinses Irene-Brigade. H\j heeft er in April 1945 gevochten. In de Mei-clagen van 1940 lag deze sergeant aan de Maaslinie bij Venlo. Hij trok met de troepen terug naar Zeeland en stak na de capitulatie over naar Engeland. Hij voegde zich bij de op 11 Januari 1941 opgerichte Irene-Brigade en onderging een intensieve militaire training, om eens weer voet op het Europese vasteland te zetten en de gehate vijand re verdrijven. Dit gebeurde op de achtste Augustus 1544, negen envijftig dagen na D-day, de dag, waarop de gealli eerden hun landing in Normandië begonnen. De Brigade trok al strij dend over de Seine via Brussel steeds verder in Noordelijke richting. In de nacht van 20 op 21 September overschreed onze sergeant voor het. eerst weer de Nederlandse grens, bij Valkenswnard. ten Zuiden van Eindhoven. De activiteit van de Brigade zou zich de volgende da gen uitsluitend beperken tot het gebied zuidelijk van de grote rivieren. Eindelijk, in April 1945, kwam de opdracht een bruggehoofd te vor men over de Maas bij Hedelom een doorstoot naar Zaltbommel voor te bereiden. Iedereen was op iedereen aange wezen. Ochten, waar men voor Dolle Dinsdag practisch niets van de oor log had gemerkt, was in korte tijd herschapen in een woestenij Toen de geallieerden in September '44 waren opgerukt tot de grote rivieren en de luchtlanding bij Arnhem was mis lukt, begon de lange lijdensweg van de bevolking, die zich al had voor bereid op een spoedige bevrijding. 30 September 1944: zware artille riebeschietingen, 5 December 1944; de Duitsers steken de dijk door. de Betuwe loopt onder. Een vernield, verdronken dorp, ziedaar waar de Ochtense arts zijn praktijk moest voortzetten. Hij deed het, ook toen de bevolking, op enkele boeren en arbeiders na. wie de Duitsers voor allerlei karweitjes konden gebrui ken, moest evacueren, „weil hier Partisanen sind". De Ochtenaren trokken uit hun schuilkelders weg, de dokter ging mee. Naar IJzen- doorn, Echteld en andere dorpen in de buurt. Op het kasteel van Ech teld woonden dokter Van Driel en zijn gezin met achttien mensen in een kamer. Ergens op de bovenver dieping was dc spreekkamer en stonden de instrumenten en de apo theek. Het verblijf daar duurde kort, want opnieuw kwam een bevel tot ontruiming In Avezaath vond de dokter onderdak. Inmiddels was de watersnood ge komen. Ochten stond onder water, maar de drang naar huis werd er niet door getemperd. Ongeveer ne genhonderd Ochtenaren verdwenen weer stiekum naar hun oude woon plaats De dokter ging terug naar 't dichtbij gelegen Echteld: genees kundige hulp was onontbeerlijk. Nood breekt wet, in dit geval de wet van het alledaagse. Niet in de auto bezocht dokter Van Driel zijn pa tiënten. maar op een vlot, samenge flanst uit stukken hout en lege bcn- zineblikkcn, dat hij voortbewoog met een vaarboom. De merkwaardigste vaartuigen hebben in die dagen door Ochten gedreven. De harde noodzaak inspi reerde tot vernuftige creaties: bo venstellen van wagens, die men al hozend boven water moest houden, I waren de meest gangbare. Later I kreeg de dokter de beschikking over een kano. Paddels waren er niet bij. maar met gewone roeiriemen ging het (hoewel moeizaam) ook wel. De patiënten hoorden al van ver de piepende riemen. De meesten woonden op zolder. Het was voor de dokter niet gemakkelijk uit zyn wankele bootje naar boven te klim men. De „lichte gevallen" gaf hij CUNERATOREN te Rhenen was een der fraaiste van Nederland. De toren in de steigers ivordt met zorg gerestaureerd. GA mee naar Tiel, men zal er u ver tellen over de ontbe ringen, die het heeft doorstaan. Ge ziet er de ruïnes van de St. Maartenskerk en van wat eens de trots van iedere Tielenaar was: 't schilderachtige wa terpoortje. Overal in de binnenstad staan resten van door artil lerievuur weggevaag de huizenblokken. Verscheidene zijn al weer door nieuwe vervangen. Staat ge op de dijk bij Wamel aan de overkant van de Waal, dan treft daar de troosteloze aanblik van een verwoeste stad. Kijk nu iets naar rechts, juist langs de bedrijvig heen cn weer varende veerpont. Ge ontwaart de ingang van de haven Achter die hoge kademuur, waar dat limonadetentje staat, lig gen drie woonschepen laag op het water, dat al weer meters ver onder de hoge kruin van de Waaldijk is ge zakt We gaan er straks naar toe En daar, naar links, waar het wit gepleisterde hotel Bellevue hoekig afsteekt tegen donker geboomte. Er vóór, in de uiterwaard aan de voet van de dijk, zijn in 1944 veertien Tielse burgers door de Duitsers ge fusilleerd. Een eenvoudig houten kruis herinnert aan die afschuwelij ke moordpartij. Laat u jnet de pont overvaren cn vraag naar de oude veerman Maas- bach. Een jonge kerel, gewend aan een praatje met de klanten <op het Tielse veer is het altijd druk), ver telt u waar Maasbach woont: in zijn woonschuit in de haven. Ge vindt het zo: ga over de dijk naar Nijme- cn volg het paadje rechts naar haven beneden. Naast een plaat- zeren loods is een trap gelegd naar e ark van Maasbach. Denk om de ond. want die is waaks! Als ge geluk hebt loopt ge dc oude veerman zo tegen het lijf. Een stevige, gedrongen man op leeftijd, die de zwarte schipperstrui niet heeft afgedankt, toen hij ging ren fen gold. Maar deze keer was het menens. De Duitsers waren onrustig en dreigden ons met hun geweren. I Toch scheen er geen gevaar te zijn. In de verte gromde het geschut als op de andere dagen. Daar waren we al lang aan gewend." j De oude veerman houdt even op met spreken Hij tuurt over de ri- ier naar de andere oever, waar een lange rij auto's op de pont staat te wachten. „Het is of ik het nog voor me zie", gaat hij dan verder. Aan de overkant was geen teken van leven te bespeuren. In een klei ne motorboot met Van der Steeg en nog een man of zes trokken we de pont de rivier op. Het was zelfs zo vredig, dat we ons de tijd gunden een roeiboot te bergen, die naar beneden kwam drijven." Maasbach gaat naast u op een stapel hout zitten en wijst naar het magazijntje, dat tegen de dijk is op- gelrokken. „Ziet ge daar die kogel galen'' Die zijn er op die Maandag- I middag in geschoten. We hadden de pont juist gelegd, toen de Kriegs- mariniers onrustig werden en zich verschansten achter de vcerdam Plotseling dreunden er zware scho- I ten. Een grote geallieerde tank was tenierenr Hij vertelt over de ang- aan de overkant de veerweg afge- stige dagen in 1944, toen de Kriegs- marine Tiel terroriseerde De stad was bezet door enkele honderden Duitse soldaten. Op een Maandag in September zag Tiel de eerste geal lieerden. ,,'s Morgens kregen wij bevel de pont in de vaart te leggen", zegt Maasbach. „We hadden geen haast, zomin als we ooit haast hadden, wanneer het een bevel van de mof- den." reden tot vlak aan het water en be schoot de schepen onder Tiel. Na de eerste schoten zagen we kleine sol- datenfiguren zich van de tank los maken. Ze liepen er om heen en gesticuleerden heftig. Van der Steeg en ik zijn het laatst op de pont geweest. We hadden het schip nauwelijks verlaten, toen een paar I voltreffers het in de grond boor- rilT was Ochten Velen zul- iy*Slen het bordje met dit op schrift bij de ingang van het ge teisterde dorp aan de Waal hebben gezien en zich geïnteresseerd heb ben afgevraagd welke „leukerd" het op dat verveloze paaltje heeft gespijkerd. Ze hebben zich vergist: net was geen leukerd, maar een cynicus, één van de paar duizend Ochtenaren die de oorlog hebben overleefd. God mag weten hoe. Na de bevrijding was Ochten een soort openluchtmuseum, voor „och, ach, erg" en arme mensen" roe pende toeristen, die de enorme puinhopen overigens „machtig interessant" vonden. De toeristen ver dwenen met het voornemen de acties voor de geteisterde gebieden te steunen. De meesten hebben het vergeten, anderen stuurden de on mogelijkste dingen: bloemtafeltjes, prullemandcn. schemerlampjes De Ochtenaren bleuen achter in de chaos. Ze huisden in opgelapte schuurtjes en varkensstallen. De hele dag ploeterden ze onder leiding van de vastbesloten burgemeester Houtkoper met houwelen cn spaden en alle mogelijke en onmogelijke gereedschap in een warwinkel van puin. Ze waren niet ontevreden, maar voelden zich verongelijkt. Door die toeristen. Komt men nü in het dorp, dan staat men versteld van dc vorderingen van de wederopbouw. Vijf en tachtig procent van dc huizen was ver nield. Nu is er al weer een vrijwel compleet nieuw dorp; onaangenaam nieuw echter, zonder een enkel grassprietje, zonder een ouderwets boerderijtje. Dc materiële schade komen de Ochtenaren wel te boven: maar niet de morele klap. de verwildering door de vreselijkste ontberingen. Ze zijn en zij blyjven daardoor oorlogsslachtoffers. We hebben over al deze dingen gepraat met dokter M. van Driel, de Ochtense arts. „Het zal generaties lana duren, voor hier de sporen van die morele knoei zijn uitgewist," zet hij. „We zijn met de geestelijke wederopbouw onmiddellijk begonnen en doen al wat mogelijk is." De doktersvrouw, de burgemeestersvrouw en een groepje anderen hebben door het hele land gesjouwd om er een rebusactic in te krijgen. Ochtense meisjes stonden in een stand op de bloemententoonstelling „Berg en Bos" in Apeldoorn om geld te krijgen. Hun moeiten zijn niet vergeefs geweest. Er kwam een wijkgebouw met een bibliotheek van drieduizend boeken en er is al een flink bedrag voor een nieuwe kleuterschool. Merkwaardigerwijs is het met de ziekte- en sterfgevallen in de zware maanden (van September '44 tot de bevrijding) in Ochten vrij goed gegaan. „De vaste wil om de ergste beproevingen :e weerstaan heeft de bevolking er door geholpen", zegt dokter Van Driel. „Maar als de mensen hi er eindelijk hun nieuwe huis hebben gekregen, waar ze iaren lang naar hebben uitgezien, dan breekt die weerstand. Ze krijgen kwalen en kwaaltjes, waar ze, zolang hun doel nog niet was bereikt, geen tijd voor hadden." Dokter Van Driel heeft veel meegemaakt. Eerst in September '44, bij het bombardementlater, toen de Betuwe onder water stond en hij in een kano langs zijn patiënten moest varen. Hierbij vindt U het relaas afgedrukt van enkele belevenissen van deze dokter, die met een onver woestbaar optimisme onder vaak afgrijselijke omstandigheden, voor de gezondheid van Ochtens bevolking heeft gewaakt. Sommige van die 'avonturen zijn amusant. Lach er om, maar vergeet niet de trieste ach tergrond van ellende en ontbering. DE TIELSE PONT is in 1944 door een geallieerde tank in de grond geboord. Na de bevrijding is het schip gelicht en gerepa reerd. Op de foto ziet men aan de overkant van de Waal het ge bied, vanwaar Tiel maandenlang is gebombardeerd. Verscheidene schepen onder Tiel ondergingen hetzelfde lot. Naar la ter zou blijken was er een poging van de Duitsers om over te varen en een bruggenhoofd op de andere oever te vormen, mee voorkomen Dit simpele verhaal van de eerste geallieerde soldaten bij Tiel was de inleiding van een afmattend artille- rieduel, dat de stad in een puin- woestenij heeft herschapen Het dwong zesduizend burgers met ach terlating van have cn goed te eva cueren naar veiliger oorden. De meestcn vluchtten naar Friesland. Toen het land eindelijk was be vrijd was Tiel zeven maanden doel wit van fosforbeschietingen ge weest. Vrijwel alle winkelwijken waren vernield en de monumenten die de stad bezat verdwenen. Drie kerken, honderdzesenvijftig huizen, tal van openbare gebouwen, alle banken, de schouwburg en de wa tertoren zijn verwoest. De prachtige St. Maartenskerk Is zwaar geha- \end. het majestueuze orgel ver brand De Waterpoort is aan ver nielzucht geofferd, omdat de Duit sers puin nodig hadden voor barri caden Thans, vijf jaren na de bevrijding, is de wederopbouw van Tiel in \ollc gang. In de binnenstad verrij zen moderne winkels en in de bui tenwijken wordt huizenblok na hui zenblok opgetrokken. Tiel schept zich vastberaden een nieuwe toe komst. daarom vanuit zijn kano adviezen. Anders voer hij door een raam de kamer binnen, bond de boot aan de trap en klom naar boven; of zoals ook wel gebeurde: manoeuvreerde de kano onder een zolderluik, waaruit de bewoners een touw lieten zak ken en liet zich optrekken. Tijdens het bezoek zorgde iemand met« een lange stok of een touw, dat het bootje niet weg dreef. Als de dokter de dagelijkse ronde had gedaan, voer hij naar de dijk en begon de urenlange fietstocht naar Tiel, om medicijnen en levensmiddelen te ha len. Herhaaldelijk gebeurde het, dat dok. ter Van Driel er *s nachts voor een spoedgeval uit moest. De weg door 't water was in het donker moeilijk te vinden. Nadat hij eens een uren lang gevecht had geleverd met de venijnige takken van een uitgestrek te boomgaard, waarin hij was ver dwaald, moest ook daar iets op wor den gevonden. In het vervolg verge zelde een scheepstoeter de dokter op zijn nachtelijke reizen. Verdwaalde hij, dan zond hij een noodkreet uit. De doktersvrouw klom dan op het dak van de boerderij, waar ze toen woonden, en beantwoordde het sig naal met een grote waldhoorn, het enige instrument voor dat doel be schikbaar. Maar nog speelde de be kende vicieuze cirkel de roeiende dokter parten. Als hij vijfhonderd meter per uur in de goede richting vorderde ging het al prachtig! Het begon te vriezen. De eerste dagen konden vlotten en bootjes nog door het ijs breken, daarna zat men twee dagen opgesloten. Toen zette de vorst door, en kon men buiten lopen! Doodgewoon lopen, zónder natte voeten te krijgen! Spoedig kwam er echter een gevaarlijke kwakkeldooi. Het ijs was onbe trouwbaar, varen was nog onmoge lijk. Een jonge boer, wiens vrouw een baby verwachtte, legde de twee- en-een-halve kilometer naar de dok ter af, glijdend op planken, die hij onder zijn klompen had gespijkerd. .Dokter, het is zo ver!" Dokter Van Driel ging mee, glijdend en van schots op schots springend Lang ging het goed, maar op enkele tientallen meters van het boerenhuis deed hij een fatale misstap. Met alleen het hoofd boven 't ijskoude water waad de hij naar de boerderij. Daar heeft hij zich in allerijl gedroogd en met alleen een broek aan de verlossing verricht. Er was tenminste nog een brandende kachel, maar geen ledi kant, geen stoel, geen behoorlijk beddegoed. Op 19 Januari werd opnieuw bevel tot ontruiming gegeven. Weer bij een bevalling geroepen, moest dok ter Van Driel in die dagen onder de meest ondenkbare omstandigheden werken. De aanstaande moeder lag op een soort podium van fruitkistjes, waar het water nog maar enkele de cimeters onder stond. De kaarsen waren op. Met brandende bosjes stro werd de half in het water werkende dokter bijgelicht Het kind was net geboren, toen Duitse soldaten binnen kwamen en bevel gaven 't huis on middellijk te verlaten In een wan kel bootje heeft de dokter zijn werk moeten voortzetten. Eerst na ander half uur varen vonden moeder en pasgeboren kind onderdak Toen eindelijk de bevrijding was gekomen, hebben de Ochtenaren nog vier dagen moeten wachten, voor ze naar hun dorp terug konden keren. Onder leiding van dokter Van Driel heeft de B.S. lijken van Duitse sol daten, die uit de graven waren ge spoeld, opnieuw moeten begraven. Pas toen besmetting?- en mijngevaar waren verdwenen, kon worden be gonnen met de moeizame arbeid van de wederopbouw en een nieuw be staan. De verwoeste St. Maartenstoren te Tiel, met op de voorgrond de overblijfselen van de Spaarbank. DIT BLEEF OVER van één van de grootste Tielse winkelpanden.

Historische kranten - Archief Eemland

Dagblad voor Amersfoort | 1950 | | pagina 15